Besluit van 19 november 2025, houdende de wijziging van diverse Warenwetbesluiten ter implementatie van Richtlijn (EU) 2024/1438 inzake honing, vruchtensap, vruchtenjam en gedehydrateerde melk en van Richtlijn (EU) 2019/882 betreffende de toegankelijkheidsvoorschriften voor producten en diensten [KetenID WGK027939]
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, van 7 juli 2025, kenmerk 4149474-1084908-WJZ;
Gelet op:
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 17 september 2025, no. W13.25.00174/III);
Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 17 november 2025, kenmerk 4230785-1084908-WJZ;
Hebben goedgevonden en verstaan:
ARTIKEL I
Het Warenwetbesluit honing wordt als volgt gewijzigd:
A
De artikelen 1 tot en met 20 worden vervangen door zeven artikelen, luidende:
Artikel 1
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:Artikel 2
1.
Het is verboden honing, bloemenhoning of bloemenhonig, nectarhoning of nectarhonig, honingdauwhoning of honingdauwhonig, raathoning of raathonig, brokhoning of brokhonig, raatbrokken in honing of raatbrokken in honig, lekhoning of lekhonig, slingerhoning of slingerhonig, pershoning of pershonig, of bakkershoning te bereiden of te behandelen anders dan met inachtneming van de bij dit besluit gestelde voorschriften.2.
Het is verboden honing, bloemenhoning of bloemenhonig, nectarhoning of nectarhonig, honingdauwhoning of honingdauwhonig, raathoning of raathonig, brokhoning of brokhonig, raatbrokken in honing of raatbrokken in honig, lekhoning of lekhonig, slingerhoning of slingerhonig, pershoning of pershonig, of bakkershoning te verhandelen anders dan met inachtneming van de bij dit besluit gestelde voorschriften met betrekking tot hun aanduiding.3.
Het is verboden honing, bloemenhoning of bloemenhonig, nectarhoning of nectarhonig, honingdauwhoning of honingdauwhonig, raathoning of raathonig, brokhoning of brokhonig, raatbrokken in honing of raatbrokken in honig, lekhoning of lekhonig, slingerhoning of slingerhonig, pershoning of pershonig, of bakkershoning te verhandelen anders dan met inachtneming van bij dit besluit gestelde voorschriften met betrekking tot het bezigen van vermeldingen inzake de aard, samenstelling, hoedanigheid of eigenschappen van de waar.Artikel 3
Het bereiden en behandelen van honing, bloemenhoning of bloemenhonig, nectarhoning of nectarhonig, honingdauwhoning of honingdauwhonig, raathoning of raathonig, brokhoning of brokhonig, raatbrokken in honing of raatbrokken in honig, lekhoning of lekhonig, slingerhoning of slingerhonig, pershoning of pershonig, of bakkershoning, geschiedt met inachtneming van de bij Richtlijn 2001/110/EG gestelde voorschriftenArtikel 4
Het verhandelen van honing, bloemenhoning of bloemenhonig, nectarhoning of nectarhonig, honingdauwhoning of honingdauwhonig, raathoning of raathonig, brokhoning of brokhonig, raatbrokken in honing of raatbrokken in honig, lekhoning of lekhonig, slingerhoning of slingerhonig, pershoning of pershonig, of bakkershoning, geschiedt met inachtneming van de bij Richtlijn 2001/110/EG gestelde voorschriften inzake hun aanduiding.Artikel 5
Het verhandelen van honing, bloemenhoning of bloemenhonig, nectarhoning of nectarhonig, honingdauwhoning of honingdauwhonig, raathoning of raathonig, brokhoning of brokhonig, raatbrokken in honing of raatbrokken in honig, lekhoning of lekhonig, slingerhoning of slingerhonig, pershoning of pershonig, of bakkershoning, geschiedt met inachtneming van de bij Richtlijn 2001/110/EG gestelde voorschriften inzake het bezigen van vermeldingen.Artikel 6
Op grond van artikel 2, vierde lid, onder a, tweede alinea, van Richtlijn 2001/110/EG mag bij honing die in Nederland in de handel wordt gebracht en waarbij het aantal landen van oorsprong van honing in een mengsel meer dan vier bedraagt en de vier grootste aandelen meer dan 50% van het mengsel vertegenwoordigen, in het hoofdgezichtsveld van het etiket worden vermeld:- de landen van oorsprong in dalende volgorde van hun aandeel in het gewicht; en
- het aandeel in percentage van de vier landen van oorsprong met het grootste aandeel in het mengsel.
