Part of Smart Yellow Suite

WGK011050
Wijziging van de Wet big ivm de organisatie van de regionale tuchtcolleges en tot het aanbrengen van enkele andere wijzigingen

Updates ontvangen over deze regeling? Log in

Overheid.nl - XML - JSON

Type Wet
Fase Bekendmaking
Ministerie Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Datum uitgave 4 augustus 2020
Datum inwerkingtreding -
Per KB Nee

Opschrift

Wet tot wijziging van de indeling van de rechtsgebieden van de regionale tuchtcolleges

Samenvatting

Dit wetsvoorstel regelt dat het aantal regionale tuchtcolleges wordt teruggebracht van vijf naar drie.

Documenten

stb-2022-15 (PDF)

Wet van 22 december 2021 tot wijziging van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg in verband met de organisatie van de regionale tuchtcolleges en tot het aanbrengen van enkele andere wijzigingen

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo, Wij in overweging genomen hebben, dat het om doelmatigheidsredenen wenselijk is het aantal regionale tuchtcolleges terug te brengen van vijf naar drie;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg wordt als volgt gewijzigd.

A

In artikel 9, zevende lid, wordt «aard van het vergrijp» vervangen door «aard van het verwijt».

B

Artikel 23 komt te luiden:

Artikel 23
Tot het gebied van deskundigheid van de apotheker wordt gerekend het verrichten van bij algemene maatregel van bestuur te omschrijven handelingen op het gebied van de farmacie.
C

Artikel 48, zesde lid, komt te luiden:

6.
De maatregel van doorhaling, bedoeld in het eerste lid, onder f, wordt vanwege Onze Minister ten uitvoer gelegd. Indien de maatregel van doorhaling van de inschrijving niet ten uitvoer kan worden gelegd omdat de inschrijving reeds om andere redenen is doorgehaald, geldt de datum van de om andere reden uitgevoerde doorhaling als datum waarop de maatregel is uitgevoerd. Onze Minister doet hiervan mededeling aan de betrokkene.
D

In artikel 53 wordt onder vernummering van het tweede lid tot het derde lid, het eerste lid vervangen door:

1.
Er zijn drie regionale tuchtcolleges die zijn gevestigd te:
  1. Amsterdam;
  2. ’s-Hertogenbosch;
  3. Zwolle.
2.
Bij algemene maatregel van bestuur wordt het Europese deel van Nederland in gebieden ingedeeld, waarvan elk het rechtsgebied van een regionaal tuchtcollege uitmaakt.
E

Na artikel 53 wordt een artikel ingevoegd, dat luidt:

Artikel 53a
1.
De terechtzittingen en de vooronderzoeken vinden plaats in de vestigingsplaats van het regionale tuchtcollege.
2.
De voorzitter van een regionaal tuchtcollege kan in het belang van de behandeling van een zaak, bepalen dat een terechtzitting of een vooronderzoek in het kader van die zaak op een andere plaats plaatsvindt dan bedoeld in het eerste lid.
F

Artikel 54 komt te luiden:

