Wet van 14 juli 2025 tot wijziging van de Wet educatie en beroepsonderwijs en enkele andere wetten ter bevordering van de kansengelijkheid middels verbetering van de begeleiding naar duurzame economische zelfstandigheid van jongeren met een risico op een afstand tot de arbeidsmarkt (Wet van school naar duurzaam werk)
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om jongeren tot 27 jaar beter te begeleiden naar duurzame economische zelfstandigheid en daartoe de bestaande regionale begeleidingsstructuur uit te breiden en loopbaanbegeleiding tijdens de opleiding en na diplomering door onderwijsinstellingen in het praktijkonderwijs, voortgezet speciaal onderwijs en beroepsonderwijs te regelen;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
ARTIKEL I. WIJZIGING WET EDUCATIE EN BEROEPSONDERWIJS
De Wet educatie en beroepsonderwijs wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1.1.1 wordt als volgt gewijzigd:
B
Artikel 1.3.5 wordt als volgt gewijzigd:
- het bieden van mogelijkheden voor loopbaanoriëntatie, en.
- het bieden van mogelijkheden voor loopbaanbegeleiding tijdens de opleiding en na diplomering.
C
In artikel 1.4.1, tiende lid, worden de onderdelen b tot en met d vervangen door twee onderdelen, luidende:
- artikel 8.1.1a; en
- de artikelen 9.2.2, 9.2.3 en 9.2.6.
D
Artikel 1.4.2, derde lid, komt te luiden:
3.
De artikelen 9.1.2, 9.1.3, met uitzondering van het tweede lid wat betreft artikel 2.107b, tweede lid, onderdeel e, van de Wet voortgezet onderwijs 2020, 9.1.4 tot en met 9.1.6, 9.1.7, eerste en tweede lid, 9.1.8, 9.1.10, 9.1.11, 9.1.14, 9.1.16 en 9.1.17 zijn van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat voor «school» telkens wordt gelezen «school aangewezen ingevolge artikel 2.66 van de Wet voortgezet onderwijs 2020».E
In artikel 1.4a.1, achtste lid, worden de onderdelen b tot en met d vervangen door twee onderdelen, luidende:
- artikel 8.1.1a; en
- de artikelen 9.2.2, 9.2.3 en 9.2.6.
F
In artikel 2.3.6a, vierde lid, vervalt «en artikel 8.1.8, eerste lid,».
G
Artikel 2.3.6d vervalt.
H
Artikel 2.5.5a wordt als volgt gewijzigd:
I
Artikel 2.5.5e vervalt.
J
Artikel 7.4.6a, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:
K
Onder vervanging van «; en» aan het slot van onderdeel j door een puntkomma en onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel k door «; en» wordt aan artikel 7.4.8, vierde lid, een onderdeel toegevoegd, luidende:
- het beleid met betrekking tot loopbaanbegeleiding als bedoeld in artikel 9.2.12, vijfde lid.
L
In artikel 8.0.3, vierde lid, wordt «een diploma van een opleiding als bedoeld in artikel 7.2.2, eerste lid, onderdelen b tot en met e, dan wel een diploma vwo of havo als bedoeld in artikel 2.58, tweede lid, onderdeel a, of 2.80, tweede lid, onderdeel a, van de Wet voortgezet onderwijs 2020 en de leeftijd van 23 jaren nog niet heeft bereikt» vervangen door «een diploma dat wordt aangemerkt als een startkwalificatie en de leeftijd van 27 jaar nog niet heeft bereikt».
M
In artikel 8.1.1d, tweede lid, wordt «artikel 8.3.2» vervangen door «artikel 9.2.5 of op grond van artikel 22, eerste lid, van de Leerplichtwet 1969».
N
In artikel 8.1.7, tweede lid, wordt «artikel 8.1.8a» vervangen door «artikel 9.2.2».
O
De artikelen 8.1.8 en 8.1.8a vervallen.
P
Hoofdstuk 8, titel 3, vervalt.
Q
In het opschrift van hoofdstuk 8, titel 4, wordt «, entreeopleiding in het vmbo en geïntegreerde route vmbo-basisberoepsopleiding» vervangen door «en entreeopleiding in het vmbo».
R
In het opschrift van hoofdstuk 8, titel 5, wordt «, entreeopleiding in het VSO, geïntegreerde route VSO-basisberoepsopleiding en doorlopende leerroute VSO-mbo» vervangen door «en entreeopleiding in het VSO».