Artikel 7
Waren die voor 14 juni 2026 in de handel zijn gebracht of geëtiketteerd overeenkomstig het Warenwetbesluit honing, zoals dat onmiddellijk voor inwerkingtreding van dit besluit luidde, mogen na die datum nog verhandeld worden totdat de voorraden zijn uitverkocht.B
Artikel 21 wordt vernummerd tot artikel 8 en het tweede lid alsmede de aanduiding «1.» voor het eerste lid vervallen.
C
Artikel 22 wordt vernummerd tot artikel 9.
Artikel 1
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
Artikel 2
Artikel 3
Het bereiden en behandelen van honing, bloemenhoning of bloemenhonig, nectarhoning of nectarhonig, honingdauwhoning of honingdauwhonig, raathoning of raathonig, brokhoning of brokhonig, raatbrokken in honing of raatbrokken in honig, lekhoning of lekhonig, slingerhoning of slingerhonig, pershoning of pershonig, of bakkershoning, geschiedt met inachtneming van de bij Richtlijn 2001/110/EG gestelde voorschriften
Artikel 4
Het verhandelen van honing, bloemenhoning of bloemenhonig, nectarhoning of nectarhonig, honingdauwhoning of honingdauwhonig, raathoning of raathonig, brokhoning of brokhonig, raatbrokken in honing of raatbrokken in honig, lekhoning of lekhonig, slingerhoning of slingerhonig, pershoning of pershonig, of bakkershoning, geschiedt met inachtneming van de bij Richtlijn 2001/110/EG gestelde voorschriften inzake hun aanduiding.
Artikel 5
Het verhandelen van honing, bloemenhoning of bloemenhonig, nectarhoning of nectarhonig, honingdauwhoning of honingdauwhonig, raathoning of raathonig, brokhoning of brokhonig, raatbrokken in honing of raatbrokken in honig, lekhoning of lekhonig, slingerhoning of slingerhonig, pershoning of pershonig, of bakkershoning, geschiedt met inachtneming van de bij Richtlijn 2001/110/EG gestelde voorschriften inzake het bezigen van vermeldingen.
Artikel 6
Op grond van artikel 2, vierde lid, onder a, tweede alinea, van Richtlijn 2001/110/EG mag bij honing die in Nederland in de handel wordt gebracht en waarbij het aantal landen van oorsprong van honing in een mengsel meer dan vier bedraagt en de vier grootste aandelen meer dan 50% van het mengsel vertegenwoordigen, in het hoofdgezichtsveld van het etiket worden vermeld:
Artikel 7
Waren die voor 14 juni 2026 in de handel zijn gebracht of geëtiketteerd overeenkomstig het Warenwetbesluit honing, zoals dat onmiddellijk voor inwerkingtreding van dit besluit luidde, mogen na die datum nog verhandeld worden totdat de voorraden zijn uitverkocht.
ARTIKEL II
Het Warenwetbesluit vruchtensappen 2012 wordt als volgt gewijzigd:
A
Aan artikel 1 worden onder vervanging van de punt aan het slot van de laatste begripsbepaling door een puntkomma drie begripsbepalingen toegevoegd, luidende:
B
In de artikelen 2, eerste tot en met het derde lid, 3, 4 en 5 wordt «vruchtensappoeder of vruchtennectar» telkens vervangen door «vruchtensappoeder, vruchtennectar, vruchtensap met verlaagd suikergehalte, vruchtensap met verlaagd suikergehalte uit concentraat of geconcentreerd vruchtensap met verlaagd suikergehalte».
