Part of Smart Yellow Suite

WGK014651
Verzamelwet VWS 2023

Updates ontvangen over deze regeling? Log in

Overheid.nl - XML - JSON

Type Wet
Fase Bekendmaking
Ministerie Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Datum uitgave 19 januari 2023
Datum inwerkingtreding -
Per KB Ja

Opschrift

Voorstel van wet tot wijziging van een aantal wetten op het terrein van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Verzamelwet VWS 2023)

Samenvatting

Dit wetsvoorstel voor een Verzamelwet VWS 2023 strekt ertoe in een aantal wetten op het terrein van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport abusievelijke onvolkomenheden weg te nemen.

Documenten

stb-2024-291 (PDF)

Wet van 2 oktober 2024, houdende wijziging van een aantal wetten op het terrein van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Verzamelwet VWS 2023)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om in een aantal wetten op het terrein van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport wijzigingen en correcties van wetstechnische of anderszins beperkte aard aan te brengen;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Alcoholwet wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 11d, tweede lid, wordt «Bij algemene maatregel van bestuur» vervangen door «Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur».

B

Artikel 14, tweede lid, komt te luiden:

2.
Het is verboden een horecalokaliteit of een terras tevens in gebruik te hebben voor het uitoefenen van de kleinhandel of zelfbedieningsgroothandel of het uitoefenen van een van de in het derde lid genoemde activiteiten, dan wel toe te laten dat daarin zodanige handel wordt of zodanige activiteiten worden uitgeoefend, tenzij het betreft:
  1. de verkoop van etenswaren die voor consumptie gereed zijn; of
  2. oorpluggen, -dopjes of -stopjes die in de gehoorgang kunnen worden geplaatst ter bescherming van het gehoor.
C

Artikel 15 wordt als volgt gewijzigd:

2.
Het in het eerste lid bedoelde verbod op de uitoefening van de kleinhandel is niet van toepassing op de kleinhandel in:
  1. condooms en damesverband;
  2. oorpluggen, -dopjes of -stopjes die in de gehoorgang kunnen worden geplaatst ter bescherming van het gehoor.
Ca

Aan artikel 41 wordt een lid toegevoegd, luidende:

3.
In afwijking van het eerste lid zijn met het toezicht op naleving van het verbod, bedoeld in de artikelen 14, tweede lid, en 15, eerste lid, voor zover het tabaksproducten en aanverwante producten in de zin van de Tabaks- en rookwarenwet betreft, de op grond van artikel 13 van die Wet aangewezen ambtenaren of andere personen belast.
D

Artikel 44b, derde lid, vervalt, onder vernummering van het vierde lid tot derde lid.

E

Na artikel 48d wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 48e
1.
Indien de tot een inrichting behorende lokaliteiten die op 30 september 1967 in gebruik waren voor de verstrekking van alcoholhoudende drank in de uitoefening van het horecabedrijf of slijtersbedrijf, toen wel voldeden aan de ingevolge de Drankwet (Stb. 1931, 476) met betrekking tot hun afmetingen geldende eisen maar niet in overeenstemming zijn met de eisen, ter zake van de afmetingen van lokaliteiten voor die uitoefening gesteld krachtens artikel 10 van de onderhavige wet, worden zij nochtans geacht aan de ingevolge dat artikel voor de uitoefening van dat bedrijf geldende afmetingseisen te voldoen.
2.
Het eerste lid geldt niet:
  1. indien één of meer van de in dat lid bedoelde lokaliteiten van de inrichting inmiddels in enig opzicht zijn verkleind of een verandering in hun bestemming hebben ondergaan;
  2. indien de uitoefening van het betrokken bedrijf in de inrichting na 30 september 1967 gedurende een jaar anders dan wegens overmacht ononderbroken gestaakt is geweest.
3.
Het tweede lid, onder a, is niet van toepassing:
  1. met betrekking tot verkleiningen, strekkende tot aanpassing van de inrichting aan ingevolge artikel 10 geldende, andere dan de in het eerste lid bedoelde eisen;
  2. met betrekking tot wijzigingen ten aanzien waarvan Onze Minister, van oordeel zijnde dat daartegen uit het oogpunt van sociale hygiëne geen overwegende bezwaren bestaan, op aanvraag van de ondernemer die bepaling buiten toepassing heeft verklaard.
4.
In een met toepassing van het eerste lid verleende vergunning wordt mede vermeld op welke lokaliteiten die toepassing betrekking heeft.

