Besluit van 14 juni 2024, houdende regels met betrekking tot de grondslag van het verplicht elektronisch procederen in civiele zaken (Besluit grondslag verplicht elektronisch procederen in civiele zaken);
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister voor Rechtsbescherming van 10 april 2024, directie Wetgeving en Juridische Zaken, nr. 5386193
Gelet op artikel 33, tweede lid, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering;
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 15 mei 2024, nr. W16.24.00085/II);
Gezien het nader rapport van Onze Minister voor Rechtsbescherming van 7 juni 2024, directie Wetgeving en Juridische Zaken, nr. 5482137;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Artikel 1
Bij ministeriële regeling kan worden bepaald dat een partij verplicht is langs elektronische weg te procederen, met uitzondering van:
tenzij zij worden vertegenwoordigd door een derde die beroepsmatig rechtsbijstand verleent.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 juli 2024.
Artikel 3
Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit grondslag verplicht elektronisch procederen in civiele zaken.