Part of Smart Yellow Suite

WGK009842
Besluit aanvullende middelen i.v.m. bijzondere omstandigheden

Updates ontvangen over deze regeling? Log in

Overheid.nl - XML - JSON

Type Algemene Maatregel van Bestuur
Fase Bekendmaking
Ministerie Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Datum uitgave 4 januari 2019
Datum inwerkingtreding -
Per KB Nee

Opschrift

Besluit van … tot wijziging van het Uitvoeringsbesluit WEB inzake niet bestede of op de rijksbijdrage in mindering gebrachte aanvullende middelen in verband met bijzondere omstandigheden

Samenvatting

Wet educatie en beroepsonderwijs BES inzake het verstrekken van aanvullende middelen in verband met bijzondere omstandigheden (Stb. … ) (hierna te noemen: de wet) in werking getreden. Hierdoor is artikel 2.2.3 van de Wet educatie en beroepsonderwijs (hierna: WEB) uitgebreid. Sindsdien is het mogelijk aanvullende middelen te verstrekken aan mbo-instellingen in geval van bijzondere omstandigheden. Om deze middelen te kunnen verstrekken vindt jaarlijks een reservering plaats binnen het landelijk budget voor de rijksbijdrage voor het mbo. In dit besluit wordt vastgelegd dat de niet-bestede gereserveerde middelen en het bedrag dat in mindering is gebracht bij individuele instellingen worden toegevoegd aan het landelijk beschikbare budget.

Documenten

stb-2020-319 (PDF)

Besluit van 31 augustus 2020 tot wijziging van het Uitvoeringsbesluit WEB inzake niet bestede of op de rijksbijdrage in mindering gebrachte aanvullende middelen in verband met bijzondere omstandigheden

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 30 juni 2020, nr. WJZ/25171884(9841) directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Gelet op artikel 2.2.4, vierde lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 22 juli 2020, nr. W05.20.0234/I);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 20 augustus 2020, nr. WJZ/25167773(9842), directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Aan artikel 2.1.3 van het Uitvoeringsbesluit WEB worden drie leden toegevoegd, luidende:

3.
Onze Minister berekent ieder kalenderjaar de som van de betalingen die op grond van artikel 2.2.3, eerste lid, van de wet, zijn verricht in de periode van 1 januari tot en met 31 oktober van het betreffende kalenderjaar en de betalingen waarvan vaststaat dat ze nog dat kalenderjaar worden verricht.
4.
Voorts berekent Onze Minister ieder kalenderjaar de som van het bedrag dat voor de betalingen, bedoeld in het derde lid, was gereserveerd en het bedrag van de middelen die in dat kalenderjaar in mindering zijn gebracht op de rijksbijdrage op grond van een beschikking als bedoeld in artikel 2.2.3, tweede lid, tweede volzin, van de wet.
5.
Indien de som, bedoeld in het vierde lid hoger is dan de som, bedoeld in het derde lid, wordt het landelijk beschikbare budget voor de exploitatiekosten en huisvestingskosten voor het betreffende kalenderjaar verhoogd met dat verschil.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2021.

Wetswijzigingen integreren met je processen? Probeer Way 3 weken gratis.