Artikel 48e

ARTIKEL II

De Jeugdwet wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1.1 wordt in de begripsbepaling van woonplaats, onder 2°, «Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 of» vervangen door «Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, in een instelling voor verblijf als bedoeld in artikel 3.1.1, eerste lid, onder a, van de Wet langdurige zorg,».

B

In artikel 2.11, vierde lid, wordt «krachtens het tweede lid» vervangen door «krachtens het derde lid».

ARTIKEL IIA

De Opiumwet 1960 BES wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

B

In artikel 2 wordt de komma vervangen door «en».

C

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

2.
Onze Minister kan bereidingen aanwijzen als bedoeld in het eerste lid, onderdeel e, waarop het eerste lid geheel of ten dele niet van toepassing is.
4.
Onder omzetten als bedoeld in het eerste lid, onderdeel D, wordt alleen het omzetten langs scheikundige weg verstaan. Daaronder wordt niet het omzetten verstaan van alkaloïden in hun zouten.
D

In artikel 3a, eerste lid, wordt de komma aan het slot van de onderdelen A en B telkens vervangen door een puntkomma.

E

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

F

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

G

Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:

H

Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:

3.
De volgende verboden zijn niet van toepassing op hen die aantonen dat zij deze middelen in de bevonden hoeveelheid nodig hebben voor de uitoefening van de geneeskunde, tandheelkunde of diergeneeskunde of voor eigen geneeskundig gebruik of volgens wettelijk voorschrift in voorraad moeten hebben en langs wettige weg verkregen hebben:
  1. artikel 3, eerste lid, onderdeel B, voor zover het betreft het vervoeren;
  2. artikel 3, eerste lid, onderdeel C, voor zover het betreft de in dat lid, onderdelen a, c, d, e en f genoemde middelen;
  3. artikel 3a, eerste lid, onderdeel C;
  4. artikel 4, eerste lid, onderdeel B, voor zover het betreft de in dat lid, onderdelen a en b genoemde middelen.
4.
De volgende verboden zijn niet van toepassing op hen die aantonen dat zij deze middelen vervoeren in opdracht van een daartoe bevoegde:
  1. artikel 3, eerste lid, onderdeel B, voor zover het betreft het vervoeren;
  2. artikel 3, eerste lid, onderdeel C, voor zover het betreft het bezitten en aanwezig hebben;
  3. artikel 3a, eerste lid, onderdeel B, voor zover het betreft het vervoeren;
  4. artikel 3a, eerste lid, onderdeel C, voor zover het betreft het bezitten en aanwezig hebben;
  5. artikel 4, eerste lid, onderdeel B, met betrekking tot de in dat lid, onderdelen a en b, bedoelde middelen en voor zover het betreft het bezitten en aanwezig hebben.
I

Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:

J

In artikel 9, eerste lid, onder a, wordt «Justitie» vervangen door «Justitie en Veiligheid».

K

In artikel 9a, tweede lid, vervalt de komma na «alle plaatsen», vervalt de komma na «zijn», vervalt de komma na «officier van justitie», wordt «hulp-officier» vervangen door «hulpofficier van justitie», wordt «procesverbaal» vervangen door «proces-verbaal» en vervalt de komma na «degene».

L

In artikel 9b, eerste lid, vervalt de komma na «ladingen» en vervalt de komma na «onderwerpen».