S
Na hoofdstuk 8a wordt een hoofdstuk ingevoegd, luidende:
T
De artikelen 8.5a.1 tot en met 8.5a.5 worden vernummerd tot artikelen 9.1.1 tot en met 9.1.5 en worden geplaatst in hoofdstuk 9, titel 1, paragraaf 1.
U
De artikelen 8.5a.7 tot en met 8.5a.17 worden vernummerd tot artikelen 9.1.6 tot en met 9.1.16 en worden geplaatst in hoofdstuk 9, titel 1, paragraaf 1.
V
Artikel 8.4.3 wordt vernummerd tot artikel 9.1.17 en wordt geplaatst in hoofdstuk 9, titel 1, paragraaf 1.
W
Artikel 8.5.3 wordt vernummerd tot artikel 9.1.19 en wordt geplaatst in hoofdstuk 9, titel 1, paragraaf 2.
X
Artikel 8.5.4 wordt vernummerd tot artikel 9.1.18 en wordt geplaatst in hoofdstuk 9, titel 1, paragraaf 2.
Y
Hoofdstuk 8, titel 5a, vervalt.
Z
In artikel 9.1.1 (nieuw) wordt «In deze titel» vervangen door «In deze paragraaf».
AA
In artikel 9.1.7 (nieuw), derde lid, wordt «artikel is 8.5a.3» vervangen door «artikel 9.1.3».
BB
In artikel 9.1.8 (nieuw), tweede lid, wordt «artikel 8.5a.13» vervangen door «artikel 9.1.12».
CC
In artikel 9.1.12 (nieuw) wordt «artikel 8.5a.9, eerste lid, onderdeel a» vervangen door «artikel 9.1.8, eerste lid, onderdeel a» en wordt «8.5a.9, eerste lid, onderdeel c» vervangen door «artikel 9.1.8, eerste lid, onderdeel c».
DD
In artikel 9.1.15 (nieuw) wordt «artikel 8.5a.3» vervangen door «artikel 9.1.3».
EE
In artikel 9.1.17 (nieuw), derde lid, wordt «Titel 8.5a van overeenkomstige toepassing» vervangen door «Hoofdstuk 9, titel 1, paragraaf 1, is van overeenkomstige toepassing».
FF
In artikel 9.1.18 (nieuw), derde lid, wordt «Titel 8.5a van overeenkomstige toepassing» vervangen door «Hoofdstuk 9, titel 1, paragraaf 1, is van overeenkomstige toepassing».
GG
In artikel 9.1.19 (nieuw), derde lid, wordt «Titel 8.5a is van overeenkomstige toepassing» vervangen door «Hoofdstuk 9, titel 1, paragraaf 1, is van overeenkomstige toepassing».
HH
Na artikel 9.1.19 (nieuw) wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 9.1.20. Afstemmen ondersteuningsaanbod op overleg over ondersteuningsprogramma voortgezet onderwijs
Het bevoegd gezag neemt deel aan het overleg, bedoeld in artikel 2.47, tiende lid, tweede volzin, van de Wet voortgezet onderwijs 2020, indien de instelling één of meer vestigingen heeft in het gebied van het desbetreffende samenwerkingsverband en stemt het ondersteuningsaanbod af op de afspraken die zijn gemaakt in dat overleg.II
Aan hoofdstuk 9 (nieuw) wordt een titel toegevoegd, luidende:
Artikel 9.1.20. Afstemmen ondersteuningsaanbod op overleg over ondersteuningsprogramma voortgezet onderwijs
Het bevoegd gezag neemt deel aan het overleg, bedoeld in artikel 2.47, tiende lid, tweede volzin, van de Wet voortgezet onderwijs 2020, indien de instelling één of meer vestigingen heeft in het gebied van het desbetreffende samenwerkingsverband en stemt het ondersteuningsaanbod af op de afspraken die zijn gemaakt in dat overleg.
Artikel 9.2.1. Doelgroep
Deze paragraaf is van toepassing op degene:
Artikel 9.2.2. Melding verzuim zonder geldige reden
Artikel 9.2.3. Inlichtingen aan het college van burgemeester en wethouders
Het bevoegd gezag geeft uiterlijk binnen vier weken aan het college van burgemeester en wethouders alle gevraagde bescheiden ter inzage en verstrekt alle inlichtingen die het college van burgemeester en wethouders voor de uitvoering van deze paragraaf redelijkerwijs nodig heeft.
