Part of Smart Yellow Suite

WGK014034
Wijziging Besluit zorg en dwang in verband met onafhankelijke deskundige

Updates ontvangen over deze regeling? Log in

Overheid.nl - XML - JSON

Type Algemene Maatregel van Bestuur
Fase Bekendmaking
Ministerie Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Datum uitgave 18 mei 2022
Datum inwerkingtreding -
Per KB Nee

Opschrift

Wijziging van het Besluit zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten in verband met te stellen eisen aan de onafhankelijke deskundige en het herstellen van een technische onvolkomenheid

Samenvatting

Met dit wijzigingsbesluit wordt in het Besluit zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten de term externe deskundige vervangen door de term onafhankelijke deskundige, zodat in het besluit dezelfde termen worden gebruikt als in de Wet zorg en dwang. Daarnaast worden in dit besluit kwaliteitseisen voor onafhankelijke deskundigen opgenomen.

Documenten

stb-2024-282 (PDF)

Besluit van 30 september 2024, houdende wijziging van het Besluit zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten in verband met te stellen eisen aan de onafhankelijke deskundige en het herstellen van een technische onvolkomenheid

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 23 april 2024, kenmerk 3811494-1063287-WJZ;

Gelet op de artikelen 2a, eerste lid, en 8, vierde lid, van de Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 5 juni 2024, no. W13.24.00094/III);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 23 september 2024, kenmerk 3845190-1063287-WJZ;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Besluit zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 2.2, eerste lid, onderdeel d, subonderdeel 6° wordt «onvrijwillige» vervangen door «onvrijwillige zorg».

B

Artikel 3.1 komt te luiden:

Artikel 3.1
1.
De onafhankelijke deskundige, bedoeld in artikel 11 van de wet, is een zorgverlener of een deskundige die beroepsmatig werkzaam is op het gebied van zorg en heeft aantoonbare kennis van en ervaring met de problematiek van de cliënt alsmede aantoonbare kennis van en ervaring met het voorkomen en afbouwen van onvrijwillige zorg voor de doelgroep waartoe de betrokken cliënt behoort.
2.
De onafhankelijke deskundige is gedurende ten minste één jaar niet betrokken geweest bij de behandeling van of de zorg aan de betrokken cliënt en functioneert onafhankelijk van de zorgaanbieder.

Artikel 3.1

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2025.

stb-2025-282 (PDF)

Besluit van 7 oktober 2025, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de artikelen V tot en met VII van de Wet van 26 juni 2013 tot wijziging van onder meer de Wet educatie en beroepsonderwijs ten behoeve van het bevorderen van doelmatige leerwegen in het beroepsonderwijs en het moderniseren van de bekostiging van het beroepsonderwijs (Stb. 2013, 288) en enkele daarmee samenhangende onderdelen van andere wetten

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 2 oktober 2025, nr. WJZ/52860310;

Gelet op artikel XII, eerste lid, van de Wet van 26 juni 2013 tot wijziging van onder meer de Wet educatie en beroepsonderwijs ten behoeve van het bevorderen van doelmatige leerwegen in het beroepsonderwijs en het moderniseren van de bekostiging van het beroepsonderwijs ( Stb. 2013, 288), artikel VI van de Wet van 5 oktober 2016, houdende wijziging van de Wet educatie en beroepsonderwijs en enkele andere wetten ter invoering van een vroegtijdige aanmelddatum voor en toelatingsrecht tot het beroepsonderwijs ( Stb. 2016, 362), artikel XIII, eerste lid, van de Wet van 22 februari 2017 tot wijziging van enkele onderwijswetten om deze meer te laten aansluiten bij de Algemene wet bestuursrecht en om de overgangsbepalingen voor onderwijshuisvesting in Caribisch Nederland te verlengen en aanpassing van de Wet studiefinanciering BES om die in overeenstemming te brengen met de uitvoeringspraktijk ( Stb. 2017, 80), artikel XII van de Wet van 20 mei 2020 tot wijziging van onder andere de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet educatie en beroepsonderwijs en de Leerplichtwet 1969 in verband met de versterking van het beroepsonderwijs, door het wettelijk mogelijk maken van doorlopende leerroutes vmbo-mbo (sterk beroepsonderwijs) ( Stb. 2020, 157), artikel XXIII, eerste lid, van de Verzamelwet OCW 2021 en artikel VII van de Wet van 23 februari 2022 tot wijziging van onder meer de Wet educatie en beroepsonderwijs met het oog op de verbetering van de rechtsbescherming van mbo-studenten ( Stb. 2022, 134);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

