Wet van 11 december 2024, houdende regels over het bemannen van zeeschepen (Wet bemanning zeeschepen)
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben dat het wenselijk is de bepalingen ten aanzien van het bemannen van zeeschepen in de Wet zeevarenden te herzien en te moderniseren met het oogmerk de veiligheid van zeeschepen en de scheepvaart verder te bevorderen, het welzijn van de zeevarenden aan boord te waarborgen en ter uitvoering van het op 7 juli 1978 te Londen tot stand gekomen Verdrag betreffende de normen voor zeevarenden inzake opleiding, diplomering en wachtdienst, 1978 (Trb. 1981, 144), het op 7 juli 1995 te Londen tot stand gekomen Internationaal Verdrag betreffende de normen inzake opleiding, diplomering en wachtdienst van personeel van vissersschepen van de Internationale Maritieme Organisatie (Trb. 2013, 218), het op 23 februari 2006 te Genève tot stand gekomen Maritiem Arbeidsverdrag, 2006 (Trb. 2007, 93), het op 14 juni 2007 te Genève tot stand gekomen Verdrag betreffende werk in de visserijsector (Trb. 2011, 152) en de daarmee samenhangende Europese richtlijnen;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
Artikel 2 Reikwijdte en uitzonderingen
Artikel 3 Ontheffing ten behoeve van experimenten
Artikel 4 Zorgplicht scheepsbeheerder
Artikel 5 Overzicht opleiding en diensttijd zeevarenden aan boord
Artikel 6 Afhandeling klachten zeevarenden aan boord
Artikel 7 Nakoming verplichtingen BW
Artikel 8 Goed zeemanschap
De kapitein en de officieren gedragen zich aan boord ten opzichte van de opvarenden, het schip, de lading, het milieu en het scheepvaartverkeer zoals het een goed zeeman betaamt.
Artikel 9 Zorgplicht kapitein
Artikel 10 Openbare orde
Artikel 11 Werkzaamheden waarvoor een vaarbevoegdheidsbewijs is vereist of andere beroepseisen zijn vastgesteld
De kapitein belast een zeevarende met werkzaamheden aan boord waarvoor een vaarbevoegdheidsbewijs is vereist of andere beroepseisen zijn vastgesteld alleen voor zover die zeevarende beschikt over het daarvoor benodigde geldig vaarbevoegdheidsbewijs of voldoet aan de daarvoor benodigde beroepseisen.
Artikel 12 Verlaten zeeschip
Artikel 13 Weigering toestemming om het zeeschip te verlaten
De kapitein vermeldt een weigering van toestemming om het zeeschip te verlaten aan een zeevarende en de reden daarvoor in het scheepsdagboek en verstrekt desgevraagd aan de zeevarende binnen twaalf uur een schriftelijke bevestiging daarvan.
Artikel 14 Aanvang uitoefening gezag kapitein
De kapitein oefent zijn gezag uit zodra hij aan boord is en het gezag heeft aanvaard of overgenomen, en zolang hij het gezag niet heeft overgedragen of de scheepsbeheerder hem het gezag niet heeft ontnomen.
Artikel 15 Niet functionerende kapitein
Artikel 16 Verplichtingen kapitein jegens scheepsbeheerder
Artikel 17 Bescherming kapitein
De scheepsbeheerder draagt er zorg voor dat de kapitein vanwege de toepassing van artikel 9, eerste lid, niet benadeeld wordt.
Artikel 18 Nationaliteit kapitein
Artikel 19 Vrijstellingsregeling nationaliteit kapitein
Artikel 20 Bemanningssamenstelling en bemanningscertificaat
Artikel 21 Bemanningslijst
Artikel 22 Monsterboekje en alternatieve diensttijdverklaring
Artikel 23 Bezit vaarbevoegdheidsbewijs
Artikel 24 Bijzondere beroepseisen bepaalde scheepstypen
Artikel 25 Aanvullende beroepseisen
Artikel 26 Afgifte vaarbevoegdheidsbewijs, bekwaamheidsbewijs of schriftelijk bewijs
Artikel 27 Erkenning buitenlands vaarbevoegdheidsbewijs of bekwaamheidsbewijs
Artikel 28 Aanvaarding buitenlands vaarbevoegdheidsbewijs of bekwaamheidsbewijs
Bij algemene maatregel van bestuur kunnen in overeenstemming met richtlijn (EU) 2022/993 en het STCW-verdrag regels worden gesteld met betrekking tot de aanvaarding van een vaarbevoegdheidsbewijs of een bekwaamheidsbewijs dat is afgegeven door of namens de bevoegde autoriteit van een staat die verdragspartij is bij het STCW-verdrag, anders dan een vaarbevoegdheidsbewijs of bekwaamheidsbewijs als bedoeld in artikel 27, eerste lid.
