Part of Smart Yellow Suite

WGK010727
Wet doorstroomtoetsen po

Updates ontvangen over deze regeling? Log in

Overheid.nl - XML - JSON

Type Wet
Fase Bekendmaking
Ministerie Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Datum uitgave 20 april 2020
Datum inwerkingtreding -
Per KB Ja

Opschrift

Wet van 9 februari 2022 tot wijziging van een aantal onderwijswetten in verband met aanpassingen op het gebied van de doorstroom van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs en wijziging van de stelselinrichting van doorstroomtoetsen en toetsen verbonden aan leerling- en onderwijsvolgsystemen in het basisonderwijs

Samenvatting

De naam van de eindtoets wordt gewijzigd in de doorstroomtoets. Om kansenongelijkheid tegen te gaan, melden alle leerlingen zich op één moment aan voor het voortgezet onderwijs. Om direct zorg te dragen over de kwaliteit van de toetsen wordt het College voor toetsen en examens (CvTE) ingesteld als kwaliteitsbewaker. Marktpartijen bieden inmiddels kwalitatief goede toetsen aan, waardoor de overheid kan stoppen met het aanbieden van een eindtoets. Leerlingen krijgen een eerlijkere kans bij de overgang van het po naar het vo. Po-scholen moeten daarvoor iets eerder het schooladvies afgeven en de eindtoets afnemen en vo-scholen ontvangen daarvoor iets later op één moment van alle leerlingen tegelijkertijd de aanmelding. Het CvTE biedt niet langer een eindtoets aan. Het CvTE gaat in plaats daarvan de kwaliteit van de toetsen bewaken en Stichting Cito wordt een onafhankelijk expertisecentrum voor de doorstroomtoetsen.

Documenten

stb-2022-135 (PDF)

Wet van 9 februari 2022 tot wijziging van een aantal onderwijswetten in verband met aanpassingen op het gebied van de doorstroom van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs en wijziging van de stelselinrichting van doorstroomtoetsen en toetsen verbonden aan leerling- en onderwijsvolgsystemen in het basisonderwijs

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om in de doorstroom van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs regels te stellen over het schooladvies, de doorstroomtoets, het definitieve schooladvies en de aanmelding voor het voortgezet onderwijs, alsmede een gelijk speelveld te creëren door nieuwe regels te stellen over de stelselinrichting voor aanbieders van doorstroomtoetsen en toetsen verbonden aan leerling- en onderwijsvolgsystemen;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I. WIJZIGING WET OP HET PRIMAIR ONDERWIJS

De Wet op het primair onderwijs wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 8, zevende lid, vervalt, onder vernummering van het negende tot en met twaalfde lid tot zevende tot en met tiende lid.

B

In artikel 9, veertiende lid, wordt «artikel 8, negende lid», vervangen door «artikel 8, zevende lid».

C

De artikelen 9b en 9c vervallen.

D

Artikel 10a, derde lid, komt te luiden:

3.
De leerresultaten van de school worden jaarlijks beoordeeld op basis van de resultaten van de afgelegde doorstroomtoetsen, bedoeld in artikel 45b, derde lid, op het gebied van Nederlandse taal en rekenen en wiskunde, met uitzondering van de resultaten van doorstroomtoetsen afgelegd door:
  1. zeer moeilijk lerende leerlingen;
  2. meervoudig gehandicapte leerlingen voor wie het zeer moeilijk lerend zijn een van de handicaps is; en
  3. leerlingen die vier jaar of korter in Nederland zijn en om die reden de Nederlandse taal onvoldoende beheersen.
E

In artikel 11 wordt «artikel 8, zevende lid» vervangen door «artikel 45b, eerste lid».

F

In artikel 12, vierde lid, onderdeel a, wordt «artikel 8, zesde lid» vervangen door «artikel 45b, eerste lid».

G

Aan artikel 13, eerste lid, worden, onder het vervallen van «en» aan het slot van onderdeel n en onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel o door een komma, twee onderdelen toegevoegd, luidende:

  1. de wijze van totstandkoming van het schooladvies en het definitieve schooladvies, bedoeld in artikel 45d, eerste en derde lid, en
  2. de wijze waarop het bevoegd gezag ouders en leerlingen actief informeert over de totstandkoming van het schooladvies en het definitieve schooladvies, bedoeld in artikel 45d, eerste en derde lid.
H

In artikel 41, tweede lid, wordt «de centrale eindtoets of de andere eindtoetsen, bedoeld in artikel 9b» vervangen door «een doorstroomtoets als bedoeld in artikel 45b, derde lid».