C
Artikel 6 komt te luiden:
Artikel 6
Waren die voor 14 juni 2026 in de handel zijn gebracht of geëtiketteerd overeenkomstig het Warenwetbesluitbesluit vruchtensappen 2012, zoals dat onmiddellijk voor inwerkingtreding van dit besluit luidde, mogen na die datum nog verhandeld worden totdat de voorraden zijn uitverkocht.D
In artikel 10 vervalt «2012».
Artikel 6
Waren die voor 14 juni 2026 in de handel zijn gebracht of geëtiketteerd overeenkomstig het Warenwetbesluitbesluit vruchtensappen 2012, zoals dat onmiddellijk voor inwerkingtreding van dit besluit luidde, mogen na die datum nog verhandeld worden totdat de voorraden zijn uitverkocht.
ARTIKEL III
Het Warenwetbesluit Verduurzaamde vruchtenproducten 2002 wordt als volgt gewijzigd:
A
De artikelen 1 tot en met 26 worden vervangen door acht artikelen, luidende:
Artikel 1
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:Artikel 2
1.
Het is verboden jam of confituur, extra jam of extra confituur, gelei, extra gelei, citrusmarmelade, geleimarmelade of kastanjepasta te bereiden of te behandelen anders dan met inachtneming van de bij dit besluit gestelde voorschriften.2.
Het is verboden jam of confituur, extra jam of extra confituur, gelei, extra gelei, citrusmarmelade, geleimarmelade of kastanjepasta te verhandelen anders dan met inachtneming van de bij dit besluit gestelde voorschriften met betrekking tot hun aanduiding.3.
Het is verboden jam of confituur, extra jam of extra confituur, gelei, extra gelei, citrusmarmelade, geleimarmelade of kastanjepasta te verhandelen anders dan met inachtneming van bij dit besluit gestelde voorschriften met betrekking tot het bezigen van vermeldingen inzake de aard, samenstelling, hoedanigheid of eigenschappen van de waar.Artikel 3
Het bereiden en behandelen van jam of confituur, extra jam of extra confituur, gelei, extra gelei, citrusmarmelade, geleimarmelade of kastanjepasta, geschiedt met inachtneming van de bij Richtlijn 2001/113/EG gestelde voorschriften.Artikel 4
Het verhandelen van jam of confituur, extra jam of extra confituur, gelei, extra gelei, citrusmarmelade, geleimarmelade of kastanjepasta, geschiedt met inachtneming van de bij Richtlijn 2001/113/EG gestelde voorschriften inzake hun aanduiding.Artikel 5
Het verhandelen van jam of confituur, extra jam of extra confituur, gelei, extra gelei, citrusmarmelade, geleimarmelade of kastanjepasta, geschiedt met inachtneming van de bij Richtlijn 2001/113/EG gestelde voorschriften inzake het bezigen van vermeldingen.Artikel 6
Op grond van artikel 2, tweede lid, tweede alinea, van Richtlijn 2001/113/EG mag voor citrusmarmelade die uit drie of meer vruchten is vervaardigd de aanduiding «gemengde vruchtenmarmelade» of «[x]-vruchtenmarmelade», waarbij x het aantal vruchten is, worden gebruikt.Artikel 7
Op grond van bijlage I, deel II, tweede alinea, van Richtlijn 2001/113/EG mag het refractometrisch bepaalde gehalte aan oplosbare droge stof ten minste 55% bedragen in jam of confituur, extra jam of extra confituur, gelei, extra gelei, citrusmarmelade, geleimarmelade of kastanjepasta, behalve voor producten die voldoen aan de voorschriften van Verordening (EG) nr. 1924/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 inzake voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen (PbEU 2006, L 404) wat verlaagde suikers betreft, en voor producten waarin de suikers geheel of gedeeltelijk door zoetstoffen zijn vervangen.Artikel 8
Waren die voor 14 juni 2026 in de handel zijn gebracht of geëtiketteerd overeenkomstig het Warenwetbesluitbesluit Verduurzaamde vruchtenproducten 2002, zoals dat onmiddellijk voor inwerkingtreding van dit besluit luidde, mogen na die datum nog verhandeld worden totdat de voorraden zijn uitverkocht.B
Artikel 27 komt te luiden:
Artikel 9
Dit besluit treedt in werking met ingang van 12 juli 2004.C
Artikel 28 komt te luiden:
Artikel 10
Dit besluit wordt aangehaald als: Warenwetbesluit verduurzaamde vruchtenproducten.D
De bijlage vervalt.
