Part of Smart Yellow Suite

WGK013246
Wijziging van diverse wetten ter implementatie van Richtlijn (EU) 2019/882 toegankelijkheidsvoorschriften

Updates ontvangen over deze regeling? Log in

Overheid.nl - XML - JSON

Type Wet
Fase Bekendmaking
Ministerie Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Datum uitgave 19 december 2022
Datum inwerkingtreding -
Per KB Ja

Opschrift

Wijziging van diverse wetten ter implementatie van Richtlijn (EU) 2019/882 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april 2019 betreffende de toegankelijkheidsvoorschriften voor producten en diensten (Implementatiewet toegankelijkheidsvoorschriften producten en diensten).

Samenvatting

Met dit wetsvoorstel wordt de Europese toegankelijkheidsrichtlijn (2019/882) geïmplementeerd. De Europese toegankelijkheidsrichtlijn stelt eisen aan bepaalde producten en diensten met betrekking tot de toegankelijkheid van die producten en diensten voor mensen met een handicap. Het wetsvoorstel regelt een gedeeltelijke implementatie in het Burgerlijk Wetboek (e-handelsdiensten), Wet op het financieel toezicht (bankdiensten), Telecommunicatiewet (elektronische communicatiediensten) en creëert verder grondslagen om voor de overige producten en diensten eisen te stellen bij Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB).

Documenten

stb-2024-87 (PDF)

Wet van 8 april 2023 tot wijziging van diverse wetten ter implementatie van Richtlijn (EU) 2019/882 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april 2019 betreffende de toegankelijkheidsvoorschriften voor producten en diensten (Implementatiewet toegankelijkheidsvoorschriften producten en diensten)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo, Wij in overweging genomen hebben, dat regels dienen te worden gesteld ter implementatie van Richtlijn (EU) 2019/882 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april 2019 betreffende de toegankelijkheidsvoorschriften voor producten en diensten;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I WIJZIGING WARENWET

De Warenwet wordt als volgt gewijzigd:

A

Voor artikel 1 wordt ingevoegd:

B

Aan artikel 1, eerste lid, wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel g door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

C

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

2.
Met betrekking tot producten, als bedoeld in artikel 3, onder punt 2, van richtlijn (EU) 2019/882, kunnen ter uitvoering van die richtlijn regels gesteld worden in het belang van de toegankelijkheid van die producten.
D

In artikel 13 wordt «artikel 3» vervangen door «artikel 3, eerste lid,».

E

Na artikel 33 wordt een hoofdstuk ingevoegd, luidende:

Artikel 34

In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:

Artikel 34ab

Dit hoofdstuk is van toepassing op marktdeelnemers en producten ter uitvoering van richtlijn (EU) 2019/882. De overige bepalingen van deze wet zijn, met betrekking tot de toegankelijkheid van producten, uitsluitend van toepassing voor zover dat in dit hoofdstuk is bepaald.

Artikel 35

Artikel 35a

Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen voorts regels worden gesteld ter uitvoering van een met betrekking tot producten tot stand gekomen bindend besluit van de Europese Unie als bedoeld in artikel 26 van richtlijn (EU) 2019/882.

Artikel 35b

Artikel 13c is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 35c

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 35 en 35a zijn belast de bij besluit van Onze Minister aangewezen ambtenaren. De artikelen 25, vierde lid, 28 en 29 zijn van overeenkomstige toepassing.

Artikel 35d

Onze Minister is bevoegd tot oplegging van een last onder bestuursdwang ter handhaving van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 35 en 35a.

Artikel 35e

ARTIKEL II WIJZIGING VAN DE WET GELIJKE BEHANDELING OP GROND VAN HANDICAP OF CHRONISCHE ZIEKTE

De Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan artikel 1 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van dat onderdeel door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

