WGK012610
Wijzigingswet tijdelijke tolheffing Blankenburgverbinding en ViA15
Updates ontvangen over deze regeling? Log in
Overheid.nl - XML - JSON
Type | Wet |
---|---|
Fase | Bekendmaking |
Ministerie | Infrastructuur en Waterstaat |
Datum uitgave | 11 februari 2022 |
Datum inwerkingtreding | - |
Per KB | Ja |
Opschrift
Wet van [..] tot wijziging van de Wet tijdelijke tolheffing Blankenburgverbinding en ViA15 in verband met de Wet implementatie EETS-richtlijn en enkele technische aanpassingen
Samenvatting
Wijzigingswet om enkele wijzigingen in de Wet tijdelijke tolheffing Blankenburgverbinding en ViA15 door te voeren in verband met de Wet implementatie EETS-richtlijn en enkele andere technische aanpassingen ten behoeve van een goede uitvoering van de Wet tijdelijke tolheffing Blankenburgverbinding en ViA15
Documenten
Wet van 12 april 2023 tot wijziging van de Wet tijdelijke tolheffing Blankenburgverbinding en ViA15 in verband met de Wet implementatie EETS-richtlijn en enkele technische aanpassingen
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben dat het noodzakelijk is enkele wijzingen in de Wet tijdelijke tolheffing Blankenburgverbinding en ViA15 door te voeren in verband met de Wet implementatie EETS-richtlijn en enkele andere technische aanpassingen ten behoeve van een goede uitvoering van de Wet tijdelijke tolheffing Blankenburgverbinding en ViA15;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Wet tijdelijke tolheffing Blankenburgverbinding en ViA15 wordt als volgt gewijzigd:
A
B
Na artikel 4 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 4a (registratie door middel van technisch hulpmiddel)
1.
Onze Minister is bevoegd op of aan de weg met behulp van een locatiegebonden technisch hulpmiddel gegevens van een motorrijtuig vast te leggen en te verwerken. De volgende gegevens worden vastgelegd:- het kenteken,
- de locatie, de datum en het tijdstip van vastlegging,
- de beeldopnames van het motorrijtuig, en
- voor zover van toepassing, de benodigde informatie uit de boordapparatuur.
2.
Onze Minister verwerkt de vastgelegde gegevens ten behoeve van de inning van het toltarief, de controle op tijdige betaling daarvan en de handhaving.3.
Onder inning van het toltarief wordt mede begrepen de berekening, bedoeld in artikel 32, eerste lid, onder a, Wet implementatie EETS-richtlijn en voor zover van toepassing de controle, bedoeld in artikel 12, eerste lid, Wet implementatie EETS-richtlijn.4.
Verwerking voor het doel, bedoeld in het tweede lid, kan plaatsvinden door de gegevens, bedoeld in het eerste lid, door middel van een technisch systeem geautomatiseerd te vergelijken met andere gegevens die voor dit doel zijn verkregen.5.
De aanwezigheid van een locatiegebonden technisch hulpmiddel wordt ter plaatse op duidelijke wijze kenbaar gemaakt.6.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld over de inzet en het kenbaar maken van het gebruik van een technisch hulpmiddel, het aanwijzen en verwerken van de gegevens, bedoeld in het eerste lid, en, voor zover van toepassing, de benodigde informatie uit de boordapparatuur.C
Na artikel 4a (nieuw) wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 4b (tijdelijke testomgeving technisch hulpmiddel)
1.
Onze Minister is bevoegd om op een ander wegvak dan bedoeld in artikel 2, tweede lid, onder a, voorafgaand aan de tolheffing tijdelijk een testomgeving tot stand te brengen waarin gegevens worden vastgelegd en waarmee getest kan worden of het technisch hulpmiddel bedoeld in artikel 4a, eerste lid, geschikt is voor gebruik op het wegvak bedoeld in artikel 2, tweede lid, onder a.2.
Onze Minister is bevoegd de vastgelegde gegevens, bedoeld in artikel 4a, eerste lid, te verwerken ten behoeve van het testen van het technisch hulpmiddel.3.
Bij ministeriële regeling worden nadere regels gesteld over de inzet en het kenbaar maken van de testomgeving en wordt het wegvak aangewezen waarop wordt getest.D
Na artikel 5 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 5a (tolheffer)
1.
Onze Minister is tolheffer als bedoeld in de Wet implementatie EETS-richtlijn.2.
Onze Minister is namens de Staat tolheffer als bedoeld in de artikelen 8, 9, 10, 11, 12, 23, 37 en 38 van de Wet implementatie EETS-richtlijn.E
Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:
1.