I

Artikel 42 komt te luiden:

Artikel 42. Onderwijskundig rapport
1.
Over een leerling die de school verlaat, stelt de directeur, na overleg met het onderwijzend personeel, ten behoeve van de ontvangende school of school als bedoeld in de Wet op de expertisecentra of als bedoeld in de Wet voortgezet onderwijs 2020 een onderwijskundig rapport op. Een afschrift van dit rapport wordt aan de ouders van de leerling verstrekt. Bij algemene maatregel van bestuur worden regels over dit rapport gesteld.
2.
Een krachtens het eerste lid vastgestelde algemene maatregel van bestuur wordt aan de beide Kamers der Staten-Generaal overgelegd. Hij treedt in werking op een tijdstip dat nadat vier weken na de overlegging zijn verstreken bij koninklijk besluit wordt vastgesteld, tenzij binnen die termijn door of namens een van de Kamers of door ten minste een vijfde van het grondwettelijk aantal leden van een van de Kamers de wens te kennen wordt gegeven dat het onderwerp van de algemene maatregel van bestuur bij wet wordt geregeld. In dat geval wordt een daartoe strekkend voorstel van wet zo spoedig mogelijk ingediend. Indien het voorstel van wet wordt ingetrokken of indien een van de Kamers der Staten-Generaal besluit het voorstel niet aan te nemen, wordt de algemene maatregel van bestuur ingetrokken.
J

Na artikel 45a wordt aan hoofdstuk I, titel II, afdeling 1 een paragraaf toegevoegd, luidende:

K

In artikel 50, eerste lid, en artikel 57 wordt «artikel 8, negende lid» vervangen door «artikel 8, zevende lid».

L

Artikel 188b vervalt.

M

Aan hoofdstuk IV wordt een artikel toegevoegd [waarvan de nummering aansluit op het laatste artikel van dat hoofdstuk], luidende:

Artikel #. Overgangsrecht leerresultaten doorstroomtoets
Na inwerkingtreding van artikel I, onderdeel D, van de Wet tot wijziging van een aantal onderwijswetten in verband met aanpassingen op het gebied van de doorstroom van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs en wijziging van de stelselinrichting van doorstroomtoetsen en toetsen verbonden aan leerling- en onderwijsvolgsystemen in het basisonderwijs, worden de leerresultaten als bedoeld in artikel 10a, derde lid, op de volgende wijze beoordeeld:
  1. in het schooljaar na inwerkingtreding van dat artikel tot het moment waarop de resultaten van de doorstroomtoetsen, bedoeld in artikel 45b, derde lid, van de Wet op het primair onderwijs beschikbaar zijn, beoordeeld op basis van de in de drie schooljaren voorafgaand aan inwerkingtreding van dat artikel, afgelegde centrale eindtoetsen of andere eindtoetsen als bedoeld in artikel 9b van de Wet op het primair onderwijs, zoals dat artikel luidde voorafgaand aan de inwerkingtreding van artikel I, onderdeel C, van Wet tot wijziging van een aantal onderwijswetten in verband met aanpassingen op het gebied van de doorstroom van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs en wijziging van de stelselinrichting van doorstroomtoetsen en toetsen verbonden aan leerling- en onderwijsvolgsystemen in het basisonderwijs.
  2. in het schooljaar na inwerkingtreding van dat artikel, vanaf het moment dat de resultaten van de doorstroomtoetsen, bedoeld in artikel 45b, derde lid, van de Wet op het primair onderwijs, beschikbaar zijn:
    1. voor het voorafgaande schooljaar beoordeeld op basis van de afgelegde doorstroomtoetsen, en
    2. voor de twee daaraan voorafgaande schooljaren op basis van de afgelegde centrale eindtoetsen of andere eindtoetsen als bedoeld in artikel 9b van de Wet op het primair onderwijs, zoals dat artikel luidde voorafgaand aan de inwerkingtreding van artikel I, onderdeel C, van de Wet tot wijziging van een aantal onderwijswetten in verband met aanpassingen op het gebied van de doorstroom van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs en wijziging van de stelselinrichting van doorstroomtoetsen en toetsen verbonden aan leerling- en onderwijsvolgsystemen in het basisonderwijs;
    3. in het tweede schooljaar na inwerkingtreding van dat artikel:
      1. voor twee schooljaren beoordeeld op basis van de afgelegde doorstroomtoetsen, bedoeld in artikel 45b, derde lid, van de Wet op het primair onderwijs, en
      2. voor het daaraan voorafgaande schooljaar op basis van de afgelegde centrale eindtoetsen of andere eindtoetsen als bedoeld in artikel 9b van de Wet op het primair onderwijs, zoals dat artikel luidde voorafgaand aan de inwerkingtreding van artikel I, onderdeel C, van de Wet tot wijziging van een aantal onderwijswetten in verband met aanpassingen op het gebied van de doorstroom van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs en wijziging van de stelselinrichting van doorstroomtoetsen en toetsen verbonden aan leerling- en onderwijsvolgsystemen in het basisonderwijs.