M

Artikel 9c wordt als volgt gewijzigd:

N

In artikel 10a, eerste lid, wordt «artikelen 3, eerste lid, onderdelen A, B, of D 3a» vervangen door «artikelen 3, eerste lid, onderdelen A, B of D, 3a».

O

In artikel 10b, eerste lid, wordt «artikel 3, eerste lid, onderdelen A, B, of D» vervangen door «de artikelen 3, eerste lid, onderdelen A, B of D».

P

Artikel 10c wordt als volgt gewijzigd:

Q

Artikel 11 wordt als volgt gewijzigd:

4.
De gebruiker, huurder of eigenaar van een voertuig, vaartuig of luchtvaartuig, gebouw, erf of besloten terrein, waar een of meer van de in de artikelen 3, 3a en 4, eerste lid, bedoelde middelen aanwezig worden bevonden, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste vier maanden of een geldboete van de derde categorie, dan wel met beide straffen, indien niet blijkt dat die aanwezigheid aldaar geoorloofd is. Degene is niet strafbaar, indien blijkt dat diegene alle nodige maatregelen heeft genomen om de ongeoorloofde aanwezigheid van de middelen te voorkomen.
R

In artikel 11a wordt «Hij» vervangen door «Degene», wordt «feit, bedoeld» vervangen door «feit als bedoeld», wordt «3a, eerste lid, onderdeel A, B of D» vervangen door «3a, eerste lid, onderdeel A of B,», wordt de komma na «verschaffen» telkens vervangen door een puntkomma, wordt «hij» vervangen door «degene», wordt «vier en twintig» vervangen door «vierentwintig», vervalt in onderdeel c «ten hoogste» en wordt «straffen bedoeld» vervangen door «straffen als bedoeld».

S

Artikel 11b wordt als volgt gewijzigd:

T

Artikel 11c wordt als volgt gewijzigd:

U

Artikel 11d komt te luiden:

Artikel 11d
Voor de toepassing van de artikelen 11a tot en met 11c worden onder voorwerpen mede verstaan voer- en vaartuigen en stoffen.
V

Artikel 14 wordt als volgt gewijzigd:

2.
Op feiten die vallen onder een strafbepaling van deze wet, zijn de strafbepalingen niet van toepassing die voorkomen in wetten die gaan over de invoerrechten en accijnzen.

Artikel 11d

Voor de toepassing van de artikelen 11a tot en met 11c worden onder voorwerpen mede verstaan voer- en vaartuigen en stoffen.

ARTIKEL III

De Tabaks- en rookwarenwet wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, eerste lid, komt de begripsbepaling van grensoverschrijdende verkoop op afstand te luiden:

B

Artikel 9a, derde lid, vervalt.

Ba

Artikel 11c, vierde lid, vervalt.

C

In artikel 12 wordt na «artikel 9, derde lid,» ingevoegd «artikel 9a, eerste lid,».

ARTIKEL IIIA

Artikel 11 van de Wet afbreking zwangerschap wordt als volgt gewijzigd:

ARTIKEL IV

Indien de Wet van 16 januari 2023 tot wijziging van de Wet afbreking zwangerschap alsmede enkele andere wetten in verband met de legale medicamenteuze afbreking van de zwangerschap via de huisarts (Stb. 2023, 43) in werking treedt, wordt in artikel 6a, derde lid, van de Wet afbreking zwangerschap «algemene maatregel van bestuurd» vervangen door «algemene maatregel van bestuur».

ARTIKEL IVA

Aan artikel 4.2.6 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 worden twee leden toegevoegd, luidende:

8.
Een vertrouwenspersoon is tot geheimhouding verplicht van hetgeen in de uitvoering van zijn taak aan hem is toevertrouwd, tenzij enig wettelijk voorschrift hem tot mededeling verplicht, uit zijn taak de noodzaak tot mededeling voortvloeit of de persoon die hij in het kader van het eerste lid ondersteunt toestemming geeft om vertrouwelijke informatie te delen.
9.
Een vertrouwenspersoon kan zich op grond van zijn geheimhoudingsplicht verschonen van het geven van getuigenis of het beantwoorden van vragen in een klachtprocedure of een rechterlijke procedure.