Artikel 9.2.4. Regionale samenwerking
Artikel 9.2.5. Ondersteunen van jongeren zonder startkwalificatie door college van burgemeester en wethouders
Artikel 9.2.6. Gebruik persoonsgebonden nummer door college van burgemeester en wethouders
Onverminderd het overigens bij of krachtens de wet bepaalde over het gebruik van het burgerservicenummer door het college van burgemeester en wethouders, gebruikt het college van burgemeester en wethouders het persoonsgebonden nummer van een student, vavo-student of persoon die voldoet aan artikel 9.2.1 alleen voor:
Artikel 9.2.7. Verwerking gegevens over gezondheid en persoonsgegevens van strafrechtelijke aard door college van burgemeester en wethouders
Artikel 9.2.8. Regionaal programma en regionaal bestuurlijk overleg
Artikel 9.2.9. Specifieke uitkering
Artikel 9.2.10. Effectrapportage
Artikel 9.2.11. Inlichtingen aan Onze Minister
Artikel 9.2.12. Loopbaanbegeleiding tijdens de opleiding en na diplomering
Artikel 9.2.13. Samenwerking tussen bevoegd gezag en college van burgemeester en wethouders op grond van de Participatiewet
ARTIKEL II. WIJZIGING PARTICIPATIEWET
De Participatiewet wordt als volgt gewijzigd:
aA
Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:
bA
In artikel 6b, tweede lid, onderdelen a en b, en vierde lid, wordt «een persoon als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, onder 1» vervangen door «een persoon als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, onder 1, of artikel 7a, eerste lid, onderdeel a, die algemene bijstand ontvangt».
A
Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:
B
Na artikel 7 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 7a. Ondersteuning personen jonger dan 27 jaar
1.
Het college kan personen die jonger zijn dan 27 jaar ondersteuning aanbieden bij of gericht op arbeidsinschakeling en een voorziening, waaronder begrepen sociale activering gericht op arbeidsinschaling, aanbieden indien het college dat noodzakelijk acht, indien:- het een persoon betreft als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, en het college oordeelt dat het volgen van uit ’s Rijks kas bekostigd onderwijs voor die persoon niet mogelijk of niet passend is;
- het bevoegd gezag van een instelling als bedoeld in de Wet educatie en beroepsonderwijs, school voor praktijkonderwijs als bedoeld in de Wet voortgezet onderwijs 2020 of een instelling of school als bedoeld in de Wet op de expertisecentra daarom verzoekt; of
- die persoon initieel onderwijs volgt als bedoeld in de Wet op het hoger en wetenschappelijk onderwijs.
2.
Het college kan personen jonger dan 27 jaar, die niet beschikken over een startkwalificatie en mogelijk uit ’s Rijks kas bekostigd onderwijs kunnen volgen, doorgeleiden naar ondersteuning op grond van artikel 9.2.5 van de Wet educatie en beroepsonderwijs.3.
De ondersteuning van een persoon die niet beschikt over een startkwalificatie vindt plaats in de vorm van een leer-werktraject of, indien dat gelet op de omstandigheden van de persoon passender is, op andere wijze.4.
Bij algemene maatregel van bestuur kunnen ten behoeve van de in dit artikel bedoelde ondersteuning regels worden gesteld over de taak in het kader van de regionale samenwerking, het regionaal programma, het regionaal bestuurlijk overleg en de effectrapportage, bedoeld in de artikelen 9.2.4, 9.2.8 en 9.2.10 van de Wet educatie beroepsonderwijs. Deze taak wordt uitgevoerd door de centrumgemeenten van de betrokken arbeidsmarktregio’s, vastgesteld krachtens artikel 10, tweede lid, van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen.5.
Artikel 7, tweede, vijfde, zevende, negende en tiende lid, zijn van overeenkomstige toepassing op ondersteuning bij of gericht op arbeidsinschakeling als bedoeld in het eerste lid.6.
Artikel 7, derde lid, onderdelen b en c, zijn van overeenkomstige toepassing op ondersteuning bij of gericht op arbeidsinschakeling als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a.7.
Indien daar gerechtvaardigde belangen voor zijn kan de ondersteuning, bedoeld in het eerste lid, aangeboden worden aan personen die 27 jaar of ouder zijn.C
In artikel 8a, eerste lid, onderdeel a, wordt na «artikel 7, eerste lid, onderdeel a» ingevoegd «artikel 7a».
Ca
In artikel 9, eerste lid, onderdeel a, wordt «een voorziening als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel a» vervangen door «een voorziening als bedoeld in de artikelen 7, eerste lid, onderdeel a, of 7a, eerste lid, onderdeel a».