Artikel 29 Beroepseisen Caribisch-Nederlandse zeeschepen
Bij ministeriële regeling kan worden bepaald voor welke functies of werkzaamheden van zeevarenden aan boord van een Caribisch-Nederlands zeeschip het bezit van een bekwaamheidsbewijs of enig ander document inzake beroepseisen voorgeschreven is, alsmede welke beroepseisen daarvoor gelden.
Artikel 30 Examen bekwaamheidsbewijzen zeilvaart
Artikel 31 Medische geschiktheid
Artikel 32 Medisch scheidsrechter
Artikel 33 Aanwijzingen van medische ongeschiktheid of onbekwaamheid
Artikel 34 Verwerking persoonsgegevens
Artikel 35 Verklaring naleving maritieme arbeid deel I
Artikel 36 Verklaring naleving maritieme arbeid deel II
Artikel 37 Certificaat maritieme arbeid
Artikel 38 Visserij-arbeidscertificaat
Artikel 39 Onderzoek en afgifte certificaat maritieme arbeid en visserij-arbeidscertificaat
Artikel 40 Klacht zeevarende aan de wal
Artikel 41 Tuchtrechtspraak en tuchtcollege
Artikel 42 Samenstelling tuchtcollege
Artikel 43 Integriteit leden
Artikel 44 Toepassing artikelen Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren
Artikel 45 Vacatiegeld
De voorzitter, de plaatsvervangende voorzitters, de leden, de plaatsvervangende leden van het tuchtcollege ontvangen een bij ministeriële regeling vast te stellen vacatiegeld, alsmede een vergoeding van reis- en verblijfkosten en van verdere verschotten.
Artikel 46 Secretaris
Artikel 47 Geheimhouding
Artikel 48 Aanhangig maken
Artikel 49 Ontvankelijkheid
Artikel 50 In behandeling name verzoek of de klacht
Artikel 51 Vooronderzoek
Artikel 52 Behandeling ter zitting
Artikel 53 Verschoning en wraking
Artikel 54 Mondelinge behandeling
Artikel 55 Getuigen en deskundigen
Artikel 56 Tuchtmaatregelen
Artikel 57 Beslissing
Artikel 58 Termijn hoger beroep
Tegen een beslissing van het tuchtcollege kan binnen zes weken na de dag van de verzending van de in artikel 57, tweede lid, bedoelde beslissing hoger beroep worden ingesteld bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven:
Artikel 59 Behandeling hoger beroep
Artikel 60 Herziening tuchtmaatregel
Artikel 61 Aanwijzing toezichthouders
Artikel 62 Aanwijzing opsporingsambtenaren
Met het opsporen van feiten, die bij of krachtens deze wet strafbaar zijn gesteld, zijn belast:
Artikel 63 Bevoegdheden toezichthouder
Artikel 64 Gronden aanhouding zeeschip
Artikel 65 In kennisstelling aanhouding
Artikel 66 Administratief beroep
Tegen een op grond van deze wet genomen besluit van een ambtenaar van de Inspectie Leefomgeving en Transport tot aanhouding van een zeeschip, kan iedere belanghebbende administratief beroep instellen bij Onze Minister.
Artikel 67 Bescherming klager
Het is verboden zeevarenden te straffen of op enige andere wijze te benadelen voor het indienen van een klacht als bedoeld in artikel 6, eerste lid, of 40, eerste lid.
Artikel 68 Verbod varen zonder geldig bemanningscertificaat
Het is verboden met een zeeschip naar zee te gaan, een zeeschip naar zee te doen gaan of op zee dan wel op buiten Nederland gelegen wateren die ter plaatse als binnenwater worden aangemerkt, te gebruiken of te doen gebruiken, zonder dat aan boord van het zeeschip een geldig bemanningscertificaat voorhanden is.
Artikel 69 Verbod niet naleven bemanningseisen
Het is verboden:
Artikel 70 Verbod nalaten opmaken bemanningslijst
Het is verboden om na te laten de bemanningslijst, bedoeld in artikel 21, op te maken, opnieuw op te maken of bij te stellen.
