Besluit van 21 december 2021 tot wijziging van de bedragen van de categorieën, bedoeld in artikel 23, vierde lid, van het Wetboek van Strafrecht
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Justitie en Veiligheid van 7 oktober 2021, directie Wetgeving en Juridische Zaken, nr. 3568384;
Gelet op artikel 23, negende lid, van het Wetboek van Strafrecht;
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 27 oktober 2021, nr. W16.21.0303/II);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Justitie en Veiligheid van 18 november 2021, directie Wetgeving en Juridische Zaken, nr. 3621696;
Hebben goedgevonden en verstaan:
ARTIKEL I
In artikel 23, vierde lid, van het Wetboek van Strafrecht worden de bedragen van € 435, € 4.350, € 8.700, € 21.750, € 87.000 en € 870.000 achtereenvolgens vervangen door € 450, € 4.500, € 9.000, € 22.500, € 90.000 en € 900.000.
ARTIKEL II
Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2022.