Part of Smart Yellow Suite

WGK011885
Wijziging Besluit kinderopvangtoeslag i.v.m. loslaten koppeling gewerkte uren

Updates ontvangen over deze regeling? Log in

Overheid.nl - XML - JSON

Type Algemene Maatregel van Bestuur
Fase Bekendmaking
Ministerie Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Datum uitgave 2 september 2020
Datum inwerkingtreding -
Per KB Nee

Samenvatting

Als gevolg van COVID-19 wordt voor het jaar 2020 de 'koppeling gewerkte uren' in artikel 8a van het Besluit kinderopvangtoeslag losgelaten. Dit wijzigingsbesluit regelt dat.

Documenten

stb-2021-55 (PDF)

Besluit van 25 januari 2021 tot wijziging van het Besluit kinderopvangtoeslag voor verruiming van de koppeling gewerkte uren in verband met COVID-19

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 21 december 2020, nr. 2020-0000170809, gedaan mede namens de Staatssecretaris van Financiën – Toeslagen en Douane;

Gelet op artikel 1.7, derde en vierde lid, van de Wet kinderopvang;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 6 januari 2020, No. W12.20.0502/III);

Gezien het nader rapport van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 22 januari 2021, 2021-000004466, uitgebracht mede namens de Staatssecretaris van Financiën – Toeslagen en Douane,

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Na artikel 8a van het Besluit kinderopvangtoeslag wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 8b
1.
In afwijking van artikel 8a bedraagt voor het berekeningsjaar 2020 het aantal uren kinderopvang dat voor kinderopvangtoeslag in aanmerking komt, voor ieder kind niet meer dan:
  1. 230 uren per kalendermaand; en
  2. voor het berekeningsjaar 2020 230 uren per kalendermaand vermenigvuldigd met het aantal maanden waarin de ouder of partner in dat berekeningsjaar:
    1. arbeid heeft verricht als bedoeld in artikel 1.6, eerste lid, onderdeel a of b, of derde lid, onderdeel a, van de wet; of
    2. gebruik heeft gemaakt van een voorziening die gericht is op arbeidsinschakeling of scholing, een opleiding of een cursus als bedoeld in artikel 1.6, eerste lid, onderdelen c tot en met j, van de wet.
2.
Voor het aantal uren dat voor kinderopvangtoeslag in aanmerking komt, bedoeld in het eerste lid, wordt uitgegaan van het aantal maanden van de ouder of partner die in het berekeningsjaar 2020 het minste aantal maanden heeft gewerkt, gebruik heeft gemaakt van een voorziening die gericht is op arbeidsinschakeling of scholing, een opleiding of een cursus heeft gevolgd.
3.
Bij de toepassing van het eerste lid, aanhef en onder a, en onder b, aanhef en onderdeel 1° wordt indien een ouder of zijn partner in het berekeningsjaar 2020 aanspraak op kinderopvangtoeslag behoudt op grond van artikel 1.6, vijfde of zevende lid, van de wet, uitgegaan van het aantal uren kinderopvang dat voor kinderopvangtoeslag in aanmerking kwam voor de beëindiging van de arbeid.

Artikel 8b

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2020.

Wetswijzigingen integreren met je processen? Probeer Way 3 weken gratis.