Part of Smart Yellow Suite

WGK012947
Wijziging Arbobesluit ivm invoering registratieverplichting duikberoepen en werken met vuurwerk

Updates ontvangen over deze regeling? Log in

Overheid.nl - XML - JSON

Type Algemene Maatregel van Bestuur
Fase Bekendmaking
Ministerie Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Datum uitgave 4 oktober 2022
Datum inwerkingtreding -
Per KB Ja

Samenvatting

Met deze wijziging van het Arbobesluit wordt onder meer de bestaande certificatieplicht voor duikers, duikploegleiders, duikmedisch begeleiders, duikerartsen en personen die werken met vuurwerk, vervangen door een registratieplicht.

Documenten

stb-2024-332 (PDF)

Besluit van 4 november 2024 tot wijziging van het Arbeidsomstandighedenbesluit in verband met de inrichting van een register voor duikberoepen en enige andere wijzigingen

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 11 maart 2024, nr. 2024-0000066906;

Gelet op de artikelen 16, eerste lid, tweede lid, aanhef en onderdeel a, vierde lid, aanhef en onderdeel b, zevende lid, aanhef en onderdelen a en b, 20 en 33, tweede lid, van de Arbeidsomstandighedenwet en de artikelen 9.2.2.1, eerste en tweede lid, 9.2.2.3 en 9.5.8, vierde en zesde lid, van de Wet Milieubeheer;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 17 april 2024, nr. W12.24.00051/III);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Van 24 oktober 2024, 2024-0000165075.

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Arbeidsomstandighedenbesluit wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan artikel 1.1 wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende:

8.
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
B

In artikel 1.5h wordt «een persoon die onderdaan is van een betrokken staat» vervangen door «een persoon die een migrerende beroepsbeoefenaar is».

C

Artikel 1.5j wordt als volgt gewijzigd:

1.
Onze Minister draagt zorg voor de inrichting van de volgende registers:
  1. het Register veilig werken met explosieve stoffen;
  2. het Register vuurwerkbezigers;
  3. het Register vuurwerkbewerkers;
  4. het Register civiele duikarbeid;
  5. het Register duikarbeid brandweer en politie;
  6. het Register kraanmachinisten.
7.
Personen die zijn geregistreerd dan wel geherregistreerd in een van de registers, genoemd in het eerste lid, zijn alleen werkzaam in de sector of sectoren waarin zij zijn geregistreerd, tenzij registratie in de eigen sector niet mogelijk is, omdat het register daar niet in voorziet.
8.
Bij ministeriële regeling kunnen, zo nodig uitgesplitst naar werkveld of sector, nadere regels worden gesteld met betrekking tot:
  1. het registreren en herregistreren van personen en de eisen waaraan moet worden voldaan om geregistreerd te zijn;
  2. het zevende lid.
D

Artikel 1.5k wordt als volgt gewijzigd:

E

Artikel 1.5l wordt als volgt gewijzigd:

  1. identificerende gegevens;
  1. gegevens over de bekwaamheid van de verzoeker; en
4.
Bij ministeriële regeling worden de gegevens bedoeld in het eerste lid, onderdelen a en c, nader bepaald, waarbij onderscheid kan worden gemaakt tussen de registers, genoemd in artikel 1.5j, eerste lid, en kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot het eerste lid.
F

Artikel 1.5m wordt als volgt gewijzigd:

  1. identificerende gegevens;
  1. gegevens over de bekwaamheid van de verzoeker;
2.
Bij ministeriële regeling worden de gegevens bedoeld in het eerste lid, onderdelen a en c, nader bepaald, waarbij onderscheid kan worden gemaakt tussen de registers, genoemd in artikel 1.5j, eerste lid, en kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot het eerste lid.
G

Artikel 1.5n wordt als volgt gewijzigd:

H

Artikel 1.5o, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

I

Artikel 1.5p, derde lid, wordt als volgt gewijzigd:

J

In artikel 1.5q vervalt in onderdeel a, subonderdeel 1°: «, dan wel een persoon van wie de beroepskwalificaties zijn gecontroleerd en toereikend bevonden overeenkomstig de artikelen 23, 27 en 28 van de Algemene wet erkenning EU-beroepskwalificaties».