B

Na artikel 5b worden twee artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 5c
1.
De bij algemene maatregel van bestuur aangewezen dienstverleners ontwerpen en verlenen hun diensten ter uitvoering van richtlijn (EU) 2019/882 in overeenstemming met de bij of krachtens die maatregel gestelde regels.
2.
De regels, bedoeld in het eerste lid, kunnen onder meer betrekking hebben op:
  1. de wijze waarop en voorwaarden waaronder diensten worden aangeboden. Tot die voorwaarden behoren de toegankelijkheidsvoorschriften waaraan diensten moeten voldoen;
  2. de conformiteit van diensten met de toegankelijkheidsvoorschriften, waaronder de gevallen waarin diensten geacht worden daarmee reeds in overeenstemming te zijn, en het treffen van corrigerende maatregelen indien diensten niet aan de toegankelijkheidsvoorschriften voldoen;
  3. de gevallen waarin en voorwaarden waaronder toegankelijkheidsvoorschriften beperkt of niet van toepassing zijn; en
  4. het bijhouden en verstrekken van informatie of documentatie over de dienst of corrigerende maatregelen aan Onze Minister die het aangaat, de aangewezen toezichthouders of het publiek.
Artikel 5d uitvoeringshandelingen en wijziging van de richtlijn
1.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld ter uitvoering van door de Europese Commissie krachtens artikel 26 van richtlijn (EU) 2019/882 vastgestelde regels.
2.
Een wijziging van de richtlijn gaat voor de toepassing van het bij of krachtens deze paragraaf bepaalde, gelden met ingang van de dag waarop aan de betrokken wijzigingsrichtlijn uitvoering moet zijn gegeven, tenzij bij ministerieel besluit, dat in de Staatscourant wordt bekendgemaakt, een ander tijdstip wordt vastgesteld.

Artikel 5c

Artikel 5d uitvoeringshandelingen en wijziging van de richtlijn

ARTIKEL III WIJZIGING TELECOMMUNICATIEWET

In de Telecommunicatiewet wordt na hoofdstuk 7 een hoofdstuk ingevoegd, luidende:

Artikel 7a.1

In dit hoofdstuk en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

Artikel 7a.2

Artikel 7a.3

Artikel 7a.4

Artikel 7a.5

Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen ter implementatie van richtlijn (EU) 2019/882 regels worden gesteld inzake de conformiteitsbeoordeling voor het verlenen van een elektronische communicatiedienst.

ARTIKEL IV WIJZIGING BURGERLIJK WETBOEK

In titel 5 van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek wordt na artikel 230f een afdeling ingevoegd, luidende:

Artikel 230fa

In deze afdeling wordt verstaan onder:

Artikel 230fb

Artikel 230fc

Artikel 230fd

ARTIKEL V WIJZIGING OVERGANGSWET NIEUW BURGERLIJK WETBOEK

De Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek wordt als volgt gewijzigd:

Artikel 190aa
1.
Afdeling 2ab van titel 5 is niet van toepassing op e-handelsdiensten die voor het tijdstip van inwerkingtreding van die afdeling zijn verricht.
2.
Dienstverleners als bedoeld in artikel 230fa van Boek 6 kunnen tot en met 27 juni 2030 hun diensten blijven verrichten met gebruikmaking van de e-handelsdiensten die zij vóór 28 juni 2030 al rechtmatig gebruikten bij het verlenen van vergelijkbare diensten.
3.
Dienstverleningsovereenkomsten die door middel van e-handelsdiensten gesloten zijn vóór 28 juni 2025 kunnen ongewijzigd doorlopen totdat zij verstrijken, evenwel uiterlijk tot vijf jaar na die datum.

Artikel 190aa

ARTIKEL VI WIJZIGING WET OP HET FINANCIEEL TOEZICHT

De Wet op het financieel toezicht wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1:1 wordt in de alfabetische rangschikking een definitie ingevoegd, luidende:

B

Na artikel 4:22 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 4:22.0a
1.
Een aanbieder van krediet, bank, beleggingsonderneming, betaaldienstverlener of elektronischgeldinstelling die bankdiensten aan consumenten als bedoeld in artikel 3, onder 28, van de toegankelijkheidsrichtlijn verleent draagt er zorg voor dat die diensten voldoen aan bijlage I, afdelingen III en IV, onderdeel e, van die richtlijn.
2.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de toegankelijkheid van de in het eerste lid bedoelde bankdiensten, alsmede regels met betrekking tot:
  1. de interne procedures om de toegankelijkheid tot die diensten voor personen met een handicap te waarborgen; en
  2. de informatieverstrekking over die diensten.
3.
Het eerste lid is niet van toepassing op een onderneming met minder dan tien werknemers en een jaaromzet of een jaarlijks balanstotaal van ten hoogste 2 miljoen euro.
4.
De bij of krachtens het eerste en tweede lid gestelde regels zijn slechts van toepassing voor zover de naleving van die regels geen ingrijpende wijziging van de bankdienst, resulterend in een significante wijziging van de aard van die bankdienst, vereist en geen onevenredige last voor de aanbieder van de bankdienst oplevert. De beoordeling of sprake is van een significante wijziging van de aard van de bankdienst en een onevenredige last geschiedt met inachtneming van de bij of krachtens artikel 14, tweede en zevende lid, van de toegankelijkheidsrichtlijn gestelde regels.
5.
De aanbieder van een bankdienst die een beroep doet op het vierde lid neemt de in artikel 14, derde tot en met zesde en achtste lid, van de toegankelijkheidsrichtlijn opgenomen verplichtingen in acht.
C