ARTIKEL V

De Wet marktordening gezondheidszorg wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 40b wordt als volgt gewijzigd:

5.
In afwijking van het eerste lid kunnen bij ministeriële regeling regels gesteld worden over het geheel of gedeeltelijk niet openbaar maken van de jaarverantwoording door zorgaanbieders die op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata, hebben voldaan aan ten minste twee van de in artikel 395a, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek genoemde vereisten. De artikelen 395a, tweede lid, en 398, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek zijn van overeenkomstige toepassing.
6.
Bij ministeriële regeling, bedoeld in het vijfde lid, worden regels gesteld over:
  1. de wijze en het tijdstip waarop de niet-openbare jaarverantwoording wordt overgelegd aan Onze Minister; en
  2. het verstrekken van de niet-openbare jaarverantwoording aan door Onze Minister aan te wijzen organisaties.
B

In artikel 86, eerste lid, wordt na «3,» ingevoegd «17, zevende lid,» en wordt «2828a, zesde lid,» vervangen door «28, 28a, zesde lid,».

ARTIKEL VI

De Wet medische hulpmiddelen wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 5 worden, onder vernummering van het tweede lid tot vierde lid, twee leden ingevoegd, luidende:

2.
In afwijking van artikel 17, tweede lid, van Verordening (EU) 2017/745 is herverwerking en gebruik van hulpmiddelen voor eenmalig gebruik in een zorginstelling toegestaan onder de voorwaarden van artikel 17, derde lid, van Verordening (EU) 2017/745.
3.
Het tweede lid is van overeenkomstige toepassing op hulpmiddelen voor eenmalig gebruik die op verzoek van een zorginstelling door een externe herverwerker worden herverwerkt, mits het herverwerkte hulpmiddel in zijn geheel wordt terugbezorgd aan die zorginstelling en de externe herverwerker voldoet aan de vereisten in artikel 17, derde lid, onderdelen a en b, van Verordening (EU) 2017/745.
B

Artikel 5a vervalt.

C

Aan artikel 8 wordt een lid toegevoegd, luidende:

5.
Van de toepassing van artikel 59, eerste lid, van Verordening (EU) 2017/745, of artikel 54, eerste lid, van Verordening (EU) 2017/746, doet de ingevolge het vierde lid aangewezen autoriteit, zo spoedig mogelijk mededeling in de Staatscourant.
D

Artikel 23, derde lid, wordt als volgt gewijzigd:

  1. van toepassing op medische hulpmiddelen als bedoeld in artikel 120, vierde lid, van Verordening (EU) 2017/745, en op medische hulpmiddelen voor in-vitrodiagnostiek als bedoeld in artikel 110, vierde lid, van Verordening (EU) 2017/746;

ARTIKEL VII

Aan artikel 14 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg wordt een lid toegevoegd, luidende:

13.
Het vierde en twaalfde lid zijn niet van toepassing op een regeling als bedoeld in het tweede lid, onderdeel c, voor zover die strekt tot wijziging van de bedragen, bedoeld in dat onderdeel, overeenkomstig de ontwikkeling van de consumentenprijsindex sinds de vorige wijziging van de bedragen en de organisatie mededeling doet van de wijziging van de bedragen op de eigen website en de bedragen op de website plaatst.

ARTIKEL VIIA

Artikel 26a, zesde lid, van de Wet op de geneesmiddelenvoorziening BES, komt te luiden:

6.
Onze Minister beslist niet eerder tot toekenning, weigering of intrekking van een vergunning als bedoeld in het eerste lid, dan nadat een bij Onze Minister aan te wijzen commissie is gehoord. Bij regeling van Onze Minister kunnen regels worden gesteld over de uitvoering van de werkzaamheden van de commissie.