Artikel 71 Verbod niet naleven wachtverplichting
Artikel 72 Verbod varen zonder geldig certificaat maritieme arbeid of visserij-arbeidscertificaat
Artikel 73 Verbod niet naleven aanhouding
Het is verboden met een zeeschip naar zee te gaan of een zeeschip naar zee te doen gaan indien en zolang het op grond van artikel 64, eerste of tweede lid, door een ambtenaar van de Inspectie Leefomgeving en Transport is aangehouden.
Artikel 74 Verbod gebruik drugs en alcohol
Artikel 75 Verbodsbepalingen
Het is verboden te handelen in strijd met de verplichtingen ingevolge de artikelen 4, eerste tot en met vierde lid, 5, 7, 9, eerste tot en met vierde lid, 18, eerste lid, 36, tweede lid, en 38, tweede lid.
Artikel 76 Centraal register bemanningsgegevens
Artikel 77 Centraal inspectieregister
Artikel 78 Openbare registers
Artikel 79 Vaststelling tarieven documenten
Artikel 80 Geldigheid bemanningscertificaat
Artikel 81 Geldigheid vaarbevoegdheidsbewijs of bekwaamheidsbewijs
Artikel 82 Geldigheid certificaat maritieme arbeid of een visserij-arbeidscertificaat
Artikel 83 privaatrechtelijke regeling nationaliteit kapiteins
Een privaatrechtelijke regeling als bedoeld in artikel 30, vijfde lid, van de Wet zeevarenden wordt gelezen als een privaatrechtelijke regeling als bedoeld in artikel 19, vierde lid.
Artikel 84 Uitvoering van verdragen en besluiten van volkenrechtelijke organisaties
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen, ter uitvoering van verdragen of besluiten van volkenrechtelijke organisaties, regels worden gesteld ter waarborging van de veilige en milieuverantwoorde vaart alsmede de gezondheid, de veiligheid en behoorlijke leef- en werkomstandigheden van zeevarenden.
Artikel 85 Dynamische verwijzing (wijzigingen)
Artikel 86 Gebruik Engelse taal
Ingeval bij of krachtens deze wet regels worden gesteld ter uitvoering van het STCW-verdrag, het STCW F-verdrag, het MLC-verdrag, C188-verdrag, het SOLAS-verdrag of de SCV-code, kan overtreding van die regels ook als strafbaar feit worden aangemerkt dan wel worden bestraft met een bestuurlijke sanctie indien deze regels in de Engelse taal zijn gesteld en bekend gemaakt.
Artikel 87 Intrekken Wet zeevarenden
De Wet zeevarenden wordt ingetrokken.
Artikel 88 Wijziging Algemene douanewet
De Algemene douanewet wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 89 Wijziging Ambtenarenwet
In artikel 3, onderdeel b, onder 9, van de Ambtenarenwet 2017 wordt «artikel 55a van de Wet zeevarenden» vervangen door «artikel 37 van de Wet bemanning zeeschepen».
Artikel 90 Wijziging Burgerlijk Wetboek
Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 91 Wijziging Wet op de economische delicten
In artikel 1, eerste lid, onder 4, van de Wet op de economische delicten vervalt «de Wet zeevarenden, de artikelen 56, 57, 57a, 58, 59, 59a, 60, 60a, 64, voor zover aangeduid als strafbaar feit, en 69e, eerste lid» en wordt in alfabetische rangschikking «de Wet bemanning zeeschepen, artikelen 4, vierde lid, 67 tot en met 75, en 84, voor zover aangeduid als strafbaar feit» ingevoegd.
Artikel 92 Wijziging Wet ruimtevaartactiviteiten
In artikel 1, onderdeel d, van de Wet ruimtevaartactiviteiten wordt «artikel 1, onderdeel b, van de Wet zeevarenden» vervangen door «artikel 1 van de Wet bemanning zeeschepen».
Artikel 93 Wijziging Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen
De Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen wordt als volgt gewijzigd:
- afschriften van een bemanningslijst als bedoeld in artikel 18 van de Wet bemanning zeeschepen;.
Artikel 94 Wijziging Wetboek van Strafrecht
Artikel 475 van het Wetboek van Strafrecht komt te vervallen.
Artikel 95 Citeertitel
Deze wet wordt aangehaald als: Wet bemanning zeeschepen.
Artikel 96 Inwerkingtreding
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.