Besluit van 9 juni 2023 tot wijziging van het Reglement rijbewijzen in verband met het publieke identificatiemiddel op het rijbewijs
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat van 6 december 2022, nr. IenW/BSK-2022/277134, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken;
Gelet op de artikelen 120, eerste lid, en 126, vijfde lid, van de Wegenverkeerswet 1994;
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 22 februari 2023, nr W17.22.00196/IV);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat van 2 juni 2023, nr. IENW/BSK-2023/131954, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken;
Hebben goedgevonden en verstaan:
ARTIKEL I
Het Reglement rijbewijzen wordt als volgt gewijzigd:
A
Aan artikel 105a, eerste lid, wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel b door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:
- aan de aanvrager aan wie eerder een rijbewijs is afgegeven en de aanvraag geschiedt ten behoeve van het verkrijgen van een rijbewijs met een publiek identificatiemiddel als bedoeld in artikel 5, vierde lid, van de Wet digitale overheid.
B
Artikel 145 wordt als volgt gewijzigd:
- MRZ-code, nummer en datum van afgifte en uitreiking van het rijbewijs, alsmede afgevende instantie;.
- gegevens die betrekking hebben op de plaatsing van het publieke identificatiemiddel, bedoeld in artikel 5, vierde lid, van de Wet digitale overheid, op het rijbewijs, de activering, blokkering of deblokkering, alsmede de status of wijzigingen van de status van dat publieke identificatiemiddel.
3.
In afwijking van het tweede lid blijven de gegevens, bedoeld in het eerste lid, onderdeel zd, bewaard tot twaalf maanden nadat het rijbewijs zijn geldigheid heeft verloren, dan wel een nieuw of vervangend rijbewijs is verstrekt of nadat het publieke identificatiemiddel is ingetrokken.C
Aan artikel 152, eerste lid, wordt onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel i door een puntkomma een onderdeel toegevoegd, luidende:
- het publieke identificatiemiddel, bedoeld in artikel 5, vierde lid, van de Wet digitale overheid.
ARTIKEL II
Dit besluit treedt in werking op het tijdstip waarop artikel 27 van de Wet digitale overheid in werking treedt. Indien het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst, wordt uitgegeven na de dag waarop de Wet digitale overheid in werking treedt, treedt dit besluit in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.