Part of Smart Yellow Suite

WGK010025
Besluit ter implementatie van richtlijn 2018/844 (tweede herziening EPBD)

Updates ontvangen over deze regeling? Log in

Overheid.nl - XML - JSON

Type Algemene Maatregel van Bestuur
Fase Bekendmaking
Ministerie Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Datum uitgave 27 augustus 2019
Datum inwerkingtreding -
Per KB Nee

Opschrift

Wijziging van het Bouwbesluit 2012 en van enkele andere besluiten in verband met de implementatie van richtlijn 2018/844 tot wijziging van Richtlijn 2020/31/EU betreffende de energieprestatie van gebouwen en Richtlijn 2012/27/EU betreffende energie-efficiëntie

Samenvatting

Het besluit implementeert richtlijn 2018/844 tot wijziging van richtlijn 2010/31/EU betreffende de energieprestatie van gebouwen (EPBD).

Documenten

stb-2020-84 (PDF)

Besluit van 4 maart 2020, houdende wijziging van het Bouwbesluit 2012 en van enkele andere besluiten inzake de implementatie van de tweede herziening van de richtlijn energieprestatie gebouwen

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 21 januari 2020, nr. 2020-0000011361, CZW;

Gelet op de artikelen 2 en 120 van de Woningwet, 4.3, eerste lid, onder a en op richtlijn 2018/844/EU van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2018 tot wijziging van Richtlijn 2010/31/EU betreffende de energieprestatie van gebouwen en Richtlijn 2012/27/EU betreffende energie-efficiëntie (PbEU 156/75);

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 12 februari 2020, nr. W04.20.0016/I);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 3 maart 2020, nr. 2020-0000107968, CZW;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Bouwbesluit 2012 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1.1, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

B

Artikel 5.5 komt te luiden:

Artikel 5.5 Gebruiksfunctie met een lage energievraag
1.
Op een gebruiksfunctie die niet is bestemd om te worden verwarmd of gekoeld ten behoeve van personen zijn de artikelen 5.2 tot en met 5.4 niet van toepassing.
2.
Op een gebruiksfunctie waarbij de in artikel 5.2, eerste lid, bedoelde waarde ten hoogste 1% bedraagt van de maximum waarde voor primair fossiel energiegebruik zijn de artikelen 5.2 tot en met 5.4 niet van toepassing.
C

Na afdeling 5.3 wordt een afdeling toegevoegd, luidende:

D

Afdeling 6.13 komt te luiden:

E

Na artikel 6.59 worden twee afdelingen toegevoegd, luidende:

F

Aan artikel 9.2 worden twee leden toegevoegd, luidende:

11.
Met een keuring als bedoeld in artikel 6.61, eerste tot en met vijfde lid, wordt tot en met 10 maart 2022 gelijkgesteld een keuring als bedoeld in artikel 3.10p van het Activiteitenbesluit milieubeheer, waarbij een keuring als bedoeld in dat besluit wordt toepast op systemen met een nominaal vermogen van meer dan 70 kW.
12.
Met een keuring als bedoeld in artikel 6.62, eerste tot en met vijfde lid, wordt tot en met 10 maart 2022 gelijkgesteld een keuring als bedoeld in afdeling 3a.1 van het Besluit energieprestatie gebouwen zoals dat gold op 9 maart 2020, waarbij de keuring als bedoeld in dat besluit slechts hoeft te worden toepast op systemen met een nominaal vermogen van meer dan 70 kW.

Artikel 5.5 Gebruiksfunctie met een lage energievraag

Artikel 5.14 Aansturingsartikel

Artikel 5.15 Oplaadpunten en leidingdoorvoeren

Artikel 5.16 Verbouw

Artikel 6.54 Aansturingsartikel

Artikel 6.55 Systeemeisen

Artikel 6.55a Verbouw

Artikel 6.55b Verslaglegging

Artikel 6.55c Onverwarmde en ongekoelde verblijfsruimte

Op een verblijfsruimte die niet bestemd is om te worden verwarmd of gekoeld, of waarbij de verwarming of koeling uitsluitend is bestemd voor een ander doel dan het verblijven van personen zijn de eisen aan ruimteverwarming en ruimtekoeling, bedoeld in de artikelen 6.55, derde en vierde lid, 6.55a, derde en vierde lid, en 6.55b, niet van toepassing.

