Besluit van 13 december 2019, houdende wijziging van het Bouwbesluit 2012 en van enkele andere besluiten inzake bijna energie-neutrale nieuwbouw
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 23 augustus 2019, nr. 2019- 0000440622, CZW;
Gelet op de artikelen 2 en 120 van de Woningwet, 2.4 van de Crisis- en herstelwet en 4.3, eerste lid, en 5.1 van de Omgevingswet en op artikel 9 van de richtlijn 2010/31/EU van het Europees Parlement en de Raad van 19 mei 2010 betreffende de energieprestatie van gebouwen (herschikking) (PbEU L153/13);
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 9 oktober 2019, nr. W04.19.0282/I);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 3 december 2019, nr. 2019-0000645918, CZW;
Hebben goedgevonden en verstaan:
ARTIKEL I
Het Bouwbesluit 2012 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 5.1, eerste lid, komt te luiden:
1.
Een te bouwen bouwwerk is bijna energieneutraal.B
Tabel 5.1 komt te luiden:
C
Artikel 5.2 komt te luiden:
Artikel 5.2 Bijna energieneutraal
1.
Een gebruiksfunctie heeft, bepaald volgens NTA 8800, de in tabel 5.1 aangegeven maximum waarden voor energiebehoefte en primair fossiel energiegebruik en minimum waarde voor het aandeel hernieuwbare energie.2.
In afwijking van het eerste lid heeft een gebouw of een gedeelte daarvan, dat op niet meer dan een perceel ligt, met meerdere gebruiksfuncties niet van dezelfde soort, waarvoor op grond van het eerste lid een eis geldt, bepaald volgens NTA 8800 naar gebruiksoppervlak gewogen maximum waarden voor energiebehoefte en primair fossiel energiegebruik en minimum waarde voor het aandeel hernieuwbare energie. Bij het bepalen van die waarden wordt per gebruiksfunctie uitgegaan van de in tabel 5.1 aangegeven waarden.3.
In afwijking van het eerste lid hoeft een woongebouw niet te voldoen aan de minimumwaarde voor het aandeel hernieuwbare energie, voor zover het als gevolg van locatiegebonden omstandigheden niet mogelijk is daaraan te voldoen.4.
Bij toepassing van dit artikel gelden voor een nevenfunctie van de woonfunctie de eisen aan de woonfunctie.5.
Bij toepassing van dit artikel op een gebruiksfunctie in een gebouw of een gedeelte daarvan, met een naar gebruiksoppervlak gewogen gemiddelde specifieke interne warmtecapaciteit van 180 kJ/m2K of minder, bepaald volgens NTA 8800, worden de in tabel 5.1 aangegeven maximumwaarden voor energiebehoefte verhoogd met 5 kWh/m2.jr.6.
Bij ministeriële regeling kunnen nadere voorschriften worden gegeven over het in dit artikel bepaalde.D
Artikel 5.3 wordt als volgt gewijzigd:
11.
Het eerste, derde, vijfde, zesde, en het achtste tot en met tiende lid, zijn van overeenkomstige toepassing op scheidingsconstructies van een functiegebied.E
Artikel 5.5 komt te luiden:
Artikel 5.5 Gebruiksfunctie met een lage energievraag
Op een gebruiksfunctie die niet is bestemd om te worden verwarmd of gekoeld ten behoeve van personen zijn de artikelen 5.2 tot en met 5.4 niet van toepassing.F
Artikel 5.6 wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 5.2 Bijna energieneutraal
Artikel 5.5 Gebruiksfunctie met een lage energievraag
Op een gebruiksfunctie die niet is bestemd om te worden verwarmd of gekoeld ten behoeve van personen zijn de artikelen 5.2 tot en met 5.4 niet van toepassing.
ARTIKEL II
Het Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 6b wordt «1 januari 2021» vervangen door «1 juli 2020».
B
Artikel 6p wordt als volgt gewijzigd:
4.
In aanvulling op artikel 8 van de Woningwet kunnen in de periode van 1 juli 2020 tot en met 31 december 2020 voor te bouwen gebruiksfuncties waarvoor een omgevingsvergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel a, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht vereist is, in de bouwverordening voorschriften worden opgenomen die voorzien in lagere maximumwaarden voor energiebehoefte en primair fossiel energiegebruik en een hogere minimumwaarde voor het aandeel hernieuwbare energie dan bedoeld in artikel 5.2, eerste lid, van het Bouwbesluit 2012.ARTIKEL III
Het Besluit bouwwerken leefomgeving wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 4.148, eerste lid, komt te luiden:
1.