In onderdeel b van het enig artikel van het Besluit van 17 juni 2020, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet van 20 mei 2020 tot Wijziging van onder andere de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet educatie en beroepsonderwijs en de Leerplichtwet 1969 in verband met de versterking van het beroepsonderwijs, door het wettelijk mogelijk maken van doorlopende leerroutes vmbo-mbo (sterk beroepsonderwijs) ( Stb. 2020, 157) ( Stb. 2020, 208) vervalt «, die in werking treden op het tijdstip waarop artikel V, onderdelen K en L, van de Wet van 26 juni 2013 tot wijziging van onder meer de Wet educatie en beroepsonderwijs ten behoeve van het bevorderen van doelmatige leerwegen in het beroepsonderwijs en het moderniseren van de bekostiging van het beroepsonderwijs (Stb. 2013, 288) in werking treedt».

Artikel 2

De artikelen V, met uitzondering van de onderdelen E, P, Q, S, voor zover het betreft artikel 8.2.1, zevende lid, en T, VI en VII van de Wet van 26 juni 2013 tot wijziging van onder meer de Wet educatie en beroepsonderwijs ten behoeve van het bevorderen van doelmatige leerwegen in het beroepsonderwijs en het moderniseren van de bekostiging van het beroepsonderwijs ( Stb. 2013, 288) treden in werking met ingang van 1 januari 2026.

Artikel 3

Artikel IV, onderdelen C, D en E, van de Wet van 5 oktober 2016, houdende wijziging van de Wet educatie en beroepsonderwijs en enkele andere wetten ter invoering van een vroegtijdige aanmelddatum voor en toelatingsrecht tot het beroepsonderwijs ( Stb. 2016, 362) treedt in werking met ingang van 1 januari 2026.

Artikel 4

Artikel IX, onderdelen B en D, van de Wet van 22 februari 2017 tot wijziging van enkele onderwijswetten om deze meer te laten aansluiten bij de Algemene wet bestuursrecht en om de overgangsbepalingen voor onderwijshuisvesting in Caribisch Nederland te verlengen en aanpassing van de Wet studiefinanciering BES om die in overeenstemming te brengen met de uitvoeringspraktijk ( Stb. 2017, 80) treedt in werking met ingang van 1 januari 2026.

Artikel 5

Artikel XI, onder 1, onderdelen F, G en M, en onder 3, onderdelen F, G en M, van de Wet van 20 mei 2020 tot wijziging van onder andere de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet educatie en beroepsonderwijs en de Leerplichtwet 1969 in verband met de versterking van het beroepsonderwijs, door het wettelijk mogelijk maken van doorlopende leerroutes vmbo-mbo (sterk beroepsonderwijs) ( Stb. 2020, 157) treedt in werking met ingang van 1 januari 2026.

Artikel 6

Artikel VII, onderdeel C, van de Verzamelwet OCW 2021 treedt in werking met ingang van 1 januari 2026.

Artikel 7

Artikel III, onderdeel W, van de Wet van 23 februari 2022 tot wijziging van onder meer de Wet educatie en beroepsonderwijs met het oog op de verbetering van de rechtsbescherming van mbo-studenten ( Stb. 2022, 134) treedt in werking met ingang van 1 januari 2026.

Wetswijzigingen integreren met je processen? Probeer Way 3 weken gratis.