Artikel 42. Onderwijskundig rapport

Artikel 45b. Toetsen leerling- en onderwijsvolgsysteem en doorstroomtoets

Artikel 45c. Uitzondering deelname leerling aan doorstroomtoets

Artikel 45d. Schooladvies

Artikel 45e. Delegatie en voorhang

Artikel 45f. Calamiteitentoets

Onze Minister draagt zorg voor de beschikbaarheid van een doorstroomtoets als bedoeld in artikel 45b, derde lid, voor situaties waarin als gevolg van onvoorziene omstandigheden voor een school geen doorstroomtoets beschikbaar is.

Artikel #. Overgangsrecht leerresultaten doorstroomtoets

Na inwerkingtreding van artikel I, onderdeel D, van de Wet tot wijziging van een aantal onderwijswetten in verband met aanpassingen op het gebied van de doorstroom van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs en wijziging van de stelselinrichting van doorstroomtoetsen en toetsen verbonden aan leerling- en onderwijsvolgsystemen in het basisonderwijs, worden de leerresultaten als bedoeld in artikel 10a, derde lid, op de volgende wijze beoordeeld:

ARTIKEL II. WIJZIGING WET VOORTGEZET ONDERWIJS 2020

De Wet voortgezet onderwijs 2020 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 8.6 wordt als volgt gewijzigd:

2.
Het bevoegd gezag van een school voor vwo, havo, mavo of vbo baseert zijn beslissing over de toelating tot het eerste leerjaar op het definitieve schooladvies, bedoeld in artikel 45d, derde lid, WPO, artikel 48e, derde lid, WEC of artikel 51d, derde lid, WPO BES.
B

Aan artikel 8.8 wordt een lid toegevoegd, luidende:

8.
In afwijking van het eerste lid, eerste volzin, melden de ouders de leerling die afkomstig is van een school als bedoeld in artikel 8.5, eerste lid, en voor wie toelating wordt gevraagd tot het eerste leerjaar, aan in de periode van 25 maart tot en met 31 maart.
C

Artikel 11.89 vervalt.

ARTIKEL III. WIJZIGING WET OP DE EXPERTISECENTRA

De Wet op de expertisecentra wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 11, zevende lid, vervalt.

B

De artikelen 18b en 18c vervallen.

C

In artikel 20 en artikel 21, vierde lid, onderdeel a, wordt «artikel 11, zevende lid» vervangen door «artikel 48c, eerste lid».

D

Aan artikel 22, eerste lid, worden, onder het vervallen van «en» aan het slot van onderdeel k en onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel l door een komma, twee onderdelen toegevoegd, luidende:

  1. de wijze van totstandkoming van het schooladvies en het definitieve schooladvies, bedoeld in artikel 48e, eerste en derde lid, en
  2. de wijze waarop het bevoegd gezag ouders en leerlingen actief informeert over de totstandkoming van het schooladvies en het definitieve schooladvies, bedoeld in artikel 48e, eerste en derde lid.
E

Artikel 43 komt te luiden:

Artikel 43. Onderwijskundig rapport
1.
Over een leerling die de school verlaat, stelt de directeur, na overleg met het onderwijzend personeel, ten behoeve van de ontvangende school of school als bedoeld in deze wet of als bedoeld in de Wet voortgezet onderwijs 2020, een onderwijskundig rapport op. Een afschrift van dit rapport wordt aan de ouders van de leerling verstrekt. Bij algemene maatregel van bestuur worden regels over dit rapport gegeven.
2.
Een krachtens het eerste lid vastgestelde algemene maatregel van bestuur wordt aan de beide Kamers der Staten-Generaal overgelegd. Hij treedt in werking op een tijdstip dat nadat vier weken na de overlegging zijn verstreken bij koninklijk besluit wordt vastgesteld, tenzij binnen die termijn door of namens een van de Kamers of door ten minste een vijfde van het grondwettelijk aantal leden van een van de Kamers de wens te kennen wordt gegeven dat het onderwerp van de algemene maatregel van bestuur bij wet wordt geregeld. In dat geval wordt een daartoe strekkend voorstel van wet zo spoedig mogelijk ingediend. Indien het voorstel van wet wordt ingetrokken of indien een van de Kamers der Staten-Generaal besluit het voorstel niet aan te nemen, wordt de algemene maatregel van bestuur ingetrokken.
F

