Besluit van 6 mei 2025, houdende aanpassing van de Maatregel teboekgestelde schepen 1992 in verband met de inwerkingtreding van de Rijkswet nationaliteit zeeschepen
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat van 7 januari 2025, nr. IENW/BSK-2024/346041, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken, gedaan in overeenstemming met de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, T.H.D. Struycken, en Onze Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening;
Gelet op artikelen 231 van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek en 7g van de Kadasterwet;
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 5 maart 2025, nr. W17.25.00011/IV);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat van 28 april 2025, nr. IenW/BSK-2025/17706, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken, uitgebracht in overeenstemming met de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, T.H.D. Struycken, en Onze Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening;
Hebben goedgevonden en verstaan:
ARTIKEL I
De Maatregel teboekgestelde schepen 1992 wordt als volgt gewijzigd:
A
Aan artikel 1 worden, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel e door een puntkomma, drie onderdelen toegevoegd, luidende:
B
Na artikel 1 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 1a
Dit besluit is mede gebaseerd op artikel 7g van de Kadasterwet.C
In artikel 8, tweede lid, vervalt de tweede volzin.
D
Artikel 13 wordt als volgt gewijzigd:
E
Artikel 14, eerste lid komt te luiden:
1.
Hij die van een schip de teboekstelling wenst te verkrijgen, biedt de Dienst een daartoe strekkend verzoek ter inschrijving aan, dat tevens een verklaring van eigendom dient in te houden, alsmede de verklaring, bedoeld in artikel 194, vierde lid, tweede volzin, dan wel de verklaring, bedoeld in artikel 784, vijfde lid, van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek indien het een verzoek tot teboekstelling van een zeeschip, niet zijnde een zeevissersschip betreft. Betreft het verzoek een zeeschip, dan wordt tevens de in artikel 15, eerste lid, bedoelde verklaring aangeboden.F
Artikel 15 komt te luiden:
Artikel 15
1.
Voorafgaand aan het verzoek tot inschrijving, bedoeld in de artikelen 13, eerste en tweede lid, of 14, ten aanzien van een zeeschip, wordt door de eigenaar bij de Dienst een aanvraag ingediend voor een verklaring dat voldaan wordt aan de in artikel 194a van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek van toepassing zijnde vereisten.2.
De verklaring wordt afgegeven door de bewaarder.3.
Bij het verzoek tot inschrijving verklaart de eigenaar dat de op grond van het eerste lid vereiste bewijsstukken en gegevens op het moment van aanbieden ter inschrijving actueel en ongewijzigd zijn.4.
De kosten voor de behandeling van de aanvraag en afgifte van de verklaring, bedoeld in het eerste lid, komen ten laste van de aanvrager.5.
Het bestuur van de Dienst kan de vorm van de aanvraag en de verklaring, bedoeld in het eerste lid, vaststellen.6.
Het bestuur van de Dienst stelt eisen ten aanzien van de bij een aanvraag voor een verklaring, bedoeld in het eerste lid, te overleggen bewijsstukken en gegevens.G
Aan artikel 34 worden drie leden toegevoegd, luidende:
3.
Indien de eigenaar bij de aanvraag van de teboekstelling daarom heeft verzocht en toestemming heeft gegeven, zendt de bewaarder na de teboekstelling van een zeeschip een bericht van de teboekstelling onder vermelding van specifieke kenmerken van het schip, waaronder het NSI-nummer, de tonnage van het schip en een omschrijving van het schip, aan Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat als beheerder van het vlagregister.4.
Bij het bericht, bedoeld in het derde lid, vermeldt de bewaarder tevens het registratienummer van het ingeschreven document en het brandmerk van het schip.5.
In geval van overdracht of doorhaling van de teboekstelling van een zeeschip of van overdracht van aandelen in een zeeschip, zendt de bewaarder daaromtrent een bericht onder vermelding van het brandmerk en het NSI-nummer, aan Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat als beheerder van het vlagregister.H
Artikel 35 wordt als volgt gewijzigd:
2.