Artikel 54
1.
Bevoegd tot het behandelen van een zaak in eerste aanleg is:
  1. het regionale tuchtcollege van het rechtsgebied waarin de beklaagde zijn woonplaats heeft; of
  2. het regionale tuchtcollege binnen wiens rechtsgebied de gedraging waarop de zaak betrekking heeft, heeft plaatsgevonden.
2.
Bevoegd tot het behandelen van een zaak in eerste aanleg tegen meerdere beklaagden is:
  1. het regionale tuchtcollege van het rechtsgebied waarin één van de beklaagden zijn woonplaats heeft; of
  2. het regionale tuchtcollege van het rechtsgebied waarin een op alle beklaagden betrekking hebbende gedraging heeft plaatsgevonden.
3.
In het geval geen der regionale tuchtcolleges op grond van het eerste of tweede lid bevoegd is tot het behandelen van een zaak, is het regionale tuchtcollege te Amsterdam bevoegd.
4.
Indien de beklaagde in een zaak tevens lid-beroepsgenoot of plaatsvervangend lid-beroepsgenoot is van het regionale tuchtcollege waar het klaagschrift is ingediend, kan de voorzitter in het belang van een onafhankelijke behandeling, de zaak ter behandeling verwijzen naar een ander regionaal tuchtcollege. De zaak wordt in het behandelend regionale tuchtcollege behandeld door leden die daartoe door de voorzitter zijn aangewezen. Bij die aanwijzing draagt de voorzitter er zorg voor dat een onafhankelijke behandeling is gewaarborgd.
5.
Indien een klaagschrift is ingediend bij een onbevoegd regionaal tuchtcollege, verwijst de voorzitter van dat tuchtcollege de zaak onverwijld door naar een bevoegd regionaal tuchtcollege. De klager wordt gelijktijdig over de verwijzing geïnformeerd. De voorzitter kan een zaak tevens verwijzen naar een ander tuchtcollege wanneer tegen een klager bij meerdere regionale tuchtcolleges zaken aanhangig zijn gemaakt.Bij verwijzing geldt als de datum van indiening van het klaagschrift de datum van de indiening bij het verwijzende college.
G

Na artikel 54 wordt een artikel ingevoegd, dat luidt:

Artikel 54a
Indien een herindelingsregeling als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel f, van de Wet algemene regels herindeling leidt tot een wijziging van het rechtsgebied van een regionaal tuchtcollege of indien het rechtsgebied van een regionaal tuchtcollege op basis van artikel 53, tweede lid, wordt gewijzigd, heeft die wijziging geen gevolgen voor de bevoegdheid in zaken die op de datum van herindeling bij dat tuchtcollege aanhangig zijn.
H

Artikel 55 wordt als volgt gewijzigd:

5.
De leden van de tuchtcolleges blijven na het verstrijken van hun benoemingstermijn of na hun ontslag vanwege het bereiken van de zeventigjarige leeftijd, bevoegd om deel te nemen aan de verdere behandeling van en de beslissing over klachten, aan de behandeling waarvan zij voor het verstrijken van hun benoemingstermijn of hun ontslag reeds hebben deelgenomen.
7.
De leden van een regionaal tuchtcollege zijn tevens plaatsvervangend lid van de overige regionale tuchtcolleges. Indien een voorzitter of plaatsvervangend voorzitter op grond van de eerste volzin plaatsvervangend rechtsgeleerd lid is bij de andere regionale tuchtcolleges, is hij bij die andere regionale tuchtcolleges tevens plaatsvervangend voorzitter.
I

Na artikel 55 worden twee artikelen ingevoegd, die als volgt luiden:

Artikel 55bis
Een benoeming van een plaatsvervangend lid van een regionaal tuchtcollege vervalt wanneer dat plaatsvervangend lid als:
  1. plaatsvervangend rechtsgeleerd lid is benoemd en wordt benoemd tot rechtsgeleerd lid bij een regionaal tuchtcollege;
  2. plaatsvervangend lid-beroepsgenoot is benoemd en voor hetzelfde beroep wordt benoemd als lid-beroepsgenoot bij een regionaal tuchtcollege.
Artikel 55ter
1.
De regionale tuchtcolleges stellen een gemeenschappelijk reglement van orde vast.
2.
Onverminderd artikel 54, vierde lid, bevat het reglement van orde in ieder geval regels over deelname van de leden aan de behandeling van een zaak.
3.
De vaststelling van het reglement van orde geschiedt door de voorzitters van de drie regionale tuchtcolleges gezamenlijk.
J

Artikel 56, wordt als volgt gewijzigd:

4.
Indien de beklaagde in een zaak tevens lid-beroepsgenoot of plaatsvervangend lid-beroepsgenoot is van het centrale tuchtcollege wordt de zaak behandeld door leden die daartoe door de voorzitter zijn aangewezen. Bij die aanwijzing draagt de voorzitter er zorg voor dat een onafhankelijke behandeling is gewaarborgd.
5.
De artikelen 55, zesde lid, eerste en tweede volzin, en 55ter, zijn van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat het reglement van orde als bedoeld in artikel 55ter, eerste lid, voor het centrale tuchtcollege gezamenlijk wordt vastgesteld door de voorzitter en de plaatsvervangend voorzitters van dat college.
K

In artikel 59, eerste lid, onder a, wordt «Indien» vervangen door «indien».

L

In artikel 61, wordt «, secretarissen en plaatsvervangende secretarissen» vervangen door «en secretarissen».

M

Artikel 62a, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

N

In artikel 62b wordt «62a eerste lid» vervangen door «62a, eerste lid».

O

In artikel 66, eerste lid, wordt «een of meer leden of plaatsvervangende leden of aan de secretaris of plaatsvervangend secretaris» vervangen door «een of meer leden, plaatsvervangende leden of de secretaris».

P

In artikel 79 vervalt het vierde lid en wordt het vijfde lid vernummerd tot vierde lid.

Q

Na artikel 79 wordt een artikel ingevoegd, dat luidt:

Artikel 79a
1.
Bevoegd tot het behandelen van een voordracht in eerste aanleg is het regionale tuchtcollege van het rechtsgebied waarin de beroepsbeoefenaar zijn woonplaats heeft.
2.
Indien de beroepsbeoefenaar geen woonplaats heeft in een rechtsgebied van een van de regionale tuchtcolleges, is het regionale tuchtcollege te Amsterdam bevoegd tot het behandelen van de voordracht.
3.
Indien een voordracht als bedoeld in artikel 79, eerste lid, wordt gedaan tegen een lid-beroepsgenoot of plaatsvervangend lid-beroepsgenoot dat tevens lid is van het regionale tuchtcollege waar de voordracht wordt gedaan, kan de voorzitter in het belang van een onafhankelijke behandeling, de zaak ter behandeling verwijzen naar een ander regionaal tuchtcollege. De zaak wordt in het behandelend regionale tuchtcollege behandeld door leden die daartoe door de voorzitter zijn aangewezen. Bij die aanwijzing draagt de voorzitter er zorg voor dat een onafhankelijke behandeling is gewaarborgd.
R

In artikel 82 wordt «door het andere rechtsgeleerde lid en door de drie leden-beroepsgenoten» vervangen door «een ander rechtsgeleerd lid en drie leden-beroepsgenoten».

S

Artikel 83 wordt als volgt gewijzigd.

T

Aan artikel 84 wordt een lid toegevoegd dat luidt:

8.
Indien degene op wie de voordracht betrekking heeft in een zaak tevens lid-beroepsgenoot of plaatsvervangend lid-beroepsgenoot is van het centrale tuchtcollege wordt de zaak behandeld door leden die daartoe door de voorzitter zijn aangewezen. Bij die aanwijzing draagt de voorzitter er zorg voor dat een onafhankelijke behandeling is gewaarborgd.
U

Artikel 91 komt te luiden:

Artikel 91
De voordracht voor een algemene maatregel van bestuur waarbij ten aanzien van een bij de maatregel aangewezen beroep voor de eerste maal toepassing wordt gegeven aan artikel 8, 34 of 40, dan wel een algemene maatregel van bestuur, inhoudende intrekking van een algemene maatregel van bestuur waarbij ten aanzien van een bepaald beroep toepassing is gegeven aan artikel 8, 34 of 40, wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
V

Artikel 92 wordt als volg gewijzigd:

1.
Beoefenaren van een beroep dat vergelijkbaar is met dat van arts, tandarts, verloskundige, verpleegkundige, physician assistant of klinisch technoloog en die zijn verbonden aan een buitenlandse krijgsmacht, worden voor de toepassing van artikel 35 gelijkgesteld met de op grond van hoofdstuk IV aangewezen personen, indien zij:
  1. in Nederland, in een Nederlands luchtvaartuig of op een Nederlands schip verblijven;
  2. zij in het land van de krijgsmacht waaraan zij verbonden zijn, als beoefenaar van het betreffende beroep, bevoegd zijn tot het verrichten van de handelingen als bedoeld in artikel 36, en
  3. zij hun beroep uitoefenen ten behoeve van:
    1. personeel behorende tot de krijgsmacht waaraan de beroepsbeoefenaar is verbonden;
    2. personeel behorende tot een andere buitenlandse krijgsmacht;
    3. degenen met wie het personeel, bedoeld onder a en b, duurzaam samenleeft, of
    4. militaire ambtenaren als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van de Wet ambtenaren defensie.
2.
De verboden, bedoeld in artikel 4, tweede lid, onderscheidenlijk artikel 17, tweede lid, en artikel 34, vierde lid, zijn niet van toepassing ten aanzien van beroepsbeoefenaren:
  1. die in het land van herkomst een beroep uitoefenen vergelijkbaar met een beroep als bedoeld in artikel 3, eerste lid, dan wel een beroep dat zijn grondslag vindt in artikel 14, eerste lid of artikel 34, eerste lid, en die een titel voeren die overeenkomt met dat uitgeoefende beroep, en
  2. die handelen in de omstandigheden, bedoeld in het eerste lid, onder a en c.

Artikel 23

Tot het gebied van deskundigheid van de apotheker wordt gerekend het verrichten van bij algemene maatregel van bestuur te omschrijven handelingen op het gebied van de farmacie.

Artikel 53a

Artikel 54

Artikel 54a

Indien een herindelingsregeling als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel f, van de Wet algemene regels herindeling leidt tot een wijziging van het rechtsgebied van een regionaal tuchtcollege of indien het rechtsgebied van een regionaal tuchtcollege op basis van artikel 53, tweede lid, wordt gewijzigd, heeft die wijziging geen gevolgen voor de bevoegdheid in zaken die op de datum van herindeling bij dat tuchtcollege aanhangig zijn.

Artikel 55bis

Een benoeming van een plaatsvervangend lid van een regionaal tuchtcollege vervalt wanneer dat plaatsvervangend lid als:

Artikel 55ter

Artikel 79a

Artikel 91

De voordracht voor een algemene maatregel van bestuur waarbij ten aanzien van een bij de maatregel aangewezen beroep voor de eerste maal toepassing wordt gegeven aan artikel 8, 34 of 40, dan wel een algemene maatregel van bestuur, inhoudende intrekking van een algemene maatregel van bestuur waarbij ten aanzien van een bepaald beroep toepassing is gegeven aan artikel 8, 34 of 40, wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd.

ARTIKEL II

De Wet medisch tuchtrecht BES wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:

B

Artikel 10 wordt als volgt gewijzigd:

2.
De voorzitter van het College wordt bij koninklijk besluit op voordracht van Onze Minister benoemd voor een tijdvak van zes jaren en is herbenoembaar.
3.
De overige leden van het College worden door Onze Minister benoemd voor een tijdvak van zes jaren en zijn herbenoembaar.
4.
Aan een lid van het College wordt op zijn verzoek tussentijds ontslag verleend. Aan een lid van het College wordt in ieder geval ontslag verleend met het bereiken van de zeventigjarige leeftijd. In de gevallen genoemd in de eerste twee volzinnen van dit lid, vindt het ontslag van de voorzitter van het College plaats bij koninklijk besluit op voordracht van Onze Minister en vindt het ontslag van de overige leden plaats door Onze Minister.
5.
en lid van het College blijft na het verstrijken van zijn benoemingstermijn of zijn ontslag vanwege het bereiken van de zeventigjarige leeftijd, bevoegd om deel te nemen aan de verdere behandeling van en de beslissing over klachten, aan de behandeling waarvan hij voor het verstrijken van zijn benoemingstermijn of zijn ontslag reeds heeft deelgenomen.
C