In artikel 46, tweede lid, wordt «de centrale eindtoets of de andere eindtoetsen, bedoeld in artikel 18b» vervangen door «een doorstroomtoets als bedoeld in artikel 48c, derde lid».

G

Na artikel 48a wordt aan titel II, afdeling 1, een paragraaf toegevoegd, luidende:

Artikel 43. Onderwijskundig rapport

Artikel 48b. Definitiebepaling

In deze paragraaf wordt verstaan onder:

Artikel 48c. Toetsen leerling- en onderwijsvolgsysteem en doorstroomtoets

Artikel 48d. Uitzondering deelname leerling aan doorstroomtoets

Artikel 48e. Schooladvies

Artikel 48f. Delegatie en voorhang

Artikel 48g. Calamiteitentoets

Onze Minister draagt zorg voor de beschikbaarheid van een doorstroomtoets als bedoeld in artikel 48c, derde lid, voor situaties waarin als gevolg van onvoorziene omstandigheden voor een school geen doorstroomtoets beschikbaar is.

ARTIKEL IV. WIJZIGING LEERPLICHTWET 1969

In artikel 1a1, eerste lid, onderdeel a, van de Leerplichtwet 1969 wordt «artikelen 8, eerste, tweede, derde, vierde, negende lid, onderdeel a, tiende en elfde lid» vervangen door «artikelen 8, eerste tot en met vierde, zevende lid, onderdeel a, achtste en negende lid».

ARTIKEL V. WIJZIGING WET PRIMAIR ONDERWIJS BES

De Wet primair onderwijs BES wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 10, vierde lid, vervalt, onder vernummering van het vijfde tot en met achtste lid tot vierde tot en met zevende lid.

B

Na artikel 13 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 13a. Zeer zwak onderwijs
1.
De kwaliteit van het onderwijs is zeer zwak indien de leerresultaten op de school aan het eind van het zevende of het achtste schooljaar op groepsniveau ernstig en langdurig tekortschieten en het bevoegd gezag in verband met dit tekortschieten eveneens tekortschiet in de naleving van een of meer bij of krachtens deze wet gegeven voorschriften. Het bevoegd gezag voldoet in elk geval niet aan de wettelijke opdracht om zorg te dragen voor de kwaliteit van het onderwijs, bedoeld in artikel 13, indien de kwaliteit van het onderwijs zeer zwak is.
2.
Er is sprake van onvoldoende leerresultaten als bedoeld in het eerste lid indien op de school de leerresultaten op het gebied van Nederlandse taal en rekenen en wiskunde en, voor wat betreft het openbare lichaam Bonaire, op het gebied van Papiaments of, voor wat betreft de openbare lichamen Sint Eustatius en Saba, de Engelse taal, gemeten over een periode van 3 schooljaren, liggen onder de in het vijfde lid bedoelde normering die daarvoor geldt in vergelijking tot die leerresultaten over diezelfde schooljaren van scholen met een vergelijkbaar leerlingenbestand.
3.
De leerresultaten van de school worden, voor wat betreft het openbaar lichaam Bonaire, jaarlijks beoordeeld op basis van de resultaten van de afgelegde doorstroomtoetsen, bedoeld in artikel 51b, eerste lid, op het gebied van Papiaments, Nederlandse taal en rekenen en wiskunde, met uitzondering van de resultaten van doorstroomtoetsen afgelegd door:
  1. zeer moeilijk lerende leerlingen;
  2. meervoudig gehandicapte leerlingen voor wie het zeer moeilijk lerend zijn een van de handicaps is; en
  3. leerlingen die vier jaar of korter in het openbaar lichaam Bonaire zijn en om die reden de Nederlandse taal onvoldoende beheersen.
4.
De leerresultaten van de school worden, voor wat betreft de openbare lichamen Sint Eustatius en Saba, jaarlijks beoordeeld op basis van de resultaten van door leerlingen in het laatste leerjaar van het basisonderwijs afgelegde toetsen, bedoeld in artikel 51a, eerste lid, op het gebied van Engelse taal, Nederlandse taal en rekenen en wiskunde.
5.
Indien de leerresultaten van de school niet kunnen worden beoordeeld op grond van de regels gesteld bij of krachtens het zesde lid, is de kwaliteit van het onderwijs zeer zwak indien de school tekortschiet in de naleving van twee of meer bij of krachtens deze wet gegeven voorschriften en de school dientengevolge tekortschiet in het zorg dragen voor de veiligheid op school, bedoeld in artikel 6a, of het zodanig inrichten van het onderwijs dat leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen dan wel het afstemmen van het onderwijs op de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen, bedoeld in artikel 10, eerste lid.
6.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld met betrekking tot de wijze waarop leerresultaten worden gemeten, genormeerd en beoordeeld. Voorts wordt de normering, bedoeld in het derde lid, bepaald en wordt bepaald bij welk aantal leerlingen in het achtste schooljaar van een bepaalde school voor die school voor de periode van 3 schooljaren, bedoeld in het tweede lid, onderdeel a, wordt gelezen 5 schooljaren.
7.
De voordracht voor een krachtens het zesde lid vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
C