Cb
In artikel 10b, eerste lid, wordt «Het college biedt ter uitvoering van artikel 7, eerste lid, onderdeel a, een persoon als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel a,» vervangen door «Het college biedt ter uitvoering van de artikelen 7, eerste lid, onderdeel a, en 7a, eerste lid, onderdeel a, een persoon als bedoeld in die artikelen».
Cc
Artikel 10c, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
Cd
Artikel 10d, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:
- een persoon was als bedoeld in de artikelen 7, eerste lid, onderdeel a, of 7a, eerste lid, onderdeel a; dan wel».
- uit ’s Rijks kas bekostigd onderwijs volgde zonder een startkwalificatie te hebben behaald, voor zover de aanvraag betrekking heeft op een persoon als bedoeld in artikel 7a, derde lid, die een leer-werktraject volgt.
Ce
In artikel 10e, tweede lid, onderdeel b, wordt na «de artikelen 7, eerste lid, onderdeel a,» ingevoegd «7a, eerste lid,».
D
Artikel 10f vervalt.
E
In de artikelen 10g, eerste lid, en 10h, eerste lid, wordt «personen als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel a» vervangen door «personen als bedoeld in de artikelen 7, eerste lid, onderdeel a, of 7a, eerste lid, onderdeel a».
F
In artikel 36b, eerste lid, wordt «In aanvulling op artikel 7» vervangen door «In aanvulling op de artikelen 7 en 7a, eerste lid, onderdeel b of c».
G
In artikel 41, vierde lid, onderdeel a, onder 1°, wordt «artikel 10f van de Wet op het voortgezet onderwijs» vervangen door «artikel 2.8 van de Wet voortgezet onderwijs 2020».
H
In artikel 47 wordt «de personen, bedoeld in artikel 7, eerste lid» vervangen door «personen als bedoeld in de artikelen 7, eerste lid, of 7a, eerste lid».
I
In artikel 68 wordt «de voorzieningen, bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, en zevende lid» vervangen door «de voorzieningen, bedoeld in de artikelen 7, eerste lid, onderdeel a, en zevende lid, en 7a, eerste, lid, en artikel 7a tweede en derde lid».
Artikel 7a. Ondersteuning personen jonger dan 27 jaar
ARTIKEL IIA. WIJZIGING WERKLOOSHEIDSWET
In artikel 26, eerste lid, onderdeel f, van de Werkloosheidswet wordt «de voorzieningen, bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, van de Participatiewet» vervangen door «de voorzieningen, bedoeld in de artikelen 7, eerste lid, onderdeel a, of 7a, eerste lid, onderdeel a, van de Participatiewet».
ARTIKEL IIB. WIJZIGING WET FINANCIERING SOCIALE VERZEKERINGEN
In de artikelen 117b, derde lid, en 118a, eerste lid, van de Wet financiering sociale verzekeringen wordt «op grond van artikel 7, eerste lid, onderdeel a, van de Participatiewet» vervangen door «op grond van artikel 7, eerste lid, onderdeel a, of artikel 7a, eerste lid, onderdeel a, of derde lid, van de Participatiewet».
ARTIKEL IIC. WIJZIGING WET KINDEROPVANG
Artikel 1.6, eerste lid, van de Wet kinderopvang wordt als volgt gewijzigd:
ARTIKEL III. WIJZIGING WET OP DE EXPERTISECENTRA
De Wet op de expertisecentra wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 9, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
- het bieden van mogelijkheden voor loopbaanbegeleiding als bedoeld in artikel 44.
B
Onder vervanging van «, en» aan het slot van onderdeel m door een komma en onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel n door «, en» wordt aan artikel 22, eerste lid, een onderdeel toegevoegd, luidende:
- het beleid met betrekking tot loopbaanbegeleiding, bedoeld in artikel 44, vijfde lid.
C
Artikel 44 wordt vervangen door twee artikelen, luidende:
Artikel 44. Loopbaanbegeleiding
1.
Loopbaanbegeleiding als bedoeld in dit artikel en de daarop berustende bepalingen omvat advisering en ondersteuning bij de overstap naar de arbeidsmarkt.2.
Het bevoegd gezag biedt loopbaanbegeleiding aan gedurende de inschrijving op de school en tot twee jaar na het verlaten van de school.3.
Het bevoegd gezag doet een aanbod van loopbaanbegeleiding aan de leerling met het arbeidsmarktgerichte uitstroomprofiel, met uitzondering van de leerling met een aansluitende inschrijving voor vervolgonderwijs.4.
