Besluit van 20 september 2019, houdende wijziging van het Tabaks- en rookwarenbesluit ter regeling van een uitzondering voor verkooppunten op het verbod te koop aangeboden tabaksproducten en aanverwante producten te tonen, verbod op verkoop van tabaksproducten en aanverwante producten zonder ter handstelling door tussenkomst van een verstrekkende persoon, en faciliteiten in aangewezen rookruimtes
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 4 juli 2019, kenmerk 1459636-185377-WJZ;
Gelet op de artikelen 5, derde lid, 9, derde lid, en 10, tweede lid, van de Tabaks- en rookwarenwet;
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 14 augustus 2019, no. W13.19.0186/III);
Gezien het nader rapport van van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, van 19 september 2019, kenmerk 1459630-185377-WJZ;
Hebben goedgevonden en verstaan:
ARTIKEL I
Het Tabaks- en rookwarenbesluit wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 5.3 komt te luiden:
Artikel 5.3
1.
Elke methode voor het in de handel brengen van tabaksproducten en aanverwante producten zonder ter handstelling door tussenkomst van een verstrekkende persoon is verboden.2.
Het in het eerste lid bepaalde verbod geldt niet in een speciaalzaak als bedoeld in artikel 5.9:- waarbij een middel voor het in de handel brengen van tabaksproducten en aanverwante producten zonder ter handstelling door tussenkomst van een verstrekkende persoon in de handel worden gebracht, is vergrendeld en voor de uitvoering van de verkooptransactie slechts kan worden ontgrendeld door of ten behoeve van personen van 18 jaar of ouder;
- waarin dit middel zich in het zicht bevindt van degene voor wiens rekening en risico het middel werkt of van zijn personeel dan wel van de exploitant van de inrichting waar het middel zich bevindt of van zijn personeel.
B
Na artikel 5.8 wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:
C
Onder vernummering van het tweede lid tot het derde lid, wordt een nieuw tweede lid ingevoegd in artikel 6.2, luidende:
2.
Een ruimte als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b:- bevat geen andere faciliteiten of voorzieningen en niet meer faciliteiten of voorzieningen dan aanwezig zijn in de andere ruimten van het gebouw of de inrichting waarvoor het rookverbod moet worden ingesteld, aangeduid en gehandhaafd;
- is niet een ruimte die als enige doorgang geeft tot een andere ruimte van het gebouw of de inrichting waarvoor het rookverbod moet worden ingesteld, aangeduid en gehandhaafd, of de open lucht; en
- is duurzaam als rookruimte aangewezen.
D
Artikel 7.3 komt te luiden:
Artikel 7.3
Elektronische sigaretten zonder nicotine, navulverpakkingen zonder nicotine en patronen zonder nicotine die zijn geproduceerd voor 1 juli 2018 en die niet voldoen aan het bepaalde bij of krachtens artikel 2.4 en 3.3 mogen tot 1 juli 2019 in de handel worden gebracht.E
Na artikel 7.3 worden twee artikelen ingevoegd, luidende:
Artikel 7.3a
Op een tabaksautomaat waarmee tabaksproducten of aanverwante producten in de handel werden gebracht reeds voor de datum waarop artikel I, onderdeel A, van het besluit van ..., houdende wijziging van het Tabaks- en rookwarenbesluit ter regeling van een uitzondering voor verkooppunten op het verbod te koop aangeboden tabaksproducten en aanverwante producten te tonen, verbod op verkoop van tabaksproducten en aanverwante producten zonder ter handstelling door tussenkomst van een verstrekkende persoon, en faciliteiten in aangewezen rookruimtes (Stb. 2019, XXX ), in werking is getreden, blijft tot 1 januari 2022, artikel 5.3 zoals dat luidde voor dat tijdstip van inwerkingtreding, van toepassing.Artikel 7.3b
1.
Tot 1 juli 2020 geldt het in artikel 5, derde lid, van de Tabaks- en rookwarenwet bedoelde verbod niet in supermarkten.2.
Tot 1 januari 2021 geldt het in artikel 5, derde lid, van de Tabaks- en rookwarenwet bedoelde verbod niet in andere verkooppunten dan supermarkten.Artikel 5.3
Artikel 5.9
Artikel 5.10
Bij ministeriële regeling worden regels gesteld aan de wijze waarop tabaksproducten en aanverwante producten aan het zicht worden onttrokken, de wijze waarop de registratie, bedoeld in artikel 5.9, plaatsvindt en de gegevens en bescheiden die daarbij worden verstrekt.
Artikel 7.3
Elektronische sigaretten zonder nicotine, navulverpakkingen zonder nicotine en patronen zonder nicotine die zijn geproduceerd voor 1 juli 2018 en die niet voldoen aan het bepaalde bij of krachtens artikel 2.4 en 3.3 mogen tot 1 juli 2019 in de handel worden gebracht.
Artikel 7.3a
Op een tabaksautomaat waarmee tabaksproducten of aanverwante producten in de handel werden gebracht reeds voor de datum waarop artikel I, onderdeel A, van het besluit van ..., houdende wijziging van het Tabaks- en rookwarenbesluit ter regeling van een uitzondering voor verkooppunten op het verbod te koop aangeboden tabaksproducten en aanverwante producten te tonen, verbod op verkoop van tabaksproducten en aanverwante producten zonder ter handstelling door tussenkomst van een verstrekkende persoon, en faciliteiten in aangewezen rookruimtes (Stb. 2019, XXX ), in werking is getreden, blijft tot 1 januari 2022, artikel 5.3 zoals dat luidde voor dat tijdstip van inwerkingtreding, van toepassing.