In de bijlage bij artikel 1:79 en de bijlage bij artikel 1:80 wordt in de opsomming van artikelen in het Deel Gedragstoezicht financiële ondernemingen in de numerieke volgorde «4:22.0a, eerste en tweede lid» ingevoegd.

Artikel 4:22.0a

ARTIKEL VII WIJZIGING WET HANDHAVING CONSUMENTENBESCHERMING

De Wet handhaving consumentenbescherming wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1.1 worden in de alfabetische rangschikking van begripsbepalingen twee begripsbepalingen ingevoegd, luidende:

B

Aan hoofdstuk 8 wordt een artikel toegevoegd, luidende:

Artikel 8.15
Een dienstverlener, die een e-handelsdienst verricht, neemt artikel 230fb van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek in acht.
C

Na hoofdstuk 8 wordt een hoofdstuk ingevoegd, luidende:

D

De bijlage bij de wet wordt als volgt gewijzigd:

Onderdeel g; handhaving door het Commissariaat voor de MediaOnderdeel h; handhaving door de Inspectie Leefomgeving en Transport

Artikel 8.15

Een dienstverlener, die een e-handelsdienst verricht, neemt artikel 230fb van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek in acht.

Artikel 8a.1

Artikel 8a.2

Artikel 8a.3

ARTIKEL VIII OVERGANGSBEPALING

ARTIKEL IX

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

ARTIKEL X

Deze wet wordt aangehaald als Implementatiewet toegankelijkheidsvoorschriften producten en diensten.

stb-2024-341 (PDF)

Besluit van 9 november 2024, houdende vaststelling van het tijdsstip van inwerkingtreding van de Implementatiewet toegankelijkheidsvoorschriften producten en diensten

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 5 november 2024, kenmerk 3989014-1073659-WJZ;

Gelet op artikel IX van de Implementatiewet toegankelijkheidsvoorschriften producten en diensten;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

De Implementatiewet toegankelijkheidsvoorschriften producten en diensten treedt in werking met ingang van 28 juni 2025.

stb-2025-341 (PDF)

Wet van 8 oktober 2025 tot wijziging van enkele wetten op het terrein van de accountancy in verband met maatregelen ter verhoging van de kwaliteit van de wettelijke controle (Wijzigingswet accountancysector)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om maatregelen te nemen teneinde de kwaliteit van de wettelijke controle duurzaam te verbeteren en dat daartoe enkele wetten op het terrein van de accountancy moeten worden gewijzigd;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wet op het accountantsberoep wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

2.
Bij de uitoefening van zijn taken houdt de beroepsorganisatie rekening met de verschillen in de aard van de werkzaamheden van accountants.
B

In artikel 4 vervalt «, ledengroepen».

C

In artikel 5 vervalt «, met uitzondering van de afgevaardigden, bedoeld in artikel 17, derde lid,».

D

In artikel 12, tweede lid, vervalt de zinsnede «en uit afgevaardigden uit de ledengroepbesturen» alsmede de tweede volzin.

E

Paragraaf 2.5 vervalt.

F

Artikel 19, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:

  1. de werkwijze van de beroepsorganisatie en haar organen;
  2. de hoogte van de kosten, bedoeld in artikel 54, vierde lid;
  1. de wijze waarop de onafhankelijke uitvoering van de evaluatie, bedoeld in artikel 45b, wordt gewaarborgd, waarbij in ieder geval is voorzien in de betrokkenheid van een onafhankelijke commissie die in meerderheid uit personen, niet zijnde accountants, bestaat;
  2. de wijze waarop de onafhankelijke totstandkoming van een beslissing op een aanvraag als bedoeld in de artikelen 54b, eerste lid, en 54c, eerste lid, wordt gewaarborgd.
G

In artikel 20 wordt «Het bestuur, de ledengroep en het ledengroepbestuur kunnen» vervangen door «Het bestuur kan» en wordt «hun» vervangen door «zijn».

