Part of Smart Yellow Suite

WGK015094
Uitvoeringswet digitaledienstenverordening

Updates ontvangen over deze regeling? Log in

Overheid.nl - XML - JSON

Type Wet
Fase Bekendmaking
Ministerie Economische Zaken
Datum uitgave 20 juli 2023
Datum inwerkingtreding -
Per KB Ja

Opschrift

Wet tot uitvoering van verordening (EU) 2022/2065 van het Europees Parlement en de Raad van 19 oktober 2022 betreffende een eengemaakte markt voor digitale diensten en tot wijziging van Richtlijn 2000/31/EG (Uitvoeringswet digitaledienstenverordening)

Samenvatting

De digitaledienstenverordening (DSA) bevat belangrijke nieuwe regels voor online tussenhandeldiensten, zoals online platforms. Voor de goede werking van de DSA is nationale uitvoeringsregelgeving nodig. Dit wetsvoorstel regelt het toezicht op nationaal niveau. De Autoriteit Consument en Markt (ACM) wordt aangewezen als digitaledienstencoördinator en toezichthouder op het grootste gedeelte van de DSA. Ook de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) krijgt toezichtstaken.

Documenten

stb-2025-21 (PDF)

Wet van 29 januari 2025 tot uitvoering van verordening (EU) 2022/2065 van het Europees Parlement en de Raad van 19 oktober 2022 betreffende een eengemaakte markt voor digitale diensten en tot wijziging van Richtlijn 2000/31/EG (Uitvoeringswet digitaledienstenverordening)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om regels te stellen ter uitvoering van verordening (EU) 2022/2065 van het Europees Parlement en de Raad van 19 oktober 2022 betreffende een eengemaakte markt voor digitale diensten en tot wijziging van Richtlijn 2000/31/EG (digitaledienstenverordening) (PbEU 2022, L 277);

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1.1 (begripsbepalingen)

In deze wet wordt verstaan onder:

Artikel 2.1 (aanwijzing Autoriteit Consument en Markt als digitaledienstencoördinator)

Artikel 2.2 (aanwijzing Autoriteit Consument en Markt als toezichthouder)

Artikel 2.3 (bestuurlijke boete)

Artikel 2.4 (last onder dwangsom)

Artikel 2.5 (zelfstandige last)

Artikel 2.6 (machtiging rechter-commissaris bij zelfstandige last)

Artikel 2.6a (inzichtelijkheid meldingen)

De Autoriteit Consument en Markt maakt jaarlijks een overzicht openbaar van het aantal meldingen als bedoeld in artikel 53 van de digitaledienstenverordening dat zij heeft ontvangen per onderwerp van die verordening.

Artikel 2.7 (wederzijdse bijstand en samenwerking met de Commissie)

Artikel 2.8 (bijstand bij inspecties Commissie)

Artikel 2.9 (uitvoeringsbepalingen toegang gegevens door «erkende onderzoeker»)

Artikel 3.1 (aanwijzing Autoriteit persoonsgegevens als bevoegde autoriteit)

Artikel 3.2 (aanwijzing Autoriteit persoonsgegevens als toezichthouder)

Artikel 3.3 (bestuurlijke boete)

Artikel 3.4 (last onder dwangsom)

Artikel 3.5 (toezeggingen)

Artikel 3.6 (zelfstandige last)

Artikel 3.7 (wederzijdse bijstand)

Artikel 4.1 (gegevensverstrekking Autoriteit persoonsgegevens)

Artikel 4.2 (samenwerkingsprotocol Autoriteit Consument en Markt en Autoriteit persoonsgegevens)

Artikel 4.3 (uitleg begrippen digitaledienstenverordening)

Voor zover door de Autoriteit persoonsgegevens bij de uitoefening van haar bevoegdheden begrippen worden uitgelegd, die worden gehanteerd in een van de bepalingen, genoemd in artikel 2.2, eerste lid, dan vindt deze uitleg plaats in overeenstemming met de Autoriteit Consument en Markt. In het samenwerkingsprotocol, bedoeld in artikel 4.2, eerste lid, worden hierover nadere afspraken gemaakt.