Artikel 14 komt te luiden:

Artikel 14. Rapportage vorderingen van leerlingen
Het bevoegd gezag rapporteert met inachtneming van het leerling- en onderwijsvolgsysteem, bedoeld in artikel 51a, eerste lid, over de vorderingen van de leerlingen aan hun ouders.
D

In artikel 15, vierde lid, onderdeel a, wordt «artikel 10, vierde lid» vervangen door «artikel 51a, eerste lid».

E

Aan artikel 16, eerste lid, worden, onder het vervallen van «en» aan het slot van onderdeel m en onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel n door een komma, twee onderdelen toegevoegd, luidende:

  1. voor wat betreft het openbare lichaam Bonaire, de wijze van totstandkoming van het schooladvies en het definitieve schooladvies, bedoeld in artikel 51d, eerste en derde lid, en
  2. voor wat betreft het openbare lichaam Bonaire, de wijze waarop het bevoegd gezag ouders en leerlingen actief informeert over de totstandkoming van het schooladvies en het definitieve schooladvies, bedoeld in artikel 51d, eerste en derde lid.
F

In artikel 47 tweede lid, wordt na «bepaalde onderwijsactiviteiten» ingevoegd «met uitzondering van een doorstroomtoets als bedoeld in artikel 51b, eerste lid».

G

Na artikel 51 wordt aan hoofdstuk I, titel II, afdeling 1 een paragraaf toegevoegd, luidende:

H

In de artikelen 56 en 62 wordt «artikel 10, zesde lid, aanhef en onderdeel b» vervangen door «artikel 10, vijfde lid, aanhef en onderdeel b».

I

Na artikel 130 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 130a. Beëindiging bekostiging/opheffing bij zeer zwak onderwijs
1.
Indien sprake is van een situatie als bedoeld in artikel 13a, eerste lid, kan Onze Minister besluiten dat met ingang van een in dat besluit bepaalde datum een openbare school wordt opgeheven en de bekostiging van een bijzondere school wordt beëindigd.
2.
Alvorens Onze Minister toepassing geeft aan het eerste lid:
  1. heeft de inspectie een onderzoek als bedoeld in artikel 11, derde lid, van de Wet op het onderwijstoezicht verricht en heeft de inspectie Onze Minister meegedeeld dat het bevoegd gezag naar aanleiding van dit onderzoek niet bereid is afspraken te maken over verbeteringen dan wel dat uit het onderzoek naar de verbeteringen, bedoeld in artikel 11, vierde lid, van de Wet op het onderwijstoezicht blijkt dat sprake is van onvoldoende verbeteringen;
  2. heeft de inspectie daarover een inspectierapport als bedoeld in artikel 20, eerste lid, van de Wet op het onderwijstoezicht uitgebracht; en
  3. stelt Onze Minister het bevoegd gezag vervolgens vier weken in de gelegenheid zijn zienswijze met betrekking tot de voorgenomen opheffing of de voorgenomen beëindiging van de bekostiging naar voren te brengen.
J

Na artikel 167f wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 167g. Evaluatie leerling- en onderwijsvolgsysteem en doorstroomtoets
Onze Minister zendt binnen vier jaar na de inwerkingtreding van artikel V van de Wet van [datum] tot wijziging van een aantal onderwijswetten in verband met aanpassingen op het gebied van de doorstroom van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs en wijziging van de stelselinrichting van doorstroomtoetsen en toetsen verbonden aan leerling- en onderwijsvolgsystemen in het basisonderwijs aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en effecten van de artikelen 51a tot en met 51d in de praktijk.
K

Na artikel 167g wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 167h. Overgangsrecht leerresultaten doorstroomtoets
In afwijking van artikel 13a, tweede lid, worden de leerresultaten die zijn behaald in de drie schooljaren voorafgaand aan de inwerkingtreding van artikel V, onderdeel B, van de wet tot wijziging van een aantal onderwijswetten in verband met aanpassingen op het gebied van de doorstroom van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs en wijziging van de stelselinrichting van doorstroomtoetsen en toetsen verbonden aan leerling- en onderwijsvolgsystemen in het basisonderwijs, niet meegenomen in de beoordeling van de kwaliteit van het onderwijs.

Artikel 13a. Zeer zwak onderwijs

Artikel 14. Rapportage vorderingen van leerlingen

Het bevoegd gezag rapporteert met inachtneming van het leerling- en onderwijsvolgsysteem, bedoeld in artikel 51a, eerste lid, over de vorderingen van de leerlingen aan hun ouders.

Artikel 51a. Toetsen leerling- en onderwijsvolgsysteem

Artikel 51b. Doorstroomtoets openbaar lichaam Bonaire

Artikel 51c. Uitzondering deelname leerling aan doorstroomtoets openbaar lichaam Bonaire

Artikel 51d. Schooladvies openbaar lichaam Bonaire

Artikel 51e. Delegatie en voorhang

Artikel 51f. Calamiteitentoets

Onze Minister draagt zorg voor de beschikbaarheid van een doorstroomtoets als bedoeld in artikel 51b, tweede lid, voor situaties waarin, als gevolg van onvoorziene omstandigheden, voor een school geen doorstroomtoets beschikbaar is.

Artikel 130a. Beëindiging bekostiging/opheffing bij zeer zwak onderwijs

Artikel 167g. Evaluatie leerling- en onderwijsvolgsysteem en doorstroomtoets

Onze Minister zendt binnen vier jaar na de inwerkingtreding van artikel V van de Wet van [datum] tot wijziging van een aantal onderwijswetten in verband met aanpassingen op het gebied van de doorstroom van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs en wijziging van de stelselinrichting van doorstroomtoetsen en toetsen verbonden aan leerling- en onderwijsvolgsystemen in het basisonderwijs aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en effecten van de artikelen 51a tot en met 51d in de praktijk.

Artikel 167h. Overgangsrecht leerresultaten doorstroomtoets

In afwijking van artikel 13a, tweede lid, worden de leerresultaten die zijn behaald in de drie schooljaren voorafgaand aan de inwerkingtreding van artikel V, onderdeel B, van de wet tot wijziging van een aantal onderwijswetten in verband met aanpassingen op het gebied van de doorstroom van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs en wijziging van de stelselinrichting van doorstroomtoetsen en toetsen verbonden aan leerling- en onderwijsvolgsystemen in het basisonderwijs, niet meegenomen in de beoordeling van de kwaliteit van het onderwijs.

ARTIKEL VI. WIJZIGING LEERPLICHTWET BES

In artikel 3, eerste lid, onderdeel a, van de Leerplichtwet BES wordt «de artikelen 10, eerste, tweede, derde, vijfde, zesde lid onderdeel a, zevende en achtste lid» vervangen door «de artikelen 10, eerste, tweede, derde, vierde, vijfde lid, onderdeel a, zesde en zevende lid».

ARTIKEL VII. WIJZIGING WET OP HET ONDERWIJSTOEZICHT

De Wet op het onderwijstoezicht wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 13a wordt als volgt gewijzigd:

B

Artikel 14 wordt als volgt gewijzigd:

C

In artikel 20, zesde lid, wordt na «artikel 10a, eerste of vierde lid, van de Wet op het primair onderwijs» ingevoegd «, artikel 13a, eerste of vijfde lid, van de Wet primair onderwijs BES» en wordt na «Algemene wet bestuursrecht» ingevoegd «, respectievelijk een beschikking in de zin van de Wet administratieve rechtspraak BES».

ARTIKEL VIII. WIJZIGING WET COLLEGE VOOR TOETSEN EN EXAMENS

De Wet College voor toetsen en examens wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 2 vervalt het zesde lid onder vernummering van het zevende tot en met negende lid tot zesde tot en met achtste lid.

B

Na artikel 3 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 3a.
1.
Het college is belast met de volgende taken op het gebied van toetsen in het basisonderwijs en het speciaal onderwijs:
  1. erkenning voor een periode van vier jaar van doorstroomtoetsen als doorstroomtoets, bedoeld in artikel 45b, derde lid, van de Wet op het primair onderwijs, artikel 48c, derde lid, van de Wet op de expertisecentra en artikel 51b, eerste lid, van de Wet primair onderwijs BES;
  2. jaarlijkse vaststelling of de in dat schooljaar aan te bieden erkende doorstroomtoets voldoet aan de criteria op basis waarvan de erkenning is verleend;
  3. erkenning voor een periode van tien jaar van toetsen als toets, bedoeld in artikel 45b, eerste lid, van de Wet op het primair onderwijs, artikel 48c, eerste lid, van de Wet op de expertisecentra en artikel 51a, eerste lid, van de Wet primair onderwijs BES;
  4. het doen van mededelingen van de erkenningen, bedoeld in onderdelen a en c, en jaarlijkse vaststellingen, bedoeld in onderdeel b, op elektronische wijze;
  5. het bij regeling vaststellen van de toetswijzer voor de verschillende niveaus overeenkomstig de kerndoelen met betrekking tot Nederlandse taal en rekenen en wiskunde, bedoeld in artikel 9 van de Wet op het primair onderwijs en artikel 13 van de Wet op de expertisecentra en met inachtneming van de referentieniveaus Nederlandse taal en de referentieniveaus rekenen, bedoeld in artikel 2, tweede lid, aanhef en onderdeel b, van de Wet referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen;
  6. het bij regeling vaststellen van de procedure om te komen tot de beoordelingsnormen van de doorstroomtoetsen; en
  7. het opstellen van een beoordelingskader voor de erkenning en jaarlijkse vaststelling, bedoeld in de onderdelen a tot en met c, waarin ten aanzien van de psychometrische, onderwijskundige en organisatorische aspecten van de toetsen de toepassing is vastgelegd van de regels, bedoeld in het tweede lid.
2.
Het college verleent een erkenning als bedoeld in het eerste lid, onderdelen a en c:
  1. voor een doorstroomtoets, indien deze toets voldoet aan de voorwaarden, genoemd in artikel 45b, vierde lid, van de Wet op het primair onderwijs, artikel 48c, vierde lid, van de Wet op de expertisecentra of artikel 51b, tweede lid, van de Wet primair onderwijs BES, en het eerste lid, onderdeel e;
  2. voor een toets verbonden aan een leerling- en onderwijsvolgsysteem, indien deze toets voldoet aan de voorwaarden, genoemd in artikel 45b, tweede lid, van de Wet op het primair onderwijs, artikel 48c, tweede lid, van de Wet op de expertisecentra of artikel 51a, tweede lid, van de Wet primair onderwijs BES; en
  3. de toets, bedoeld in de onderdelen a of b, voldoet aan de bij of krachtens algemene maatregel van bestuur te stellen regels over de validiteit, betrouwbaarheid, deugdelijke normering, organisatorische aspecten en voor ouders en leerlingen inzichtelijke weergave van de resultaten.
3.
Het college beslist binnen vijftien weken na ontvangst van een aanvraag tot erkenning of jaarlijkse vaststelling als bedoeld in het eerste lid, onderdelen a tot en met c.
4.
Indien het college vaststelt dat een doorstroomtoets of een toets verbonden aan een leerling- en onderwijsvolgsysteem niet langer voldoet aan de criteria op basis waarvan de erkenning, bedoeld in het eerste lid, onderdelen a of c, is verleend, kan het college de erkenning intrekken.
5.
De voordracht voor een krachtens het tweede lid, onderdeel c, vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
6.
De regeling en het beoordelingskader, bedoeld in het eerste lid, onderdelen f en g, worden vastgesteld na goedkeuring door Onze Minister. Onze Minister kan zijn goedkeuring onthouden wegens strijd met het recht of het algemeen belang.
C

In artikel 8, tweede lid, onderdeel b, vervalt «de toetsen, bedoeld in artikel 9b van de Wet op het primair onderwijs en artikel 18b van de Wet op de expertisecentra,».

Artikel 3a.

ARTIKEL IX. WIJZIGING WET SUBSIDIËRING LANDELIJKE ONDERWIJSONDERSTEUNENDE ACTIVITEITEN 2013

Artikel 3 van de Wet subsidiëring landelijke onderwijsondersteunende activiteiten 2013 wordt als volgt gewijzigd:

  1. het ontwikkelen en aanbieden van een doorstroomtoets als bedoeld in artikel 45b, derde lid, van de Wet op het primair onderwijs en artikel 48c, derde lid, van de Wet op de expertisecentra. De doorstroomtoets is geschikt voor alle leerlingen met uitzondering van de leerlingen bedoeld in artikel 45c, tweede lid, van de Wet op het primair onderwijs en artikel 48d, tweede lid, van de Wet op de expertisecentra.
  1. adviseren aan het College voor toetsen en examens over de onderwijskundige en psychometrische kwaliteit van een toets of reeks van toetsen als bedoeld in artikel 45b, eerste lid, van de Wet op het primair onderwijs, artikel 48c, eerste lid, van de Wet op de expertisecentra en artikel 51a, eerste lid, van de Wet primair onderwijs BES, en doorstroomtoetsen als bedoeld in artikel 45b, derde lid, van de Wet op het primair onderwijs, artikel 48c, derde lid, van de Wet op de expertisecentra en artikel 51b, eerste lid, van de Wet primair onderwijs BES, op basis van het door het College voor toetsen en examens vastgestelde beoordelingskader, bedoeld in artikel 3a, eerste lid, onderdeel g, van de Wet College voor toetsen en examens, voor de erkenning en jaarlijkse toelating, bedoeld in artikel 3a, eerste lid, onderdelen a tot en met c, van de Wet College voor toetsen en examens.

ARTIKEL X. WIJZIGING TWEEDE VERZAMELSPOEDWET COVID-19

In artikel 1.2, tweede lid, van de Tweede verzamelspoedwet Covid-19 wordt na «als bedoeld in artikel 9b van die wet» ingevoegd «, zoals dat artikel luidde voorafgaand aan de inwerkingtreding van artikel I, onderdeel C, van de Wet van [datum] tot wijziging van een aantal onderwijswetten in verband met aanpassingen op het gebied van de doorstroom van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs en wijziging van de stelselinrichting van doorstroomtoetsen en toetsen verbonden aan leerling- en onderwijsvolgsystemen in het basisonderwijs».

ARTIKEL XI. SAMENLOOP WETSVOORSTEL VERDUIDELIJKING BURGERSCHAPSOPDRACHT AAN SCHOLEN IN HET FUNDEREND ONDERWIJS (KAMERSTUKKEN 35 352)

ARTIKEL XII. SAMENLOOP WET VEREENVOUDIGING BEKOSTIGING PO

ARTIKEL XIII. OVERGANGSRECHT WET CVTE EN WET SLOA 2013

ARTIKEL XIV. INWERKINGTREDING

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

stb-2022-481 (PDF)

Besluit van 9 november 2022, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet van 9 februari 2022 tot wijziging van een aantal onderwijswetten in verband met aanpassingen op het gebied van de doorstroom van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs en wijziging van de stelselinrichting van doorstroomtoetsen en toetsen verbonden aan leerling- en onderwijsvolgsystemen in het basisonderwijs (Stb. 2022, 135), en het Besluit doorstroomtoetsen po

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs van 8 november 2022, nr. WJZ/34235268 (ID11416), directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Gelet op artikel XIV van de Wet van 9 februari 2022 tot wijziging van een aantal onderwijswetten in verband met aanpassingen op het gebied van de doorstroom van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs en wijziging van de stelselinrichting van doorstroomtoetsen en toetsen verbonden aan leerling- en onderwijsvolgsystemen in het basisonderwijs (Stb. 2022, 135), en artikel IV van het Besluit doorstroomtoetsen po;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1 Wet doorstroomtoetsen po

De Wet van 9 februari 2022 tot wijziging van een aantal onderwijswetten in verband met aanpassingen op het gebied van de doorstroom van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs en wijziging van de stelselinrichting van doorstroomtoetsen en toetsen verbonden aan leerling- en onderwijsvolgsystemen in het basisonderwijs (Stb. 2022, 135) treedt in werking met ingang van 1 januari 2023, met uitzondering van:

Artikel 2 Besluit doorstroomtoetsen po

Het Besluit doorstroomtoetsen po treedt in werking met ingang van 1 januari 2023, met uitzondering van:

Wetswijzigingen integreren met je processen? Probeer Way 3 weken gratis.