H

In artikel 22, eerste lid, vervalt «, een ledengroepbestuur».

I

In artikel 25, eerste lid, wordt «Wet toezicht accountantsorganisatie» vervangen door «Wet toezicht accountantsorganisaties».

J

Na artikel 25 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 25a
De beroepsorganisatie verstrekt, in afwijking van artikel 2:5 van de Algemene wet bestuursrecht, desgevraagd gegevens of inlichtingen, al dan niet van vertrouwelijke aard, verkregen bij de uitoefening van de ingevolge deze wet opgedragen taken aan de Autoriteit Financiële Markten voor zover de verstrekking nodig is voor de vervulling van haar taak ingevolge paragraaf 8.1 van deze wet.
K

In artikel 36, tweede lid, vervalt onderdeel h, onder verlettering van de onderdelen i tot en met k tot h tot en met j.

L

Na artikel 42 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 42a
Het bestuur ziet toe op de nakoming van de voorwaarden, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel f, van de Wet tuchtrechtspraak accountants. Indien de betrokkene de gestelde voorwaarden niet binnen de daarvoor gestelde termijn nakomt, geeft het daarvan kennis aan de accountantskamer, met zodanige vordering als het nodig acht.
M

Na paragraaf 6.3 wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:

N

Artikel 54 wordt als volgt gewijzigd:

  1. beschikt over een in een ander land verkregen diploma of soortgelijk bewijsstuk en, indien noodzakelijk, verkregen aanvullende diploma’s of soortgelijke bewijsstukken, waaruit naar het oordeel van het bestuur eenzelfde niveau van vakbekwaamheid blijkt als na het met goed gevolg hebben voltooid van een Nederlandse opleiding tot accountant; en
4.
Het bestuur brengt de kosten die samenhangen met het in behandeling nemen van de aanvraag en de afgifte van de verklaring van vakbekwaamheid ten laste van de aanvrager van het document.
O

Na hoofdstuk 7 wordt een hoofdstuk ingevoegd, luidende:

P

Het opschrift van paragraaf 8.1 komt te luiden: § 8.1. Toezicht en handhaving

Q

In artikel 55, eerste lid, wordt «artikel 41, tweede lid,» vervangen door «het bepaalde bij of krachtens de artikelen 41, tweede lid, 45a, tweede lid, 45c, tweede lid, 54b, vijfde lid, en 54d».

R

Na artikel 56 worden twee artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 57
1.
De Autoriteit Financiële Markten is bevoegd tot oplegging van een last onder dwangsom ter handhaving van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 45a, tweede lid, 45c, tweede lid, 54b, vijfde lid, en 54d. Onze Minister kan regels stellen ter zake van de uitoefening van deze bevoegdheid.
2.
De Autoriteit Financiële Markten is bevoegd tot oplegging van een bestuurlijke boete ter handhaving van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 45a, tweede lid, 45c, tweede lid, en 54b, vijfde lid. De artikelen 54, tweede lid, en 55 van de Wet toezicht accountantsorganisaties zijn van overeenkomstige toepassing.
3.
De oplegging van een bestuurlijke sanctie ter handhaving van artikel 54b, vijfde lid, vindt niet plaats dan nadat het besluit, bedoeld in artikel 54b, eerste lid, eerste volzin, onherroepelijk is geworden.
Artikel 57a
Voor zover de Autoriteit Financiële Markten belast is met het toezicht op de naleving en de handhaving van bij of krachtens deze wet gestelde regels, zijn de hoofdstukken 5, 5a, 5b en 6 van de Wet toezicht accountantsorganisaties van overeenkomstige toepassing.

Artikel 25a

De beroepsorganisatie verstrekt, in afwijking van artikel 2:5 van de Algemene wet bestuursrecht, desgevraagd gegevens of inlichtingen, al dan niet van vertrouwelijke aard, verkregen bij de uitoefening van de ingevolge deze wet opgedragen taken aan de Autoriteit Financiële Markten voor zover de verstrekking nodig is voor de vervulling van haar taak ingevolge paragraaf 8.1 van deze wet.

Artikel 42a

Het bestuur ziet toe op de nakoming van de voorwaarden, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel f, van de Wet tuchtrechtspraak accountants. Indien de betrokkene de gestelde voorwaarden niet binnen de daarvoor gestelde termijn nakomt, geeft het daarvan kennis aan de accountantskamer, met zodanige vordering als het nodig acht.

