Part of Smart Yellow Suite

WGK014935
Wijziging Besluit kwaliteit kinderopvang kwaliteit BSO en BIO dagopvang

Updates ontvangen over deze regeling? Log in

Overheid.nl - XML - JSON

Type Algemene Maatregel van Bestuur
Fase Bekendmaking
Ministerie Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Datum uitgave 20 april 2023
Datum inwerkingtreding -
Per KB Nee

Documenten

stb-2024-64 (PDF)

Besluit van 15 maart 2024 tot wijziging van het Besluit kwaliteit kinderopvang in verband met het inzetten van beroepskrachten in opleiding als vaste beroepskracht in de dagopvang en wijzigingen met betrekking tot de beroepskracht-kind ratio, kindercentrum-overstijgend opvangen en het inzetten van andersgekwalificeerde beroepskrachten voor de buitenschoolse opvang

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 30 oktober 2023, nr. 2023-0000547501;

Gelet op de artikelen 1.49, tweede lid, en 1.50, tweede lid, onderdelen b, c, d, e, g en h, van de Wet kinderopvang;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 13 december 2023, nr. W12.23.00322/III);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 13 maart 2024, nr. 2024-0000071763

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I. WIJZIGING BESLUIT KWALITEIT KINDEROPVANG

Het Besluit kwaliteit kinderopvang wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1 worden in de alfabetische volgorde de volgende begripsbepalingen ingevoegd:

B

Aan artikel 7 worden twee leden toegevoegd, luidende:

11.
Op een stamgroep waar een of meerdere beroepskrachten in opleiding worden ingezet, wordt ten minste een beroepskracht per dag ingezet.
12.
Andersgekwalificeerde beroepskrachten worden niet ingezet als beroepskracht in de dagopvang.
C

Na artikel 9a wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 9b. Beroepskracht in opleiding als vaste beroepskracht
In afwijking van artikel 9, vierde en vijfde lid, kan een beroepskracht in opleiding als vaste beroepskracht aan een kind worden toegewezen, indien:
  1. de beroepskracht in opleiding meegeteld wordt bij de berekening van het minimaal aantal in te zetten beroepskrachten op grond van artikel 7;
  2. de beroepskracht in opleiding het eerste leerjaar van de kwalificerende opleiding aantoonbaar heeft afgerond, en
  3. de beroepskracht in opleiding, de praktijkbegeleider en de opleidingsbegeleider schriftelijk ingestemd hebben met een door hen opgesteld begeleidingsplan en er conform het opgestelde begeleidingsplan wordt gehandeld.
D

Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:

  1. de overwegingen van de houder met betrekking tot de verhouding tussen het minimaal aantal in te zetten beroepskrachten en het aantal aanwezige kinderen in het kindercentrum, waarbij in ieder geval ingegaan wordt op de verdeling van het aantal beroepskrachten over de verschillende basisgroepen, de behoeften van het kind, de vormgeving van de basisgroepen en de stabiliteit van de opvang.
  1. de wijze waarop kindercentrum-overstijgende opvang op schoolvrije dagen wordt vormgegeven, waarbij in ieder geval wordt ingegaan op:
    1. de wijze waarop invulling wordt gegeven aan verantwoorde kinderopvang;
    2. de geregistreerde voorzieningen van de houder waar deze opvang plaats kan vinden;
    3. de wijze waarop dit van toegevoegde waarde is voor de ontwikkeling van het kind, en
    4. de wijze waarop kinderen worden toegewezen aan een basisgroep, en
  2. de wijze waarop deskundigheid van andersgekwalificeerde beroepskrachten bijdraagt aan het activiteitenaanbod van het kindercentrum en de ontwikkeling van het kind.
4.
De houder informeert de ouders over de schoolvrije dagen waarop kindercentrum-overstijgende opvang plaats zal vinden en de vormgeving hiervan, bedoeld in het derde lid, onderdeel g.
E

Artikel 16 wordt als volgt gewijzigd:

10.
Bij de inzet van een andersgekwalificeerde beroepskracht is ter ondersteuning van deze andersgekwalificeerde beroepskracht ten minste een andere beroepskracht op het kindercentrum of op de locatie van een activiteit aanwezig.
F

Artikel 18 wordt als volgt gewijzigd:

6.
Gedurende schoolvrije dagen kan kindercentrum-overstijgende opvang op een voorziening voor buitenschoolse opvang plaatsvinden zonder dat daarover iets is overeengekomen in de in artikel 1.52, eerste lid, van de wet, bedoelde overeenkomst.
7.
Het eerste lid, tweede zin, en het vierde lid zijn niet van toepassing op kindercentrum-overstijgende opvang gedurende schoolvrije dagen.
G

Artikel 9b. Beroepskracht in opleiding als vaste beroepskracht

In afwijking van artikel 9, vierde en vijfde lid, kan een beroepskracht in opleiding als vaste beroepskracht aan een kind worden toegewezen, indien:

ARTIKEL II. INWERKINGTREDING

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 juli 2024.

Wetswijzigingen integreren met je processen? Probeer Way 3 weken gratis.