K

Artikel 1.30 wordt als volgt gewijzigd:

3.
In aanvulling op artikel 1.5j:
  1. worden de kwalificaties van defensiepersoneel dat arbeid verricht als bedoeld in de artikelen 4.8, eerste lid, 4.9, eerste en derde lid, 4.10, zesde lid, 6.14a, derde lid, en 6.16, derde, zesde en zevende lid, door Onze Minister van Defensie geregistreerd;
  2. wordt door het in onderdeel a bedoelde defensiepersoneel op basis van de kwalificatie-eisen van Onze Minister van Defensie, voldaan aan daarin opgenomen eisen inzake kennis en vaardigheden die waarborgen dat de aan de arbeid verbonden risico’s en gevaren worden voorkomen of zoveel mogelijk worden beperkt.
4.
Bij regeling van Onze Minister van Defensie kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de registratie van defensiepersoneel, bedoeld in het derde lid, onderdeel a, en de eisen waaraan moet worden voldaan om geregistreerd te zijn.
5.
Het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de wet waarmee de krachtens artikel 24, eerste lid, van de wet aangewezen ambtenaren zijn belast, omvat mede het toezicht op de naleving van het bepaalde in het tweede en derde lid.
L

In artikel 4.5, vierde lid, wordt de punt aan het slot van onderdeel a vervangen door een puntkomma.

M

Artikel 4.8 wordt als volgt gewijzigd:

2.
De arbeid wordt uitsluitend verricht door een daarvoor gekwalificeerde persoon die:
  1. is geregistreerd in het Register veilig werken met explosieve stoffen; of
  2. door Onze Minister van Defensie is geregistreerd overeenkomstig artikel 1.30, derde lid.
3.
Bij ministeriële regeling kan arbeid of kunnen personen, die werkzaam zijn in een bedrijf of inrichting, worden aangewezen waarop het tweede lid niet van toepassing is en kunnen daarbij nadere regels worden gesteld aan het betreffende bedrijf of de inrichting of aan de wijze waarop de arbeid wordt uitgevoerd.
4.
Een bewijs van registratie of herregistratie dan wel een afschrift van een dergelijk bewijs is op de arbeidsplaats aanwezig evenals het plan, bedoeld in het eerste lid.
6.
Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de arbeid, bedoeld in het eerste lid.
N

Artikel 4.9 komt te luiden:

Artikel 4.9. Vuurwerk
1.
Arbeid waarbij consumentenvuurwerk, professioneel vuurwerk of een pyrotechnisch artikel voor theatergebruik als bedoeld in artikel 1.1.1, eerste lid, van het Vuurwerkbesluit tot ontbranding wordt gebracht, wordt opgebouwd, geïnstalleerd, gemonteerd, geassembleerd dan wel na ontbranding wordt verwijderd, wordt uitsluitend verricht door of onder voortdurend toezicht van een daarvoor gekwalificeerde persoon die:
  1. is geregistreerd in het Register vuurwerkbezigers; of
  2. door Onze Minister van Defensie is geregistreerd overeenkomstig artikel 1.30, derde lid.
2.
De arbeid, bedoeld in het eerste lid, wordt uitsluitend verricht volgens een vooraf opgesteld plan dat een deugdelijke beschrijving bevat van de uit te voeren werkzaamheden, de daaraan verbonden risico’s en gevaren alsmede de wijze waarop deze risico’s en gevaren voorkomen of zoveel mogelijk beperkt worden.
3.
Arbeid bestaande uit het verkopen, bewerken of beschikbaar stellen van consumentenvuurwerk, professioneel vuurwerk of pyrotechnische artikelen voor theatergebruik als bedoeld in artikel 1.1.1, eerste lid, van het Vuurwerkbesluit met inbegrip van vuurwerk als bedoeld in artikel 1.1.3 van het Vuurwerkbesluit, wordt uitsluitend verricht door of onder voortdurend toezicht van een daarvoor gekwalificeerde persoon die:
  1. is geregistreerd in het Register vuurwerkbewerkers; of
  2. door Onze Minister van Defensie is geregistreerd overeenkomstig artikel 1.30, derde lid.
4.
Bij ministeriële regeling kan arbeid of kunnen personen, die werkzaam zijn in een bedrijf of inrichting, worden aangewezen waarop het eerste tot en met derde lid niet van toepassing is en kunnen daarbij nadere eisen worden gesteld aan het betreffende bedrijf of de inrichting of aan de wijze waarop de arbeid wordt uitgevoerd.
5.
Een bewijs van registratie of herregistratie dan wel een afschrift van een dergelijk bewijs is op de arbeidsplaats aanwezig evenals het plan, bedoeld in het tweede lid.
6.
Artikel 1.5ha is van overeenkomstige toepassing.
7.
Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de arbeid, bedoeld in het eerste en derde lid.
O