Een bouwwerk is bijna energieneutraal.B
Tabel 4.148 komt te luiden:
C
Artikel 4.149 komt te luiden:
Artikel 4.149 (bijna energieneutraal)
1.
Een gebruiksfunctie heeft, bepaald volgens NTA 8800, een energiebehoefte en een primair fossiel energiegebruik van ten hoogste de in tabel 4.148 aangegeven waarden en een aandeel hernieuwbare energie van tenminste de in die tabel aangegeven waarde.2.
In afwijking van het eerste lid worden bij een gebouw of een gedeelte daarvan, dat op niet meer dan een perceel ligt, met meerdere gebruiksfuncties niet van dezelfde soort, waarvoor volgens het eerste lid een eis geldt, bepaald volgens NTA 8800, de waarden voor energiebehoefte en primair fossiel energiegebruik en hernieuwbare energie naar gebruiksoppervlak gewogen. Bij het bepalen van die waarden wordt per gebruiksfunctie uitgegaan van de in tabel 4.148 aangegeven waarden.3.
In afwijking van het eerste lid hoeft een woongebouw niet te voldoen aan de minimumwaarde voor het aandeel hernieuwbare energie, voor zover het als gevolg van locatiegebonden omstandigheden niet mogelijk is daaraan te voldoen.4.
Bij toepassing van dit artikel gelden voor een nevengebruiksfunctie van de woonfunctie de eisen aan de woonfunctie.5.
Bij toepassing van dit artikel op een gebruiksfunctie in een gebouw of een gedeelte daarvan, met een naar gebruiksoppervlak gewogen gemiddelde specifieke interne warmtecapaciteit van 180 kJ/m2K of minder, bepaald volgens NTA 8800, worden de in tabel 4.148 aangegeven maximumwaarden voor energiebehoefte verhoogd met 5 kWh/m2.jr.D
Artikel 4.150 komt te luiden:
Artikel 4.150 (afbakening maatwerkregels bijna energieneutraal)
Met een maatwerkregel kunnen alleen gebieden of categorieën gebruiksfuncties worden aangewezen waarvoor de in artikel 4.149 bedoelde maximum waarden voor energiebehoefte en primair fossiel energiegebruik en minimum waarde voor het aandeel hernieuwbare energie worden aangescherpt.E
Artikel 4.151 vervalt.
F
Artikel 4.152 wordt als volgt gewijzigd:
10.
Het eerste, derde, vijfde, zesde, en het achtste lid, zijn van overeenkomstige toepassing op scheidingsconstructies van een functiegebied.G
In artikel 4.153 wordt «NEN 1068» vervangen door «NTA 8800».
H
Artikel 4.155 komt te luiden:
Artikel 4.155 (gebruiksfunctie met een lage energievraag)
Op een gebruiksfunctie die niet wordt verwarmd of gekoeld voor personen zijn de artikelen 4.149 tot en met 4.154 niet van toepassing.I
Artikel 4.157 komt te luiden:
Artikel 4.157 (overgangsrecht: bijna energieneutraal)
Op een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit ingediend voor 31 december 2020 is artikel 4.149 niet van toepassing.J
Artikel 5.20 wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 4.149 (bijna energieneutraal)
Artikel 4.150 (afbakening maatwerkregels bijna energieneutraal)
Met een maatwerkregel kunnen alleen gebieden of categorieën gebruiksfuncties worden aangewezen waarvoor de in artikel 4.149 bedoelde maximum waarden voor energiebehoefte en primair fossiel energiegebruik en minimum waarde voor het aandeel hernieuwbare energie worden aangescherpt.
Artikel 4.155 (gebruiksfunctie met een lage energievraag)
Op een gebruiksfunctie die niet wordt verwarmd of gekoeld voor personen zijn de artikelen 4.149 tot en met 4.154 niet van toepassing.
Artikel 4.157 (overgangsrecht: bijna energieneutraal)
Op een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit ingediend voor 31 december 2020 is artikel 4.149 niet van toepassing.
ARTIKEL IV
De artikelen I, II en III van dit besluit treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, met uitzondering van artikel II, onderdeel B, eerste en tweede lid, dat in werking treedt met ingang van 1 januari 2020.