Artikel 6.60 Aansturingsartikel

Artikel 6.61 Keuring verwarmingssysteem

Artikel 6.62 Keuring airconditioningsysteem

Artikel 6.63 Aansturingsartikel

Artikel 6.64 Systeem voor gebouwautomatisering en -controle

ARTIKEL II

Het Besluit energieprestatie van gebouwen wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1.1 vervalt het begrip airconditioningsysteem.

B

Artikel 2.1, achtste lid, komt te luiden:

8.
Een energielabel bevat tenminste een numerieke energieprestatie-indicator van het primair fossiel energiegebruik in kWh/m2.jr en een in een letter of lettercombinatie uitgedrukte weergave van de energieprestatie.
C

Afdeling 3a vervalt.

ARTIKEL III

Het Besluit uitvoering Crisis- en Herstelwet wordt als volgt gewijzigd:

ARTIKEL IV

Het Besluit bouwwerken leefomgeving wordt als volgt gewijzigd:

A

Na artikel 3.87a worden twee artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 3.87b (oplaadpunt voor elektrische voertuigen)
Een gebouw, anders dan een woongebouw, met een parkeergelegenheid in het gebouw of buiten het gebouw op hetzelfde bouwwerkperceel, met meer dan 20 parkeervakken, heeft tenminste een oplaadpunt.
Artikel 3.87c (overgangsrecht)
Artikel 3.87b is niet van toepassing tot en met 31 december 2024.
B

Na artikel 3.144 wordt een paragraaf toegevoegd, luidende:

C

Artikel 4.155 komt te luiden:

Artikel 4.155 (gebruiksfunctie met een lage energievraag)
1.
Op een gebruiksfunctie die niet is bestemd om te worden verwarmd of gekoeld voor personen zijn de artikelen 4.149 tot en met 4.154 niet van toepassing.
2.
Op een gebruiksfunctie waarbij de in artikel 4.149, eerste lid, bedoelde waarde ten hoogste 1% bedraagt van de maximum waarde voor primair fossiel energiegebruik zijn de artikelen 4.149 tot en met 4.154 niet van toepassing.
D

Na artikel 4.160 worden twee paragrafen toegevoegd, luidende:

E

Na artikel 4.246 wordt een paragraaf toegevoegd, luidende:

F

Aan artikel 5.20 wordt een lid toegevoegd, luidende:

5.
Van ingrijpende renovatie is sprake wanneer meer dan 25% van de oppervlakte van de bouwschil, bepaald volgens ISSO 75.1, wordt verbouwd en deze verbouw de integrale bouwschil betreft.
G

Artikel 5.21 komt te luiden:

Artikel 5.21 (technische bouwsystemen)
1.
Bij het plaatsen of gedeeltelijk vernieuwen of veranderen of het vergroten van een technisch bouwsysteem waarbij de energieprestatie wordt beïnvloed voldoet dat technische bouwsysteem aan de in tabel 5.21 opgenomen waarde voor de energieprestatie.
2.
Een technisch bouwsysteem is adequaat gedimensioneerd, geïnstalleerd, ingeregeld en instelbaar.
3.
Een technisch bouwsysteem voor ruimteverwarming is na het vervangen van een warmtegenerator zelfregulerend per verblijfsgebied of verblijfsruimte.
4.
Een technisch bouwsysteem voor ruimteverwarming in een bouwwerk dat is aangesloten op het in het warmteplan bedoelde distributienet voor warmte is na het vervangen van de afleverset voor warmte per verblijfsgebied of verblijfsruimte zelfregulerend.
5.
Als een technisch bouwsysteem bestaat uit een combinatie van de in de tabel opgenomen bouwsystemen, worden de in het eerste lid bedoelde eisen naar rato berekend op basis van de eisen die gelden voor de systemen die deel uitmaken van de combinatie.
6.
Het derde en vierde lid zijn niet van toepassing als de kosten voor het aanbrengen van zelfregulerende apparatuur meer dan 20% bedragen van de kosten van het technisch bouwsysteem voor ruimteverwarming.
H