Artikel 45a

Artikel 45b

Het bestuur van de beroepsorganisatie evalueert de geschiktheid en volledigheid van de kwaliteitsindicatoren, bedoeld in artikel 45a, eerste lid, telkens na een bij ministeriële regeling te bepalen periode en doet daarvan verslag aan Onze Minister. Dit verslag kan aanbevelingen bevatten.

Artikel 45c

Artikel 54a

Artikel 54b

Artikel 54c

Artikel 54d

Een accountantsorganisatie verstrekt het bestuur desgevraagd binnen een door het bestuur gestelde termijn alle voor een beslissing op een aanvraag als bedoeld in de artikelen 54a, eerste lid, en 54c, eerste lid, benodigde inlichtingen. Gelijke verplichting rust op de in die artikelen bedoelde onderneming of instelling.

Artikel 54e

Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld over:

Artikel 57

Artikel 57a

Voor zover de Autoriteit Financiële Markten belast is met het toezicht op de naleving en de handhaving van bij of krachtens deze wet gestelde regels, zijn de hoofdstukken 5, 5a, 5b en 6 van de Wet toezicht accountantsorganisaties van overeenkomstige toepassing.

ARTIKEL II

De Wet toezicht accountantsorganisaties wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 18, tweede lid, komt te luiden:

2.
Het stelsel van kwaliteitsbeheersing is zodanig ingericht dat:
  1. de werkzaamheden betreffende een wettelijke controle te allen tijde plaatsvinden onder de verantwoordelijkheid van een externe accountant;
  2. de kwaliteit van de wettelijke controles is geborgd.
B

In artikel 20, tweede lid, vervalt na «van toepassing is,» «of» en wordt na «beoordeling» ingevoegd: of aan de Autoriteit Financiële Markten indien de vertrouwelijke gegevens of inlichtingen samenhangen met de melding van een door de accountantsorganisatie geconstateerde mogelijke overtreding van de EU-verordening of de bij of krachtens deze wet gestelde voorschriften.

C

In artikel 22a worden, onder vernummering van het achtste en negende lid tot tiende en elfde lid, na het zevende lid twee nieuwe leden ingevoegd, luidende:

8.
Aan de voorafgaande goedkeuring van het orgaan, bedoeld in het derde lid, zijn onderworpen:
  1. een voorstel tot winstuitkering;
  2. het aangaan of verbreken van duurzame samenwerking van de accountantsorganisatie of een afhankelijke maatschappij met een andere rechtspersoon, vennootschap of vergelijkbare entiteit dan wel als volledig aansprakelijke vennoot in een commanditaire vennootschap of vennootschap onder firma, indien deze samenwerking of verbreking van ingrijpende betekenis is voor de accountantsorganisatie;
  3. het nemen van een deelneming ter waarde van ten minste een vierde van het bedrag van het geplaatste kapitaal met de reserves volgens de balans met toelichting van de accountantsorganisatie, door haar of een afhankelijke maatschappij in het kapitaal van een andere vennootschap, alsmede het ingrijpend vergroten of verminderen van zulk een deelneming of, indien de accountantsorganisatie een personenvennootschap is, een deelneming van vergelijkbare waarde;
  4. investeringen welke een bedrag gelijk aan ten minste een vierde gedeelte van het geplaatste kapitaal met de reserves van de accountantsorganisatie volgens haar balans met toelichting vereisen of, indien de accountantsorganisatie een personenvennootschap is, investeringen van een vergelijkbaar bedrag;
  5. beëindiging van de arbeidsovereenkomst van een aanmerkelijk aantal werknemers van de accountantsorganisatie of van een afhankelijke maatschappij tegelijkertijd of binnen een kort tijdsbestek.
9.
Het ontbreken van de goedkeuring, bedoeld in het derde lid, tast de vertegenwoordigingsbevoegdheid van degene die de accountantsorganisatie vertegenwoordigt niet aan.
D

Na paragraaf 3.1.3 wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:

E

In artikel 48, eerste lid, wordt «houdt bij de uitvoering van het toezicht op de naleving van deze wet rekening» vervangen door «kan bij de uitvoering van het toezicht op de naleving van deze wet rekening houden».

