Part of Smart Yellow Suite

WGK009067
Wet centraliseren tolkvoorzieningen auditief beperkten leef- en werkdomein, luisterlijnen en vertrouwenswerk jeugd

Updates ontvangen over deze regeling? Log in

Overheid.nl - XML - JSON

Type Wet
Fase Bekendmaking
Ministerie Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Datum uitgave 25 mei 2018
Datum inwerkingtreding -
Per KB Nee

Opschrift

Wijziging van de Participatiewet en de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 in verband met het centraliseren van tolkvoorzieningen ten behoeve van de ondersteuning bij de arbeidsinschakeling en de deelname aan het maatschappelijk verkeer van personen met een auditieve handicap

Samenvatting

Het onderhavige wetsvoorstel regelt dat het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen de uitvoering van de tolkvoorzieningen voor auditief beperkten in het kader van de arbeidsinschakeling en maatschappelijke participatie (respectievelijk werkdomein en leefdomein) overneemt. Een gedeelte van de tolkvoorzieningen is op dit moment ondergebracht in de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) en de Participatiewet.

Documenten

stb-2019-221 (PDF)

Wet van 22 mei 2019 tot wijziging van de Participatiewet, de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Jeugdwet in verband met het centraliseren van tolkvoorzieningen ten behoeve van de ondersteuning bij de arbeidsinschakeling en de deelname aan het maatschappelijk verkeer van personen met een auditieve beperking, van de luisterlijnen voor volwassenen en jeugdigen en van het vertrouwenswerk jeugd (Wet centraliseren tolkvoorzieningen auditief beperkten leef- en werkdomein, luisterlijnen en vertrouwenswerk jeugd)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo, Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is dat de tolkvoorzieningen ten behoeve van de ondersteuning bij de arbeidsinschakeling en de deelname aan het maatschappelijk verkeer van personen met een auditieve beperking worden gecentraliseerd, en dat het wenselijk is om Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport te belasten met de zorg voor luisterlijnen in de Jeugdwet en de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en het vertrouwenswerk in de Jeugdwet;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Participatiewet wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan artikel 7 wordt een lid toegevoegd, luidende:

10.
Het slot van het eerste lid, onderdeel a, is niet van toepassing op de tolkvoorziening, als bedoeld in artikel 10g.
B

Na artikel 10f wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 10g. Tolkvoorzieningen
1.
Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen heeft tot taak personen als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, met een auditieve beperking te ondersteunen bij de arbeidsinschakeling door middel van het bekostigen van tolkvoorzieningen.
2.
Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen kan op aanvraag van personen als bedoeld in het eerste lid of de gemeente een tolkvoorziening toekennen en voor die personen bekostigen.
3.
Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels gesteld worden over:
  1. de omvang en de inhoud van de aanspraak, bedoeld in het tweede lid;
  2. de voorwaarden waaronder de tolkvoorzieningen worden verleend;
  3. de kwaliteitseisen van tolken.
4.
Op het bekostigen van de tolkvoorziening is titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing. De artikelen 3:18, 3:33, 3:40, 3:45, 3:56, 3:57, 3:58, 3:60, 3:62 en 3:74 van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten zijn van overeenkomstige toepassing op tolkvoorzieningen.
5.
Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen kan de toekenning, bedoeld in het tweede lid weigeren, indien:
  1. het na een eerdere herziening, intrekking of weigering van een toekenning op grond van het vierde lid heeft vastgesteld dat:
    1. de persoon, bedoeld in het tweede lid, onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een andere beslissing zou hebben geleid,
    2. de persoon niet voldoet aan de aan de tolkvoorziening verbonden voorwaarden, of
    3. de persoon de tolkvoorzieningen niet of voor een ander doel gebruikt;
  2. de persoon, bedoeld in het tweede lid, aanspraak kan maken op tolkvoorzieningen die zijn getroffen op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten, de Wet sociale werkvoorziening, de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen en de Wet overige OCW-subsidies, en de aanvraag ondersteuning op grond van die wetten betreft.
6.
Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld over de vergoeding van de tolk.

Artikel 10g. Tolkvoorzieningen

ARTIKEL II

De Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan artikel 1.1.1, eerste lid, wordt op alfabetische volgorde een onderdeel ingevoegd luidende:

B

Artikel 2.2.4 komt te luiden:

Artikel 2.2.4
1.
Het college draagt er in ieder geval zorg voor dat voor ingezetenen cliëntondersteuning beschikbaar is.
2.
Het college draagt er zorg voor dat bij de cliëntondersteuning het belang van betrokkene uitgangspunt is.
C

Na hoofdstuk 3 wordt een hoofdstuk ingevoegd, luidende:

D

Artikel 4.2.6 komt als volgt te luiden:

Artikel 4.2.6
1.
Het AMHK informeert personen die bij een melding betrokken zijn tijdig over de mogelijkheid gebruik te maken van de diensten van een vertrouwenspersoon.
2.
Het AMHK stelt een vertrouwenspersoon in de gelegenheid zijn taak uit te oefenen, waarbij het er in ieder geval voor zorgt dat personen die bij een melding betrokken zijn, zelfstandig, zonder tussenkomst van derden, contact kunnen hebben met een vertrouwenspersoon.
3.
Bij algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld met betrekking tot het eerste en tweede lid.
4.
Een vertrouwenspersoon is bevoegd tot het verwerken van persoonsgegevens van de persoon die hij in het kader van het eerste lid ondersteunt, waaronder persoonsgegevens betreffende de gezondheid en strafrechtelijke persoonsgegevens, tot het zonder toestemming van degene die het betreft verwerken van persoonsgegevens alsmede van personen die werkzaam zijn voor het AMHK, voor zover deze noodzakelijk zijn voor de ondersteuning die hij als vertrouwenspersoon dient te leveren.
E

Artikel 8.2, tweede lid, alsmede de aanduiding «1.» voor het eerste lid van dat artikel vervallen.