Na artikel 5.21 worden drie artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 5.21a (verslaglegging)
1.
De energieprestatie van de in artikel 5.21 bedoelde technische bouwsystemen wordt beoordeeld en gedocumenteerd door de installateur en overhandigd aan de gebouweigenaar.
2.
In afwijking van het eerste lid mag bij het gedeeltelijk vernieuwen of veranderen of het vergroten van een technisch bouwsysteem worden volstaan met documentatie van de energieprestatie van de gewijzigde onderdelen.
Artikel 5.21b (onverwarmde en ongekoelde verblijfsruimte)
Op een verblijfsruimte die niet bestemd is om te worden verwarmd of gekoeld, of waarbij de verwarming of koeling uitsluitend is bestemd voor een ander doel dan het verblijven van personen zijn de eisen aan ruimteverwarming en ruimtekoeling, bedoeld in de artikelen 5.21, derde en vierde lid, en 5.21a, niet van toepassing.
Artikel 5.21c (oplaadpunten en leidingdoorvoeren)
1.
Bij ingrijpende renovatie als bedoeld in artikel 2 van de richtlijn energieprestatie gebouwen zijn, in afwijking van artikel 5.4, de voorschriften van artikel 4.162 van overeenkomstige toepassing:
  1. in geval van een parkeergelegenheid in een gebouw, als de renovatie betrekking heeft op de parkeergelegenheid of de elektrische infrastructuur van het gebouw; of
  2. in geval van een parkeergelegenheid gelegen buiten het gebouw op hetzelfde bouwwerkperceel, als de renovatie betrekking heeft op de parkeergelegenheid of de elektrische infrastructuur van de parkeergelegenheid.
2.
Het eerste lid is niet van toepassing als de kosten voor het aanleggen van de oplaadpunten en de leidingdoorvoeren meer dan 7% bedragen van de kosten van de ingrijpende renovatie.
3.
Van ingrijpende renovatie is sprake wanneer meer dan 25% van de oppervlakte van de bouwschil, bepaald volgens ISSO 75.1, wordt verbouwd en deze verbouw de integrale bouwschil betreft.
I

In artikel 6.29, derde lid, wordt «een in een letter of lettercombinatie uitgedrukte energieprestatie-indicator» vervangen door «een numerieke indicator van het primair fossiel energiegebruik in kWh/m2.jr».

J

Artikel 6.37 komt te luiden:

Artikel 6.37 (keuring van airconditioningsystemen)
1.
De toegankelijke delen van een airconditioningsysteem of gecombineerd airconditionings- en ventilatiesysteem met een nominaal vermogen van meer dan 70 kW worden ten minste eenmaal per vijf jaar gekeurd.
2.
De keuring:
  1. bevat een beoordeling van het rendement en de dimensionering van het airconditioningsysteem, gelet op de koelingsbehoeften van het gebouw; en
  2. houdt rekening met het vermogen van het airconditioningsysteem of het gecombineerd airconditioning – en ventilatiesysteem om de prestaties onder typische of gemiddelde werkingsomstandigheden te optimaliseren.
3.
De beoordeling van de dimensionering van het airconditioningsysteem kan achterwege blijven als er sinds de laatste keuring geen wijziging heeft plaatsgevonden van het airconditioningsysteem, het gecombineerde airconditioning- en ventilatiesysteem of de koelingsbehoeften van het gebouw.
4.
De keuring wordt op onafhankelijke wijze uitgevoerd door een gekwalificeerde deskundige, waarbij wordt voldaan aan de bij ministeriële regeling gestelde regels over de kwaliteitseisen waar de keuring en de deskundige aan moeten voldoen.
5.
Na de keuring wordt aan de eigenaar of huurder van het gebouw een keuringsverslag verstrekt dat ten minste het resultaat van de verrichte keuring evenals aanbevelingen voor een kostenefficiënte verbetering van de energieprestatie van het gekeurde airconditioningsysteem of gecombineerde airconditioning- en ventilatiesysteem bevat.
6.
Dit artikel is niet van toepassing op:
  1. een airconditioningsysteem of een gecombineerd airconditioning- en ventilatiesysteem dat valt onder een energieprestatiecontract; of
  2. een airconditioningsysteem in een gebouw met een systeem voor gebouwautomatisering en -controle als bedoeld in artikel 3.146.
Artikel 6.37a (overgangsrecht)
Met een keuring als bedoeld in artikel 6.37, eerste tot en met vijfde lid, wordt tot en met 10 maart 2022 gelijkgesteld een keuring als bedoeld in afdeling 3a.1 van het Besluit energieprestatie gebouwen, zoals dat gold op 9 maart 2020, waarbij de keuring als bedoeld in dat besluit slechts hoeft te worden toepast op systemen met een nominaal vermogen van meer dan 70 kW.
K