Indien de aangifte, bedoeld in het eerste lid, leidt tot bijwerking van de registratie voor schepen, zendt de bewaarder daarvan een bericht onder vermelding van het brandmerk en het NSI-nummer aan Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat als beheerder van het vlagregister.3.
Het tweede lid is van overeenkomstige toepassing in geval van een wijziging door de bewaarder in de registratie voor schepen van informatie als bedoeld in het eerste lid.I
Na artikel 35 wordt een artikel toegevoegd, luidende:
Artikel 35a
1.
Indien de Dienst een bericht ontvangt van Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat als beheerder van het vlagregister, inzake een wijziging als bedoeld in artikel 11, eerste lid, van de rijkswet, neemt de Dienst een beslissing omtrent wijziging van het betreffende gegeven.2.
Indien de Dienst de beslissing, bedoeld in het eerste lid, niet binnen één dag na ontvangst van die melding heeft genomen, tekent de Dienst in de registratie voor schepen aan dat het betreffende gegeven «in onderzoek» is.3.
De Dienst verwijdert de aantekening dat een gegeven «in onderzoek» is uit de registratie voor schepen tegelijk met de verwerking van de wijziging in die registratie of, indien een bericht als bedoeld in het eerste lid niet tot wijziging leidt, met de beslissing om het gegeven niet te wijzigen.4.
De beslissing, bedoeld in het tweede en derde lid, is een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht.5.
De Dienst zendt Onze Minister, genoemd in het eerste lid, onverwijld een bericht over een handeling of beslissing als bedoeld in het tweede of derde lid.6.
De Dienst doet onverwijld schriftelijk mededeling aan de belanghebbende van zijn beslissing op grond van het tweede of derde lid, indien die beslissing heeft geleid tot een wijziging van het betreffende gegeven.J
In hoofdstuk 3 komt titel 7 te luiden: Titel 7. Overige bepalingen
K
Na artikel 36 wordt een artikel toegevoegd, luidende:
Artikel 36a
Het NSI-nummer wordt opgenomen in de registratie voor schepen, bedoeld in artikel 85, tweede lid, van de wet.L
Artikel 37 komt te luiden:
Artikel 37
1.
Voorafgaand aan de inschrijving van een akte van levering van een te boek staand zeeschip of van aandelen daarin, wordt door de verkrijger bij de Dienst een aanvraag ingediend voor een verklaring dat voldaan wordt aan de in artikel 194a van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek van toepassing zijnde vereisten.2.
De verklaring, bedoeld in het eerste lid, wordt afgegeven door de bewaarder.3.
Bij de inschrijving van een akte van levering van een te boek staand zeeschip of van aandelen daarin wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 24 van de wet, tevens de verklaring, bedoeld in het eerste lid, ter inschrijving aangeboden.4.
In de akte van levering verklaart de notaris dat de op grond van het eerste lid vereiste bewijsstukken en gegevens op het moment van aanbieden ter inschrijving actueel en ongewijzigd zijn.5.
De kosten van aanvraag en afgifte van de verklaring, bedoeld in het eerste lid, komen ten laste van de aanvrager.6.
Het bestuur van de Dienst kan de vorm van de aanvraag en de verklaring, bedoeld in het eerste lid, vaststellen.7.
Het bestuur van de Dienst stelt eisen ten aanzien van de bij een aanvraag voor de verklaring, bedoeld in het eerste lid, te overleggen bewijsstukken en gegevens.M
De artikelen 1a en 36a vervallen.
Artikel 1a
Dit besluit is mede gebaseerd op artikel 7g van de Kadasterwet.
Artikel 15
Artikel 35a
Artikel 36a
Het NSI-nummer wordt opgenomen in de registratie voor schepen, bedoeld in artikel 85, tweede lid, van de wet.
Artikel 37
ARTIKEL II
Dit besluit treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.