Artikel 4.4 (samenwerkingsprotocol Autoriteit Consument en Markt en openbaar ministerie)

Artikel 4.5 (bevelen in het strafrecht)

Indien een bevel als bedoeld in artikel 9 of 10 van de digitaledienstenverordening wordt gegeven op grond van het Wetboek van Strafvordering kunnen het derde, vierde en vijfde lid van die artikelen buiten toepassing worden gelaten voor zolang het belang van het onderzoek dat vereist.

Artikel 5.1 (wijziging Aanpassingswet richtlijn inzake elektronische handel)

Artikel V van de Aanpassingswet richtlijn inzake elektronische handel wordt als volgt gewijzigd:

Artikel 5.2 (wijziging Algemene wet bestuursrecht)

Bijlage 2 bij de Algemene wet bestuursrecht wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 4 wordt in de alfabetische volgorde ingevoegd:

Verordening (EU) 2022/2065 van het Europees Parlement en de Raad van 19 oktober 2022 betreffende een eengemaakte markt voor digitale diensten en tot wijziging van Richtlijn 2000/31/EG (digitaledienstenverordening) (PbEU 2022, L 277): de artikelen 21, derde en zevende lid, 22, tweede, zesde en zevende lid, 40, achtste en tiende lid.
B

In artikel 7 wordt in de alfabetische volgorde ingevoegd:

Uitvoeringswet digitaledienstenverordening: paragraaf 2.2.
C

In artikel 11 wordt in de alfabetische volgorde ingevoegd:

Uitvoeringswet digitaledienstenverordening: paragraaf 2.2.

Artikel 5.3 (wijziging Auteurswet)

In artikel 29e van de Auteurswet wordt «Artikel 196c, vierde lid, van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek» vervangen door «Artikel 6, eerste lid, van verordening (EU) 2022/2065 van het Europees Parlement en de Raad van 19 oktober 2022 betreffende een eengemaakte markt voor digitale diensten en tot wijziging van Richtlijn 2000/31/EG (digitaledienstenverordening) (PbEU 2022, L 277)».

Artikel 5.4 (wijziging boek 6 van het Burgerlijk Wetboek)

Artikel 196c van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek vervalt.

Artikel 5.5 (wijziging Wet handhaving consumentenbescherming)

In artikel 8.2, derde lid, van de Wet handhaving consumentenbescherming wordt «de artikelen 196c, 227a, 227b en 227c van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek» vervangen door «de artikelen 227a, 227b en 227c van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek».

Artikel 5.5a (wijziging Uitvoeringswet digitalemarktenverordening)

Indien het bij koninklijke boodschap van 30 januari 2024 ingediende voorstel van wet tot Uitvoering van verordening (EU) 2022/1925 van het Europees Parlement en de Raad van 14 september 2022 over betwistbare en eerlijke markten in de digitale sector, en tot wijziging van Richtlijnen (EU) 2019/1937 en (EU) 2020/1828 (Uitvoeringswet digitalemarktenverordening) (36 495) tot wet is of wordt verheven, wordt na artikel 3 van die wet een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 3a (inzichtelijkheid meldingen)
De Autoriteit Consument en Markt maakt jaarlijks een overzicht openbaar van het aantal meldingen van niet-naleving van onderscheidenlijk artikel 5, 6 en 7 van de digitalemarktenverordening dat zij heeft ontvangen.

Artikel 3a (inzichtelijkheid meldingen)

De Autoriteit Consument en Markt maakt jaarlijks een overzicht openbaar van het aantal meldingen van niet-naleving van onderscheidenlijk artikel 5, 6 en 7 van de digitalemarktenverordening dat zij heeft ontvangen.

