Part of Smart Yellow Suite

WGK011401
Wet tot wijziging van de Wet ter Bescherming Koopvaardij

Updates ontvangen over deze regeling? Log in

Overheid.nl - XML - JSON

Type Wet
Fase Bekendmaking
Ministerie Justitie en Veiligheid
Datum uitgave 14 april 2020
Datum inwerkingtreding -
Per KB Ja

Opschrift

Wijziging van de Wet ter Bescherming Koopvaardij (aanpassingen in verband met het certificerings- en vergunningstelsel, de positie van particuliere maritieme beveiligers en herstel van enkele onvolkomenheden)

Samenvatting

Het wijzigingswetsvoorstel bevat enkele noodzakelijke wijzigingen om de wet op een doeltreffende en rechtmatige wijze te kunnen uitvoeren (w.o. het verlenen van vergunningen aan bedrijven die aan de internationale en Nederlandse eisen voor gewapende maritieme beveiliging voldoen) en indien nodig te handhaven.

Documenten

stb-2022-2 (PDF)

Wet van 1 december 2021, houdende wijziging van de Wet ter Bescherming Koopvaardij houdende aanpassingen in verband met het certificerings- en vergunningstelsel, de positie van particuliere beveiligers, de scheepsbeheerder en de kapitein, de verwerking van bijzondere persoonsgegevens en herstel van enkele onvolkomenheden (Reparatiewet WtBK)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het noodzakelijk is om voorafgaand aan de inwerkingtreding van de Wet ter Bescherming Koopvaardij, enkele wijzigingen in de wet aan te brengen;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, de bepalingen van het Statuut voor het Koninkrijk in acht genomen zijnde, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wet ter Bescherming Koopvaardij wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

B

In artikel 2 wordt «Nederlandse vlag» vervangen door «vlag van het Koninkrijk».

C

Artikel 4 wordt gewijzigd als volgt:

D

In artikel 5 wordt «reder» vervangen door «scheepsbeheerder».

E

Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:

3.
De scheepsbeheerder en de vergunninghouder voorzien de kapitein onderscheidenlijk de teamleider van juiste en volledige informatie ten behoeve van hun vergewisplicht. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld met betrekking tot de informatie en de verstrekking ervan.
4.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld over de verantwoordelijkheid van de kapitein voor de veiligheid van het schip en de opvarenden in verband met de maritieme beveiligingswerkzaamheden en de naleving van de in het tweede lid bedoelde regels.
F

In artikel 10, derde lid, wordt «titel VIA» vervangen door «titel VIB».

G

In artikel 12, derde lid, eerste volzin, wordt na «openbaar ministerie» een komma geplaatst en toegevoegd «volgens door Onze Minister te geven regels».

H

Artikel 13 wordt als volgt gewijzigd:

1.
De vergunning, bedoeld in artikel 3, eerste lid, kan op aanvraag van een maritiem beveiligingsbedrijf worden verleend indien de bij algemene maatregel van bestuur te bepalen certificaten worden overgelegd en aan de bij of krachtens deze wet gestelde regels wordt voldaan.
I

In artikel 14, onderdeel a, wordt «het certificaat» vervangen door «een van de ISO-certificaten».

J

Na artikel 14 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 14a
1.
Gelet op artikel 10 van de Algemene verordening gegevensbescherming, kan Onze Minister persoonsgegevens van strafrechtelijke aard als bedoeld in paragraaf 3.2 van de Uitvoeringswet Algemene verordening gegevensbescherming verwerken, voor zover die verwerking noodzakelijk is, in het kader van de betrouwbaarheidstoetsing van de onderneming bij het verlenen van een vergunning.
2.
Gelet op de artikelen 9, tweede lid, onder g, en 10 van de Algemene verordening gegevensbescherming, kan Onze Minister gezondheidsgegevens als bedoeld in artikel 4, onderdeel 15 van de Algemene verordening gegevensbescherming en persoonsgegevens van strafrechtelijke aard als bedoeld in paragraaf 3.2 van de Uitvoeringswet Algemene verordening gegevensbescherming verwerken, voor zover die verwerking noodzakelijk is, in het kader van:
  1. het toezicht op de naleving en handhaving van de bij en krachtens deze wet gestelde regels en de aan de vergunning verbonden voorschriften;
  2. de samenwerking en uitwisseling van gegevens met buitenlandse instanties overeenkomstig artikel 17b.
3.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld over het bewaren en vernietigen van de in het eerste en tweede lid bedoelde persoonsgegevens en over andere waarborgen.
K