Een vrijstelling van artikel 7, eerste lid, geldt voor motorrijtuigen die blijkens:- een door Onze Minister van Defensie aangehouden registratie worden gebruikt door het Ministerie van Defensie;
- een door Onze Minister van Defensie bekend gestelde registratie worden gebruikt door een bevriende krijgsmacht.
4.
De houder kan bij Onze Minister een ontheffing van artikel 7, eerste lid, aanvragen voor motorrijtuigen die:- zijn ingericht en worden gebruikt voor het vervoer van zieken en gewonden;
- zijn ingericht en uitsluitend worden gebruikt voor het vervoer van een stoffelijk overschot; of
- uitsluitend worden gebruikt door politie en brandweer.
5.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen aan een ontheffing, bedoeld in het derde lid, voorschriften worden verbonden.6.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen aan een ontheffing, bedoeld in het vierde lid, voorwaarden en beperkingen worden gesteld.F
Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:
1.
De houder is van rechtswege het toltarief, bedoeld in artikel 5, eerste lid, verschuldigd aan Onze Minister wegens het passeren van een wegvak of deel van een wegvak als bedoeld in artikel 2, tweede lid, onder a.2.
Het toltarief kan rechtstreeks aan Onze Minister worden betaald of aan een dienstaanbieder waarmee een dienstverleningsovereenkomst is gesloten.3.
Bij ministeriële regeling worden regels gesteld over de wijze waarop het wegvak waar tol wordt geheven kenbaar wordt gemaakt.G
Na artikel 7 worden een paragraafopschrift en twee artikelen ingevoegd, luidende:
H
Na artikel 8 wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:
I
Na artikel 8f (nieuw) wordt een paragraafopschrift ingevoegd, luidende:
J
Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:
- aannemelijk maakt dat het voertuig ten tijde van de registratie het wegvak als bedoeld in artikel 2, tweede lid, onder a, niet heeft gepasseerd, sprake is van een onjuiste hoogte van het toltarief als gevolg van de differentiatie als bedoeld in artikel 5, derde lid, of het om een andere reden evident is dat de aanmaning onterecht is verzonden.
K
Artikel 10 wordt als volgt gewijzigd:
1.
Onze Minister is verwerkingsverantwoordelijke voor de verwerking van de bij of krachtens algemene maatregel van bestuur te bepalen persoonsgegevens die gebruikt worden voor de inning van het toltarief, de controle op tijdige betaling daarvan en de handhaving.3.
Als het toltarief niet of niet geheel binnen de termijn, bedoeld in artikel 7b, eerste lid, is betaald, is Onze Minister bevoegd de gegevens, bedoeld in het eerste lid, verder te verwerken door deze te koppelen aan de naam, het adres en de woonplaats van de houder.4.
Onze Minister bewaart de persoonsgegevens, bedoeld in het eerste lid, en de vastgelegde gegevens, bedoeld in artikel 4a, eerste lid:- niet langer dan veertien maanden, voor zover uit de vergelijking van de vastgelegde gegevens met de informatie, bedoeld in het zesde lid, blijkt dat sprake is van een geldende dienstverleningsovereenkomst; of
- wanneer geen sprake is van een geldende dienstverleningsovereenkomst;
- gedurende een termijn van ten hoogste zeven werkdagen na betaling van het toltarief binnen de termijn bedoeld in artikel 7b, eerste lid;
- totdat, voor zover van toepassing, het toltarief na aanmaning, bedoeld in artikel 12, tweede lid, is betaald;
- voor zover van toepassing, gedurende de termijn waarbinnen een bestuurlijke boete kan worden opgelegd, bedoeld in artikel 5:45 van de Algemene wet bestuursrecht;
- totdat, voor zover van toepassing, de bestuurlijke boete, bedoeld in artikel 12, eerste lid, onherroepelijk is en is betaald; of
- totdat, voor zover van toepassing, de termijn, bedoeld in artikel 4:104 van de Algemene wet bestuursrecht, is verstreken.
- wanneer sprake is van verwerking in de testomgeving, bedoeld in artikel 4b, niet langer dan zeven werkdagen na het vastleggen van de gegevens, bedoeld in artikel 4a, eerste lid.
6.
Ten behoeve van het op automatische wijze vaststellen van overtredingen en het opleggen van een boete, is Onze Minister bevoegd de volgende gegevens verder te verwerken:- de gegevens, bedoeld in artikel 32, eerste lid, onder a, en artikel 33, tweede lid, Wet implementatie EETS-richtlijn;
- de gegevens over de dienstverleningsovereenkomst en de melding, bedoeld in het artikel 8e, eerste lid;
- de informatie over ontheffingen en vrijstellingen als bedoeld in artikel 6;
- de vastgelegde gegevens.
7.
Dit artikel laat overige wettelijk voorgeschreven bewaartermijnen onverlet.L
Na artikel 10 worden twee artikelen ingevoegd, luidende:
Artikel 10a (verwerking persoonsgegevens door de toezichthouder)
1.