Het bevoegd gezag adviseert op verzoek van de leerling, dan wel zijn ouders indien hij niet meerderjarig en handelingsbekwaam is, tot twee jaar nadat de leerling de school heeft verlaten over de overstap naar de arbeidsmarkt, het volgen van aansluitend vervolgonderwijs of het functioneren in een vorm van dagbesteding.5.
Het bevoegd gezag stelt beleid vast met betrekking tot de loopbaanbegeleiding. Het bevoegd gezag houdt bij het vaststellen van het beleid rekening met de afspraken uit het regionaal programma, bedoeld in artikel 9.2.8, derde lid, onderdeel b, van de Wet educatie en beroepsonderwijs.6.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de inhoud van het beleid, bedoeld in het vijfde lid, en de invulling van de loopbaanbegeleiding.7.
Van de termijn, bedoeld in het tweede lid, kan worden afgeweken indien daar gerechtvaardigde belangen voor zijn.8.
Indien in het eerste jaar na het verlaten van de school de leerling geen gebruik heeft gemaakt van het aanbod tot loopbaanbegeleiding, doet het bevoegd gezag in het tweede jaar opnieuw een aanbod tot loopbaanbegeleiding.Artikel 44a. Samenwerking tussen bevoegd gezag en college van burgemeester en wethouders
1.
Het bevoegd gezag kan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente waar de leerling woon- of verblijfplaats heeft, betrekken bij de loopbaanbegeleiding, bedoeld in artikel 44, eerste lid, om de leerling ondersteuning te bieden op grond van artikel 7a van de Participatiewet.2.
Het bevoegd gezag kan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente waar de leerling woon- of verblijfplaats heeft, verzoeken de ondersteuning van een leerling na het verlaten van de school voort te zetten op grond van artikel 7a van de Participatiewet, mits de betrokkene die meerderjarig en handelingsbekwaam is, dan wel de ouders, daarmee instemt.3.
Indien de ondersteuning met toepassing van het tweede lid wordt voortgezet door het college van burgemeester en wethouders, verstrekt het bevoegd gezag het overgangsdocument, bedoeld in artikel 14e, aan het college van burgemeester en wethouders.D
In artikel 47a, tweede lid, wordt «artikel 149, derde lid» vervangen door «artikel 146 in verbinding met artikel 9.2.4, tweede lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs».
E
Titel IV, afdeling 9, komt te luiden:
F
Artikel 162 komt te luiden:
Artikel 162. Gebruik persoonsgebonden nummer door college van burgemeester en wethouders
Onverminderd het overigens bij of krachtens de wet bepaalde over het gebruik van het burgerservicenummer door het college van burgemeester en wethouders, gebruikt het college van burgemeester en wethouders het persoonsgebonden nummer van een leerling alleen voor:- de registratie van leerplichtige en kwalificatieplichtige jongeren in het belang van het toezicht op de naleving van de Leerplichtwet 1969;
- de uitvoering van artikel 146 in verbinding met artikel 9.2.5 van de Wet educatie en beroepsonderwijs;
- het verwerken van de gegevens, bedoeld in artikel 21, eerste en derde lid, van de Wet register onderwijsdeelnemers.
Artikel 44. Loopbaanbegeleiding
Artikel 44a. Samenwerking tussen bevoegd gezag en college van burgemeester en wethouders
Artikel 146. Ondersteuning bij de overstap naar onderwijs of arbeidsmarkt
Hoofdstuk 9, titel 2, paragraaf 1, met uitzondering van de artikelen 9.2.2 en 9.2.3, van de Wet educatie en beroepsonderwijs is van overeenkomstige toepassing op het voortgezet speciaal onderwijs.
Artikel 147. Inlichtingen aan het college van burgemeester en wethouders
Het bevoegd gezag geeft aan het college van burgemeester en wethouders uiterlijk binnen vier weken alle gevraagde bescheiden ter inzage en verstrekt alle inlichtingen die het college van burgemeester en wethouders voor de uitvoering van artikel 146 in verbinding met hoofdstuk 9, titel 2, paragraaf 1, van de Wet educatie en beroepsonderwijs redelijkerwijs nodig heeft.
Artikel 162. Gebruik persoonsgebonden nummer door college van burgemeester en wethouders
Onverminderd het overigens bij of krachtens de wet bepaalde over het gebruik van het burgerservicenummer door het college van burgemeester en wethouders, gebruikt het college van burgemeester en wethouders het persoonsgebonden nummer van een leerling alleen voor:
ARTIKEL IIIA. WIJZIGING WET STRUCTUUR UITVOERINGSORGANISATIE WERK EN INKOMEN
De Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 10a wordt «de taak, bedoeld in artikel 7 van de Participatiewet» vervangen door «de taak, bedoeld in de artikelen 7 en 7a, eerste lid, onderdeel a, van de Participatiewet».
B
In artikel 32c, eerste lid, onderdeel a, wordt «op grond van artikel 7, eerste lid, onderdeel a, van de Participatiewet» vervangen door «op grond van de artikelen 7, eerste lid, onderdeel a, of 7a, eerste lid, onderdeel a, van de Participatiewet».
C
In artikel 82a, eerste lid, onderdeel b, wordt «de artikelen 7, 8» vervangen door «de artikelen 7, 7a, 8».
ARTIKEL IV. WIJZIGING WET VOORTGEZET ONDERWIJS 2020
De Wet voortgezet onderwijs 2020 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 2.31, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
- het bieden van mogelijkheden voor loopbaanbegeleiding als bedoeld in artikel 2.31a.
B
Na artikel 2.31 worden twee artikelen ingevoegd, luidende:
Artikel 2.31a. Loopbaanbegeleiding praktijkonderwijs
1.
Loopbaanbegeleiding als bedoeld in dit artikel en de daarop berustende bepalingen omvat advisering en ondersteuning bij de overstap naar de arbeidsmarkt.2.
Het bevoegd gezag biedt loopbaanbegeleiding aan gedurende de inschrijving op de school en tot twee jaar na het verlaten van de school.3.
Het bevoegd gezag doet een aanbod van loopbaanbegeleiding aan de leerling, met uitzondering van de leerling met een aansluitende inschrijving voor vervolgonderwijs.4.
Het bevoegd gezag stelt beleid vast met betrekking tot de loopbaanbegeleiding. Het bevoegd gezag houdt bij het vaststellen van het beleid rekening met de afspraken uit het regionaal programma, bedoeld in artikel 9.2.8, derde lid, onderdeel b, van de WEB.5.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de inhoud van het beleid, bedoeld in het vierde lid, en de invulling van de loopbaanbegeleiding.6.
Van de termijn, bedoeld in het tweede lid, kan worden afgeweken indien daar gerechtvaardigde belangen voor zijn.7.
Indien in het eerste jaar na het verlaten van de school de leerling geen gebruik heeft gemaakt van het aanbod tot loopbaanbegeleiding, doet het bevoegd gezag in het tweede jaar opnieuw een aanbod tot loopbaanbegeleiding.Artikel 2.31b. Samenwerking tussen bevoegd gezag en college van burgemeester en wethouders
1.
Het bevoegd gezag kan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente waar de leerling woon- of verblijfplaats heeft, betrekken bij de loopbaanbegeleiding, bedoeld in artikel 2.31a, om de leerling ondersteuning te bieden op grond van artikel 7a van de Participatiewet.2.
Het bevoegd gezag kan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente waar de leerling woon- of verblijfplaats heeft, verzoeken de ondersteuning van een leerling na het verlaten van de school voort te zetten op grond van artikel 7a van de Participatiewet, mits de betrokkene die meerderjarig en handelingsbekwaam is, dan wel de ouders, daarmee instemt.3.
Indien de ondersteuning met toepassing van het tweede lid wordt voortgezet door het college van burgemeester en wethouders, stelt het bevoegd gezag een overgangsdocument op overeenkomstig artikel 14e van de WEC en verstrekt dit document aan het college van burgemeester en wethouders.C
Artikel 2.69, onderdeel c, komt te luiden:
- 8.19 tot en met 8.22.
D
Onder vervanging van «; en» aan het slot van onderdeel n door een puntkomma en onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel o door «; en» wordt aan artikel 2.92, tweede lid, een onderdeel toegevoegd, luidende:
- het beleid met betrekking tot loopbaanbegeleiding, bedoeld in artikel 2.31a, vierde lid.
E
Artikel 2.107b, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:
F
In artikel 2.107l, eerste lid, wordt «artikel 8.4.3 WEB» vervangen door «artikel 9.1.17 WEB».
G
Artikel 8.18 komt te luiden:
Artikel 8.18. Gebruik persoonsgebonden nummer door college van burgemeester en wethouders
Onverminderd het overigens bij of krachtens de wet bepaalde over het gebruik van het burgerservicenummer door het college van burgemeester en wethouders, gebruikt het college van burgemeester en wethouders het persoonsgebonden nummer van een leerling alleen voor:- de registratie van leerplichtige en kwalificatieplichtige jongeren in het belang van het toezicht op de naleving van de LPW of de LPW BES;
- de uitvoering van artikel 8.19 in verbinding met artikel 9.2.5 van de WEB;
- het verwerken van de gegevens, bedoeld in artikel 21, eerste en derde lid, van de Wet register onderwijsdeelnemers.
H
Hoofdstuk 8, paragraaf 3, komt te luiden:
I
Na artikel 11.8 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 11.8a. Toepassing loopbaanbegeleiding praktijkonderwijs
Artikel 2.31a, vierde lid, tweede volzin, en artikel 2.31b zijn niet van toepassing.J
In artikel 11.96 wordt «de artikelen 8.19 tot en met 8.27» vervangen door «de artikelen 8.19 tot en met 8.22».
K
Artikel 13.3 vervalt.
Artikel 2.31a. Loopbaanbegeleiding praktijkonderwijs
Artikel 2.31b. Samenwerking tussen bevoegd gezag en college van burgemeester en wethouders
Artikel 8.18. Gebruik persoonsgebonden nummer door college van burgemeester en wethouders
Onverminderd het overigens bij of krachtens de wet bepaalde over het gebruik van het burgerservicenummer door het college van burgemeester en wethouders, gebruikt het college van burgemeester en wethouders het persoonsgebonden nummer van een leerling alleen voor:
Artikel 8.19. Ondersteuning bij de overstap naar onderwijs of arbeidsmarkt
Hoofdstuk 9, titel 2, paragraaf 1, met uitzondering van de artikelen 9.2.2 en 9.2.3, van de WEB is van overeenkomstige toepassing op het voortgezet onderwijs.
Artikel 8.20. Melding verzuim niet-leerplichtigen
Artikel 8.21. Melding verwijdering niet-leerplichtigen
Artikel 8.22. Inlichtingen aan het college van burgemeester en wethouders
Het bevoegd gezag geeft aan het college van burgemeester en wethouders uiterlijk binnen vier weken alle gevraagde bescheiden ter inzage en verstrekt alle inlichtingen die het college van burgemeester en wethouders voor de uitvoering van artikel 8.19 in verbinding met hoofdstuk 9, titel 2, paragraaf 1, van de WEB redelijkerwijs nodig heeft.
Artikel 11.8a. Toepassing loopbaanbegeleiding praktijkonderwijs
Artikel 2.31a, vierde lid, tweede volzin, en artikel 2.31b zijn niet van toepassing.
ARTIKEL IVA. WIJZIGING WET WERK EN INKOMEN NAAR ARBEIDSVERMOGEN
In de artikelen 34a, vijfde lid, onderdeel b, 35, vierde lid, onderdeel b, en 36, derde lid, onderdeel b, van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen wordt «op grond van artikel 7, eerste lid, onderdeel a, van de Participatiewet» vervangen door «op grond van de artikelen 7, eerste lid, onderdeel a, of 7a, eerste lid, onderdeel a, of derde lid, van de Participatiewet».
ARTIKEL IVB. WIJZIGING ZIEKTEWET
In artikel 29b, tweede lid, onderdeel e, van de Ziektewet wordt «op grond van artikel 7, eerste lid, onderdeel a, van de Participatiewet» vervangen door «op grond van artikel 7, eerste lid, onderdeel a, of artikel 7a, eerste lid, onderdeel a, of derde lid, van de Participatiewet».
ARTIKEL V. WIJZIGING WET EDUCATIE EN BEROEPSONDERWIJS BES
De Wet educatie en beroepsonderwijs BES wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1.3.1 wordt als volgt gewijzigd:
- het bieden van mogelijkheden voor loopbaanoriëntatie,
- het bieden van mogelijkheden voor loopbaanbegeleiding gedurende de inschrijving en na diplomering;.
B
In hoofdstuk 8 wordt na titel 2 een titel ingevoegd, luidende:
Artikel 8.3.1. Loopbaanbegeleiding gedurende de inschrijving en na diplomering
ARTIKEL VI. WIJZIGING WET REGISTER ONDERWIJSDEELNEMERS
De Wet register onderwijsdeelnemers wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 1, in onderdeel b van de begripsbepaling van «verzuim», wordt «artikel 8.1.8a van de WEB» vervangen door «artikel 9.2.2 van de WEB».
B
Artikel 21 wordt als volgt gewijzigd:
4.
Desgevraagd worden de diplomagegevens met het persoonsgebonden nummer verstrekt aan het college van burgemeester en wethouders voor de uitvoering van een wettelijke taak door het college van burgemeester en wethouders.ARTIKEL VIA. WIJZIGING WET OP HET HOGER ONDERWIJS EN WETENSCHAPPELIJK ONDERZOEK
Aan hoofdstuk 7, titel 3, paragraaf 5, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek wordt een artikel toegevoegd, luidende:
Artikel 7.59bis. Loopbaanbegeleiding gedurende de inschrijving en na diplomering voor studenten met een handicap of chronische ziekte
1.
Loopbaanbegeleiding als bedoeld in dit artikel en de daarop berustende bepalingen omvat advisering en ondersteuning bij de overstap naar de arbeidsmarkt en wordt gerekend tot het initieel onderwijs dat wordt verzorgd of dat voorafgaand aan de loopbaanbegeleiding werd verzorgd.2.
Het instellingsbestuur kan loopbaanbegeleiding aanbieden tijdens de opleiding aan de student of degene met een handicap of chronische ziekte aan wie een getuigschrift als bedoeld in artikel 7.11 is uitgereikt, tot een jaar na uitreiking van dit getuigschrift.3.
Het instellingsbestuur stelt beleid vast met betrekking tot de loopbaanbegeleiding.4.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de inhoud van het beleid, bedoeld in het derde lid, en de invulling van de loopbaanbegeleiding.Artikel 7.59bis. Loopbaanbegeleiding gedurende de inschrijving en na diplomering voor studenten met een handicap of chronische ziekte
ARTIKEL VII. EVALUATIE WET VAN SCHOOL NAAR DUURZAAM WERK
Onze Minister zendt binnen drie jaar na de inwerkingtreding van de Wet van 14 juli 2025 tot wijziging van de Wet educatie en beroepsonderwijs en enkele andere wetten ter bevordering van de kansengelijkheid middels verbetering van de begeleiding naar duurzame economische zelfstandigheid van jongeren met een risico op een afstand tot de arbeidsmarkt (Wet van school naar duurzaam werk) (Stb. 2025, 210) aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze wet in de praktijk, waarbij ook aandacht wordt besteed aan de administratieve lasten en uitvoeringslasten voor scholen, instellingen, gemeenten en samenwerkingsverbanden.
ARTIKEL VIII. INTREKKING WET REGELS INZAKE REGIONALE MELD- EN COÖRDINATIEFUNCTIE VOORTIJDIG SCHOOLVERLATEN
De Wet van 6 december 2001 tot wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet educatie en beroepsonderwijs en de Wet op de expertisecentra in verband met de invoering van de verplichting voor het bevoegd gezag tot het melden van voortijdige schoolverlaters die niet meer leerplichtig zijn, alsmede van de verantwoordelijkheid van de gemeente voor het bestrijden van voortijdig schoolverlaten (regels inzake regionale meld- en coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten) (Stb. 2001, 636) wordt ingetrokken.
ARTIKEL VIIIA. SAMENLOOPBEPALING WETSVOORSTEL WET BANENAFSPRAAK
ARTIKEL IX. SAMENLOOPBEPALING WETSVOORSTEL ONDERWIJSONDERSTEUNING ZIEKE LEERLINGEN
Indien het bij koninklijke boodschap van 27 maart 2024 ingediende voorstel van wet tot wijziging van de Wet subsidiëring landelijke onderwijsondersteunende activiteiten 2013 en enige andere onderwijswetten in verband met de landelijke borging van de uitvoering van ondersteuning van scholen en instellingen bij het onderwijs aan zieke leerlingen (Wet onderwijsondersteuning zieke leerlingen) (Kamerstukken 36 530) tot wet is of wordt verheven en artikel II van die wet:
ARTIKEL IXA. SAMENLOOPBEPALING WETSVOORSTEL PARTICIPATIEWET IN BALANS
Indien het bij koninklijke boodschap van 27 juni 2024 ingediende voorstel van wet tot wijziging van de Participatiewet, de Wet inkomensvoorziening en oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen werkloze werknemers en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen in verband met het op onderdelen in balans brengen van deze wetten tussen bestaanszekerheid, re-integratie en handhaving (Participatiewet in balans) (Kamerstukken 36 582) tot wet is of wordt verheven en artikel I, onderdeel D, van die wet:
ARTIKEL X. SAMENLOOPBEPALING WETSVOORSTEL TERUGDRINGEN SCHOOLVERZUIM
ARTIKEL XI. INWERKINGTREDING
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
ARTIKEL XII. CITEERTITEL
Deze wet wordt aangehaald als: Wet van school naar duurzaam werk.