Artikel 15 komt te luiden:

Artikel 15
De vergunninghouder:
  1. maakt tenminste drie maanden voorafgaand aan de beëindiging van de geldigheid van een aan hem verleend ISO-certificaat als bedoeld in artikel 13, eerste lid, melding daarvan aan Onze Minister;
  2. meldt de schorsing, de opheffing daarvan of de intrekking van een aan hem verleend ISO-certificaat als bedoeld in artikel 13, eerste lid, onverwijld aan Onze Minister.
L

Artikel 17 wordt als volgt gewijzigd:

2.
Onze Minister kan aan:
  1. de scheepsbeheerder en de kapitein een bestuurlijke boete opleggen van een bij ministeriële regeling te bepalen bedrag ter zake van overtreding van de regels, gesteld bij of krachtens artikel 6, eerste lid;
  2. de teamleider en de kapitein een bestuurlijke boete opleggen van een bij ministeriële regeling te bepalen bedrag ter zake van overtreding van artikel 6, tweede lid;
  3. de scheepsbeheerder een bestuurlijke boete opleggen van een bij ministeriële regeling te bepalen bedrag ter zake van overtreding van de regels, gesteld bij of krachtens artikel 6, derde lid;
  4. de kapitein een bestuurlijke boete opleggen van een bij ministeriële regeling te bepalen bedrag ter zake van overtreding van de krachtens artikel 6, vierde lid, gestelde regels;
  5. de teamleider en de kapitein een bestuurlijke boete opleggen van een bij ministeriële regeling te bepalen bedrag ter zake van overtreding van de regels gesteld bij of krachtens artikel 12, eerste en tweede lid.
M

Na artikel 17 worden twee artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 17a
1.
Onze Minister stelt ten behoeve van het toezicht op en de handhaving van de bij en krachtens deze wet gestelde regels driejaarlijks een werkplan op.
2.
Na afloop van ieder kalenderjaar stelt Onze Minister een verslag op over het gevoerde toezicht en de sanctionering bij overtreding van de bij en krachtens deze wet gestelde regels.
3.
Het in het tweede lid bedoelde verslag bevat tevens informatie over de ontvangen rapportages, bedoeld in artikel 12, eerste lid, en de meldingen, bedoeld in artikel 12, derde lid, die door een kapitein bij het openbaar ministerie zijn gedaan.
Artikel 17b
1.
Onze Minister werkt in het kader van vergunningverlening, toezicht op en handhaving van de bij en krachtens deze wet gestelde regels samen met instanties die krachtens het recht van de staat die het betreft met vergunningverlening, toezicht op en handhaving van maritieme beveiligingswetgeving zijn belast.
2.
In het kader van vergunningverlening, toezicht op en handhaving van de bij en krachtens deze wet gestelde regels kunnen de met toezicht belaste ambtenaren gegevens uitwisselen met buitenlandse instanties.

Artikel 14a

Artikel 15

De vergunninghouder:

Artikel 17a

Artikel 17b

ARTIKEL II

Deze wet treedt in werking op het tijdstip waarop de Wet ter Bescherming Koopvaardij in werking treedt.