F

In artikel 53, eerste lid, wordt «22a, eerste tot en met zevende en negende lid» vervangen door «22a, eerste tot en met zevende, en elfde lid» en wordt na «24b» ingevoegd «, 24c».

G

In artikel 54, eerste lid, wordt «22a, eerste tot en met zevende en negende lid» vervangen door «22a eerste tot en met zevende, en elfde lid» en wordt na «24b» ingevoegd «, 24c».

Artikel 24c

ARTIKEL III

De Wet tuchtrechtspraak accountants wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

  1. binding aan bijzondere voorwaarden om het beroep uit te oefenen waarvoor de accountant in het register is ingeschreven.
2.
De maatregelen, bedoeld in het eerste lid, onderdeel d en f, kunnen gezamenlijk worden opgelegd en gelden voor de toepassing van artikel 38, eerste en tweede lid, als één maatregel.
3.
Indien dit raadzaam wordt geacht in verband met de geringe ernst van het handelen of nalaten, de omstandigheden waaronder het handelen of nalaten heeft plaatsgevonden, dan wel omstandigheden die zich nadien hebben voorgedaan, kan de accountantskamer beslissen dat bij gegrondverklaring van een klacht geen maatregel wordt opgelegd.
B

Na artikel 5 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 5a
1.
Een beslissing tot binding aan bijzondere voorwaarden, bedoeld in artikel 2, onderdeel f, bevat de termijn waarbinnen aan deze voorwaarden moet zijn voldaan.
2.
Op verzoek van de betrokkene kan de voorzitter de termijn, bedoeld in het eerste lid, verlengen.
3.
Wordt niet binnen de gestelde termijn, bedoeld in het eerste of tweede lid, voldaan aan de bijzondere voorwaarde bedoeld in artikel 2, onderdeel f, dan kan de accountantskamer na het horen van betrokkene of het daartoe behoorlijk oproepen, ambtshalve beslissen een tuchtrechtelijke maatregel als bedoeld in artikel 2, onderdeel d of e, op te leggen.
C

Na artikel 8 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 8a
1.
In het geval waarin de accountantskamer een binding aan bijzondere voorwaarden gelast, vermeldt zij in haar uitspraak wanneer de bijzondere voorwaarde ingaat en wanneer deze eindigt.
2.
Terstond na het doen van de uitspraak informeert de accountantskamer de Autoriteit Financiële Markten en de beroepsorganisatie over de naam van de betrokkene, het tijdstip waarop de bijzondere voorwaarde ingaat en het tijdstip waarop deze eindigt.
D

In artikel 39, derde lid, eerste zin, vervalt «eerste en».

E

In het opschrift van Hoofdstuk V wordt «Het beroep» vervangen door «Het hoger beroep».

F

Artikel 43 wordt als volgt gewijzgd:

G

Artikel 43c wordt als volgt gewijzigd:

6.
Als het hoger beroep is gericht tegen een uitspraak van de voorzitter van de accountantskamer, bedoeld in artikel 39, eerste lid, en dat hoger beroep kennelijk gegrond is, vernietigt het College de uitspraak van de voorzitter van de accountantskamer en verwijst het de zaak naar de accountantskamer om haar af te doen met inachtneming van de beslissing van het College. Het vijfde lid is van toepassing.
H

In artikel 43d, eerste lid, wordt «de president» vervangen door «het College».

I

Artikel 43e, tweede lid, komt te luiden:

2.
Het College houdt zitting met drie leden, van wie een als voorzitter aantreedt. Aan artikel 43c, eerste lid, kan toepassing worden gegeven door één lid van het College of drie leden, van wie een als voorzitter optreedt.

Artikel 5a

Artikel 8a

ARTIKEL IV

ARTIKEL V

[vervallen]

ARTIKEL VI

ARTIKEL VII

Op handelen of nalaten ten aanzien waarvan een vermoeden bestaat als bedoeld in artikel 22, eerste lid, van de Wet tuchtrechtspraak accountants, dat heeft plaatsgevonden voor het tijdstip van inwerkingtreding van artikel III, onderdelen A en C van deze wet, zijn de artikelen 2 en 39 van die wet, zoals die luidden op de dag voor dat tijdstip, van toepassing met uitzondering van de maatregel als bedoeld in artikel 2, derde lid.

ARTIKEL VIII

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

ARTIKEL IX

Deze wet wordt aangehaald als: Wijzigingswet accountancysector.

Wetswijzigingen integreren met je processen? Probeer Way 3 weken gratis.