Na artikel 6.41 wordt een paragraaf toegevoegd, luidende:

L

Onderdeel A van Bijlage I wordt als volgt gewijzigd:

Artikel 3.87b (oplaadpunt voor elektrische voertuigen)

Een gebouw, anders dan een woongebouw, met een parkeergelegenheid in het gebouw of buiten het gebouw op hetzelfde bouwwerkperceel, met meer dan 20 parkeervakken, heeft tenminste een oplaadpunt.

Artikel 3.87c (overgangsrecht)

Artikel 3.87b is niet van toepassing tot en met 31 december 2024.

Artikel 3.145 (aansturingsartikel)

Artikel 3.146 (systeem voor gebouwautomatisering en -controle)

Het systeem voor gebouwautomatisering- en controle als bedoeld in artikel 3.145, eerste lid, is in staat:

Artikel 3.147 (overgangsrecht)

De artikelen 3.145 en 3.146 zijn niet van toepassing tot en met 31 december 2025.

Artikel 4.155 (gebruiksfunctie met een lage energievraag)

Artikel 4.160a (aansturingsartikel)

Artikel 4.160b (oplaadpunten en leidingdoorvoeren)

Artikel 4.160c (aansturingsartikel)

Artikel 4.160d (systeem voor gebouwautomatisering en -controle)

Artikel 4.160e (overgangsrecht)

De artikelen 4.160c en 4.160d zijn niet van toepassing tot en met 31 december 2025.

Artikel 4.247 (aansturingsartikel)

Artikel 4.248 (systeemeisen)

Artikel 4.249 (verslaglegging)

De energieprestatie van de in deze paragraaf bedoelde technische bouwsystemen wordt beoordeeld en gedocumenteerd door de installateur en overhandigd aan de gebouweigenaar.

Artikel 4.250 (onverwarmde en ongekoelde verblijfsruimte)

Op een verblijfsruimte die niet bestemd is om te worden verwarmd of gekoeld, of waarbij de verwarming of koeling uitsluitend is bestemd voor een ander doel dan het verblijven van personen zijn de eisen aan ruimteverwarming en ruimtekoeling, bedoeld in de artikelen 4.248, derde lid, en 4.249 niet van toepassing.

Artikel 5.21 (technische bouwsystemen)

Artikel 5.21a (verslaglegging)

Artikel 5.21b (onverwarmde en ongekoelde verblijfsruimte)

Op een verblijfsruimte die niet bestemd is om te worden verwarmd of gekoeld, of waarbij de verwarming of koeling uitsluitend is bestemd voor een ander doel dan het verblijven van personen zijn de eisen aan ruimteverwarming en ruimtekoeling, bedoeld in de artikelen 5.21, derde en vierde lid, en 5.21a, niet van toepassing.

Artikel 5.21c (oplaadpunten en leidingdoorvoeren)

Artikel 6.37 (keuring van airconditioningsystemen)

Artikel 6.37a (overgangsrecht)

Met een keuring als bedoeld in artikel 6.37, eerste tot en met vijfde lid, wordt tot en met 10 maart 2022 gelijkgesteld een keuring als bedoeld in afdeling 3a.1 van het Besluit energieprestatie gebouwen, zoals dat gold op 9 maart 2020, waarbij de keuring als bedoeld in dat besluit slechts hoeft te worden toepast op systemen met een nominaal vermogen van meer dan 70 kW.

Artikel 6.42 (keuring verwarmingssysteem)

Artikel 6.43 (overgangsrecht)

Met een keuring als bedoeld in artikel 6.42, eerste tot en met vijfde lid, wordt tot en met 10 maart 2022 gelijkgesteld een keuring als bedoeld in artikel 6.38, waarbij een keuring als bedoeld in dat artikel wordt toepast op systemen met een nominaal vermogen van meer dan 70 kW.

ARTIKEL V

Wetswijzigingen integreren met je processen? Probeer Way 3 weken gratis.