Besluit van 30 januari 2025, houdende regels ter bescherming van slachtoffergegevens in processtukken (Besluit bescherming slachtoffergegevens in processtukken)
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, T.H.D. Struycken, van 8 oktober 2024, directie Wetgeving en Juridische Zaken, nr. 5816403;
Gelet op artikel 149a, derde en zesde lid, van het Wetboek van Strafvordering;
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 13 november 2024, nr. W16.24.00283/II);
Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, T.H.D. Struycken, van 23 januari 2025, directie Wetgeving en Juridische Zaken, nr. 6081961;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Artikel 1
Als gegevens die in het belang van de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van het slachtoffer onvermeld blijven in de zin van artikel 149a, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering, worden aangewezen diens:
Artikel 2
Opsporingsambtenaren vermelden de in artikel 1 bedoelde gegevens niet in een proces-verbaal, tenzij deze gegevens naar hun oordeel redelijkerwijs van belang kunnen zijn voor enige door de rechter te nemen beslissing.
Artikel 3
Het openbaar ministerie vermeldt de in artikel 1 bedoelde gegevens niet in vorderingen, bevelen, tenlasteleggingen en andere stukken die het opmaakt, tenzij deze gegevens naar zijn oordeel redelijkerwijs van belang kunnen zijn voor enige door de rechter te nemen beslissing.
Artikel 4
Dit besluit treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.
Artikel 5
Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit bescherming slachtoffergegevens in processtukken.