Wet van 10 juli 2023 tot wijziging van de Wet op de omzetbelasting 1968 in verband met de aanpassing van de kleineondernemersregeling (Wet implementatie Richtlijn kleineondernemersregeling)
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het noodzakelijk en wenselijk is de wetgeving inzake de omzetbelasting aan te passen overeenkomstig Richtlijn (EU) 2020/285 van de Raad van 18 februari 2020 tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde wat betreft de bijzondere regeling voor kleine ondernemingen en Verordening (EU) nr. 904/2010 betreffende de administratieve samenwerking en uitwisseling van inlichtingen voor doeleinden van toezicht op de juiste uitvoering van de bijzondere regeling voor kleine ondernemingen (PbEU 2020, L 62);
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Wet op de omzetbelasting 1968 wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 1a, eerste lid, onderdeel a, wordt «de in de artikelen 282 tot en met 292 van de BTW-richtlijn 2006 bedoelde vrijstellingsregeling» vervangen door «de vrijstellingsregeling, bedoeld in artikel 284 van de BTW-richtlijn 2006,».
B
In artikel 11, eerste lid, onderdeel b, onder 5°, wordt «artikel 25, eerste lid» vervangen door «artikel 25a, eerste lid».
C
Artikel 15, tweede lid, onderdeel a, komt te luiden:
- andere handelingen dan die zijn vrijgesteld krachtens artikel 284 van de BTW-richtlijn 2006 door de als zodanig handelende ondernemer buiten Nederland verricht, waarvoor recht op aftrek zou ontstaan indien zij in Nederland zouden zijn verricht;.
D
In artikel 23, vijfde lid, wordt «artikel 25, eerste lid» vervangen door «artikel 25a, eerste lid».
E
Hoofdstuk V, afdeling 1, komt te luiden:
F
In artikel 28b, tweede lid, onderdeel c, wordt «artikel 25, eerste lid» vervangen door «artikel 25a, eerste lid».
G
In artikel 33f, eerste lid, onderdeel c, wordt «artikel 25» vervangen door «artikel 25a, eerste lid,».
H
Aan artikel 34d, eerste lid, wordt onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel b door een puntkomma een onderdeel toegevoegd, luidende:
- wanneer de ondernemer gebruikmaakt van de vrijstelling, bedoeld in artikel 25a, eerste lid.
I
In artikel 37a, eerste lid, aanhef, wordt «artikel 25» vervangen door «artikel 25a, eerste lid».
Artikel 25
Artikel 25a
Artikel 25b
Artikel 25c
Artikel 25d
Artikel 25e
Artikel 25f
Artikel 25g
ARTIKEL II
ARTIKEL III
Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 2025, met uitzondering van artikel II, dat in werking treedt met ingang van 1 oktober 2024.
ARTIKEL IV
Deze wet wordt aangehaald als: Wet implementatie Richtlijn kleineondernemersregeling.