Besluit van 24 april 2024, houdende wijziging van het Besluit afbreking zwangerschap in verband met de medicamenteuze afbreking van de zwangerschap via de huisarts en enkele andere wijzigingen
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister voor Medische Zorg van 9 februari 2024, kenmerk 3760798-1060825-WJZ;
Gelet op de artikelen 6a, tweede en derde lid, 11, vierde lid, en 11a, vierde lid, van de Wet afbreking zwangerschap;
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 20 maart 2024, no. W13.24.00028/III);
Gezien het nader rapport van Onze Minister voor Medische Zorg van 22 april 2024, kenmerk 3777140-1060825-WJZ;
Hebben goedgevonden en verstaan:
ARTIKEL I
Het Besluit afbreking zwangerschap wordt als volgt gewijzigd:
A
Aan het opschrift van paragraaf 2 wordt toegevoegd «in ziekenhuizen en klinieken».
B
In artikel 3 vervalt het derde lid.
C
Na paragraaf 4 wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:
D
In artikel 26, eerste lid, wordt «de kalendermaand» vervangen door «het kalenderjaar».
E
In artikel 27, eerste lid, wordt «het kalenderkwartaal» vervangen door «het kalenderjaar».
F
Na artikel 27 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 27a
1.
De huisarts, bedoeld in artikel 2, onderdeel b, van de wet, doet de in artikel 11a, eerste lid van de wet bedoelde gegevens aan de door Onze Minister aangewezen rechtspersoon toekomen binnen drie maanden na het verstrijken van het kalenderjaar waarop ze betrekking hebben.2.
Hij doet die opgave op een formulier, waarvan het model door Onze Minister wordt vastgesteld.G
Artikel 28 wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 24a
Artikel 24b
De algemene voorschriften met betrekking tot het afbreken van zwangerschappen, bedoeld in de artikelen 2, eerste lid, 3, eerste lid, en 5 tot en met 7, zijn van overeenkomstige toepassing op de huisarts, bedoeld in artikel 2, onderdeel b, van de wet, met dien verstande dat: