Wet van 16 december 2020 tot wijziging van de Wet vliegbelasting
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben dat het wenselijk is het bij koninklijke boodschap van 13 mei 2019 ingediende voorstel van wet tot wijziging van de Wet belastingen op milieugrondslag (Wet vliegbelasting) (Kamerstukken 35 205) op een enkel punt aan te passen;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
ARTIKEL I
Indien het bij koninklijke boodschap van 13 mei 2019 ingediende voorstel van wet tot wijziging van de Wet belastingen op milieugrondslag (Wet vliegbelasting) (Kamerstukken 35 205) tot wet wordt verheven, wordt die wet als volgt gewijzigd:
A
Artikel I, onderdeel B, wordt als volgt gewijzigd:
1.
Onder de naam vliegbelasting wordt een belasting geheven ter zake van het vertrek van een passagier met een vliegtuig vanaf een in Nederland gelegen luchthaven.Artikel 75
De vliegbelasting wordt berekend over het aantal passagiers dat met een vliegtuig vertrekt van de luchthaven.Artikel 76
De vliegbelasting wordt verschuldigd op het tijdstip waarop de passagier met een vliegtuig vertrekt van de luchthaven.Artikel 77
Het tarief bedraagt € 7,450 per passagier.2.
De luchtvaartmaatschappij is gehouden tot betaling van de vliegbelasting die de exploitant van de luchthaven bij haar in rekening brengt, voor zover deze belasting door de exploitant van de luchthaven is verschuldigd ter zake van het vertrek van passagiers met een vliegtuig van die luchtvaartmaatschappij.B
In artikel I, onderdeel C, wordt «77, eerste lid» vervangen door «77».
C
Artikel IA wordt als volgt gewijzigd:
- een vliegbelasting;.
D
In artikel IB vervalt het eerste lid, alsmede de aanduiding «2.» voor het tweede lid.
Artikel 75
De vliegbelasting wordt berekend over het aantal passagiers dat met een vliegtuig vertrekt van de luchthaven.
Artikel 76
De vliegbelasting wordt verschuldigd op het tijdstip waarop de passagier met een vliegtuig vertrekt van de luchthaven.
Artikel 77
Het tarief bedraagt € 7,450 per passagier.
ARTIKEL II
Indien deze wet tot wet wordt verheven en in werking treedt, wordt het bedrag, genoemd in het in artikel I, onderdeel A, subonderdeel 5, opgenomen artikel 77 van de Wet belastingen op milieugrondslag, bij ministeriële regeling vervangen door een ander bedrag. Dit andere bedrag wordt berekend door het te vervangen bedrag te vermenigvuldigen met de tabelcorrectiefactor, bedoeld in artikel 10.2 van de Wet inkomstenbelasting 2001, die van toepassing is bij het begin van het kalenderjaar 2018 en vervolgens consecutief met die van de daaropvolgende kalenderjaren tot het tijdstip waarop deze wet in werking treedt. Het aldus verkregen bedrag wordt afgerond tot drie decimalen.
ARTIKEL III
Indien het bij koninklijke boodschap van 13 mei 2019 ingediende voorstel van wet tot wijziging van de Wet belastingen op milieugrondslag (Wet vliegbelasting) (Kamerstukken 35 205) tot wet is of wordt verheven en die wet in werking treedt, treedt deze wet op hetzelfde tijdstip in werking.