Artikel 4.10 wordt als volgt gewijzigd:

5.
Het opsporen van ontplofbare oorlogsresten wordt uitsluitend verricht door:
  1. een bedrijf dat voor de te verrichten arbeid in het bezit is van een certificaat opsporen ontplofbare oorlogsresten dat is afgegeven door Onze Minister of een door hem aangewezen certificerende instelling; of
  2. de Explosieven Opruimingsdienst Defensie van het Ministerie van Defensie, op verzoek van het Rijksvastgoedbedrijf op terreinen van de rijksoverheid en voor zover noodzakelijk voor het behoud van kwalificaties voor het opsporen van ontplofbare oorlogsresten.
6.
De arbeid ten behoeve van het opsporen van ontplofbare oorlogsresten wordt uitsluitend verricht door een daarvoor gekwalificeerde persoon die:
  1. is geregistreerd in het Register veilig werken met explosieve stoffen; of
  2. is geregistreerd door Onze Minister van Defensie overeenkomstig artikel 1.30, derde lid.
P

In hoofdstuk 4, afdeling 10, vervalt paragraaf 1, onder vernummering van paragraaf 1a tot paragraaf 1.

Q

Artikel 6.14a wordt als volgt gewijzigd:

2.
Het onderzoek, bedoeld in het eerste lid, wordt, tenzij er eerder sprake is van een wijziging in de lichamelijke of geestelijke toestand, telkens herhaald met een tussenperiode van ten hoogste:
  1. twaalf maanden; of
  2. 24 maanden in geval van een medisch geschoolde begeleider die 18 jaar of ouder is, maar niet ouder dan 50 jaar, en die patiënten begeleidt die een behandeling ondergaan in een hyperbare kamer.
3.
Het arbeidsgezondheidskundig onderzoek, bedoeld in het eerste lid, wordt uitgevoerd door een arts die:
  1. is geregistreerd als duikerarts in het Register civiele duikarbeid; of
  2. is geregistreerd als duikerarts door Onze Minister van Defensie overeenkomstig artikel 1.30, derde lid.
R

Artikel 6.14b komt te luiden:

Artikel 6.14b. Duikerarts
1.
In verband met de uitvoering van arbeidsgezondheidskundige onderzoeken als bedoeld in artikel 6.14a, eerste en tweede lid, kunnen voor de registratie als duikerarts in het Register civiele duikarbeid bij ministeriële regeling verschillende vakbekwaamheids-, opleidings- of registratie-eisen worden gesteld.
2.
Een bewijs van registratie of herregistratie als duikerarts dan wel een afschrift van een dergelijk bewijs is op de arbeidsplaats aanwezig.
3.
Artikel 1.5ha is van overeenkomstige toepassing.
S

Artikel 6.16 wordt als volgt gewijzigd:

3.
De werkzaamheden als duikploegleider worden uitsluitend verricht door een daarvoor gekwalificeerde persoon die:
  1. is geregistreerd als duikploegleider in het Register civiele duikarbeid;
  2. is geregistreerd als duikploegleider in het Register duikarbeid brandweer en politie; of
  3. door Onze Minister van Defensie als duikploegleider is geregistreerd overeenkomstig artikel 1.30, derde lid.
5.
De duiker en de duikploegleider houden de verrichte duikarbeid onderscheidenlijk de daarbij verleende bijstand bij in een persoonlijk logboek dat ten minste de bij ministeriële regeling bepaalde informatie bevat.
6.
De werkzaamheden als duiker en de reserveduiker worden uitsluitend verricht door een daarvoor gekwalificeerde persoon die:
  1. is geregistreerd als duiker in het Register civiele duikarbeid;
  2. is geregistreerd als duiker in het Register duikarbeid brandweer en politie; of
  3. door Onze Minister van Defensie als duiker is geregistreerd overeenkomstig artikel 1.30, derde lid.
7.
De werkzaamheden als duikmedisch begeleider, bedoeld in artikel 6.15, eerste lid, onderdeel c, worden uitsluitend verricht door een daarvoor gekwalificeerde persoon die:
  1. is geregistreerd als duikmedisch begeleider in het Register civiele duikarbeid;
  2. is geregistreerd als duikmedisch begeleider in het Register duikarbeid brandweer en politie; of
  3. door Onze Minister van Defensie is geregistreerd als duikmedisch begeleider overeenkomstig artikel 1.30, derde lid.
8.
Een duikploegleider kan tegelijkertijd als duikmedisch begeleider optreden, mits hij tevens beschikt over een registratie als duikmedisch begeleider als bedoeld in het zevende lid en hij niet tevens als reserveduiker optreedt als bedoeld in het vierde lid.
9.
Een duikploegleider die tevens als duikmedisch begeleider optreedt kan, in afwijking van het eerste lid, tevens tegelijkertijd als reserveduiker optreden indien:
  1. de duikarbeid wordt verricht in een vloeistof die in overwegende mate uit water bestaat met een maximaal bereikbare diepte van 9 meter en een maximale stroomsnelheid van 0,5 meter per seconde;
  2. geen voorzienbare kans bestaat dat de duikers in die vloeistof in moeilijkheden raken; en
  3. nabij de plaats waar de arbeid wordt verricht een persoon aanwezig is die de duikers uit het water kan halen en die de noodprocedures kent.
10.
Een bewijs van registratie of herregistratie als duiker, duikploegleider of duikmedisch begeleider dan wel een afschrift van een dergelijk bewijs is op de arbeidsplaats aanwezig.
11.
Artikel 1.5ha is van overeenkomstige toepassing.
12.
Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de werkzaamheden, bedoeld in het derde, zesde en zevende lid.
T

Artikel 7.32 wordt als volgt gewijzigd:

U

Artikel 9.3 wordt als volgt gewijzigd:

V

Artikel 9.5a, eerste lid, onderdeel a, komt te luiden:

  1. van de wet: de artikelen 3, 4, 6 tot en met 11, 16, 17 en 19 tot en met 44, en de artikelen 5 en 18, voor zover het betreft arbeid met gevaarlijke stoffen en biologische agentia waarop hoofdstuk 4 van het besluit van toepassing is;
W

Artikel 9.9b wordt als volgt gewijzigd:

X

Na artikel 9.33 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 9.34. Overgangsbepaling registratie
1.
Personen die beschikken over een certificaat of getuigschrift dat is afgegeven krachtens het Arbeidsomstandighedenbesluit en nog geldig is op de datum van inwerkingtreding van een verplichting tot registratie in een van de registers, genoemd in artikel 1.5j, eerste lid, om de arbeid waarop dat certificaat of getuigschrift betrekking heeft te mogen verrichten, kunnen voor de resterende geldigheidsduur van dat certificaat of getuigschrift worden ingeschreven in het van toepassing zijnde register, genoemd in artikel 1.5j, eerste lid.
2.
Indien de resterende geldigheidsduur van een certificaat als bedoeld in het eerste lid, verstrijkt binnen twaalf maanden na de datum van inwerkingtreding, bedoeld in het eerste lid, kan Onze Minister in bijzondere gevallen de registratie in het van toepassing zijnde register verlengen voor ten hoogste zes maanden.
3.
Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld over de inschrijving, bedoeld in het eerste lid.
Y

