Part of Smart Yellow Suite

WGK015143
Wet aanpassing fonds voor gemene rekening en vrijgestelde beleggingsinstelling

Updates ontvangen over deze regeling? Log in

Overheid.nl - XML - JSON

Type Wet
Fase Bekendmaking
Ministerie Financiën
Datum uitgave 7 september 2023
Datum inwerkingtreding -
Per KB Nee

Opschrift

Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en enige andere wetten tot aanpassing in de regelingen voor het fonds voor gemene rekening en de vrijgestelde beleggingsinstelling

Samenvatting

Dit wetsvoorstel strekt tot een aanpassing van de regelingen voor de vrijgestelde beleggingsinstelling (vbi) in de vennootschapsbelasting. Daarnaast wordt met dit wetsvoorstel ook de definitie van het fonds voor gemene rekening (fgr) aangepast en wordt voorzien in overgangsrecht voor bepaalde situaties die worden geraakt door de voorgenomen wijzigingen

Documenten

stb-2023-503 (PDF)

Wet van 20 december 2023 tot wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en enige andere wetten tot aanpassing van de regelingen voor het fonds voor gemene rekening en de vrijgestelde beleggingsinstelling (Wet aanpassing fonds voor gemene rekening en vrijgestelde beleggingsinstelling)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om in enkele belastingwetten wijzigingen aan te brengen in de regelingen voor het fonds voor gemene rekening en de vrijgestelde beleggingsinstelling;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

In de Wet inkomstenbelasting 2001 wordt in artikel 3.29a, eerste lid, «volzin» vervangen door «zin» en wordt «vierde lid» vervangen door «derde lid».

ARTIKEL II

De Wet op de vennootschapsbelasting 1969 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2, vierde lid, komt te luiden:

4.
Voor de toepassing van deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt onder een fonds voor gemene rekening verstaan: een fonds ter verkrijging van voordelen voor de deelgerechtigden door het voor gemene rekening beleggen of anderszins aanwenden van gelden, mits dit fonds wordt aangemerkt als een beleggingsfonds of fonds voor collectieve belegging in effecten als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht en de deelgerechtigdheid in dit fonds blijkt uit verhandelbare bewijzen van deelgerechtigdheid. Een fonds voor gemene rekening wordt als onderneming aangemerkt. De bewijzen van deelgerechtigdheid worden niet als verhandelbaar aangemerkt indien vervreemding uitsluitend kan plaatsvinden aan het fonds voor gemene rekening.
B

Artikel 6a wordt als volgt gewijzigd:

ARTIKEL III

In de Invorderingswet 1990 wordt na artikel 70f een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 70g
1.
De ontvanger verleent de belastingschuldige op diens schriftelijk verzoek bij voor bezwaar vatbare beschikking uitstel van betaling voor de duur van ten hoogste tien jaren, mits voldoende zekerheid is gesteld, voor belastingaanslagen voor zover daarin is begrepen vennootschapsbelasting ter zake van een overdracht van vermogensbestanddelen door een fonds voor gemene rekening op grond van artikel IV, eerste lid, van de Wet aanpassing fonds voor gemene rekening en vrijgestelde beleggingsinstelling. Het uitstel wordt slechts verleend indien de belastingschuldige aannemelijk maakt dat hij niet in aanmerking komt voor de toepassing van artikel V, eerste en tweede lid, van die wet.
2.
Het uitstel wordt verleend voor het bedrag aan belasting dat kan worden toegerekend aan het voordeel ter zake van de overdracht van de vermogensbestanddelen op grond van artikel IV, eerste lid, van de Wet aanpassing fonds voor gemene rekening en vrijgestelde beleggingsinstelling.
3.
Het uitstel houdt in dat de verschuldigde belasting kan worden voldaan in tien gelijke jaarlijkse termijnen, waarvan de eerste termijn zes weken na de dagtekening van het aanslagbiljet vervalt en elk van de volgende termijnen telkens een jaar later.
4.
Het uitstel wordt beëindigd in geval van faillissement van de belastingschuldige. Ingeval deze omstandigheid zich voordoet, stelt de belastingschuldige de ontvanger daarvan onverwijld in kennis.
5.
Met betrekking tot een verleend uitstel van betaling als bedoeld in het eerste lid zijn artikel 24, zevende lid, artikel 25, tweeëntwintigste lid, vijfde zin, en artikel 28, derde en vierde lid, van overeenkomstige toepassing.
6.
Op het bezwaar, beroep, hoger beroep en beroep in cassatie inzake de beschikking, bedoeld in het eerste lid, is hoofdstuk V van de Algemene wet inzake rijksbelastingen van overeenkomstige toepassing.

Artikel 70g

ARTIKEL IV

ARTIKEL V

ARTIKEL VI

ARTIKEL VII

Indien een lichaam als gevolg van de inwerkingtreding van artikel II, onderdeel B, niet langer kwalificeert als vrijgestelde beleggingsinstelling als bedoeld in artikel 6a van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en het boekjaar van dat lichaam niet gelijk is aan het kalenderjaar, wordt dat lichaam, in afwijking in zoverre van artikel 6a, zesde lid, van die wet, met ingang van het tijdstip van inwerkingtreding van artikel II, onderdeel B, niet langer als vrijgestelde beleggingsinstelling aangemerkt.

ARTIKEL VIII

ARTIKEL IX

ARTIKEL X

ARTIKEL XI

Deze wet wordt aangehaald als: Wet aanpassing fonds voor gemene rekening en vrijgestelde beleggingsinstelling.

Wetswijzigingen integreren met je processen? Probeer Way 3 weken gratis.