Artikel 2.2.4

Artikel 3a.1.1

Artikel 3a.1.2

Onze Minister draagt er zorg voor dat personen op ieder moment van de dag kosteloos en anoniem een telefonisch of elektronisch gesprek kunnen voeren over hun persoonlijke situatie en daarover advies kunnen krijgen.

Artikel 3a.2.1

Artikel 3a.2.2

De Raad van bestuur van het UWV is bevoegd tot het opleggen van een last onder bestuursdwang of een last onder dwangsom ter handhaving van de voorschriften of verplichtingen gesteld krachtens artikel 3a.1.1, derde en zesde lid.

Artikel 3a.3.1

Artikel 4.2.6

ARTIKEL III

De Jeugdwet wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1.1 komt het onderdeel «vertrouwenspersoon» te luiden:

B

Na hoofdstuk 1 wordt een hoofdstuk ingevoegd, luidende:

C

Artikel 2.5 wordt als volgt gewijzigd:

1.
Het college informeert jeugdigen, ouders en pleegouders tijdig over de mogelijkheid gebruik te maken van de diensten van een vertrouwenspersoon.
2.
Het college stelt een vertrouwenspersoon in de gelegenheid zijn taak uit te oefenen, waartoe het ten minste bij algemene maatregel van bestuur te bepalen verplichtingen nakomt.
3.
Het college draagt er zorg voor dat de jeugdigen, ouders en pleegouders zelfstandig, zonder tussenkomst van derden, contact kunnen hebben met een vertrouwenspersoon.
D

Artikel 2.6 wordt als volgt gewijzigd:

E

In artikel 2.7, vierde lid, wordt «artikel 2.6, eerste lid, onderdeel g» vervangen door «artikel 2.6, eerste lid, onderdeel e».

F

Artikel 4.1.9 komt als volgt te luiden:

Artikel 4.1.9
1.
De jeugdhulpaanbieder en de gecertificeerde instelling informeren jeugdigen, ouders en pleegouders tijdig over de mogelijkheid gebruik te maken van de diensten van een vertrouwenspersoon.
2.
De jeugdhulpaanbieder en de gecertificeerde instelling stellen een vertrouwenspersoon in de gelegenheid zijn taak uit te oefenen, waartoe zij ten minste bij algemene maatregel van bestuur te bepalen verplichtingen nakomen.
3.
De jeugdhulpaanbieder en de gecertificeerde instelling dragen er zorg voor dat de jeugdigen, ouders en pleegouders zelfstandig, zonder tussenkomst van derden, contact kunnen hebben met een vertrouwenspersoon.
G

Aan artikel 9.2, eerste lid, wordt een zin toegevoegd, luidende:

In afwijking van de eerste zin houden de daar bedoelde ambtenaren geen toezicht op de naleving van artikel 1a.1.

Artikel 1a.1

Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport draagt er zorg voor dat:

Artikel 1a.2

Een vertrouwenspersoon is bevoegd tot het verwerken van persoonsgegevens van de persoon die hij in het kader van deze wet ondersteunt, waaronder persoonsgegevens betreffende de gezondheid en strafrechtelijke persoonsgegevens, alsmede tot het zonder toestemming van degene die het betreft verwerken van persoonsgegevens van personen die werkzaam zijn voor het college, de jeugdhulpaanbieder of de gecertificeerde instelling, voor zover deze noodzakelijk zijn voor de ondersteuning die hij als vertrouwenspersoon dient te leveren.

Artikel 4.1.9

ARTIKEL IV

Bijlage 2 van de Algemene wet bestuursrecht wordt als volgt gewijzigd:

ARTIKEL V

In Bijlage 1 bij artikel 1.3, eerste lid, onderdeel d, van de Wet normering topinkomens wordt onder het opschrift Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport in onderdeel 3 «De rechtspersonen met volledige rechtsbevoegdheid, bedoeld in artikel 2.6, tweede lid, van de Jeugdwet die de vertrouwenspersoon, bedoeld in artikel 1.1 van de Jeugdwet, beschikbaar stellen» vervangen door «Rechtspersonen waarbij vertrouwenspersonen als bedoeld in artikel 1.1 van de Jeugdwet werkzaam zijn».

ARTIKEL VI

ARTIKEL VII

ARTIKEL VIII

Deze wet wordt aangehaald als: Wet centraliseren tolkvoorzieningen auditief beperkten, luisterlijnen en vertrouwenswerk jeugd.

stb-2019-222 (PDF)

Besluit van 11 juni 2019, houdende de vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet centraliseren tolkvoorzieningen auditief beperkten leef- en werkdomein, luisterlijnen en vertrouwenswerk jeugd

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 6 juni 2019, kenmerk 1536651-191452-WJZ;

Gelet op artikel VII van de Wet centraliseren tolkvoorzieningen auditief beperkten leef- en werkdomein, luisterlijnen en vertrouwenswerk jeugd;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

De Wet centraliseren tolkvoorzieningen auditief beperkten leef- en werkdomein, luisterlijnen en vertrouwenswerk jeugd treedt in werking met ingang van 1 juli 2019.

Wetswijzigingen integreren met je processen? Probeer Way 3 weken gratis.