Besluit van 26 april 2022, houdende wijzigingen van ondergeschikte betekenis in de algemene maatregelen van bestuur op het terrein van het wettelijke stelsel van de Omgevingswet (Verzamelbesluit Omgevingswet 2022)
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 27 oktober 2021, nr. 2021-0000545799;
Gelet op de kaderrichtlijn water, richtlijn industriële emissies en de richtlijn prioritaire stoffen, artikel 4.14 van de Invoeringswet Omgevingswet, de artikelen 2.15, eerste lid, aanhef en onder b, 2.24, eerste lid, 2.28, 4.3, eerste en derde lid, 4.4, eerste lid, 4.5, 5.1, eerste en tweede lid, 5.2, derde lid, 5.18, eerste lid, 5.23, tweede lid, 5.24, eerste lid, aanhef en onder a, b en c, 5.29, 5.34, tweede lid, 8.1, vijfde lid, 12.1, vierde lid, 13.3a, eerste lid, 13.3d, 16.15, 16.16, 16.88, eerste lid, aanhef en onder a en b, 16.139, eerste lid, 18.3, 20.2, eerste lid, 20.6, eerste lid, 22.18, vierde lid, en 20.21, derde lid, van de Omgevingswet, de artikelen 8.40, 9.5.1 en 18, derde lid, van de Wegenverkeerswet 1994, de artikelen 9, eerste lid, en 23, eerste lid, van de Wet basisregistratie ondergrond, de artikelen 12a, eerste en vijfde lid, en 91 van de Wet bodembescherming, artikel 2, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken en artikelen 1.1, derde lid, 8.40, 8.42, 9.5.2, 9.5.6, 10.22, tweede lid, 10.61 en 11a.2, eerste lid, van de Wet milieubeheer;
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 1 december 2021, nr. W04.21.0319/I);
Gezien het nader rapport van Onze Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening van 25 april 2022, nr. 2022-0000076975;
Hebben goedgevonden en verstaan:
ARTIKEL I (BESLUIT ACTIVITEITEN LEEFOMGEVING)
Het Besluit activiteiten leefomgeving wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 2.1 wordt aan het slot toegevoegd «, of die zijn aangewezen in hoofdstuk 3».
B
In de artikelen 2.17, onder c, 2.18, onder d, 6.8, onder c, 6.9, onder c, 7.8, onder c, 7.9, onder c, 8.8, onder c, 8.9, onder c, 9.11, onder c, 9.12, onder c, 15.8, onder c, en 15.9, onder c, wordt «het adres» vervangen door «het adres, of de kadastrale aanduiding of coördinaten van de locatie».
C
In het opschrift van de artikelen 2.19, 6.10, 7.10, 8.10, 9.13, 11.11, 11.33, 11.122, 15.10 en 17.10 wordt «naam, adres of normadressaat» vervangen door «algemene gegevens».
D
In de artikelen 2.19, eerste lid, 6.10, eerste lid, 7.10, eerste lid, 8.10, eerste lid, 9.13, eerste lid, 11.11, eerste lid, 11.33, eerste lid, 11.122, eerste lid, en 15.10, eerste lid, wordt «het adres» vervangen door «het adres, of de kadastrale aanduiding of coördinaten van de locatie».
E
In artikel 3.25, derde lid, wordt «onder c tot en met f» vervangen door «onder e tot en met h».
F
In artikel 3.39, eerste lid, onder e, wordt «waartoe de gevaarlijke stoffen behoren» vervangen door «waartoe de bedrijfsafvalstoffen behoren».
G
Artikel 3.48j wordt als volgt gewijzigd:
2.
Als milieubelastende activiteit als bedoeld in artikel 2.1 wordt aangewezen het in een oppervlaktewaterlichaam opslaan van grond of baggerspecie, voor zover het gaat om het opslaan van:- grond van de kwaliteitsklasse matig verontreinigd of sterk verontreinigd, bedoeld in artikel 25d van het Besluit bodemkwaliteit;
- baggerspecie van de kwaliteitsklasse sterk verontreinigd, bedoeld in artikel 25d van het Besluit bodemkwaliteit; of
- grond of baggerspecie, die niet beschikt over een milieuverklaring bodemkwaliteit, tenzij:
- de locatie van herkomst bekend is; en
- de bodemkwaliteit van de locatie van herkomst voldoet aan de kwaliteitsklasse industrie voor landbodem of de kwaliteitsklasse matig verontreinigd voor waterbodem, bedoeld in artikel 25d van het Besluit bodemkwaliteit.
3.
Als lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam als bedoeld in artikel 2.1 wordt aangewezen het in een oppervlaktewaterlichaam opslaan van grond of baggerspecie.H
Artikel 3.48k wordt als volgt gewijzigd:
I
In artikel 3.48l, aanhef, wordt «activiteit» vervangen door «activiteiten» en vervalt «en een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam die daarbij wordt verricht,».
J
Artikel 3.48m wordt als volgt gewijzigd:
2.
Als lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam als bedoeld in artikel 2.1 wordt aangewezen het in een oppervlaktewaterlichaam toepassen van bouwstoffen.K
In de artikelen 3.48n, 3.48q en 3.48s wordt «activiteit» vervangen door «activiteiten».
L
Artikel 3.48o wordt als volgt gewijzigd:
2.
Als lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam als bedoeld in artikel 2.1 wordt aangewezen het in een oppervlaktewaterlichaam toepassen van grond of baggerspecie.M
In artikel 3.48p vervalt «bij de milieubelastende activiteit» en wordt na «artikel 3.48o» ingevoegd «, tweede lid».
N
Artikel 3.48r wordt als volgt gewijzigd:
2.
Als lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam als bedoeld in artikel 2.1 wordt aangewezen het in een oppervlaktewaterlichaam toepassen van mijnsteen of vermengde mijnsteen.O
Artikel 3.49 wordt als volgt gewijzigd:
2.
Het eerste lid is niet van toepassing als alleen de activiteit, bedoeld in artikel 3.50, in deze afdeling is aangewezen.P
In de artikelen 3.113, aanhef, 3.124, eerste lid, 3.131 en 3.137, aanhef, wordt na «voor zover het gaat om» ingevoegd «het exploiteren van een andere milieubelastende installatie voor».
Q
In artikel 3.128, eerste lid, onder d, wordt na «voedingsmiddelen voor landbouwhuisdieren» ingevoegd «of dieren die worden gehouden voor hun pels».
R
In artikel 3.131 wordt in het opschrift en in de tekst na «voedingsmiddelen voor landbouwhuisdieren» toegevoegd «of dieren die worden gehouden voor hun pels».
S
In artikel 3.137, onder a, vervalt «het exploiteren van een andere milieubelastende installatie voor».
T
In de artikelen 3.185, derde lid, onder w, en 4.365, tweede lid, onder b, wordt «aan gestrande automobilisten» vervangen door «voor gemotoriseerde voertuigen».
U
In artikel 3.185, derde lid, onder y, wordt «bij een activiteit als» vervangen door «als dat opslaan gebeurt bij het demonteren van ingezamelde of afgegeven autowrakken of wrakken van tweewielige motorvoertuigen,».
V
In artikel 3.200, tweede lid, onder d, vervalt «, met uitzondering van pelsdieren».
W
Artikel 3.204a vervalt.
X
In artikel 3.209, eerste lid, wordt onder verlettering van de onderdelen r tot en met t tot onderdelen s tot en met u, een onderdeel ingevoegd, luidende:
- het opslaan van drijfmest, digestaat of dunne fractie in een mestbassin, bedoeld in paragraaf 4.86;.
Y
Artikel 3.265 wordt als volgt gewijzigd:
Z
Artikel 3.270, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:
- emissies in de lucht, bedoeld in paragraaf 5.4.4, voor zover de activiteiten als vergunningplichtig zijn aangewezen in artikel 3.269.
AA
In artikel 4.4, tweede lid, wordt «peronen» vervangen door «personen».
AB
In de opschriften van de artikelen 4.35, 4.37, 4.46, 4.56, 4.59 en 4.451 vervalt «lucht:».
AC
In artikel 4.63, tweede lid, onder c, wordt «stoomketels» vervangen door «ketels».
AD
Artikel 4.65 wordt als volgt gewijzigd:
AE
In artikel 4.70, eerste lid, onder c, wordt «en zink» vervangen door «, zink, antimoon, kobalt, mangaan, vanadium en tin».
AF
Na artikel 4.73 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 4.73a (lucht: afbakening mogelijkheid maatwerk emissies)
Een maatwerkregel of maatwerkvoorschrift waarmee artikel 4.73 wordt versoepeld, wordt alleen gesteld over de emissiegrenswaarden voor stikstofoxiden, ammoniak, koolmonoxide, waterstoffluoride, zoutzuur en de som van dioxinen en furanen, bedoeld in tabel 4.73.AG
In tabel 4.75, tweede kolom, tweede en derde rij, wordt «mg/Nm3 voor grote stookinstallaties» vervangen door «mg/Nm3 voor grote stookinstallaties».
AH
In artikel 4.77, tweede lid, wordt «opgenomen» vervangen door «genoemd».
AI
Artikel 4.81 wordt als volgt gewijzigd:
AJ
In artikel 4.88, eerste lid, wordt «uurgemiddelden» vervangen door «halfuurgemiddelden».
AK
Na artikel 4.96 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 4.96a (afbakening mogelijkheid maatwerk in ontvangst nemen van afvalstoffen)
Een maatwerkregel of maatwerkvoorschrift waarmee artikel 4.96 wordt versoepeld, wordt alleen gesteld voor een ippc-installatie waarin alleen afvalstoffen thermisch worden behandeld die afkomstig zijn van die installatie.AL
In artikel 4.98, tweede lid, onder a, wordt «, of» vervangen door «; of».
AM
In de artikelen 4.125, tweede lid, 4.140, tweede lid, 4.158, tweede lid, 4.172, tweede lid, 4.188, tweede lid, 4.224, tweede lid, 4.251, tweede lid, 4.293, tweede lid, 4.309, tweede lid, 4.324, tweede lid, 4.341, tweede lid, 4.361, tweede lid, 4.373, tweede lid, 4.406, tweede lid, 4.498, tweede lid, 4.514, tweede lid, 4.549, tweede lid, 4.558, tweede lid, 4.566, tweede lid, 4.577, tweede lid, 4.607, tweede lid, 4.651, tweede lid, 4.671, tweede lid, 4.678, tweede lid, 4.738, tweede lid, 4.747, derde lid, 4.757, tweede lid, 4.761, tweede lid, 4.768, tweede lid, 4.773, tweede lid, 4.791b, tweede lid, 4.791j, tweede lid, 4.795, derde lid, 4.813, tweede lid, 4.815, tweede lid, 4.839, tweede lid, 4.845, tweede lid, 4.852, tweede lid, 4.885, tweede lid, 4.892, tweede lid, 4.893, tweede lid, 4.894, tweede lid, 4.940, tweede lid, 4.956, tweede lid, 4.1002, tweede lid, 4.1057, tweede lid, 4.1123, tweede lid, 4.1129, derde lid, 4.1140, tweede lid, 4.1169, tweede lid, 4.1251, tweede lid, en 5.7f, tweede lid, wordt na «is gesteld» ingevoegd «of een voorschrift aan een omgevingsvergunning is verbonden».
AN
Artikel 4.130, tweede en derde lid, komen te luiden:
2.
Het eerste lid is niet van toepassing op het meten van polycyclische aromatische koolwaterstoffen als de maatregel, bedoeld in artikel 4.128, eerste lid wordt getroffen.3.
Het eerste lid is niet van toepassing op het meten van totaal stof als de maatregelen, bedoeld in artikel 4.128, tweede lid, worden getroffen.AO
In artikel 4.147, tweede lid, wordt na «Het eerste lid» ingevoegd «is».
AP
In de artikelen 4.161, derde lid, onder b, 4.610, vierde lid, onder c, 4.798, derde lid, onder c, 4.1253, derde lid, onder b, 6.44, derde lid, onder b, 6.56d, derde lid, onder b, 6.56h, derde lid, onder c, 7.53, derde lid, onder b, 7.61d, derde lid, onder b en 7.61h, derde lid, onder c, vervalt «NEN 6633 of».
AQ
In de artikelen 4.185, eerste lid, 4.197, eerste lid, 4.200, vierde lid, en 4.257, derde lid, onder b, vervalt «elektrolytisch of stroomloos».
AR
In het opschrift van artikel 4.185 wordt «elektrolytisch of stroomloos aanbrengen» vervangen door «aanbrengen van metaallagen».
AS
In de opschriften van artikel 4.197 en tabel 4.197 vervalt «elektrolytisch of stroomloos».
AT
Artikel 4.268 komt te luiden:
Artikel 4.268 (lucht: maatregelen totaal stof)
Aan artikel 4.267, eerste lid, wordt voor totaal stof in ieder geval voldaan als:- per jaar niet meer dan:
- 6.500 kg lastoevoegmateriaal en laselektroden wordt gebruikt bij laswerkzaamheden van klasse III; en
- 200 kg lastoevoegmateriaal en laselektroden wordt gebruikt bij laswerkzaamheden van klasse V, VI en VII, waarbij roestvast staal wordt gelast met beklede elektroden of met MAG gevulde draad, of andere materialen worden gelast met gelegeerde elektrode of met gelegeerde gevulde draad; of
- bij laswerkzaamheden van klasse III tot en met VII:
- de afgezogen lucht wordt gerecirculeerd; of
- de afgezogen emissies door een geschikte filtrerende afscheider of een geschikt elektrostatisch filter worden gevoerd.
AU
In artikel 4.269, onder b, wordt aan het slot «en» vervangen door «of».
AV
In artikel 4.270, onder a, wordt aan het slot «en» vervangen door «of».
AW
In het opschrift van artikel 4.299 vervalt «bij het spaanloos of verspanend bewerken of het mechanisch afwerken van metalen».
AX
In artikel 4.402, tweede lid, onder d, wordt na «voedingsmiddelen voor landbouwhuisdieren» ingevoegd «of dieren die worden gehouden voor hun pels».
AY
In artikel 4.440 wordt na «diffuse-emissiegrenswaarden voor de coating van voertuigen» ingevoegd «, bedoeld».
AZ
In artikel 4.603, derde lid, wordt «pijlbuis» vervangen door «peilbuis».
BA
In de artikelen 4.610, vierde lid, onder b, 4.798, derde lid, onder b, 6.44, derde lid, onder a, 6.56h, derde lid, onder b, 7.53, derde lid, onder a en 7.61h, derde lid, onder b, vervalt «of NEN-EN 1899-1/2».
BB
Artikel 4.658 wordt als volgt gewijzigd:
BC
Artikel 4.993 komt te luiden:
Artikel 4.993 (bodem: controle water en bezinksel bij opslagtank van staal)
1.
Met het oog op het voorkomen van verontreiniging van de bodem vindt bij een ondergrondse opslagtank van staal waarin vloeibare brandstoffen worden opgeslagen, ten minste eenmaal per jaar een controle plaats op de aanwezigheid van water en bezinksel.2.
De controle op de aanwezigheid van water en bezinksel vindt ten minste eenmaal per drie jaar plaats als:- de ondergrondse opslagtank een volledige inwendige coating heeft die voldoet aan BRL-K779; en
- de inwendige coating is aangebracht door een onderneming met een certificaat voor BRL-K790, verstrekt door een certificatie-instantie met een accreditatie volgens NEN-EN-ISO/IEC 17065 voor die BRL.
3.
De controle wordt verricht door een inspectie-instantie met een erkenning bodemkwaliteit voor AS SIKB 6800.4.
De resultaten van controles worden ten minste drie jaar bewaard.BD
In artikel 4.999, derde lid, wordt «technisch» vervangen door «redelijkerwijs».
BE
Aan de artikelen 4.1014, eerste lid, 4.1020, derde lid, en 4.1063, eerste lid, wordt toegevoegd «Opslag boven een lekbak is ook toegestaan.».
BF
In artikel 4.1031, tweede lid, wordt «omgevingsplanactiviteitzijn» vervangen door «omgevingsplanactiviteit zijn».
BG
In artikel 4.1039, vierde lid, wordt «pyrotechnische artikel voor theatergebruik bevindt» vervangen door «pyrotechnische artikelen voor theatergebruik bevinden».
BH
In artikel 4.1138, tweede lid, wordt «met een bodemzijdig vermogen van minder dan 70 kW in een gebouw met een woonfunctie» vervangen door «dat alleen wordt gebruikt ten behoeve van een woonfunctie niet gelegen in een woongebouw als bedoeld in bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving».
BI
In het opschrift van artikel 4.1198 vervalt «bodem:».
BJ
Artikel 4.1249 wordt als volgt gewijzigd:
BK
Artikel 4.1254 wordt als volgt gewijzigd:
BL
Artikel 4.1255 wordt als volgt gewijzigd:
BM
Artikel 4.1256 wordt als volgt gewijzigd:
BN
Artikel 4.1258 wordt als volgt gewijzigd:
BO
Artikel 4.1260 wordt als volgt gewijzigd:
BP
De artikelen 4.1261 en 4.1263 worden als volgt gewijzigd:
BQ
Artikel 4.1267, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
- als sprake is van het toepassen van grond of baggerspecie in een afdeklaag op grootschalig toegepaste grond of baggerspecie, bedoeld in artikel 4.1274, vierde lid, onder b, onder 2°: de kwaliteitsklasse van de aangrenzende waterbodem; en.
BR
Artikel 4.1268, eerste lid, komt te luiden:
1.
Tijdens het aanbrengen van grond of baggerspecie zijn de volgende gegevens en bescheiden beschikbaar:- de gegevens en bescheiden, bedoeld in de artikelen 4.1266 en 4.1267; en
- als deze op grond van het Besluit bodemkwaliteit bij de afgifte van de milieuverklaring bodemkwaliteit moet worden verstrekt: een afleverbon.
BS
De artikelen 4.1270 en 4.1286 worden als volgt gewijzigd:
BT
In artikel 4.1280, tweede lid, wordt «waarin de ontvangende landbodem is ingedeeld» vervangen door «industrie».
BU
Artikel 4.1283, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
BV
Artikel 4.1284, eerste lid, komt als volgt te luiden:
1.
Tijdens het aanbrengen van mijnsteen of vermengde mijnsteen zijn de volgende gegevens en bescheiden beschikbaar:- de gegevens en bescheiden, bedoeld in de artikelen 4.1282 en 4.1283; en
- als deze op grond van het Besluit bodemkwaliteit bij de afgifte van de milieuverklaring bodemkwaliteit moet worden verstrekt: een afleverbon.
BW
In artikel 4.1299, vierde lid, wordt «eerste lid, onder b» vervangen door «tweede lid».
BX
In artikel 4.1326, derde lid, wordt «wordt verstrekt» vervangen door «beschikbaar is».
BY
In artikel 4.1327, tweede lid, onder b, wordt na «het adres» ingevoegd «, de kadastrale aanduiding of coördinaten van de locatie».
BZ
In artikel 4.1343, eerste lid, wordt na «bedoeld in» ingevoegd «de».
CA
In artikel 5.7k wordt «4 weken» vervangen door «vier weken».
CB
Artikel 6.16, derde lid, wordt als volgt gewijzigd:
- een installatie voor het kweken van consumptievis, het kweken of houden van ongewervelde waterdieren, het telen van waterplanten of het invangen van mosselzaad als bedoeld in artikel 6.49;
- een mijnbouwinstallatie; en.
- een pijpleiding als bedoeld in de artikelen 94 en 95 van het Mijnbouwbesluit.
CC
In de artikelen 7.12 en 7.13, aanhef, wordt «bedoeld in artikel» vervangen door «bedoeld in de artikelen».
CD
Aan artikel 7.16, derde lid, wordt, onder vervanging van «; en» aan het slot van onderdeel c door een puntkomma en onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel d door «; en», een onderdeel toegevoegd, luidende:
- een pijpleiding als bedoeld in de artikelen 94 en 95 van het Mijnbouwbesluit.
CE
In artikel 7.47, derde lid, onder h, wordt «de degene» vervangen door «degene».
CF
In artikel 7.67, onder b, onder 3°, wordt «respectievelijk artikel 9, eerste lid, van de Wet windenergie op zee» vervangen door «respectievelijk 9, eerste lid, van de Wet windenergie op zee».
CG
In artikel 9.21, vierde lid, onder b, aanhef, wordt na «beschermingszone» ingevoegd «van een beperkingengebied met betrekking tot een hoofdspoorweg of bijzondere spoorweg».
CH
In het opschrift van paragraaf 9.2.4 wordt na «bij hoofdspoorwegen» ingevoegd «of bijzondere spoorwegen».
CI
Aan het slot van artikel 11.6, tweede lid, onder d, vervalt «en».
CJ
Onderdeel c van de artikelen 11.10, 11.32, 11.120 en 11.121 komt te luiden:
- het adres, of de kadastrale aanduiding of coördinaten van de locatie waarop de activiteit wordt verricht; en.
CK
Artikel 11.27, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:
CL
In artikel 11.45, eerste lid, aanhef, wordt «artikelen 11.37, eerste lid, of 11.39, eerste lid» ververvangen door «artikelen 11.37, eerste lid, en 11.39, eerste lid».
CM
In artikel 11.48, aanhef, wordt na «of bijlage III bij het verdrag van Bern,» ingevoegd «met uitzondering van de soorten, bedoeld in artikel 1 van de vogelrichtlijn,».
CN
In artikel 11.52, tweede lid, onder c en d, vervalt «of ministeriële regeling».
CO
In artikel 11.53, tweede lid, onder b, onder 1°, wordt «bijlage II bij het verdrag van Bern of bijlage I bij het verdrag van Bern» vervangen door «bijlage II bij het verdrag van Bern of bijlage I bij het verdrag van Bonn».
CP
In artikel 11.54, eerste lid, onder b, wordt «de vaste voortplantingsplaatsen of rustplaatsen» vervangen door «de vaste voortplantingsplaatsen, rustplaatsen of eieren».
CQ
In artikel 11.58, derde lid, onder c, vervalt «of ministeriële regeling».
CR
In artikel 11.74 wordt «Benelux overeenkomst op het gebied van de jacht en de vogelbescherming (Trb. 1970, 155)» vervangen door «benelux-overeenkomst over jacht en vogelbescherming».
CS
In artikel 11.82 wordt «artikel 11.80, zesde lid, of 11.81» vervangen door «artikel 11.79, zesde lid, of 11.80».
CT
In artikel 11.84, eerste en tweede lid, wordt «omgevingsvergunning voor een flora- en fauna-activiteit» vervangen door «omgevingsvergunning voor een jachtgeweeractiviteit».
CU
In artikel 11.97, tweede lid, onder a, onder 1°, wordt «eisen» vervangen door «regels».
CV
In artikel 11.131, eerste lid, onder e, onder 2°, wordt «ter voldoening aan» vervangen door «om te voldoen aan».
CW
In artikel 15.24, eerste lid, wordt «locatie» vervangen door «een locatie».
CX
In artikel 15.61, onder b, wordt «sulfierreducerende» vervangen door «sulfietreducerende».
CY
In artikel 16.8, eerste lid, onder b, vervalt «als bedoeld in artikel 3.14a van de Omgevingswet».
CZ
In artikel 17.1, derde lid, onder d, wordt «, en» vervangen door «; en».
DA
In artikel 17.26, eerste lid, onder a, wordt «bijlage IX» vervangen door «bijlage XI».
DB
Bijlage I, onder A, wordt als volgt gewijzigd:
DC
Bijlage II wordt als volgt gewijzigd:
DD
In de tabel in bijlage VI wordt in de eerste rij «Naam van de verontreinigende stof» vervangen door «Stofnaam» en wordt «Afkorting van de verontreinigende stof» vervangen door «Afkorting van de stofnaam».
DE
In de tabel bij bijlage VII wordt in de eerste kolom (Stof), bij Stof natuurlijk ruw boorzuur met een gehalte aan H3BO3 van ten hoogste 85 gewichtsprocenten berekend op de droge stof, «gewichtspercenten» vervangen door «gewichtsprocenten».
DF
Bijlage IX bij artikel 17.26, tweede lid, onder a, wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 4.73a (lucht: afbakening mogelijkheid maatwerk emissies)
Een maatwerkregel of maatwerkvoorschrift waarmee artikel 4.73 wordt versoepeld, wordt alleen gesteld over de emissiegrenswaarden voor stikstofoxiden, ammoniak, koolmonoxide, waterstoffluoride, zoutzuur en de som van dioxinen en furanen, bedoeld in tabel 4.73.
Artikel 4.96a (afbakening mogelijkheid maatwerk in ontvangst nemen van afvalstoffen)
Een maatwerkregel of maatwerkvoorschrift waarmee artikel 4.96 wordt versoepeld, wordt alleen gesteld voor een ippc-installatie waarin alleen afvalstoffen thermisch worden behandeld die afkomstig zijn van die installatie.
Artikel 4.268 (lucht: maatregelen totaal stof)
Aan artikel 4.267, eerste lid, wordt voor totaal stof in ieder geval voldaan als:
Artikel 4.993 (bodem: controle water en bezinksel bij opslagtank van staal)
ARTIKEL II (BESLUIT BOUWWERKEN LEEFOMGEVING)
Het Besluit bouwwerken leefomgeving wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 2.10 wordt als volgt gewijzigd:
B
In tabel 3.36, eerste kolom, eerste rij, wordt «gebruiksfuctie» vervangen door «gebruiksfunctie».
C
Artikel 3.84b komt te luiden:
Artikel 3.84b (overgangsrecht energiebesparende maatregelen)
Als voor de inwerkingtreding van dit besluit gegevens en bescheiden zijn verstrekt of hadden moeten worden verstrekt als bedoeld in artikel 2.15, tweede, tiende of elfde lid, van het Activiteitenbesluit milieubeheer, blijft artikel 2.15 van dat besluit, zoals dat luidde voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet, en de regels die bij of krachtens dat artikel in samenhang met artikel 1.7, eerste lid, van het Activiteitenbesluit milieubeheer, zijn gesteld, tot 1 december 2023 van toepassing.D
In artikel 3.87, eerste lid, wordt «als bedoeld in het Besluit energieprestatie gebouwen» vervangen door «als bedoeld in artikel 6.29».
E
Artikel 3.98a komt te luiden:
Artikel 3.98a (overgangsrecht: bereikbaarheid van een gebouw)
Op een route vanaf de openbare weg naar een bouwwerk als bedoeld in artikel 3.98 zijn de artikelen 3.97 en 3.98 niet van toepassing, indien:- het een route naar een woonfunctie als bedoeld in artikel 4.182, tweede lid, betreft die is aangelegd voor 1 januari 2022 of waarvoor voor 1 januari 2022 een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit is aangevraagd; of
- het een route naar een gebouw zonder toegankelijkheidssector als bedoeld in artikel 4.182, vijfde lid, betreft die is aangelegd voor 1 juli 2021 of waarvoor voor 1 juli 2021 een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit is aangevraagd.
F
In de artikelen 3.143, tweede lid, aanhef, en 4.243, tweede lid, aanhef, wordt «Een kooldioxidemeter» vervangen door «De kooldioxidemeter».
G
In de artikelen 3.143, tweede lid, onder d en 4.243, tweede lid, onder d, wordt «een vertrek» vervangen door «de ruimte».
H
Artikel 4.5, derde lid, komt te luiden:
3.
In afwijking van het tweede lid kan een maatwerkvoorschrift als bedoeld in de artikelen 4.103a, 4.149a, 4.227 en 4.230 of een vergunningvoorschrift op grond van artikel 4.103a alleen het bepaalde in die artikelen inhouden.I
In de artikelen 4.5, vijfde lid, 4.6, tweede lid, 5.3a, tweede lid, 6.5, derde lid, en 7.5, vijfde lid, wordt na «bedoelde belangen zich» ingevoegd «daartegen».
J
In artikel 4.9 wordt na «Op het bouwen van een woonfunctie voor particulier eigendom zijn afdeling 4.6 en de paragrafen» ingevoegd «4.5.4,».
K
In artikel 4.10, tweede lid, wordt «de paragrafen 4.2.3 en 4.6.1» vervangen door «paragraaf 4.2.3, de artikelen 4.30 tot en met 4.32 en paragraaf 4.6.1».
L
In artikel 4.15, tweede lid, wordt «de artikelen 4.12 en 4.13» vervangen door «de artikelen 4.12 tot en met 4.14».
M
In artikel 4.15d vervalt in de aanhef van het eerste lid »1.».
N
In tabel 4.64, tweede rij, derde en tiende kolom, wordt «uitgagn» vervangen door «uitgang».
O
Tabel 4.101 komt te luiden:
P
In artikel 4.103a wordt «eerste, lid» vervangen door: «eerste lid,».
Q
Artikel 4.103c komt te luiden:
Artikel 4.103c (overgangsrecht: Wet geluidhinder)
1.
Als de regels voor het bouwwerk deel uitmaken van het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, onder a, van de wet, of voorschriften voor het bouwwerk zijn gesteld in een omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit die is aangevraagd voor de inwerkingtreding van de wet, is artikel 4.103b, tweede lid, onder a, van overeenkomstige toepassing op een uitwendige scheidingsconstructie die op grond van artikel 1b, vierde lid, van de Wet geluidhinder niet als gevel werd beschouwd.2.
Als voor een bouwwerk in het geluidaandachtsgebied, bedoeld in bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, van een weg, spoorweg of industrieterrein het gezamenlijke geluid, bedoeld in artikel 4.103, eerste lid, onder a, niet is bepaald in een van de in dat onderdeel genoemde besluiten, wordt het gezamenlijke geluid voor een verblijfsgebied berekend volgens bij ministeriële regeling gestelde regels op basis van:- de ten hoogste toelaatbare geluidsbelasting die op grond van artikel IX van het Aanvullingsbesluit geluid Omgevingswet onderdeel is van het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1 van de wet, waarbij voor wegen de gehanteerde aftrek op basis van artikel 110g van de Wet geluidhinder wordt opgeteld; of
- in gevallen, bedoeld in het eerste lid, de geluidbelasting die ten grondslag ligt aan het omgevingsplan of de omgevingsvergunning, bedoeld in dat lid; en
- het geluid van luchtvaart, als dat is opgenomen in het geluidregister, bedoeld in artikel 11.51 van het Besluit kwaliteit leefomgeving.
R
In artikelen 4.107, tweede lid, en 4.108, derde lid, wordt «bepaald volgens de Handleiding Meten en Rekenen Industrielawaai» vervangen door «berekend volgens de bij ministeriële regeling gestelde regels».
S
In artikel 4.124, vierde lid, wordt «ventilatiessysteem» vervangen door «ventilatiesysteem».
T
In artikel 4.148, tweede lid, wordt «tabel 4.148» vervangen door «de tabellen 4.148A of 4.148B».
U
Tabel 4.148A komt te luiden:
V
In artikel 4.149, eerste, tweede en vierde lid, wordt «tabel 4.148» vervangen door «tabel 4.148A».
W
In artikel 4.149a vervalt «van 7 juli 2020 zoals gepubliceerd op https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2018/12/17/ kostenoptimaliteitsstudie-beng-eisen».
X
In artikel 4.152, eerste, derde, vijfde, zesde en achtste lid, wordt «tabel 4.148» vervangen door «tabel 4.148B».
Y
In artikel 4.156 wordt «is artikel 4.152» vervangen door «zijn de artikelen 4.152 en 4.153».
Z
In artikel 4.241, tweede lid, vervallen «te bouwen» en «2012».
AA
Tabel 5.8 komt te luiden:
AB
Aan artikel 5.9 wordt een lid toegevoegd, luidende:
3.
Op het verbouwen van een drijvend bouwwerk zijn de artikelen 4.15a tot en met 4.15e van toepassing.AC
Aan artikel 5.20 wordt een lid toegevoegd, luidende:
8.
Bij het beoordelen of een uitzondering als bedoeld in het zevende lid van toepassing is, kan gebruikgemaakt worden van de Leidraad eis hernieuwbare energie bij ingrijpende renovatie.AD
In artikel 5.23, tweede lid, onder b, wordt «geheel vernieuwd wordt» vervangen door «geheel wordt vernieuwd».
AE
Artikel 6.8 wordt als volgt gewijzigd:
AF
In artikel 6.14, eerste lid, onder d, wordt «bedoeld in de paragrafen 3.2.7 en 4.3» vervangen door «bedoeld in de paragrafen 3.2.7 en 4.2.7».
AG
In tabel 6.19, tweede rij, vierde kolom, wordt «inrcihting» vervangen door «inrichting».
AH
Artikel 6.31 vervalt.
AI
Artikel 7.4 wordt als volgt gewijzigd:
2.
Onder gevaar voor de gezondheid of veiligheid in de directe omgeving als bedoeld in het eerste lid wordt ook verstaan beschadiging of belemmering van wegen, van in de weg gelegen werken en van andere roerende of onroerende zaken op een aangrenzend perceel of op een aan het bouw- of sloopterrein grenzende openbare weg, openbaar water of openbaar groen, die tot dat gevaar kan leiden.AJ
In artikel 7.5, derde lid, wordt na «Een maatwerkvoorschrift» ingevoegd «of vergunningvoorschrift».
AK
Artikel 7.8 wordt als volgt gewijzigd:
- als op grond van artikel 7.5 of 7.5a een veiligheidscoördinator directe omgeving als bedoeld in artikel 7.5b moet worden aangesteld: de naam en contactgegevens van die coördinator;.
AL
Artikel 7.11 wordt als volgt gewijzigd:
- als de melding is vereist omdat de hoeveelheid sloopafval naar redelijke schatting meer dan 10 m3 bedraagt:
- een beschrijving van de maatregelen om te voldoen aan artikel 7.19a, eerste lid; en
- de risicomatrix en, voor zover van toepassing, het sloopveiligheidsplan en de naam en contactgegevens van de veiligheidscoördinator directe omgeving, en andere gegevens en bescheiden over de maatregelen om de veiligheid te waarborgen en de gezondheid te beschermen in de directe omgeving van de sloopwerkzaamheden.
AM
In artikel 7.15, tweede lid, wordt «Bij een bouw- en sloopplaats van een te bouwen of te slopen gebouw wordt» vervangen door «Bij het bouwen of slopen van een gebouw wordt bij de bouw- en sloopplaats».
AN
In artikel 7.22, tweede lid, wordt «51a, derde en vijfde lid» vervangen door «artikel 4.51a, derde en vijfde lid».
AO
In artikel 7.35 wordt «bedoeld in artikel 2.2» vervangen door «bedoeld in artikel 7.30».
AP
In het opschrift van paragraaf 7.2.3 wordt «Materiële regels» vervangen door «Inhoudelijke regels».
AQ
In het opschrift van artikel 7.38 wordt «materiële regels» vervangen door «inhoudelijke regels».
AR
Bijlage I, onder A, wordt als volgt gewijzigd:
AS
In Bijlage I, onder B, wordt in de begripsomschrijvingen van bijeenkomstgebouw en celgebouw «nevengebruiksfunties» vervangen door «nevengebruiksfuncties».
Artikel 3.84b (overgangsrecht energiebesparende maatregelen)
Als voor de inwerkingtreding van dit besluit gegevens en bescheiden zijn verstrekt of hadden moeten worden verstrekt als bedoeld in artikel 2.15, tweede, tiende of elfde lid, van het Activiteitenbesluit milieubeheer, blijft artikel 2.15 van dat besluit, zoals dat luidde voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet, en de regels die bij of krachtens dat artikel in samenhang met artikel 1.7, eerste lid, van het Activiteitenbesluit milieubeheer, zijn gesteld, tot 1 december 2023 van toepassing.
Artikel 3.98a (overgangsrecht: bereikbaarheid van een gebouw)
Op een route vanaf de openbare weg naar een bouwwerk als bedoeld in artikel 3.98 zijn de artikelen 3.97 en 3.98 niet van toepassing, indien:
Artikel 4.103c (overgangsrecht: Wet geluidhinder)
ARTIKEL III (BESLUIT KWALITEIT LEEFOMGEVING)
Het Besluit kwaliteit leefomgeving wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1.1a wordt als volgt gewijzigd:
2.
Dit artikel berust ook op:- artikel 4, eerste lid, van de Kaderwet subsidies I en M; en
- de artikelen 3.4, eerste lid, aanhef en onder b, en 3.7 van de Aanvullingswet geluid Omgevingswet.
B
In de artikelen 2.0f, eerste lid, en 2.0k, eerste lid, wordt «het nationaal waterprogramma» vervangen door «het nationale waterprogramma».
C
In artikel 2.17, vijfde lid, wordt «Het eerste, tweede en vierde lid zijn» vervangen door «Het eerste tot en met het vierde lid is».
D
In de artikelen 3.38, derde lid, onder c en d, 5.74, eerste lid, 5.76, tweede en derde lid, onder b, onder 1° en 2°, 8.19, tweede lid, 8.41, aanhef, 8.42, eerste en tweede lid, 11.50, eerste lid, onder b, en onder c, onder 1°, 2° en 3° en 11.52, eerste lid, onder c en e, onder 1° en 2°, vervalt «dB».
E
In artikel 3.51, derde lid, wordt «artikel 3.49» vervangen door «artikel 3.50».
F
In artikel 3.69, eerste lid, onder b, wordt na «invasieve uitheemse soorten» ingevoegd «als bedoeld in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving».
G
In artikel 4.2a wordt «het nationaal nec-programma» vervangen door «het nationale nec-programma».
H
In artikel 4.20 wordt «vooor» vervangen door «voor».
I
In artikel 5.3, derde lid, wordt «een buitenplanse omgevingsplanactivieit» vervangen door «een buitenplanse omgevingsplanactiviteit».
J
In artikel 5.40, tweede lid, onder e, wordt «gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde,» vervangen door «bouwwerken».
K
Artikel 5.51, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
- de aanleg of wijziging van wegen, vaarwegen en spoorwegen, niet zijnde een activiteit als bedoeld in artikel 5.50, eerste lid;.
- activiteiten die een toename van de verkeersintensiteit veroorzaken op wegen, vaarwegen en spoorwegen; of.
L
Artikel 5.53 wordt als volgt gewijzigd:
M
Artikel 5.76, derde lid, onder a, komt te luiden:
- civiele schietbaan als bedoeld in het eerste lid, onder a, of combinatie van schietbanen, een lagere of hogere waarde bevatten, mits die waarde niet hoger is dan 55 Bs,dan; of.
N
Aan artikel 5.78b wordt een lid toegevoegd, luidende:
3.
Artikel 5.58 is van overeenkomstige toepassing.O
In artikel 5.78ae, tweede lid, onder a en b, wordt «paragraaf 5.1.4.2.3» vervangen door «paragraaf 5.1.4.2a.3».
P
Artikel 5.89o wordt als volgt gewijzigd:
Q
Artikel 5.104 wordt als volgt gewijzigd:
R
In artikel 5.108, tweede lid, wordt «een een concentratiegebied» vervangen door «een concentratiegebied».
S
In artikel 5.123, tweede lid, wordt «gezamelijke oppervlakte» vervangen door «gezamenlijke oppervlakte».
T
In artikel 5.129d, derde lid, wordt «Waddenzee» vervangen door «PKB-Waddenzee».
U
In de opschriften van paragraaf 5.1.7.5 en artikel 5.161a wordt «randapparatuur» vervangen door «radarapparatuur».
V
Aan artikel 6.2 wordt een lid toegevoegd, luidende:
5.
De waterschapsverordening bepaalt dat het bevoegd gezag in afwijking van het vierde lid een omgevingsvergunning kan verlenen als:- de aanvraag betrekking heeft op:
- nieuwe veranderingen van de fysische kenmerken van een krw-oppervlaktewaterlichaam;
- wijzigingen in de stand van grondwaterlichamen; of
- nieuwe duurzame activiteiten van menselijke ontwikkeling, voor zover het gaat om de achteruitgang van een zeer goede toestand van een krw-oppervlaktewaterlichaam naar een goede toestand;
- aan de voorwaarden van artikel 4, zevende, achtste en negende lid, van de kaderrichtlijn water is voldaan; en
- de motivering voor het waterlichaam wordt opgenomen in het nationale waterprogramma, als het gaat om rijkswateren, of in het regionale waterprogramma, als het gaat om regionale wateren.
W
Artikel 6.3, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
X
Aan artikel 7.12 wordt een lid toegevoegd, luidende:
5.
De omgevingsverordening bepaalt dat in afwijking van wat overeenkomstig het vierde lid in de omgevingsverordening is bepaald, een omgevingsvergunning kan worden verleend als:- de aanvraag betrekking heeft op de gevallen waarin het niet voorkomen van die achteruitgang het gevolg is van:
- nieuwe veranderingen van de fysische kenmerken van een krw-oppervlaktewaterlichaam;
- wijzigingen in de stand van grondwaterlichamen; of
- nieuwe duurzame activiteiten, voor zover het gaat om de achteruitgang van een zeer goede toestand van een krw-oppervlaktewaterlichaam naar een goede toestand;
- aan de voorwaarden van artikel 4, zevende, achtste en negende lid, van de kaderrichtlijn water is voldaan; en
- de motivering voor het waterlichaam wordt opgenomen in het nationale waterprogramma, als het gaat om rijkswateren, of in het regionale waterprogramma, als het gaat om regionale wateren.
Y
In artikel 8.1a wordt «onder a, d, h of j,» vervangen door «onder a, e, i of k»,
Z
In artikel 8.3d wordt «de artikelen 4.5, 4.6, 7.5 en 7.23 van het Besluit bouwwerken leefomgeving» vervangen door «de artikelen 4.5, 4.6, 5.3a, 7.5 en 7.23 van het Besluit bouwwerken leefomgeving».
AA
In artikel 8.9, derde lid, wordt «ht» vervangen door «het».
AB
In het opschrift van artikel 8.37 wordt «koolstofdioxide» vervangen door «kooldioxide».
AC
In artikel 8.62 wordt «tot en met 8.75b» vervangen door «tot en met 8.57b».
AD
In artikel 8.70d, onder a, wordt na «weidegronden» ingevoegd «als bedoeld in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving».
AE
In het opschrift en het eerste lid, onder a, van artikel 8.72 wordt «CO2» vervangen door «kooldioxide».
AF
In artikel 8.74 wordt voor «4.74» ingevoegd «4.73a,», wordt voor «4.106» ingevoegd «4.96a,», wordt voor «4.1296» ingevoegd «4.1199, 4.1257a, 4.1265a, 4.1273, 4.1275, 4.1277, 4.1279, 4.1289, 4.1291,» en wordt «4.1341» vervangen door «4.1340».
AG
In artikel 8.74k, eerste lid, aanhef, wordt «11.48, eerste lid,» vervangen door «11.48».
AH
Artikel 8.74o wordt als volgt gewijzigd:
2.
Als de omgevingsvergunning wordt verleend vanwege een belang als bedoeld in artikel 8.74j, eerste lid, onder b, onder 3°, worden alleen middelen voorgeschreven die nadelige gevolgen voor het welzijn van vogels voorkomen of, als dat niet mogelijk is, zoveel mogelijk beperken.AI
In artikel 8.74r, tweede lid, wordt «artikel 8.74j, eerste lid, onder b, onder 3°» vervangen door «artikel 8.74k, eerste lid, onder b, onder 2°».
AJ
Aan artikel 8.84 wordt een lid toegevoegd, luidende:
6.
In afwijking van het vijfde lid wordt een omgevingsvergunning verleend als:- de aanvraag betrekking heeft op de gevallen waarin het niet voorkomen van die achteruitgang het gevolg is van:
- nieuwe veranderingen van de fysische kenmerken van een krw-oppervlaktewaterlichaam;
- wijzigingen in de stand van grondwaterlichamen; of
- nieuwe duurzame activiteiten, voor zover het gaat om de achteruitgang van een zeer goede toestand van een krw-oppervlaktewaterlichaam naar een goede toestand;
- aan de voorwaarden van artikel 4, zevende, achtste en negende lid, van de kaderrichtlijn water is voldaan; en
- de motivering voor het waterlichaam wordt opgenomen in het nationale waterprogramma, als het gaat om rijkswateren, of in het regionale waterprogramma, als het gaat om regionale wateren.
AK
In artikel 9.3a, tweede lid, wordt «vierde en vijfde lid» vervangen door «vierde, vijfde en zesde lid».
AL
In artikel 11.4, onder a, wordt na «als het gaat om» ingevoegd «het».
AM
In artikel 11.22, eerste lid, aanhef, wordt «het gebruik van wegen» vervangen door «de verkeersintensiteit op wegen».
AN
Artikel 11.46 wordt als volgt gewijzigd:
AO
In artikel 11.65, vierde en vijfde lid, wordt «artikel 10.64» vervangen door «artikel 11.64».
AP
In artikel 11.66, eerste lid, wordt «verordening goverance» vervangen door «verordening governance».
AQ
In artikel 12.2, derde lid, wordt «onder a of d» vervangen door «onder a of c».
AR
In artikel 12.5, eerste lid, vervalt «op het tijdstip van inwerkingtreding van dit besluit».
AS
In de artikelen 12.12, eerste lid, onder a en b, 12.13, eerste lid, onder a en b, en 12.13a, eerste lid, onder a, b, c en d, wordt «dB» vervangen door «Lden».
AT
Na artikel 12.13l wordt een paragraaf toegevoegd, luidende:
AU
Afdeling 12.2 komt te luiden:
AV
In artikel 12.26c wordt «artikel 15.15, eerste lid, van het Omgevingsbesluit» vervangen door «artikel 15.5, eerste lid, van het Omgevingsbesluit».
AW
Na artikel 12.27 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 12.27a (tijdelijke beoordelingsregel buitenplanse omgevingsplanactiviteit)
Bij de toepassing van artikel 8.0a, tweede lid, is in ieder geval sprake van een evenwichtige toedeling van functies aan locaties voor zover de activiteit niet in strijd is met een eerder verleende omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit.AX
Bijlage I, onder A, wordt als volgt gewijzigd:
AY
In bijlage Va wordt in de eerste en tweede kolom «dB» vervangen door «Lden».
AZ
In de tabel bij bijlage Vc, worden onder het kopje «Water- en oeverplanten» de regels
BA
Bijlage VII, onder E, onder 4, wordt als volgt gewijzigd:
BB
In bijlage XIIIA wordt voor «organochloor-bestrijdingsmiddelen» ingevoegd «a. ».
Artikel 12.13m (overgangsrecht geluid van een gemeenteweg en lokale spoorweg samen)
Zolang de basisgeluidemissie nog niet is bepaald, wordt bij toepassing van de artikelen 5.78a, derde lid, 5.78m, derde lid, 5.78n, derde lid, 5.78t, tweede lid, en 5.78u, tweede lid, het geluid door de gemeenteweg en de lokale spoorweg gezamenlijk beschouwd als het college van burgemeester en wethouders voornemens is toepassing te geven aan artikel 3.27, tweede lid.
Artikel 12.14 (tijdelijke bebouwingscontour geur)
Zolang in het omgevingsplan geen bebouwingscontour geur als bedoeld in artikel 5.97 is aangewezen, geldt de bebouwde kom als bebouwingscontour geur.
Artikel 12.27a (tijdelijke beoordelingsregel buitenplanse omgevingsplanactiviteit)
Bij de toepassing van artikel 8.0a, tweede lid, is in ieder geval sprake van een evenwichtige toedeling van functies aan locaties voor zover de activiteit niet in strijd is met een eerder verleende omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit.
ARTIKEL IV (OMGEVINGSBESLUIT)
Het Omgevingsbesluit wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1.1a wordt als volgt gewijzigd:
B
In artikel 4.11, eerste lid, onder d, wordt «of 4.12» vervangen door «4.12».
C
In artikel 4.12, tweede lid, onder a, onder 3°, wordt «artikel 5.146, eerste lid» vervangen door «artikel 5.150, eerste lid».
D
Artikel 4.14 wordt als volgt gewijzigd:
E
In artikel 4.27, derde lid, vervalt «, als voor de bouwactiviteit geen omgevingsvergunning is vereist».
F
Artikel 4.30 wordt als volgt gewijzigd:
- een activiteit anders dan bedoeld in artikel 4.11, eerste lid, onder a tot en met c, of in de artikelen 4.10, eerste lid, 4.12 of 4.13, die geheel of in hoofdzaak plaatsvindt in:
- de territoriale zee voor zover gelegen buiten het provinciaal en gemeentelijk ingedeelde gebied; of
- de exclusieve economische zone;.
G
In artikel 5.2, tweede lid, wordt «met overeenkomstige toepassing van artikel 3:12, eerste en tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht» vervangen door «op de in artikel 12 van de Bekendmakingswet bepaalde wijze».
H
In artikel 6.2, derde lid, wordt na «populaties van exoten» ingevoegd «als bedoeld in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving».
I
In artikel 6.4 wordt na «artikel 8.1, derde lid, van de wet,» ingevoegd «en regels over wildbeheereenheden als bedoeld in artikel 8.2, vijfde lid, van de wet».
J
In artikel 8.20, onder b, wordt «bouwwerk, geen gebouw zijnde,» vervangen door «bouwwerk geen gebouw zijnde als bedoeld in bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving».
K
In artikel 10.21b, eerste lid, wordt «omgevingsvergunning» vervangen door «aanvraag om een omgevingsvergunning» en wordt «is ingediend» vervangen door «ingediend».
L
In artikel 10.22, tweede lid, onder a, wordt «artikel 16.63» vervangen door «artikel 16.57».
M
Artikel 10.24 wordt als volgt gewijzigd:
- een andere wateractiviteit als bedoeld in de onderdelen f tot en met i, met uitzondering van een als wateractiviteit aan te merken beperkingengebiedactiviteit, als die betrekking heeft op:
- een ippc-installatie; of
- een Seveso-inrichting.
N
Artikel 10.36dc, wordt als volgt gewijzigd:
O
In artikel 10.42a, eerste lid, onder a, wordt «artikel 11.52, eerste lid, onder a, onder 1° en onder 3° tot en met 5°, van het Besluit kwaliteit leefomgeving» vervangen door «artikel 11.52, eerste lid, onder a, onder 1°, onder 3° tot en met 5° en onder 7°, van het Besluit kwaliteit leefomgeving».
P
In artikel 11.9, tweede lid, wordt «, met overeenkomstige toepassing van artikel 3:12, eerste en tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht,» vervangen door «op de in artikel 12 van de Bekendmakingswet bepaalde wijze».
Q
In artikel 11.16, eerste lid, onder i, wordt «op grond de van» vervangen door «op grond van de».
R
In artikel 12.6 wordt «artikel 15.1, eerste lid, onder j, van de wet» vervangen door «artikel 15.1, eerste lid, onder k, van de wet».
S
Artikel 13.1a vervalt.
T
Artikel 13.3 wordt als volgt gewijzigd:
- bij een omgevingsvergunning die betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 4.30, eerste lid, onder a, b, c, voor zover het bij die onderdelen gaat om een beperkingengebiedactiviteit met betrekking tot een weg in beheer bij het Rijk of een hoofdspoorweg, of d; en.
U
Aan afdeling 13.1 wordt een artikel toegevoegd, luidende:
Artikel 13.3a0 (toedeling mede-handhavingstaak in verband met andere regels)
De bestuursrechtelijke handhavingstaak berust bij het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en biociden als bedoeld in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving bij het verrichten van de milieubelastende activiteiten, bedoeld in de artikelen 3.184, 3.200, 3.205, 3.208, 3.211, 3.215, 3.218 en 3.250 van dat besluit, ook bij Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat en bij Onze Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.V
In artikel 13.14, onder c, vervalt «, bedoeld in artikel 27 van de Politiewet 2012».
W
In artikel 14.2, tweede lid, onder a, vervalt «pararaaf».
X
In de artikelen 14.5a, 14.5b, 14.6, 14.7a, eerste lid, en 14.10a, eerste lid, aanhef, wordt «ter voldoening aan» vervangen door «om te voldoen aan».
Y
In artikel 14.6 wordt in de begripsomschrijving van identificatienummer van de organisatie «Kamer van Koophandel-nummer» vervangen door «nummer van de inschrijving in het handelsregister».
Z
In artikel 14.12, onder a, wordt «beschikbaarstelling van informatie op grond van artikel 20.26» vervangen door «ontsluiting van informatie, bedoeld in artikel 20.21, eerste lid, onder a,».
AA
In artikel 15.2, derde lid, onder c, vervalt «of hoofdstuk 11 van de Wet milieubeheer» en wordt na «lijst» ingevoegd «, met uitzondering van gebouwen die zijn gesaneerd door een verkeersmaatregel waarmee een snelheid van 30 km/u is ingesteld en waarvoor geen rijksbijdrage voor geluidwerende maatregelen is ontvangen».
