Part of Smart Yellow Suite

WGK012463
Wijziging van de Wet publieke gezondheid ivm verduidelijking grondslag

Updates ontvangen over deze regeling? Log in

Overheid.nl - XML - JSON

Type Wet
Fase Bekendmaking
Ministerie Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Datum uitgave 8 februari 2021
Datum inwerkingtreding -
Per KB Nee

Samenvatting

Het tijdelijke artikel 58p, tweede lid, van de Wet publieke gezondheid, per 1 december 2020 in werking getreden via de Tijdelijke wet maatregelen covid-19, biedt een tijdelijke mogelijkheid om bij ministeriële regeling regels te stellen over de toegang tot en het gebruik van voorzieningen voor personenvervoer. Doel van dit wetsvoorstel is het verduidelijken van deze wettelijke grondslag met betrekking tot de verplichte negatieve testuitslag. Het wetsvoorstel laat de werking van het geldend recht onveranderd.

Documenten

stb-2021-3 (PDF)

Wet van 8 januari 2021 tot wijziging van de Wet publieke gezondheid in verband met een verduidelijking van de tijdelijke grondslag voor het stellen van regels over de toegang tot en het gebruik van voorzieningen voor personenvervoer

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om de verspreiding van het SARS-CoV-2-virus zoveel mogelijk te belemmeren en in verband daarmee de tijdelijke grondslag in de Wet publieke gezondheid voor het stellen van regels over de toegang tot en het gebruik van voorzieningen voor personenvervoer te verduidelijken;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

Artikel 58p van de Wet publieke gezondheid wordt als volgt gewijzigd:

2.
Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld over het aanbieden van, de toegang tot en het gebruik van voorzieningen voor personenvervoer binnen Nederland of met een bestemming in Nederland. Hierbij kan onderscheid worden gemaakt tussen categorieën van personenvervoer, gebieden van waaruit de reiziger vertrekt en categorieën van personen voor wie de regels gelden en kan worden afgeweken van artikel 58f, derde lid, aanhef en onder a.
3.
Tot de in het tweede lid bedoelde regels kunnen behoren:
  1. een verplichting voor de aanbieder van personenvervoer ervoor zorg te dragen dat aan een reiziger die vertrekt vanuit een door Onze Minister aangewezen gebied in het buitenland of reist tussen het Europese deel van Nederland, Bonaire, Sint Eustatius of Saba, uitsluitend vervoer wordt aangeboden, toegang daartoe wordt verschaft en gebruik daarvan wordt toegestaan, indien de reiziger een testuitslag kan tonen aan de aanbieder van personenvervoer en een toezichthouder, waaruit blijkt dat hij op het moment van testen niet was geïnfecteerd met het virus SARS-CoV-2;
  2. een verplichting voor de reiziger die vertrekt vanuit een door Onze Minister aangewezen gebied in het buitenland of reist tussen het Europese deel van Nederland, Bonaire, Sint Eustatius of Saba om bij de toegang tot het vervoermiddel en tijdens het vervoer te beschikken over een testuitslag waaruit blijkt dat hij op het moment van testen niet was geïnfecteerd met het virus SARS-CoV-2, en een verplichting voor de reiziger deze op verzoek te tonen aan de aanbieder van personenvervoer en een toezichthouder.
4.
In een regeling als bedoeld in het derde lid worden eisen gesteld met betrekking tot de test, die in elk geval betrekking hebben op:
  1. de vaststelling van de identiteit van de geteste persoon;
  2. het type test dat is uitgevoerd;
  3. de wijze waarop de testuitslag wordt aangetoond;
  4. de termijn waarbinnen de test moet zijn uitgevoerd ten opzichte van het moment van binnenkomst in Nederland.
5.
Een regeling als bedoeld in het derde lid is niet van toepassing op degenen die het grondgebied van Nederland als het eigen land willen betreden en die niet kunnen beschikken over een testuitslag waaruit blijkt dat zij op het moment van testen niet waren geïnfecteerd met het virus SARS-CoV-2.

ARTIKEL II

Na de inwerkingtreding van deze wet berusten de artikelen 6.7a en 6.7b van de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 mede op artikel 58p, tweede lid (nieuw), van de Wet publieke gezondheid.

ARTIKEL III

Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.

Wetswijzigingen integreren met je processen? Probeer Way 3 weken gratis.