Met dit wetsvoorstel wordt conform toezegging aan het parlement voorzien in een Instellingswet voor het Nationaal Groeifonds.
Wet van 22 juni 2022, houdende tijdelijke regels inzake instelling van een Nationaal Groeifonds (Tijdelijke wet Nationaal Groeifonds)
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben dat het wenselijk is om het duurzaam verdienvermogen van Nederland op de lange termijn te versterken door financiële middelen uit het Nationaal Groeifonds beschikbaar te stellen voor investeringen en daartoe tijdelijk een begrotingsfonds in te stellen als bedoeld in artikel 2.11 van de Comptabiliteitswet 2016;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Artikel 1 Begripsbepalingen
In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
Artikel 2 Instelling, doel en bereik van het fonds
Artikel 3 Beheer en begroting van het fonds
Artikel 4 Meerjarenprogramma Nationaal Groeifonds
Artikel 5 Ontvangsten van het fonds
De ontvangsten van het fonds zijn:
Artikel 6 Uitgaven van het fonds
In het kader van het bereiken van het doel, genoemd in artikel 2, tweede lid, komen ten laste van het fonds:
Artikel 7 Subsidieverstrekking
Artikel 8 Nadere regelgeving
Artikel 9 Adviescommissie Nationaal Groeifonds
Artikel 10 Wijziging bijlage 2 Awb
In artikel 4 van bijlage 2 bij de Algemene wet bestuursrecht wordt in de alfabetische volgorde ingevoegd:
Tijdelijke wet Nationaal GroeifondsArtikel 11 Evaluatie
Onze Ministers zenden binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van deze wet aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze wet in de praktijk.
Artikel 12 Vervallen bepalingen Comptabiliteitswet 2016 en overgangsrecht
Artikel 13 Inwerkingtredings- en vervalbepaling en overgangsrecht
Artikel 14 Citeertitel
Deze wet wordt aangehaald als: Tijdelijke wet Nationaal Groeifonds.
Besluit van 24 juni 2022 tot wijziging van het Besluit van 12 november 2020, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet van 1 juli 2020 tot wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet op de expertisecentra, de Wet op het onderwijstoezicht en enkele andere wetten in verband met de actualisering van de deugdelijkheidseisen, het daarmee samenhangende onderwijstoezicht en vermindering van administratieve verplichtingen in het funderend onderwijs, alsmede reparatie van wetstechnische gebreken (actualisering deugdelijkheidseisen funderend onderwijs) (Stb. 2020, 235) (Stb. 2020, 469)
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs van 21 juni 2022, nr. WJZ/32800875 (10727), directie Wetgeving en Juridische Zaken;
Gelet op artikel XIV van de Wet van 1 juli 2020 tot wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet op de expertisecentra, de Wet op het onderwijstoezicht en enkele andere wetten in verband met actualisering van de deugdelijkheidseisen, het daarmee samenhangende onderwijstoezicht en vermindering van administratieve verplichtingen in het funderend onderwijs, alsmede reparatie van wetstechnische gebreken (actualisering deugdelijkheidseisen funderend onderwijs) (Stb. 2020, 235);
Hebben goedgevonden en verstaan:
Enig artikel
In de aanhef van artikel 3 van het Besluit van 12 november 2020, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet van 1 juli 2020 tot wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet op de expertisecentra, de Wet op het onderwijstoezicht en enkele andere wetten in verband met de actualisering van de deugdelijkheidseisen, het daarmee samenhangende onderwijstoezicht en vermindering van administratieve verplichtingen in het funderend onderwijs, alsmede reparatie van wetstechnische gebreken (actualisering deugdelijkheidseisen funderend onderwijs) (Stb. 2020, 235) (Stb. 2020, 469) wordt «1 augustus 2022» vervangen door «1 januari 2023».