De toezichthouder is verwerkingsverantwoordelijke voor de verwerking van de bij of krachtens algemene maatregel van bestuur te bepalen persoonsgegevens ten behoeve van het toezicht op de naleving, bedoeld in artikel 15, eerste lid.2.
De persoonsgegevens worden bewaard totdat, voor zover van toepassing, een onherroepelijke bestuurlijke boete is betaald.3.
Dit artikel laat overige wettelijk voorgeschreven bewaartermijnen onverlet.Artikel 10b (verwerking persoonsgegevens door de dienstaanbieder)
1.
Een dienstaanbieder is de verwerkingsverantwoordelijke voor de verwerking van persoonsgegevens voor:- de verlening van diensten als bedoeld in artikel 8b, derde lid;
- het sluiten, opschorten of beëindigen van de dienstverleningsovereenkomst, bedoeld in artikel 8e, eerste lid;
- de gegevens, bedoeld in artikel 8e, tweede lid;
- de informatie, bedoeld in artikel 10, zesde lid, onderdeel c.
2.
De dienstaanbieder bewaart de persoonsgegevens niet langer dan nodig is voor het verrichten van de diensten, bedoeld in het eerste lid.3.
Dit artikel laat overige wettelijk voorgeschreven bewaartermijnen onverlet.M
Het opschrift van paragraaf 2.4 komt te luiden:
N
Artikel 11 wordt als volgt gewijzigd:
O
Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:
P
Artikel 15 wordt als volgt gewijzigd:
Q
In artikel 18 wordt na «het toltarief» ingevoegd «, bedoeld in artikel 7, en voor zover van toepassing de aanmaningskosten, bedoeld in artikel 8».
R
In de artikelen 8, eerste, tweede en derde lid, 10, derde en vijfde lid, 12, eerste, vierde en vijfde lid, 14, 15, vierde lid, onder b, 16, tweede lid, onder b, wordt «de verschuldigde van het toltarief, bedoeld in artikel 7, eerste lid» telkens vervangen door «de houder».
Artikel 4a (registratie door middel van technisch hulpmiddel)
Artikel 4b (tijdelijke testomgeving technisch hulpmiddel)
Artikel 5a (tolheffer)
Artikel 7a (betalen zonder dienstverleningsovereenkomst)
Deze paragraaf is van toepassing als de houder geen dienstverleningsovereenkomst heeft gesloten met een dienstaanbieder.
Artikel 7b (betalen toltarief aan Onze Minister)
Artikel 8a (dienstverleningsovereenkomst met een dienstaanbieder)
Deze paragraaf is van toepassing als de houder een dienstverleningsovereenkomst met een dienstaanbieder heeft gesloten.
Artikel 8b (betaling aan een dienstaanbieder)
Artikel 8c (ETS-aanbieder)
De Wet implementatie EETS-richtlijn is van overeenkomstige toepassing op een ETS-aanbieder met uitzondering van de artikelen 4, eerste lid, onderdelen b en c, 5, 7, 8, 13, 25, 26, 27, 37 en 38.
Artikel 8d (verplichtingen van de hoofddienstaanbieder)
Artikel 8e (relatie Onze Minister en dienstaanbieder)
Artikel 8f (invordering via privaatrecht)
Op de betalingsverplichting, bedoeld in de artikelen 8b, eerste lid, en 8e, derde lid, zijn de artikelen 4:88, tweede en derde lid, 4:94, 4:94a en de afdelingen 4.4.2, 4.4.3 en 4.4.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing.
Artikel 10a (verwerking persoonsgegevens door de toezichthouder)
Artikel 10b (verwerking persoonsgegevens door de dienstaanbieder)
ARTIKEL II (WIJZIGING ALGEMENE WET BESTUURSRECHT)
In artikel 1 van bijlage 2 bij de Algemene wet bestuursrecht komt de zinsnede met betrekking tot de Wet tijdelijke tolheffing Blankenburgverbinding en ViA15 te luiden:
Wet tijdelijke tolheffing Blankenburgverbinding en ViA15: de artikelen 4, eerste lid, 8b, eerste lid, 9, eerste lid, en 16, eerste lid.ARTIKEL III (INWERKINGTREDING EN VERVALLEN)
Besluit van 10 mei 2023, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wijziging van de Wet tijdelijke tolheffing Blankenburgverbinding en ViA15
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat van 3 mei 2023, nr. IenW/BSK-2023/91728, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken;
Gelet op artikel III van de Wijziging van de Wet tijdelijke tolheffing Blankenburgverbinding en ViA15 in verband met de Wet implementatie EETS-richtlijn en enkele technische aanpassingen;
Hebben goedgevonden en verstaan: