Part of Smart Yellow Suite

WGK010292
Wijzigingswet Financiële markten 2022-II

Updates ontvangen over deze regeling? Log in

Overheid.nl - XML - JSON

Type Wet
Fase Bekendmaking
Ministerie Financiën
Datum uitgave 13 mei 2022
Datum inwerkingtreding -
Per KB Ja

Opschrift

Wijziging van de Wet op het financieel toezicht, de Bankwet 1998, de Wet financiële markten BES en enige andere wetten op het terrein van de financiële markten (Wijzigingswet financiële markten 2021)

Samenvatting

Dit wetsvoorstel is een verzamelwetsvoorstel waarin wijziging van diverse wetten is opgenomen. Het betreft wijzigingen en correcties op het terrein van de financiële markten. Het voorstel bevat onder meer: - De wettelijke verankering van het Financieel Stabiliteitscomité (FSC) in de Bankwet. - Wijzigingen in de Wet tuchtrechtspraak accountants waarmee de accountantskamer meer flexibiliteit wordt geboden bij het inzetten van leden. - Aanpassingen in de Bankwet 1998 ivm met de interne benoemingsprocessen bij DNB. - Het verder in lijn brengen van het instrument van de groeps-vvgb met de richtsnoeren van European Supervisory Authorities (ESA’s). - Wijziging van Boek 7 van het BW die strekt tot het recht op premierestitutie ingeval de verzekeraar zich beroept op het verval van de uitkering bij het te goeder trouw schenden van de mededelingsplicht door de verzekeringnemer. - Herstel van toezicht door de AFM op het bezoldigingsverslag uit het Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in lijn met gewijzigde richtlijn aandeelhoudersrechten. - Aanpassing van de definitie van kredietvergoeding in Caribisch Nederland op grond van de Wet Financiële Markten BES. In de voorbereidingsfase stond dit wetsvoorstel bekend als de Wijzigingswet financiële markten 2021. Vanwege opgelopen vertraging in de voorbereidingsfase is de citeertitel voorafgaand aan indiening bij de Tweede Kamer gewijzigd naar Wijzigingswet financiële markten 2022-II.

Documenten

stb-2023-57 (PDF)

Wet van 7 december 2022 tot wijziging van de Wet op het financieel toezicht, de Bankwet 1998, de Wet financiële markten BES en enige andere wetten op het terrein van de financiële markten (Wijzigingswet financiële markten 2022-II)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is het Financieel Stabiliteitscomité wettelijk te verankeren, een ruimere definitie van kredietvergoeding in de Wet financiële markten BES te hanteren, alsmede enige andere wijzigingen en verbeteringen in de wetgeving op het terrein van de financiële markten aan te brengen;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wet op het financieel toezicht wordt gewijzigd als volgt:

A

In artikel 1:1 wordt in de definitie van saneringsmaatregel in onderdeel b «of een daarmee vergelijkbare maatregelen die zijn genomen» vervangen door «, of een daarmee vergelijkbare maatregel die is genomen».

B

Aan artikel 1:25 wordt een lid toegevoegd, luidende:

5.
De Autoriteit Financiële Markten neemt deel aan het periodiek overleg inzake financiële stabiliteit, bedoeld in artikel 9h van de Bankwet 1998.
C

Artikel 1:25d wordt als volgt gewijzigd:

D

Artikel 2:3e wordt als volgt gewijzigd:

E

In artikel 3:2, eerste lid, onderdeel a, wordt na «geconsolideerd» ingevoegd «eigen».

F

In artikel 3:67a wordt «DNB» vervangen door «de Nederlandsche Bank».

G

Aan artikel 3:73c, eerste lid, wordt een zin toegevoegd, luidende:

Een verzekeraar met beperkte risico-omvang neemt in de toelichting op de jaarrekening gegevens op over zijn solvabiliteit en financiële positie.
H

In artikel 3:86, tweede lid, vervalt de tweede zin.

I

Artikel 3:98 wordt gewijzigd als volgt:

J

Aan artikel 3:100 wordt een lid toegevoegd, luidende:

4.
Indien op grond van artikel 3:102, tweede lid, een verklaring van geen bezwaar wordt aangevraagd voor alle groepsmaatschappijen, gelden de vereisten van het eerste lid, onderdelen b en c, behalve voor de aanvrager tevens voor alle groepsmaatschappijen die een gekwalificeerde deelneming in de financiële onderneming houden, verwerven of zodanig vergroten dat een bovengrens als bedoeld in artikel 3:102, eerste lid, wordt bereikt of overschreden, dan wel enige zeggenschap verbonden aan de gekwalificeerde deelneming uitoefenen in de financiële onderneming.
K

Na artikel 3:103 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 3:103a
1.
Een groepsmaatschappij waaraan op grond van artikel 3:102, tweede lid, een verklaring van geen bezwaar is verleend die geldt voor alle groepsmaatschappijen gezamenlijk, stelt de Nederlandsche Bank in kennis van een voorgenomen wijziging binnen de groep die ertoe leidt dat een groepsmaatschappij een gekwalificeerde deelneming in een financiële onderneming zal houden, verwerven of zodanig zal vergroten dat een bovengrens als bedoeld in artikel 3:102, eerste lid, wordt bereikt of overschreden, dan wel enige zeggenschap verbonden aan een gekwalificeerde deelneming zal uitoefenen. Gelijke verplichting rust op de overige bij die wijziging betrokken groepsmaatschappijen.
2.
Zodra een groepsmaatschappij aan de ingevolge het eerste lid op haar rustende verplichting heeft voldaan, is de verplichting voor de andere in dat lid bedoelde groepsmaatschappijen opgeheven. Melding op grond van dit artikel geldt tevens als een melding van de groepsmaatschappij en alle bij de wijziging betrokken groepsmaatschappijen ter voldoening aan de verplichting, bedoeld in artikel 3:103, eerste lid.
3.
Aan een voorgenomen wijziging binnen een groep als bedoeld in het eerste lid, wordt door een groepsmaatschappij geen uitvoering gegeven voordat de Nederlandsche Bank of, ten aanzien van banken, niet zijnde houders van een vergunning als bedoeld in artikel 3:4, de Europese Centrale Bank, daarmee heeft ingestemd.
4.
De Nederlandsche Bank, of ten aanzien van banken, niet zijnde houders van een vergunning als bedoeld in artikel 3:4, de Europese Centrale Bank, stemt in met de voorgenomen wijziging, tenzij één van de in artikel 3:100, eerste lid, genoemde gronden zich voordoet met betrekking tot de voorgenomen wijziging.
5.
De artikelen 1:62 en artikel 1:106 tot en met 1:106e zijn van overeenkomstige toepassing op een besluit als bedoeld in het derde lid, waarbij:
  1. voor «aanvraag van een verklaring van geen bezwaar» wordt gelezen: een kennisgeving als bedoeld in artikel 3:103a, eerste lid;
  2. voor «verklaring van geen bezwaar» wordt gelezen: de instemming, bedoeld in artikel 3:103a, vierde lid;
  3. voor de toepassing van artikel 1:106b, eerste lid, voor «alle gegevens en bescheiden» wordt gelezen: de gegevens, bedoeld in artikel 3:103a, zesde lid; en
  4. voor «aanvrager» wordt gelezen: de groepsmaatschappij die de Nederlandsche Bank overeenkomstig het bepaalde in artikel 3:103a, eerste lid, in kennis stelt van een voorgenomen wijziging binnen de groep.
6.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur wordt bepaald welke gegevens worden verstrekt bij een kennisgeving als bedoeld in het eerste lid.
L

Artikel 3:104 wordt als volgt gewijzigd:

M

Aan artikel 3:105 wordt een lid toegevoegd, luidende:

8.
Het eerste lid, eerste volzin, en tweede tot en met zesde lid zijn van overeenkomstige toepassing op een besluit tot instemming als bedoeld in artikel 3:103a, derde lid, met dien verstande dat voor «verklaring van geen bezwaar» steeds wordt gelezen «besluit tot instemming».
N

Artikel 3A:85 wordt gewijzigd als volgt:

O

In artikel 3A:86, tweede lid, vervalt de komma na «bedoeld» en wordt «3A:85, eerste lid» vervangen door «artikel 3A:85, eerste lid».

P

In artikel 3A:91, tweede lid, onderdeel b, wordt «Het daadwerkelijke verlies» vervangen door «het daadwerkelijke verlies».

Q

In artikel 3A:101, eerste lid, wordt «3A:89, tweede lid» vervangen door «artikel 3A:89, tweede lid».

R

In artikel 3A:115 wordt «3A:105, 3A:104» vervangen door «3A:104, 3A:105».

S

Artikel 5:25c wordt gewijzigd als volgt:

  1. het door een accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, gecontroleerde jaarlijkse bezoldigingsverslag, bedoeld in artikel 135b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
T

Artikel 5:88a, derde lid, komt te luiden:

3.
Het eerste en tweede lid zijn van overeenkomstige toepassing op de toegang van:
  1. betaaldienstverleners die geheel of gedeeltelijk zijn vrijgesteld van artikel 2:3a, eerste lid;
  2. betaaldienstverleners met zetel in een andere lidstaat waaraan een vergunning is verleend voor het verlenen van betaaldiensten.
U

2:3e, eerste lid en vierde tot en met zesde lid2:67a, eerste, derde en vierde lid2:3e, eerste, tweede en derde lid3:17, zesde lid3:103a, eerste en derde lid.artikel 3:17, zesde lid3:17a3:24.0b3:108a4:15a, eerste, tweede en vierde lid4:74b, eerste, tweede en derde lid4:74c2:67a, eerste, derde en vierde lid4:90c4:91l4:52b4:55a4:15a, eerste, tweede en vierde lid4:74b, eerste, tweede en derde lid4:74c5:25f5:25j5:88a, eerste en tweede lid5:88a

Artikel 3:103a

ARTIKEL II

De Bankwet 1998 wordt gewijzigd als volgt:

A

In artikel 4, eerste lid, onderdeel e, wordt «op voet van» vervangen door «op de voet van».

B

In de artikelen 7 en 11 wordt «de Statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken» telkens vervangen door «de statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken».

C

Na hoofdstuk IIB wordt een hoofdstuk ingevoegd, luidende:

D

Artikel 12 wordt gewijzigd als volgt:

E

In artikel 12b, eerste lid, wordt «banken en verzekeraars,» vervangen door «bepaalde financiële ondernemingen als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel e,».

F

Artikel 13 wordt gewijzigd als volgt:

G

Artikel 15 wordt gewijzigd als volgt:

H

In de artikelen 16, eerste lid, 18, tweede lid, en 19 wordt «de Statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken» telkens vervangen door «de statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken».

Artikel 9h

ARTIKEL III

De Faillissementswet wordt gewijzigd als volgt:

A

Het eerste artikel 212hga wordt genummerd «212hgd» en wordt geplaatst na artikel 212hgc.

B

In artikel 212oo wordt «212hq» vervangen door «212hi».

C

In artikel 213abis, eerste lid, wordt «artikel, 3A:85, eerste lid» vervangen door «artikel 3A:85, eerste lid».

D

In artikel 213ar, vijfde lid, wordt «213ap» vervangen door «213ah».

E

Artikel 213m wordt gewijzigd als volgt:

F

Artikel 213kk wordt gewijzigd als volgt:

  1. de vorderingen tot vergoeding van schade die schuldeisers met een vordering als bedoeld in onderdeel d lijden doordat de bedragen die zij hebben ontvangen uit hoofde van die vorderingen niet toereikend zijn om hen te brengen in de toestand waarin zij zouden hebben verkeerd indien de verzekeraar niet in staat van faillissement was verklaard.
G

Na artikel 213kk wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 213ll
De artikelen 213ma tot en met 213mk zijn van overeenkomstige toepassing.

Artikel 213ll

De artikelen 213ma tot en met 213mk zijn van overeenkomstige toepassing.

ARTIKEL IV

Aan artikel 172 van de Pensioenwet wordt een lid toegevoegd, luidende:

8.
De curator is niet aansprakelijk voor schade veroorzaakt door een handelen of nalaten in de uitoefening van de taak op grond van dit artikel, tenzij deze schade in belangrijke mate het gevolg is van een opzettelijk onbehoorlijke taakuitoefening of een opzettelijk onbehoorlijke uitoefening van bevoegdheden of in belangrijke mate te wijten is aan grove schuld.

ARTIKEL V

Aan artikel 167 van de Wet verplichte beroepspensioenregeling wordt een lid toegevoegd, luidende:

8.
De curator is niet aansprakelijk voor schade veroorzaakt door een handelen of nalaten in de uitoefening van de taak op grond van dit artikel, tenzij deze schade in belangrijke mate het gevolg is van een opzettelijk onbehoorlijke taakuitoefening of een opzettelijk onbehoorlijke uitoefening van bevoegdheden of in belangrijke mate te wijten is aan grove schuld.

ARTIKEL VI

Aan artikel 54 van de Wet toezicht trustkantoren 2018 wordt een lid toegevoegd, luidende:

7.
De curator is niet aansprakelijk voor schade veroorzaakt door een handelen of nalaten in de uitoefening van de taak op grond van dit artikel, tenzij deze schade in belangrijke mate het gevolg is van een opzettelijk onbehoorlijke taakuitoefening of een opzettelijk onbehoorlijke uitoefening van bevoegdheden of in belangrijke mate te wijten is aan grove schuld.

ARTIKEL VII

De Wet toezicht financiële verslaggeving wordt gewijzigd als volgt:

A

Aan artikel 1, onderdeel d, wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van subonderdeel 8 door een puntkomma, een nieuw subonderdeel toegevoegd, luidende:

  1. het door een accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, gecontroleerde jaarlijkse bezoldigingsverslag, bedoeld in artikel 135b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
B

In artikel 2, eerste lid, en artikel 3, tweede lid, onderdeel b, wordt telkens «de IAS-Verordening» vervangen door «de IAS-Verordening, artikel 135b, eerste lid, tweede lid, tweede volzin, of derde lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek».

ARTIKEL VIII

In artikel 5:13 van de Wet financiële markten BES komt de definitie van kredietvergoeding te luiden:

ARTIKEL IX

Artikel 11 van de Wet tuchtrechtspraak accountants wordt gewijzigd als volgt:

ARTIKEL X

In de artikelen 135, eerste lid, 135a, eerste lid, 135b, eerste lid, en 167, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek wordt na «als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht» telkens ingevoegd «, met uitzondering van beleggingsmaatschappijen met veranderlijk kapitaal».

ARTIKEL XI

Aan artikel 930, vierde lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek wordt na de punt de volgende zin toegevoegd:

De verzekeringnemer die te goeder trouw heeft gehandeld, is in dit geval evenmin premie verschuldigd. De verzekeraar heeft recht op een billijke vergoeding van de te zijnen laste gekomen kosten.

ARTIKEL XII

In artikel 7 van de Muntwet 2002 wordt «bijzondere munten, als bedoeld in artikel 4,» vervangen door «munten voor verzamelaars».

ARTIKEL XIII

In artikel 10d, tweede lid, van de Sanctiewet 1977 wordt «artikel 10, tweede lid, onder a, b, c, d, f, g, h, i en j» vervangen door «artikel 10, tweede lid, onder a, b, c, d, f, g, h, i, j en k».

ARTIKEL XIV

In artikel I, onderdeel LL, van de Wijzigingswet financiële markten 2022 wordt «Artikel 5:36» vervangen door «Artikel 5:46».

ARTIKEL XV

ARTIKEL XVI

Deze wet wordt aangehaald als: Wijzigingswet financiële markten 2022-II.

stb-2023-107 (PDF)

Besluit van 24 maart 2023 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wijzigingswet financiële markten 2022-II en artikel I, onderdeel LL, van de Wijzigingswet financiële markten 2022

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Financiën van 21 maart 2023, 2023-0000074445, directie Financiële Markten;

Gelet op de artikelen XV, eerste lid, van de Wijzigingswet financiële markten 2022-II en XII van de Wijzigingswet financiële markten 2022;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

Wetswijzigingen integreren met je processen? Probeer Way 3 weken gratis.