AB
Artikel 15.4 wordt als volgt gewijzigd:
AC
In bijlage I, onder A, wordt in de alfabetische rangschikking een begripsbepaling ingevoegd:
AD
Bijlage V wordt als volgt gewijzigd:
De vergunning op grond van artikel 94 of 95 van het Mijnbouwbesluit of, bij afwezigheid daarvan, het omgevingsplan of, bij afwezigheid daarvan, de omgevingsvergunning voor een wateractiviteit.AE
Bijlage VI, categorie 1, komt te luiden:
Artikel 13.3a0 (toedeling mede-handhavingstaak in verband met andere regels)
De bestuursrechtelijke handhavingstaak berust bij het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en biociden als bedoeld in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving bij het verrichten van de milieubelastende activiteiten, bedoeld in de artikelen 3.184, 3.200, 3.205, 3.208, 3.211, 3.215, 3.218 en 3.250 van dat besluit, ook bij Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat en bij Onze Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.
ARTIKEL V (INVOERINGSBESLUIT OMGEVINGSWET)
Het Invoeringsbesluit Omgevingswet wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 7.1 wordt als volgt gewijzigd:
- bruggen, viaducten, verkeerstunnels en andere ondergronds gelegen bouwwerken voor het vervoer van personen of goederen en beweegbare waterkeringen.
4.
Dit artikel is van toepassing tot 1 december 2023.Artikel 22.52a Energie: overgangsrecht maatregelen en informatieplicht
1.
Als voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet op grond van artikel 2.15, tweede, tiende of elfde lid, van het Activiteitenbesluit milieubeheer gegevens en bescheiden zijn verstrekt of hadden moeten worden verstrekt, blijven de uit artikel 2.15 van het Activiteitenbesluit milieubeheer, zoals dat artikel luidde voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet, volgende verplichtingen en de verplichtingen volgend uit de regels die bij of krachtens dat artikel in samenhang met artikel 1.7, eerste lid, van het Activiteitenbesluit milieubeheer, zoals dat artikel luidde voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet, zijn gesteld, tot 1 december 2023 van toepassing.2.
Op een activiteit waarop het eerste lid van toepassing is, is gedurende de periode, bedoeld in dat lid, artikel 22.52 niet van toepassing.Artikel 22.61a Gegevens en bescheiden
1.
Dit artikel is van toepassing op een activiteit op een gezoneerd industrieterrein.2.
Dit artikel is niet van toepassing op een activiteit waar:- tussen 19.00 en 7.00 uur gemiddeld niet meer dan vier transportbewegingen per dag plaatsvinden met motorvoertuigen waarvan de massa van het ledig voertuig vermeerderd met het laadvermogen meer is dan 3.500 kg en binnen een afstand van 50 m van de begrenzing van de locatie waarop de activiteit wordt verricht geluidgevoelige gebouwen aanwezig zijn;
- het mede op basis van de aard van de activiteit, niet aannemelijk is dat in enige ruimte op de locatie waarop de activiteit wordt verricht het equivalente geluidsniveau (LAeq) veroorzaakt door de ten gehore gebrachte muziek in de representatieve bedrijfssituatie, meer bedraagt dan:
- 70 dB(A), als deze ruimte in- of aanpandig is gelegen met geluidgevoelige gebouwen;
- 80 dB(A), in andere gevallen dan bedoeld onder 1°;
- in de buitenlucht of op een open terrein geen muziek ten gehore wordt gebracht;
- in de buitenlucht geen oefenterrein voor motorvoertuigen aanwezig is;
- geen koelinstallatie aanwezig is die volgens de gebruiksaanwijzing behoort te zijn gevuld met meer dan 30 kg synthetisch koudemiddel;
- geen gemotoriseerde modelvliegtuigen, modelvaartuigen of modelvoertuigen in de open lucht worden gebruikt;
- geen parkeergelegenheid wordt geboden in een parkeergarage voor meer dan 30 personenauto’s;
- geen noodstroomaggregaat aanwezig is dat meer dan 50 uren per jaar in werking is; en
- geen transformatoren met een maximaal gelijktijdig in te schakelen elektrisch vermogen van 200 MVA of meer, die zijn ondergebracht in een gesloten gebouw, worden gebruikt;
3.
Dit artikel is ook niet van toepassing op een activiteit waarvoor op grond van hoofdstuk 2, 3, 4 of 5 van het Besluit activiteiten leefomgeving, artikel 22.61 of een ander artikel in deze afdeling een verplichting geldt om gegevens en bescheiden te verstrekken of een omgevingsvergunning aan te vragen voor het beginnen of wijzigen van die activiteit.4.
Ten minste vier weken voor het begin van een activiteit worden aan het college van burgemeester en wethouders de volgende gegevens en bescheiden verstrekt:- informatie over de aard en omvang van de activiteit en de aard en omvang van de daarbij behorende processen;
- gegevens over de indeling van de locatie waarop de activiteit wordt verricht, waarbij het volgende wordt aangegeven:
- de grenzen van het terrein; en
- de ligging van de gebouwen;
- een situatietekening met een schaal van ten minste 1:10.000 waarop de activiteit is aangegeven en die is voorzien van een noordpijl; en
- gegevens over de verwachte datum van het begin van de activiteit.
5.
Ten minste vier weken voordat de activiteit wijzigt, worden de gewijzigde gegevens verstrekt aan het college van burgemeester en wethouders.- voor ijzerverbindingen: NEN-EN-ISO 17294-2.
Artikel 22.155 Periodiek reinigen
Met het oog op het doelmatig beheer van afvalwater wordt afvalwater afkomstig van reinigingswerkzaamheden, conserveringswerkzaamheden of andere onderhoudswerkzaamheden aan bouwwerken niet in een voorziening voor de inzameling en het transport van afvalwater of op of in de bodem geloosd, tenzij het gaat om afvalwater afkomstig van reinigingswerkzaamheden die periodiek worden uitgevoerd en waarbij alleen vuilafzetting wordt verwijderd.Artikel 22.163 Lozen vanuit openbaar hemelwaterstelsel en openbaar ontwateringsstelsel
Met het oog op het doelmatig beheer van afvalwater kan het afvalwater afkomstig uit een openbaar hemelwaterstelsel of een openbaar ontwateringsstelsel worden geloosd op of in de bodem, als dat stelsel voorkomt op het in het gemeentelijk rioleringsplan of een gemeentelijk rioleringsprogramma opgenomen overzicht van voorzieningen en maatregelen als bedoeld in artikel 2.16, eerste lid, onder a, onder 1° en 2°, van de Omgevingswet, en dat stelsel volgens dat plan of programma is uitgevoerd en wordt beheerd.Artikel 22.187 Water: lozingsroute
Met het oog op het doelmatig beheer van afvalwater kan spuiwater uit recreatieve visvijvers worden geloosd op of in de bodem of in een schoonwaterriool. Het spuiwater wordt niet geloosd in een vuilwaterriool.1.
Met het oog op het doelmatig beheer van afvalwater kan afvalwater afkomstig van het ontwikkelen of afdrukken van fotografisch materiaal worden geloosd in een vuilwaterriool. Het afvalwater wordt niet geloosd op of in de bodem of in een schoonwaterriool.3.
Het eerste lid is niet van toepassing, als per week ten hoogste één motorvoertuig waarmee geen gewasbeschermingsmiddelen zijn toegepast, uitwendig wordt gewassen.1.
Met het oog op het doelmatig beheer van afvalwater kan afvalwater afkomstig van het wassen van motorvoertuigen worden geloosd in een vuilwaterriool. Het afvalwater wordt niet geloosd in een schoonwaterriool.2.
Het lozen op of in de bodem is toegestaan, als per week ten hoogste één motorvoertuig waarmee geen gewasbeschermingsmiddelen zijn toegepast, uitwendig wordt gewassen.1.
Met het oog op het doelmatig beheer van afvalwater kan afvalwater afkomstig van het bereiden van voedingsmiddelen worden geloosd in een vuilwaterriool. Het afvalwater wordt niet geloosd in een schoonwaterriool.3.
Het afvalwater wordt niet geloosd op of in de bodem of in een schoonwaterriool.Artikel 22.244 Water: lozingsroute
1.
Met het oog op het doelmatig beheer van afvalwater kunnen vrijkomende vloeistoffen afkomstig van het opslaan van vaste mest gelijkmatig worden verspreid over onverharde bodem.2.
De vrijkomende vloeistoffen worden niet geloosd in een voorziening voor de inzameling en het transport van afvalwater.1.
Met het oog op het doelmatig beheer van afvalwater kunnen vrijkomende vloeistoffen afkomstig van de opslag van kuilvoer of vaste bijvoedermiddelen gelijkmatig worden verspreid over onverharde bodem.2.
De vrijkomende vloeistoffen worden niet geloosd in een voorziening voor de inzameling en het transport van afvalwater.1.
Met het oog op het doelmatig beheer van afvalwater kan afvalwater afkomstig van de bodembeschermende voorziening voor opslag van kuilvoer of vaste bijvoedermiddelen worden geloosd op of in de bodem als:- het niet in contact is geweest met het kuilvoer of vaste bijvoedermiddelen; en
- het niet is vermengd met daaruit vloeiende vloeistoffen.
2.
Het afvalwater wordt niet geloosd in een voorziening voor de inzameling en het transport van afvalwater.1.
Met het oog op het doelmatig beheer van afvalwater kan afvalwater afkomstig van het reinigen en ontsmetten van een dierenverblijf waarin landbouwhuisdieren of paarden of pony’s voor het berijden worden gehouden, worden geloosd in een vuilwaterriool als meer dan 10 schapen, 5 paarden of pony’s, 10 geiten, 25 stuks pluimvee, 25 konijnen of 10 overige landbouwhuisdieren worden gehouden. Het afvalwater wordt niet geloosd in een schoonwaterriool of op of in de bodem.- de gegevens en bescheiden, genoemd onder b;.
B
Bijlage I behorend bij artikel 7.2 wordt als volgt gewijzigd:
Zoals al beschreven betreft het hier een voortzetting van de bouwwerken die in artikel 3 van bijlage II bij het voormalige Besluit omgevingsrecht waren opgenomen. Op enkele onderdelen zijn daarin wijzigingen aangebracht. Zo is de eis in onderdeel a, onder 3°, dat een bijbehorend bouwwerk of een uitbreiding daarvan op meer dan 1 m vanaf openbaar toegankelijk gebied moet zijn gelegen, niet langer afhankelijk van de gelding van redelijke eisen van welstand voor het betrokken gebied of bouwwerk. Hiermee wordt de praktische toepassing van de regeling verbeterd.Toepassing van deze beoordelingsregels leidt ertoe dat, ondanks dat aan de beoordelingsregels uit artikel 22.29 wordt voldaan, de vergunning toch moet worden geweigerd als voor de locatie waarop de aanvraag betrekking heeft op grond van de in artikel 22.33, eerste lid, genoemde bepalingen van de Invoeringswet Omgevingswet een nog onder oud recht genomen voorbereidingsbesluit van kracht is, of een tracébesluit of een besluit krachtens de Wet luchtvaart dat op grond van het oude recht gold als een zodanig voorbereidingsbesluit, of een onder oud recht gedane aanwijzing als beschermd stads- of dorpsgezicht waarvoor nog geen tot bescherming daarvan strekkend omgevingsplan geldt. Op de plicht om in zo’n geval de vergunning te weigeren bestaat een uitzondering in het geval het bouwplan niet in strijd is met het omgevingsplan dat in voorbereiding is. Dit is vergelijkbaar met de situatie onder oud recht, waarin artikel 3.3, derde en zesde lid, van de voormalige Wet algemene bepalingen omgevingsrecht de mogelijkheid bood de onder oud recht toepasselijke aanhoudingsplicht te doorbreken.Overigens is de gelding van deze paragraaf beperkt tot 1 december 2023. Dit hangt samen met het beleidsvoornemen om in het kader van de voorziene regelgeving over de actualisatie van de energiebesparingsplicht alsnog op rijksniveau ook voor bepaalde milieubelastende activiteiten die niet zijn aangewezen in de afdelingen 3.3 tot en met 3.11 van het Bal regels over energiebesparing te stellen. Met het opnemen van de datum van 1 december 2023 in artikel 22.52, vierde lid, dat betrekking heeft op de verplichting energiebesparende maatregelen te treffen, is aansluiting gezocht bij de datum van het van toepassing worden van de geactualiseerde regels over energiebesparing zoals deze is opgenomen in de hiervoor genoemde voorziene regelgeving. Ook de gelding van artikel 22.52a, dat betrekking heeft op het overgangsrecht voor de regels over energiebesparing zoals deze golden onder het voormalige Activiteitenbesluit milieubeheer, is gekoppeld aan deze datum. Als een gemeente voor 1 december 2023 is overgegaan tot aanpassing van artikel 22.52 of 22.52a van dit omgevingsplan, zal na die datum op grond van de geactualiseerde regels over energiebesparing in het Bal moeten worden bezien of deze regels in het omgevingsplan kunnen blijven voortbestaan als maatwerkregel.De regels in deze paragraaf, die betrekking hebben op zogeheten procesgebonden energiebesparende maatregelen, laten onverlet de regels over de zogeheten gebouwgebonden energiebesparende maatregelen, zoals deze zijn gesteld in de artikelen 3.84, 3.84a en 3.84b van het Bbl.Deze paragraaf is van toepassing op het lozen van afvalwater afkomstig van reinigingswerkzaamheden, conserveringswerkzaamheden of andere onderhoudswerkzaamheden aan bouwwerken. Dit betreft zowel weinig milieubelastende activiteiten, zoals activiteiten als ramenlappen, als activiteiten die een hogere milieubelasting kunnen veroorzaken, zoals verwijderen van hardnekkige aanslag bij gevelreiniging.Bij andere reinigingsactiviteiten dan periodiek reinigen is het uitgangspunt dat geen afvalwater wordt geloosd. Dit geldt voor bijvoorbeeld werkzaamheden, waarbij na verloop van een lange periode (vaak meer dan enkele jaren) hardnekkige aanslag wordt verwijderd (gevelreiniging). Ook vallen hieronder werkzaamheden, waarbij bijvoorbeeld graffiti of andere verflagen worden verwijderd.Ook geldt, in navolging van de artikelen 3.23b, tweede lid, aanhef en onder a, en 3.24, aanhef en onder a, van het voormalige Activiteitenbesluit milieubeheer, een uitzondering voor het per week uitwendig wassen van ten hoogste één motorvoertuig waarmee geen gewasbeschermingsmiddelen zijn toegepast. Artikel 22.194, tweede lid, van dit omgevingsplan regelt in samenhang hiermee dat het water bij het wassen in de bodem mag komen. Dit zal in beperkte mate het geval zijn, als de verharding waarop wordt gewassen niet vloeistofdicht is.C
Artikel 7.3 wordt als volgt gewijzigd:
4.
In afwijking van het derde lid kan een omgevingsvergunning ook worden verleend als:- de aanvraag betrekking heeft op:
- nieuwe veranderingen van de fysische kenmerken van een krw-oppervlaktewaterlichaam;
- wijzigingen in de stand van grondwaterlichamen; of
- het niet voorkomen van achteruitgang van een zeer goede toestand van een krw-oppervlaktewaterlichaam naar een goede toestand het gevolg is van nieuwe duurzame activiteiten van menselijke ontwikkeling;
- aan de voorwaarden van artikel 4, zevende, achtste en negende lid, van de kaderrichtlijn water is voldaan; en
- de motivering voor het waterlichaam wordt opgenomen in het nationale waterprogramma, als het gaat om rijkswateren, of in het regionale waterprogramma, als het gaat om regionale wateren.
- voor ijzerverbindingen: NEN-EN-ISO 17294-2.
D
Bijlage II behorend bij artikel 7.25 wordt als volgt gewijzigd:
E
Artikel 8.1.10 komt te luiden:
Artikel 8.1.10 (geldigheid omgevingsvergunning van rechtswege beperkte milieutoets)
Aan de geldigheid van een omgevingsvergunning van rechtswege als bedoeld in artikel 4.14 van de Invoeringswet Omgevingswet voor een milieubelastende activiteit als bedoeld in artikel 3.13, 3.106, eerste lid, onder a, b, c, d, e of f, 3.115, onder c, 3.125, eerste lid, onder c, 3.130, onder a, b, c, d, e, h of i, 3.137, 3.153, 3.164, 3.174, 3.202, 3.281 of 3.332, van het Besluit activiteiten leefomgeving, is geen termijn verbonden.F
Na artikel 8.2.15 wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:
G
Na artikel 8.2.16 wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:
H
In artikel 8.3.1 wordt «Artikel 10.9a» vervangen door «Artikel 11.15».
Artikel 22.52a Energie: overgangsrecht maatregelen en informatieplicht
Artikel 22.61a Gegevens en bescheiden
Artikel 22.155 Periodiek reinigen
Met het oog op het doelmatig beheer van afvalwater wordt afvalwater afkomstig van reinigingswerkzaamheden, conserveringswerkzaamheden of andere onderhoudswerkzaamheden aan bouwwerken niet in een voorziening voor de inzameling en het transport van afvalwater of op of in de bodem geloosd, tenzij het gaat om afvalwater afkomstig van reinigingswerkzaamheden die periodiek worden uitgevoerd en waarbij alleen vuilafzetting wordt verwijderd.
Artikel 22.163 Lozen vanuit openbaar hemelwaterstelsel en openbaar ontwateringsstelsel
Met het oog op het doelmatig beheer van afvalwater kan het afvalwater afkomstig uit een openbaar hemelwaterstelsel of een openbaar ontwateringsstelsel worden geloosd op of in de bodem, als dat stelsel voorkomt op het in het gemeentelijk rioleringsplan of een gemeentelijk rioleringsprogramma opgenomen overzicht van voorzieningen en maatregelen als bedoeld in artikel 2.16, eerste lid, onder a, onder 1° en 2°, van de Omgevingswet, en dat stelsel volgens dat plan of programma is uitgevoerd en wordt beheerd.
Artikel 22.187 Water: lozingsroute
Met het oog op het doelmatig beheer van afvalwater kan spuiwater uit recreatieve visvijvers worden geloosd op of in de bodem of in een schoonwaterriool. Het spuiwater wordt niet geloosd in een vuilwaterriool.
Artikel 22.244 Water: lozingsroute
Artikel 8.1.10 (geldigheid omgevingsvergunning van rechtswege beperkte milieutoets)
Aan de geldigheid van een omgevingsvergunning van rechtswege als bedoeld in artikel 4.14 van de Invoeringswet Omgevingswet voor een milieubelastende activiteit als bedoeld in artikel 3.13, 3.106, eerste lid, onder a, b, c, d, e of f, 3.115, onder c, 3.125, eerste lid, onder c, 3.130, onder a, b, c, d, e, h of i, 3.137, 3.153, 3.164, 3.174, 3.202, 3.281 of 3.332, van het Besluit activiteiten leefomgeving, is geen termijn verbonden.
Artikel 8.2.15a (regels gemeentelijke doelgroepenverordeningen)
Een verordening als bedoeld in artikel 1.1.1, eerste lid, onder d, e of j, van het Besluit ruimtelijke ordening die van kracht is, blijft uiterlijk tot een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip gelden.
Artikel 8.2.16a (aanwijzing bedrijfsbrandweer)
Voor een aanwijzing als inrichting die over een bedrijfsbrandweer moet beschikken, op grond van artikel 31, eerste lid, van de Wet veiligheidsregio’s zoals die luidde voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet, geldt de begrenzing van die inrichting als de begrenzing van de locatie waarop de aanwijzing om te beschikken over een bedrijfsbrandweer van toepassing is, bedoeld in artikel 7.3, derde lid, van het Besluit veiligheidsregio’s.
ARTIKEL VI (AANVULLINGSBESLUIT BODEM OMGEVINGSWET)
Het Aanvullingsbesluit bodem Omgevingswet wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel II, onderdeel D, wordt «bijlage XIIIa» vervangen door «bijlage XIIIb».
B
Artikel II, onderdeel J, aanhef, komt te luiden:
C
Artikel III, onderdeel A, onder 1, wordt als volgt gewijzigd:
D
Artikel VII wordt als volgt gewijzigd:
Ja
Artikel 66, eerste lid, alsmede de aanduiding «2.» voor het tweede lid vervallen.
E
In artikel XVI, vijfde lid, wordt «artikel 32b» vervangen door «artikel 33b».
ARTIKEL VII (AANWIJZINGSBESLUIT WET KENBAARHEID PUBLIEKRECHTELIJKE BEPERKINGEN ONROERENDE ZAKEN)
Hoofdstuk VII van de bijlage bij artikel 2, eerste lid, van het Aanwijzingsbesluit Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken wordt als volgt gewijzigd:
A
De categorie Aanvullingswet bodem Omgevingswet wordt als volgt gewijzigd:
- (artikel 3.1, eerste lid, aanhef en onder b of c, of artikel 3.2, aanhef en onder d, van de Aanvullingswet bodem Omgevingswet in samenhang met de artikelen 29, eerste lid, en 37, eerste en vierde lid, van de Wet bodembescherming) beschikking van gedeputeerde staten voor zover daarbij zijn aangegeven een maatregel in het belang van de bescherming van de bodem of een beperking in het gebruik van de bodem;.
