Wet van 18 december 2024 tot wijziging van de Wet op het kindgebonden budget tot intensivering van het kindgebonden budget in verband met koopkrachtondersteuning in 2025
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om in verband met de koopkrachtondersteuning het kindgebonden budget in 2025 te intensiveren en een herverdeling toe te passen binnen het kindgebonden budget door een verhoging van het afbouwpercentage van het kindgebonden budget;
Zo is het dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
ARTIKEL I. WIJZIGING VAN DE WET OP HET KINDGEBONDEN BUDGET
De Wet op het kindgebonden budget wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:
B
Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:
5.
Met ingang van de hieronder genoemde data komen de percentages, genoemd in artikel 2, zevende en achtste lid, te luiden:- met ingang van 1 januari 2026 7,60%;
- met ingang van 1 januari 2027 8,05%;
- met ingang van 1 januari 2028 8,50%.
7.
Met ingang van de hieronder genoemde data worden de bedragen, bedoeld in artikel 2, tweede lid, telkens als volgt verhoogd, waarbij de gewijzigde bedragen in de plaats treden van die bedragen en die gewijzigde bedragen door of namens Onze Minister worden medegedeeld in de Staatscourant:- met ingang van 1 januari 2026 met € 66;
- met ingang van 1 januari 2027 met € 64;
- met ingang van 1 januari 2028 met € 66.
#.
De verlaging, bedoeld in het zesde lid, en de verhoging, bedoeld in het zevende lid, vinden plaats nadat het eerste lid toepassing heeft gevonden.#.
Het eerste lid vindt met ingang van 1 januari 2025 eenmalig geen toepassing voor de bedragen, bedoeld in artikel 2, tweede en zesde lid, en artikel 3, zesde en zevende lid.ARTIKEL II. INWERKINGTREDING
Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 2025.