ARTIKEL VIII

Artikel 4 van de Wet op de organisatie ZorgOnderzoek Nederland wordt als volgt gewijzigd:

ARTIKEL VIIIa

De Wet toetreding zorgaanbieders wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

B

In artikel 5, eerste lid wordt «vierde lid» vervangen door «derde lid».

C

In artikel 11 wordt «4, eerste tot en met derde lid,» vervangen door «4, eerste en tweede lid,».

D

Na artikel 17 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 17a
Een instelling die op het moment van inwerkingtreding van artikel VIIIa, onderdeel A, van de Verzamelwet VWS 2023, ingevolge dit artikel voor het eerst over een toelatingsvergunning als bedoeld in artikel 4, eerste lid, moet beschikken, verkrijgt van rechtswege een toelatingsvergunning.

Artikel 17a

Een instelling die op het moment van inwerkingtreding van artikel VIIIa, onderdeel A, van de Verzamelwet VWS 2023, ingevolge dit artikel voor het eerst over een toelatingsvergunning als bedoeld in artikel 4, eerste lid, moet beschikken, verkrijgt van rechtswege een toelatingsvergunning.

ARTIKEL VIIIA

In artikel 1 van de Wet publieke gezondheid wordt het tweede onderdeel ac verletterd tot onderdeel ad.

ARTIKEL VIIIB

In artikel 29 van de Wet uitvoering antidopingbeleid wordt «Wet van xxxx» vervangen door «Wet van 19 april 2023» en wordt «(Stb. xxxx, xxx)» vervangen door «(Stb. 2023, 143)».

ARTIKEL IX

De Zorgverzekeringswet wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 39 wordt als volgt gewijzigd:

  1. de bijdragen, bedoeld in artikel 68b, vijfde lid.
  1. de vergoedingen, bedoeld in artikel 68b, eerste lid.
B

Na artikel 68a wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 68b
1.
Een persoon die met toepassing van een verordening van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie, toepassing van zodanige verordening krachtens de overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte dan wel toepassing van een verdrag met het Verenigd Koninkrijk met terugwerkende kracht van langer dan vier maanden verzekeringsplichtig wordt ingevolge deze wet, kan bij het CAK een vergoeding aanvragen voor kosten van zorg.
2.
Voor vergoeding komen uitsluitend in aanmerking de kosten van zorg die een persoon als bedoeld in het eerste lid heeft ontvangen in de periode gelegen tussen de ingangsdatum van de verzekeringsplicht voor deze wet en het moment waarop hij van het CAK een kennisgeving heeft ontvangen van de verplichting om een zorgverzekering af te sluiten of, als dat eerder is, het moment waarop hij krachtens een zorgverzekering verzekerd is.
3.
Kosten van zorg die is aangevangen in en ontvangen na de periode, bedoeld in het tweede lid, worden toegerekend aan de periode waarin de zorg is aangevangen, indien de kosten door de zorgaanbieder in één bedrag in rekening zijn gebracht.
4.
Het CAK beslist op de aanvraag van de vergoeding.
5.
Een persoon waaraan de vergoeding is verleend, is voor zover deze in de periode, bedoeld in het tweede lid, achttien jaar of ouder was, een bijdrage verschuldigd, die voor de toepassing van de Wet op de zorgtoeslag geheel of gedeeltelijk als premie voor een zorgverzekering wordt beschouwd.
6.
Het CAK stelt de bijdrage ambtshalve vast en zendt een afschrift van de beschikking aan de Belastingdienst/Toeslagen.
7.
Het CAK:
  1. is bevoegd de vergoeding te verrekenen met de bijdrage;
  2. kan de bijdrage bij dwangbevel invorderen.
8.
Het CAK:
  1. gebruikt voor de uitvoering van dit artikel het burgerservicenummer van personen als bedoeld in het eerste lid;
  2. is bevoegd tot het verwerken van persoonsgegevens, waaronder persoonsgegevens betreffende de gezondheid als bedoeld in artikel 9 van de Algemene verordening gegevensbescherming, van de personen, bedoeld in het eerste lid, die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van dit artikel.
9.
Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld over:
  1. de aanvraag van de vergoeding en de besluitvorming daarover, met inbegrip van beslistermijnen;
  2. de kosten van zorg die voor vergoeding in aanmerking komen;
  3. de voorwaarden waaronder de vergoeding kan worden verleend;
  4. de verplichtingen die aan de vergoeding kunnen worden verbonden;
  5. de hoogte van de vergoeding en de wijze van betaling daarvan;
  6. de hoogte van de bijdrage en de besluitvorming daarover;
  7. het deel van de bijdrage dat als premie voor de zorgverzekering wordt beschouwd;
  8. de verwerking van de persoonsgegevens, bedoeld in het achtste lid.
10.
De zorgverzekering, afgesloten door een persoon als bedoeld in het eerste lid, werkt, zo nodig in afwijking van artikel 925, eerste lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, terug indien zij ingaat binnen vier maanden na ontvangst van de kennisgeving, bedoeld in het eerste lid, tot en met de dag waarop die kennisgeving is ontvangen.
C