ARTIKEL III

Deze wet wordt aangehaald als: Reparatiewet WtBK.

stb-2022-3 (PDF)

Besluit van 22 december 2021, houdende regels ter uitvoering van de Wet ter Bescherming Koopvaardij (Besluit bescherming koopvaardij) alsmede vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet ter Bescherming Koopvaardij

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie en Veiligheid van 24 november 2020, directie Wetgeving en Juridische Zaken, nr. 3098778;

Gelet op de artikelen 2, 4, tweede en vierde lid, 6, derde en vierde lid, 8, 9, achtste lid, 11, vijfde lid, en 13, eerste en vijfde lid, van de Wet ter Bescherming Koopvaardij en 9, eerste lid, van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 20 januari 2021, no. W16.20.0437/II);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Justitie en Veiligheid van 17 december 2021, directie Wetgeving en Juridische Zaken, nr. 3685395;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1.1 (definities)

In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

Artikel 1.2 (aanwijzing risicogebied)

Artikel 2.1 (uitgangspunt Nederlandse wet)

De gewapende bescherming van op grond van voor Nederland geldende rechtsregels onder vlag van het Koninkrijk varende koopvaardijschepen is een overheidstaak, behoudens indien de wet en de daarop gebaseerde regels maritieme beveiligingswerkzaamheden toestaan.

Artikel 2.2 (aanvraag bij Kustwachtcentrum)

Artikel 2.3 (criteria)

Artikel 2.4 (informatieplicht; verantwoordelijkheid kapitein)

Artikel 3.1 (vuurwapens, munitie, handboeien)

Artikel 3.2 (wapen- of munitiekluis)

Artikel 3.3 (verantwoordelijkheid kapitein)

Artikel 3.4 (nadere geweldsinstructie)

Artikel 4.1 (reikwijdte vergunning)

De vergunning wordt verleend voor het aanbieden of verrichten van gewapende maritieme beveiligingswerkzaamheden door een maritiem beveiligingsbedrijf aan boord van een schip dat op grond van Nederlandse rechtsregels gerechtigd is de Nederlandse vlag te voeren, binnen het risicogebied.

Artikel 4.2 (aanvraag bij Inspectie Leefomgeving en Transport)

De aanvraag voor de vergunning wordt ingediend bij de Inspectie Leefomgeving en Transport.

Artikel 4.3 (duur en voorschriften per vergunning)

Artikel 4.4 (beslistermijn)

Artikel 4.5 (overgang vergunning op een derde)

De vergunning kan slechts met schriftelijke toestemming van Onze Minister overgaan op een derde. Het bepaalde bij en krachtens artikel 14 van de wet is van overeenkomstige toepassing bij de overgang van een vergunning.

Artikel 4.6 (schorsing vergunning)

Artikel 5.1 (ISO-certificaten)

Artikel 5.2 (naleving internationale verplichtingen)

Het maritiem beveiligingsbedrijf beschikt te allen tijde over instructies aan het in te zetten particulier maritiem beveiligingspersoneel waarin het invulling geeft aan internationaalrechtelijke verplichtingen van Nederland, in het bijzonder die met betrekking tot het Europees Verdrag ter bescherming van de rechten van de mens.

Artikel 5.3 (transparantie en zetel onderneming)

Artikel 5.4 (continuïteit onderneming)

Artikel 5.5 (betrouwbaarheid onderneming)

Artikel 5.6 (organisatie onderneming)

Artikel 5.7 (intern toezicht)

Artikel 5.8 (administratie- en bewaarplicht gegevens)

Artikel 5.9 (eisen beveiligingsteam)

Artikel 5.10 (veilige opslag vuurwapens en munitie)

Artikel 5.11 (gebruik opslagplaats)

Artikel 5.12 (handboeien)

Het maritiem beveiligingsbedrijf draagt zorg voor voldoende beschikbaarheid van deugdelijke handboeien bij de uitvoering van maritieme beveiligingswerkzaamheden.

Artikel 5.13 (camera’s en microfoons)

Artikel 5.14 (beleid en instructies beveiligingsteam)

Artikel 6.1 (waarborgen)

Artikel 7.1 (wijziging Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens)

Het Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens wordt als volgt gewijzigd:

  1. de overtredingen van artikel 3, eerste en tweede lid, en 12, derde lid, van de Wet ter Bescherming Koopvaardij.
  1. de Wet ter Bescherming Koopvaardij.

Artikel 8.1 (inwerkingtreding)

De Wet ter Bescherming Koopvaardij en dit besluit treden in werking met ingang van 1 februari 2022.

Artikel 8.2 (citeertitel)

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit bescherming koopvaardij.

Wetswijzigingen integreren met je processen? Probeer Way 3 weken gratis.