Artikel 10a komt te luiden:

Artikel 10a
Het in de artikelen 46c, onderdelen b en c, 46ca, eerste lid, onderdeel d, 46d, tweede lid, 46f, 46i, met uitzondering van het eerste lid, onderdeel c, 46j, 46l, eerste lid, aanhef en onderdelen a en c, en derde lid, 46m, 46o en 46p van de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren bepaalde is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de leden en de plaatsvervangende leden van de regionale tuchtcolleges en van het centrale tuchtcollege, met dien verstande dat de in het vijfde lid van artikel 46p bedoelde mededeling te hunnen aanzien eveneens wordt gedaan aan Onze Minister.De artikelen 13a, 13b, uitgezonderd het eerste lid, onderdelen b en c, en vierde lid, en 13c tot en met 13g van de Wet op de rechterlijke organisatie zijn van overeenkomstige toepassing ten aanzien van gedragingen van deze leden en plaatsvervangende leden, met dien verstande dat:
  1. voor de overeenkomstige toepassing van die artikelen onder «het betrokken gerechtsbestuur» wordt verstaan: de voorzitter van het Medisch Tuchtcollege; en
  2. de procureur-generaal niet verplicht is aan het verzoek, bedoeld in artikel 13a, te voldoen, indien de verzoeker redelijkerwijs onvoldoende belang heeft bij een onderzoek als bedoeld in datzelfde artikel.
D

Artikel 10b vervalt.

E

Artikel 11 komt te luiden:

Artikel 11
Aan het College worden een of meer secretarissen toegevoegd. Deze worden door Onze Minister aangewezen. De aanwijzing eindigt met ingang van de datum dat de uitoefening van de functie van secretaris geen onderdeel meer uitmaakt van de werkzaamheden van de betreffende ambtenaar.
F

In artikel 13, eerste lid, aanhef, vervalt «voorzitter of».

Artikel 10a

Het in de artikelen 46c, onderdelen b en c, 46ca, eerste lid, onderdeel d, 46d, tweede lid, 46f, 46i, met uitzondering van het eerste lid, onderdeel c, 46j, 46l, eerste lid, aanhef en onderdelen a en c, en derde lid, 46m, 46o en 46p van de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren bepaalde is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de leden en de plaatsvervangende leden van de regionale tuchtcolleges en van het centrale tuchtcollege, met dien verstande dat de in het vijfde lid van artikel 46p bedoelde mededeling te hunnen aanzien eveneens wordt gedaan aan Onze Minister.

De artikelen 13a, 13b, uitgezonderd het eerste lid, onderdelen b en c, en vierde lid, en 13c tot en met 13g van de Wet op de rechterlijke organisatie zijn van overeenkomstige toepassing ten aanzien van gedragingen van deze leden en plaatsvervangende leden, met dien verstande dat:

Artikel 11

Aan het College worden een of meer secretarissen toegevoegd. Deze worden door Onze Minister aangewezen. De aanwijzing eindigt met ingang van de datum dat de uitoefening van de functie van secretaris geen onderdeel meer uitmaakt van de werkzaamheden van de betreffende ambtenaar.

ARTIKEL III

ARTIKEL IV

ARTIKEL V

De aanwijzingen van degenen die op het tijdstip van inwerkingtreding van artikel I, onderdeel H en J, zijn aangewezen als plaatsvervangend secretaris, worden op dat tijdstip gewijzigd in een aanwijzing als secretaris.

ARTIKEL VI

Bij algemene maatregel van bestuur kunnen in afwijking van artikel 54 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg ten aanzien van op het tijdstip van inwerkingtreding bij de regionale tuchtcolleges aanhangige procedures in het belang van de continuïteit van die procedures regels worden gesteld.

ARTIKEL VII

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Wetswijzigingen integreren met je processen? Probeer Way 3 weken gratis.