Artikel 89, vijfde lid, komt te luiden:

5.
De verstrekking aan Onze Minister op grond van artikel 88, eerste lid, of het eerste lid betreft, voor zover het gaat om persoonsgegevens als bedoeld in de Algemene verordening gegevensbescherming, waaronder gegevens over gezondheid als bedoeld in artikel 4, onderdeel 15 van die verordening, gegevens die noodzakelijk zijn voor de bepaling van de criteria, bedoeld in artikel 32, derde lid, of van het criterium, bedoeld in artikel 32, vierde lid, onderdeel b, of de statistische onderbouwing van de aan de criteria krachtens artikel 32, vierde lid, onderdeel c, gekoppelde bijdragen.

Artikel 68b

ARTIKEL X

In artikel 9 van bijlage 2 en in artikel 2 van bijlage 3 van de Algemene wet bestuursrecht wordt in de zinsnede met betrekking tot de Zorgverzekeringswet voor «69» ingevoegd «68b,».

ARTIKEL XI

De artikelen VII, VIII, IX, X, onderdeel A, subonderdeel 1, XIII, XIV, XVI, onderdeel A, subonderdeel 1, en onderdeel B, XVII, onderdeel B, subonderdeel 1, onder b, en onderdeel C, en XIX van de Verzamelwet VWS 2018 vervallen.

ARTIKEL XII

Artikel XXVI, onderdeel C, van de Verzamelwet VWS 2020 vervalt.

ARTIKEL XIII

In artikel 31h, tweede lid, van de Wet buitengewoon pensioen 1940–1945 wordt «artikel 69, tweede lid, van de Zorgverzekeringswet» vervangen door «artikel 68b, vijfde lid, of artikel 69, tweede lid, van de Zorgverzekeringswet».

ARTIKEL XIV

In artikel 35d, tweede lid, van de Wet buitengewoon pensioen Indisch verzet wordt «artikel 69, tweede lid, van de Zorgverzekeringswet» vervangen door «artikel 68b, vijfde lid, of artikel 69, tweede lid, van de Zorgverzekeringswet».

ARTIKEL XV

In artikel 28h, tweede lid, van de Wet buitengewoon pensioen zeelieden-oorlogsslachtoffers wordt «artikel 69, tweede lid, van de Zorgverzekeringswet» vervangen door «artikel 68b, vijfde lid, of artikel 69, tweede lid, van de Zorgverzekeringswet».

