Wet van 26 juni 2024 tot wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met het schrappen van de grondslag voor kwaliteitsbekostiging in het hoger onderwijs
Samenvatting
Het wetsvoorstel regelt het schrappen van de grondslag voor kwaliteitsafspraken in het hoger onderwijs. In de beleidsbrief hoger onderwijs en wetenschap (Kamerstukken II 2021/22, 31288, nr. 964) is opgenomen dat per 2025 de investeringen vanuit het studievoorschot structureel aan de instellingen toegekend worden via de lumpsum bekostiging.
Wet van 26 juni 2024 tot wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met het schrappen van de grondslag voor kwaliteitsbekostiging in het hoger onderwijs
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de grondslag voor kwaliteitsbekostiging in het hoger onderwijs te schrappen teneinde te zorgen voor meer rust en ruimte in het stelsel van bekostiging;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
ARTIKEL I. WIJZIGING VAN DE WET OP HET HOGER ONDERWIJS EN WETENSCHAPPELIJK ONDERZOEK
Artikel 2.6 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek wordt als volgt gewijzigd:
ARTIKEL II. VERVALLEN ONDERLIGGENDE REGELGEVING
In artikel 1.1 van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008 vervallen de begripsomschrijvingen «kwaliteitsbekostiging» en «kwaliteitsthema», alsmede hoofdstuk 4, afdeling 5.
ARTIKEL IIA. WIJZIGING VAN DE WET HERINVOERING BASISBEURS HOGER ONDERWIJS
Aan artikel V van de Wet herinvoering basisbeurs hoger onderwijs wordt een volzin toegevoegd, luidende:
In dat besluit kan worden bepaald dat artikel I, onderdeel Y, voor zover het betreft artikel 12.30, derde en zesde lid, van de Wet studiefinanciering 2000, terugwerkt tot en met 1 september 2023.
ARTIKEL III. INWERKINGTREDING
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
Besluit van 5 juli 2024, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet van 26 juni 2024 tot wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met het schrappen van de grondslag voor kwaliteitsbekostiging in het hoger onderwijs (Stb. 2024, 200) en houdende wijziging van het Besluit van 6 juni 2023, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet herinvoering basisbeurs hoger onderwijs en het Besluit van 6 juni 2023 tot wijziging van het Besluit studiefinanciering 2000 ten behoeve van de nadere uitwerking van de verstrekking van een tegemoetkoming aan studenten die onder het studievoorschotstelsel hebben gestudeerd, de omzetting van de studievoorschotvoucher in een tegemoetkoming en het doorvoeren van technische wijzigingen in verband met het herinvoeren van de basisbeurs in het hoger onderwijs en houdende vaststelling van het tijdstip, bedoeld in artikel 12.15, vijfde lid, van de Wet studiefinanciering 2000 (Stb. 2023, 188)
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 2 juli 2024, nr. WJZ/46639976 (ID14774);
Gelet op artikel III van de Wet van 26 juni 2024 tot wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met het schrappen van de grondslag voor kwaliteitsbekostiging in het hoger onderwijs (Stb. 2024, 200) en artikel V van de Wet herinvoering basisbeurs hoger onderwijs;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Artikel 1
De Wet van 26 juni 2024 tot wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met het schrappen van de grondslag voor kwaliteitsbekostiging in het hoger onderwijs (Stb. 2024, 200) treedt in werking met ingang van 1 januari 2025, met uitzondering van artikel IIA, dat in werking treedt met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst.
Artikel 2
Artikel 1, onderdeel d, van het Besluit van 6 juni 2023, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet herinvoering basisbeurs hoger onderwijs en het Besluit van 6 juni 2023 tot wijziging van het Besluit studiefinanciering 2000 ten behoeve van de nadere uitwerking van de verstrekking van een tegemoetkoming aan studenten die onder het studievoorschotstelsel hebben gestudeerd, de omzetting van de studievoorschotvoucher in een tegemoetkoming en het doorvoeren van technische wijzigingen in verband met het herinvoeren van de basisbeurs in het hoger onderwijs en houdende vaststelling van het tijdstip, bedoeld in artikel 12.15, vijfde lid, van de Wet studiefinanciering 2000 (Stb. 2023, 188) komt te luiden:
artikel I, onderdeel Y, voor zover het betreft artikel 12.30, dat in werking treedt met ingang van 1 januari 2025, met dien verstande dat artikel 12.30, derde en zesde lid, terugwerkt tot en met 1 september 2023.