B
De categorie Omgevingswet wordt als volgt gewijzigd:
- (artikel 2.43, eerste lid, in samenhang met artikel 3.53, derde en vierde lid, onder a tot en met c, van het Besluit kwaliteit leefomgeving) besluit van het bevoegd gezag om geen of minder geluidwerende maatregelen aan een geluidgevoelig gebouw te treffen;
- (artikel 2.43, eerste lid, in samenhang met artikel 3.54 van het Besluit kwaliteit leefomgeving) besluit van het bevoegd gezag om een besluit tot het treffen van geluidwerende maatregelen aan een geluidgevoelig gebouw te wijzigen in een besluit om geen geluidwerende maatregelen aan dat gebouw te treffen;.
- (artikel 4.5, eerste lid, in samenhang met artikel 5.23a, aanhef en onder b, van het Besluit bouwwerken leefomgeving) door het bevoegd gezag gesteld maatwerkvoorschrift bij wijziging van een gebruiksfunctie van een bouwwerk of een gedeelte daarvan inhoudende dat de waarde, bedoeld in artikel 5.23, eerste lid, van het Besluit bouwwerken leefomgeving, wordt versoepeld tot ten hoogste 38 dB;.
- (artikel 10.13, eerste lid) door de Minister van Infrastructuur en Waterstaat opgelegde gedoogplicht voor het tot stand brengen of opruimen van een werk voor infrastructuur of water;
- (artikel 10.13, tweede lid) door het dagelijks bestuur van een waterschap opgelegde gedoogplicht voor het tot stand brengen of opruimen van een werk ter uitvoering van een projectbesluit waarop artikel 5.46, tweede lid, van de Omgevingswet van toepassing is;
- (artikel 10.14) door de Minister van Infrastructuur en Waterstaat opgelegde gedoogplicht voor het tot stand brengen of opruimen van een werk voor energie of mijnbouw;
- (artikel 10.15) door de Minister van Infrastructuur en Waterstaat opgelegde gedoogplicht voor het tot strand brengen of opruimen van werken voor grenswateren als bedoeld in artikel 1 van de Uitvoeringswet Nederlands-Duits Grensverdrag;
- (artikel 13.14, derde lid, aanhef en onder a, in samenhang met het eerste lid) door het bevoegd gezag aan een omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit verbonden voorschrift over kostenverhaal als bedoeld in artikel 13.14, eerste lid;
- (artikel 13.14, derde lid, aanhef en onder b, in samenhang met het eerste lid en met artikel 22.16, eerste lid) door het bevoegd gezag aan een projectbesluit dat geldt als een omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit verbonden voorschrift over kostenverhaal als bedoeld in artikel 13.14, eerste lid;.
- (artikel 22.2, eerste lid, in samenhang met de artikelen 29, eerste lid, en 37, eerste lid, van de Wet bodembescherming, zoals die wet luidde voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet) beschikking voor zover in een regel over bodembeheer in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, onder c, van de Omgevingswet, de locatie waarop die beschikking betrekking heeft bepalend is voor het toepassingsbereik van die regel.
- (artikel 22.2, eerste lid, in samenhang met de artikelen 29, eerste lid, en 37, eerste lid, van de Wet bodembescherming, zoals die wet luidde voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet) beschikking voor zover in een regel over bodembeheer in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, onder c, van de Omgevingswet, de locatie waarop die beschikking betrekking heeft bepalend is voor het toepassingsbereik van die regel.
ARTIKEL VIII (BESLUIT ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN INZAKE HET WEGVERKEER)
In artikel 21a, eerste lid, van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer wordt «de artikelen 5.78m, tweede en derde lid, 5.78n en 5.78o van het Besluit kwaliteit leefomgeving» vervangen door «de artikelen 5.78i, 5.78m, tweede en derde lid, 5.78n en 5.78o van het Besluit kwaliteit leefomgeving».
ARTIKEL IX (BESLUIT BASISREGISTRATIE ONDERGROND)
Artikel 2.4.1 van het Besluit basisregistratie ondergrond komt te luiden:
Artikel 2.4.1
Als brondocument met betrekking tot de in deze paragraaf genoemde registratieobjecten wordt uitsluitend aangewezen een document met gegevens die in het kader van vergunningplichtige of meldingplichtige vormen van grondwatergebruik aan bestuursorganen worden verstrekt:- voor zover het wateronttrekkingsactiviteiten betreft als bedoeld in artikel 6.37, eerste lid, of 16.4 van het Besluit activiteiten leefomgeving,
- voor zover het een milieubelastende activiteit betreft als bedoeld in artikel 3.19 of 4.1136 van het Besluit activiteiten leefomgeving, of
- voor zover het een wateronttrekkingsactiviteit betreft op grond van een omgevingsverordening of waterschapsverordening, inhoudende het onttrekken van grondwater door een daarvoor bestemde voorziening of het in de bodem brengen van water, ter aanvulling van het grondwater, in samenhang met het onttrekken van grondwater door een daarvoor bestemde voorziening.
Artikel 2.4.1
Als brondocument met betrekking tot de in deze paragraaf genoemde registratieobjecten wordt uitsluitend aangewezen een document met gegevens die in het kader van vergunningplichtige of meldingplichtige vormen van grondwatergebruik aan bestuursorganen worden verstrekt:
ARTIKEL X (BESLUIT VAN 2 DECEMBER 2021, HOUDENDE WIJZIGING VAN HET BESLUIT BASISREGISTRATIE ONDERGROND EN HET INVOERINGSBESLUIT OMGEVINGSWET MET BETREKKING TOT HET AANWIJZEN VAN REGISTRATIEOBJECTEN EN EEN TECHNISCHE WIJZIGING (VIERDE TRANCHE))
In artikel I, onderdeel C, van het Besluit van 2 december 2021, houdende wijziging van het Besluit basisregistratie ondergrond en het Invoeringsbesluit Omgevingswet met betrekking tot het aanwijzen van registratieobjecten en een technische wijziging (vierde tranche) (Stb. 2021, 611) komt artikel 2.4.1 te luiden:
Artikel 2.4.1
Als brondocument met betrekking tot de in deze paragraaf genoemde registratieobjecten wordt uitsluitend aangewezen een document met gegevens die aan bestuursorganen worden verstrekt in het kader van vergunningsplichtige wateronttrekkingsactiviteiten als bedoeld in de artikelen 6.4 of 6.5 van de Waterwet of meldingsplichtige activiteiten als bedoeld in artikel 6.11 van het Waterbesluit, artikel 1.10a van het Besluit lozen buiten inrichtingen of artikel 1.21a van het Activiteitenbesluit milieubeheer.Artikel 2.4.1
Als brondocument met betrekking tot de in deze paragraaf genoemde registratieobjecten wordt uitsluitend aangewezen een document met gegevens die aan bestuursorganen worden verstrekt in het kader van vergunningsplichtige wateronttrekkingsactiviteiten als bedoeld in de artikelen 6.4 of 6.5 van de Waterwet of meldingsplichtige activiteiten als bedoeld in artikel 6.11 van het Waterbesluit, artikel 1.10a van het Besluit lozen buiten inrichtingen of artikel 1.21a van het Activiteitenbesluit milieubeheer.
ARTIKEL XI (BESLUIT BODEMKWALITEIT)
Het Besluit bodemkwaliteit wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:
B
In de artikelen 9, tweede lid, 10, eerste lid, 11, derde lid, 12, tweede lid, 17, eerste en tweede lid, 19 en 20, wordt «Onze Ministers» vervangen door «Onze Minister».
C
In de artikelen 9, eerste lid, 10, derde lid, 23, eerste, tweede en derde lid en 25, eerste lid, wordt «Onze Ministers kunnen» vervangen door «Onze Minister kan».
D
In artikel 9, vierde lid, wordt «Onze Ministers stellen» vervangen door «Onze Minister stelt» en wordt «door hen aangewezen website» vervangen door «door Onze Minister aangewezen website».
E
In artikel 11, eerste lid en artikel 12, derde lid, wordt «Onze Ministers beslissen» vervangen door «Onze Minister beslist».
F
In artikel 11, tweede lid, wordt «Onze Ministers verlenen» vervangen door «Onze Minister verleent».
G
In artikel 23, zesde lid, wordt «kunnen Onze Ministers» vervangen door «kan Onze Minister».
H
In artikel 24 wordt «Onze Ministers verwerken» vervangen door «Onze Minister verwerkt».
I
Artikel 55, eerste lid, komt te luiden:
1.
De gemeenteraad legt ten behoeve van het toepassen van grond of baggerspecie op of in de bodem, niet zijnde de bodem of oever van een oppervlaktewaterlichaam, van het gebied binnen de gemeente op een kaart de bodemfunctieklassen, zijnde industrie of wonen, vast.J
Na artikel 79 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 80
Een kaart van de bodemfunctieklassen van het gebied binnen een gemeente die is vastgesteld op grond van artikel 55, eerste lid, zoals dat luidde voor de inwerkingtreding van artikel XII, onderdeel 1, van het Verzamelbesluit Omgevingswet 2022, geldt als een bodemfunctieklassenkaart op grond van artikel 55, eerste lid, zoals dat luidt na de inwerkingtreding van artikel XII, onderdeel 1, van het Verzamelbesluit Omgevingswet 2022.Artikel 80
Een kaart van de bodemfunctieklassen van het gebied binnen een gemeente die is vastgesteld op grond van artikel 55, eerste lid, zoals dat luidde voor de inwerkingtreding van artikel XII, onderdeel 1, van het Verzamelbesluit Omgevingswet 2022, geldt als een bodemfunctieklassenkaart op grond van artikel 55, eerste lid, zoals dat luidt na de inwerkingtreding van artikel XII, onderdeel 1, van het Verzamelbesluit Omgevingswet 2022.
ARTIKEL XII (BESLUIT VAN 14 SEPTEMBER 2020 HOUDENDE WIJZIGING VAN HET BOUWBESLUIT 2012, HET BESLUIT BOUWWERKEN LEEFOMGEVING, HET BESLUIT KWALITEIT LEEFOMGEVING EN HET OMGEVINGSBESLUIT IN VERBAND MET DE INTRODUCTIE VAN EEN STELSEL VAN CERTIFICERING VOOR WERKZAAMHEDEN AAN GASVERBRANDINGSINSTALLATIES)
Het Besluit van 14 september 2020 houdende wijziging van het Bouwbesluit 2012, het Besluit bouwwerken leefomgeving, het Besluit kwaliteit leefomgeving en het Omgevingsbesluit in verband met de introductie van een stelsel van certificering voor werkzaamheden aan gasverbrandingsinstallaties (Stb. 2020, 348) wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel III wordt als volgt gewijzigd:
Paragraaf 11.2.2 komt te luiden:.B
Artikel IV wordt als volgt gewijzigd:
ARTIKEL XIII (INTREKKING)
De volgende besluiten worden ingetrokken:
ARTIKEL XIV (INWERKINGTREDING)
ARTIKEL XV (CITEERTITEL)
Dit besluit wordt aangehaald als: Verzamelbesluit Omgevingswet 2022.