ARTIKEL XVI

De Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940–1945 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 20, eerste en tweede lid, en artikel 21, eerste en tweede lid, wordt «artikel 69, eerste lid, van de Zorgverzekeringswet» vervangen door «artikel 68b, eerste lid, of artikel 69, eerste lid, van de Zorgverzekeringswet».

B

In artikel 23a, tweede lid, wordt «artikel 69, tweede lid, van de Zorgverzekeringswet» vervangen door «artikel 68b, vijfde lid, of artikel 69, tweede lid, van de Zorgverzekeringswet».

ARTIKEL XVII

De Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940–1945 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 14, tweede en derde lid, en artikel 15, eerste en tweede lid, wordt «artikel 69, eerste lid, van de Zorgverzekeringswet» vervangen door «artikel 68b, eerste lid, of artikel 69, eerste lid, van de Zorgverzekeringswet».

B

In artikel 17a, tweede lid, wordt «artikel 69, tweede lid, van de Zorgverzekeringswet» vervangen door «artikel 68b, vijfde lid, of artikel 69, tweede lid, van de Zorgverzekeringswet».

ARTIKEL XVIII

De Wet langdurige zorg wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 3.2.3, vijfde lid, wordt «eerste lid, onder a,» vervangen door «eerste lid,».

B

In artikel 6.1.2, onderdeel g, wordt «artikel 69 van de Zorgverzekeringswet» vervangen door «de artikelen 68b, 69, 69a en 69b van de Zorgverzekeringswet».

ARTIKEL XIX

De Wet op de zorgtoeslag wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1, eerste lid, onderdeel c, komt als volgt te luiden:

B

Artikel 3 wordt vernummerd tot artikel 4a en wordt na artikel 4 opgenomen, en artikel 2a wordt vernummerd tot artikel 3.

C

In artikel 4a (nieuw) wordt onder vernummering van het derde lid tot vierde lid een lid ingevoegd, luidende:

3.
De aanspraak op een zorgtoeslag van een verzekerde met een partner die een persoon is als bedoeld in artikel 69 van de Zorgverzekeringswet, wordt berekend met toepassing van artikel 2, eerste lid, tweede zin, waarbij de standaardpremie, bedoeld in het eerste lid, in acht wordt genomen.
D

Onder vernummering van het derde lid tot vijfde lid worden in artikel 5 twee leden ingevoegd, luidende:

3.
De persoon, bedoeld in artikel 68b, vijfde lid, van de Zorgverzekeringswet, wordt geacht, zo nodig in afwijking van artikel 15, eerste lid, van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen, tijdig een aanvraag als bedoeld in laatstgenoemd artikel te hebben gedaan voor de berekeningsjaren in de periode gelegen tussen de ingangsdatum van de verzekeringsplicht voor de Zorgverzekeringswet en het moment waarop hij van het CAK een kennisgeving heeft ontvangen van de verplichting om een zorgverzekering af te sluiten.
4.
Voor de toepassing van artikel 16, eerste lid, van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen wordt in het geval, bedoeld in het derde lid, de aanvraag geacht te zijn gedaan op het moment waarop de Belastingdienst/Toeslagen van het CAK een afschrift heeft ontvangen van de beschikking, bedoeld in artikel 68b, zesde lid, van de Zorgverzekeringswet.

ARTIKEL XX

In artikel 47, tweede lid, van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen wordt «artikel 2a, eerste lid, van de Wet op de zorgtoeslag» vervangen door «artikel 3, eerste lid, van de Wet op de zorgtoeslag».

ARTIKEL XXI

ARTIKEL XXII

Deze wet wordt aangehaald als: Verzamelwet VWS 2023.

stb-2024-322 (PDF)

Besluit van 23 oktober 2024, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van een aantal onderdelen van de Verzamelwet VWS 2023

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 21 oktober 2024, kenmerk 3987050-1072765-WJZ;

Gelet op artikel XXI van de Verzamelwet VWS 2023;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

Wetswijzigingen integreren met je processen? Probeer Way 3 weken gratis.