Artikel 9.37d komt te luiden:

Artikel 9.37d. Overgangsbepaling aanwijzing certificerende instellingen
1.
Tenzij de aanwijzing op grond van artikel 1.5e, tweede lid, wordt ingetrokken, behoudt een certificerende instelling die niet over een accreditatie als bedoeld in artikel 1.5d, tweede lid, beschikt, haar aanwijzing, indien zij een certificerende instelling is als bedoeld in:
  1. artikel 3.5h, vierde lid;
  2. artikel 4.9, tweede lid;
  3. de artikelen 6.14a, derde lid, en 6.16, derde, zesde, en zevende lid.
2.
Dit artikel vervalt op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Artikel 4.9. Vuurwerk

Artikel 6.14b. Duikerarts

Artikel 9.34. Overgangsbepaling registratie

Artikel 9.37d. Overgangsbepaling aanwijzing certificerende instellingen

ARTIKEL II

Artikel I, onderdelen A, voor zover nog niet in werking getreden, B, E, H, I en K, subonderdeel 3, artikel II en artikel III van het Besluit van 28 november 2019 tot wijziging van het Arbeidsomstandighedenbesluit in verband met de inrichting van registers en in samenhang daarmee het vaststellen van eisen aan de professionele uitoefening voor diverse beroepen (Stb. 2019, 471) vervallen.

ARTIKEL III

Het Vuurwerkbesluit wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1.1.1, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

B

Artikel 3B.1, zesde lid, komt te luiden:

6.
De toepassingsvergunning vervalt op het moment dat de geldigheidsduur van de registratie als vuurwerkbeziger afloopt. Is de toepassingsvergunning verleend aan een onderneming dan vervalt de toepassingsvergunning eveneens op het moment dat er geen vuurwerkbezigers meer werkzaam zijn voor de onderneming.
C

In artikel 3B.2, tweede lid, onderdeel c, wordt «een afschrift van een geldig certificaat van vakbekwaamheid, bedoeld in artikel 4.9, tweede lid, van het Arbeidsomstandighedenbesluit» vervangen door «een afschrift van een bewijs van registratie dan wel herregistratie als vuurwerkbeziger».

D

Artikel 3B.3a, tweede lid, onderdeel c, komt te luiden:

  1. een afschrift van het bewijs van registratie dan wel herregistratie, genoemd in artikel 3B.2, tweede lid, onder c;
E

In artikel 3B.6, eerste lid, onderdeel a, wordt «de persoon of personen aan wie een certificaat van vakbekwaamheid is afgegeven als bedoeld in artikel 4.9, tweede lid, van het Arbeidsomstandighedenbesluit» vervangen door «de personen die vuurwerkbeziger zijn».

F

Artikel 4.2 wordt als volgt gewijzigd:

6.
De pyro-pass van vuurwerkbewerkers en vuurwerkbezigers vervalt op het moment dat hun registratie als vuurwerkbewerker onderscheidenlijk vuurwerkbeziger, eindigt.
G

Artikel 4.3, onderdeel c, komt te luiden:

  1. een afschrift van het bewijs van registratie dan wel herregistratie als vuurwerkbeziger of vuurwerkbewerker; en
H

Artikel 5.3.8 vervalt.

ARTIKEL IV

Dit besluit treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

stb-2024-375 (PDF)

Besluit van 25 november 2024 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van bepaalde onderdelen van artikel I en artikel II van het Besluit van 4 november 2024 tot wijziging van het Arbeidsomstandighedenbesluit in verband met de inrichting van een register voor duikberoepen en enige andere wijzigingen (Stb. 2024, 332)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 21 november 2024, nr. 2024-0000913859;

Gelet op artikel IV van het Besluit van 4 november 2024 tot wijziging van het Arbeidsomstandighedenbesluit in verband met de inrichting van een register voor duikberoepen en enige andere wijzigingen (Stb. 2024, 332);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig Artikel

Wetswijzigingen integreren met je processen? Probeer Way 3 weken gratis.