Besluit van 5 november 2018 tot wijziging van het Besluit internationale verplichtingen extraterritoriale rechtsmacht ter implementatie van richtlijn 2017/541 van het Europees Parlement en de Raad inzake terrorismebestrijding en ter vervanging van Kaderbesluit 2002/475/JBZ van de Raad en tot wijziging van Besluit 2005/671/JBZ van de Raad (PbEU L 88/6)
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Justitie en Veiligheid van 4 oktober 2018, directie Wetgeving en Juridische Zaken, nr.2376584;
Gelet op artikel 6 van het Wetboek van Strafrecht;
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, advies van 17 oktober 2018, nr. W.16.18.0313/II;
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Justitie en Veiligheid van 30 oktober 2018, directie Wetgeving, nr. 2395822;
Hebben goedgevonden en verstaan:
ARTIKEL I
In artikel 4, tweede lid, van het Besluit internationale verplichtingen extraterritoriale rechtsmacht wordt «alsmede 317, derde lid, jo. 312, tweede lid, onder 5°,» vervangen door «317, derde lid, jo. 312, tweede lid, onder 5°, en 421».
ARTIKEL II
De bijlage bij het Besluit internationale verplichtingen extraterritoriale rechtsmacht wordt als volgt gewijzigd:
- De richtlijn 2017/541 van het Europees Parlement en de Raad inzake terrorismebestrijding en ter vervanging van Kaderbesluit 2002/475/JBZ van de Raad en tot wijziging van Besluit 2005/671/JBZ van de Raad (PbEU L 88/6).
ARTIKEL III
Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.