Artikel 5.6 (wijziging Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering)

Aan artikel 29 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering wordt een lid toegevoegd [waarvan de nummering aansluit op het laatste lid van dat artikel], luidende:

#.
Ingevolge de artikelen 9 en 10 van verordening (EU) 2022/2065 van het Europees Parlement en de Raad van 19 oktober 2022 betreffende een eengemaakte markt voor digitale diensten en tot wijziging van Richtlijn 2000/31/EG (digitaledienstenverordening) (PbEU 2022, L 277) verstrekt de griffier onverwijld een afschrift van vonnissen, arresten en beschikkingen die betrekking hebben op een bevel als bedoeld in de artikelen 9 en 10 van die verordening aan de Autoriteit Consument en Markt. Het achtste lid, tweede en derde volzin, is van toepassing.

Artikel 5.7 (wijziging van het Wetboek van Strafvordering)

Het Wetboek van Strafvordering wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan artikel 125p wordt een lid toegevoegd, luidende:

5.
Degene tot wie het bevel, bedoeld in het eerste lid, is gericht neemt in het belang van het onderzoek geheimhouding in acht omtrent al hetgeen hem ter zake van het bevel bekend is.
B

Artikel 126bb, vijfde lid, komt te luiden:

5.
Degene tot wie een vordering als bedoeld in de artikelen 126n, 126na, 126nc tot en met 126ni, 126u, 126ua, 126uc tot en met 126ui, 126zh, 126zi en 126zja tot en met 126zp is gericht neemt in het belang van het onderzoek geheimhouding in acht omtrent al hetgeen hem ter zake van de vordering bekend is.
C

In artikel 126na, derde lid, wordt «artikel126bb» vervangen door «artikel 126bb, eerste tot en met vierde lid,».

D

In artikel 126ua, derde lid, wordt «artikel126bb» vervangen door «artikel 126bb, eerste tot en met vierde lid,».

E

In artikel 126ii, tweede lid, wordt «Artikel126bb» vervangen door «Artikel 126bb, eerste tot en met vierde lid,».

Artikel 6.0 (evaluatie)

Onze Minister van Economische Zaken zendt, in overeenstemming met Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, in 2027 aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze wet in de praktijk, waarbij in het bijzonder aandacht wordt besteed aan het toezicht en de handhaving door de Autoriteit Consument en Markt en de Autoriteit persoonsgegevens en aan hun onderlinge samenwerking, alsmede aan de samenwerking met de Europese Commissie, het openbaar ministerie en andere bevoegde autoriteiten als bedoeld in artikel 49, eerste lid, van de digitaledienstenverordening van andere lidstaten, en aan de samenwerkingsprotocollen die deze samenwerkingen vormgeven.

Artikel 6.1 (samenloop)

Indien het bij koninklijke boodschap van 30 januari 2024 ingediende voorstel van wet tot uitvoering van verordening (EU) 2022/1925 van het Europees Parlement en de Raad van 14 september 2022 over betwistbare en eerlijke markten in de digitale sector, en tot wijziging van Richtlijnen (EU) 2019/1937 en (EU) 2020/1828 (Uitvoeringswet digitalemarktenverordening) (Kamerstukken 36 495) tot wet is of wordt verheven en die wet later in werking treedt dan deze wet, komt artikel 5, eerste lid, van die wet te luiden:

10.
Ingevolge artikel 39, tweede lid, van verordening (EU) 2022/1925 van het Europees Parlement en de Raad van 14 september 2022 over betwistbare en eerlijke markten in de digitale sector, en tot wijziging van Richtlijnen (EU) 2019/1937 en (EU) 2020/1828 (digitalemarktenverordening) (PbEU 2022, L 265) verstrekt de griffier onverwijld een afschrift van vonnissen, arresten en beschikkingen met betrekking tot de toepassing van die verordening aan de Europese Commissie. Het achtste lid, tweede en derde volzin, is van toepassing.

Artikel 6.2 (inwerkingtreding)

Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 6.3 (citeertitel)

Deze wet wordt aangehaald als: Uitvoeringswet digitaledienstenverordening.

Wetswijzigingen integreren met je processen? Probeer Way 3 weken gratis.