Artikel 1
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
Artikel 2
Artikel 3
Het bereiden en behandelen van jam of confituur, extra jam of extra confituur, gelei, extra gelei, citrusmarmelade, geleimarmelade of kastanjepasta, geschiedt met inachtneming van de bij Richtlijn 2001/113/EG gestelde voorschriften.
Artikel 4
Het verhandelen van jam of confituur, extra jam of extra confituur, gelei, extra gelei, citrusmarmelade, geleimarmelade of kastanjepasta, geschiedt met inachtneming van de bij Richtlijn 2001/113/EG gestelde voorschriften inzake hun aanduiding.
Artikel 5
Het verhandelen van jam of confituur, extra jam of extra confituur, gelei, extra gelei, citrusmarmelade, geleimarmelade of kastanjepasta, geschiedt met inachtneming van de bij Richtlijn 2001/113/EG gestelde voorschriften inzake het bezigen van vermeldingen.
Artikel 6
Op grond van artikel 2, tweede lid, tweede alinea, van Richtlijn 2001/113/EG mag voor citrusmarmelade die uit drie of meer vruchten is vervaardigd de aanduiding «gemengde vruchtenmarmelade» of «[x]-vruchtenmarmelade», waarbij x het aantal vruchten is, worden gebruikt.
Artikel 7
Op grond van bijlage I, deel II, tweede alinea, van Richtlijn 2001/113/EG mag het refractometrisch bepaalde gehalte aan oplosbare droge stof ten minste 55% bedragen in jam of confituur, extra jam of extra confituur, gelei, extra gelei, citrusmarmelade, geleimarmelade of kastanjepasta, behalve voor producten die voldoen aan de voorschriften van Verordening (EG) nr. 1924/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 inzake voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen (PbEU 2006, L 404) wat verlaagde suikers betreft, en voor producten waarin de suikers geheel of gedeeltelijk door zoetstoffen zijn vervangen.
Artikel 8
Waren die voor 14 juni 2026 in de handel zijn gebracht of geëtiketteerd overeenkomstig het Warenwetbesluitbesluit Verduurzaamde vruchtenproducten 2002, zoals dat onmiddellijk voor inwerkingtreding van dit besluit luidde, mogen na die datum nog verhandeld worden totdat de voorraden zijn uitverkocht.
Artikel 9
Dit besluit treedt in werking met ingang van 12 juli 2004.
Artikel 10
Dit besluit wordt aangehaald als: Warenwetbesluit verduurzaamde vruchtenproducten.
ARTIKEL IV
De bijlage bij het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten wordt als volgt gewijzigd:
ARTIKEL V
Het Warenwetbesluit toegankelijkheidsvoorschriften 2024 wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 4, vierde lid, wordt na «artikel 7, negende lid,» ingevoegd «en artikel 16, tweede lid,».
B
Aan artikel 5, vierde lid, wordt toegevoegd «De in artikel 16, tweede lid, van de richtlijn voorgeschreven taal is Nederlands of Engels.»
C
Aan artikel 6 worden twee leden toegevoegd, luidende:
3.
De in artikel 9, vierde en vijfde lid, van de richtlijn voorgeschreven taal is Nederlands. De in artikel 9, negende lid, van de richtlijn voorgeschreven taal is Nederlands of Engels.4.
De in artikel 9, zevende lid, van de richtlijn voorgeschreven EU-conformiteitsverklaring voldoet aan artikel 16 van de richtlijn. De in artikel 16, tweede lid, van de richtlijn voorgeschreven taal is Nederlands of Engels.ARTIKEL VI
Dit besluit treedt in werking met ingang van 14 juni 2026, met uitzondering van artikel V, dat in werking treedt met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst.