Part of Smart Yellow Suite

WGK008692
Besluit wijziging Algemeen Rijksambtenarenreglement, Besluit bovenwettelijke uitkeringen bij werkloosheid voor de sector Rijk, Reglement Dienst Buitenlandse Zaken en het Verplaatsingskostenbesluit 1989 ivm de Overeenkomst Van Werk Naar Werk beleid en WW-dossier sector Rijk

Updates ontvangen over deze regeling? Log in

Overheid.nl - XML - JSON

Type Algemene Maatregel van Bestuur
Fase Bekendmaking
Ministerie Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Datum uitgave 12 september 2017
Datum inwerkingtreding -
Per KB Nee

Opschrift

Besluit houdende wijziging van het Algemeen Rijksambtenarenreglement, het Besluit bovenwettelijke uitkeringen bij werkloosheid voor de sector Rijk, het Reglement Dienst Buitenlandse Zaken en het Verplaatsingskostenbesluit 1989 in verband met de Overeenkomst Van Werk Naar Werk beleid en WW-dossier sector Rijk

Samenvatting

Dit besluit strekt tot wijziging van onder meer het Algemeen Rijksambtenarenreglement (ARAR) ter uitvoering van de Overeenkomst Van Werk naar Werk (VWNW) beleid en WW-dossier sector Rijk die op 28 juni 2017 is vastgesteld in het overleg van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties met de Sectorcommissie overleg rijkspersoneel. Aanleiding voor de overeenkomst is de afspraak gemaakt in de Arbeidsvoorwaardenovereenkomst sector Rijk (2015–2016), gesloten tussen de Minister voor Wonen en Rijksdienst op 2 oktober 2015 en de Sectorcommissie overleg Rijkspersoneel, dat partijen de intentie hebben het VWNW-beleid meer structureel te maken en daarover in het sectoroverleg Rijk te besluiten. Vanwege de samenhang met het VWNW-beleid is daarbij afgesproken ook de reparatie van het derde WW-jaar en de bovenwettelijke uitkeringen bij werkloosheid te betrekken.

Documenten

stb-2017-509 (PDF)

Besluit van 13 december 2017, houdende wijziging van het Algemeen Rijksambtenarenreglement, het Besluit bovenwettelijke uitkeringen bij werkloosheid voor de sector Rijk, het Reglement Dienst Buitenlandse Zaken, het Verplaatsingskostenbesluit 1989, het Besluit personenchauffeurs Rijksdienst en het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984 in verband met de Overeenkomst Van Werk Naar Werk beleid en WW-dossier sector Rijk en enkele andere wijzigingen

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 5 oktober 2017, nr. 2017-0000478758;

Gelet op artikel 125, eerste lid, van de Ambtenarenwet;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 25 oktober 2017, No. W04.17.0337/I;

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 8 december 2017, nr. 2017-0000608776;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Algemeen Rijksambtenarenreglement wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 22, tiende lid, wordt onder vervanging van de punt door een puntkomma aan het slot van onderdeel f een onderdeel toegevoegd, luidende:

  1. het zijn van een verplichte VWNW-kandidaat als bedoeld in artikel 49r, onderdeel e.
B

Hoofdstuk VII. Rechten en verplichtingen bij reorganisaties vervalt.

C

In hoofdstuk VIIbis wordt telkens «vrijwillige fase» vervangen door: voorbereidende fase.

D

In artikel 49r, onderdeel e, wordt aan de aanhef toegevoegd: , met uitsluiting van de ambtenaar die in de periode vanaf de peildatum, bedoeld in artikel 49w, vierde lid, tot de datum waarop hij overtollig is geworden of zijn functie is opgeheven de pensioengerechtigde leeftijd, bedoeld in artikel 7a, eerste en tweede lid, van de Algemene Ouderdomswet, bereikt,.

E

In artikel 49r, onderdeel e, vervalt onderdeel 4° onder vervanging van «, of» aan het eind van onderdeel 3° door een puntkomma.

F

Artikel 49t wordt als volgt gewijzigd:

2.
Voorafgaand aan een voorbereidende fase legt het bevoegd gezag een globale beschrijving van de toekomstige organisatie aan de betrokken ondernemingsraden voor teneinde hen in de gelegenheid te stellen hun zienswijze in te brengen ten aanzien van betrokken functiegroepen en de argumentatie voor de voorziene vermindering van functies.
3.
Het bevoegd gezag legt de zienswijze van de betrokken ondernemingsraden met de globale beschrijving van de toekomstige organisatie voor aan de centrales van verenigingen van ambtenaren en stelt hen in de gelegenheid advies uit te brengen over het aanwijzen van een groep ambtenaren als bedoeld in artikel 49s, tweede lid, en over de duur en over de verlenging of verkorting van de voorbereidende fase, bedoeld in het vierde lid van dat artikel. Van dit advies kan slechts gemotiveerd worden afgeweken.
4.
Het bevoegd gezag betrekt de centrales van verenigingen van ambtenaren bij de voorlichting en begeleiding van ambtenaren tijdens de voorbereidende fase.
G

Artikel 49v wordt als volgt gewijzigd:

1.
Bij regeling van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties worden regels gesteld omtrent de te volgen procedure bij reorganisatie en herplaatsing van ambtenaren.
2.
In aanvulling op het eerste lid kan Onze Minister bij regeling nadere regels stellen omtrent de te volgen procedure bij reorganisatie en herplaatsing van ambtenaren.
3.
Indien na afloop van de voorbereidende fase sprake is van overtolligheid of van ambtenaren van wie de functie wordt opgeheven, zijn de regels omtrent de te volgen procedure bij reorganisaties en herplaatsing van ambtenaren die krachtens het eerste en tweede lid zijn vastgesteld van toepassing.
H

Artikel 49w, vierde lid, komt te luiden:

4.
De leeftijdsgroep waartoe een ambtenaar behoort wordt vastgesteld op basis van de leeftijd van de ambtenaar op de datum waarop het besluit tot reorganisatie is vastgesteld.
I

Na artikel 49w worden de volgende artikelen toegevoegd, luidende:

Artikel 49wa. Plaatsingsbereik niet-VWNW-kandidaat
Bij plaatsing van een ambtenaar wiens functie niet is opgeheven en die niet als overtollig is aangewezen en geen vrijwillige VWNW-kandidaat is in een functie als bedoeld in artikel 57, tweede lid, geldt dat deze functie passend is, indien het maximumsalaris van de salarisschaal in de nieuwe functie ten minste gelijk is aan het maximumsalaris van de salarisschaal die behoort bij de laatstelijk door de ambtenaar vervulde functie. Met instemming van de ambtenaar kan het bevoegd gezag afwijken van de eerste volzin.
Artikel 49wb. Maatwerk voor groepen ambtenaren
1.
Bij regeling van Onze Minister kan worden afgeweken van artikel 49cc en paragraaf 3 , indien de kenmerken van de doelgroep of de specifieke omstandigheden met betrekking tot de reorganisatie daartoe aanleiding geven.
2.
Bij toepassing van het eerste lid worden nadere regels gesteld omtrent de kenmerken van de doelgroep en de specifieke omstandigheden met betrekking tot de reorganisatie.
3.
Een regeling als bedoeld in het tweede lid wordt niet eerder vastgesteld dan nadat daarover overleg is gevoerd met de Sectorcommissie overleg rijkspersoneel als bedoeld in artikel 105.
J

Artikel 49y wordt als volgt gewijzigd:

7.
Het VWNW-plan wordt elke zes maanden geëvalueerd.
8.
Het bevoegd gezag evalueert het VWNW-plan indien de vrijwillige VWNW-kandidaat een aangeboden passende functie weigert.
K

In artikel 49z, tweede lid, wordt «VWNW-kandidaat» vervangen door: «verplichte VWNW-kandidaat» en vervalt: of tweede.

L

Artikel 49ff komt te luiden:

Artikel 49ff. Bovenwettelijke uitkering bij werkloosheid
De VWNW-kandidaat in vaste dienst aan wie op zijn aanvraag eervol ontslag wordt verleend in verband met de aanvaarding van een functie buiten de overheid heeft, indien hij binnen twee jaar na zijn indiensttreding buiten de overheid buiten zijn schuld of toedoen wordt ontslagen, op grond van zijn ontslag als ambtenaar aanspraak op een uitkering overeenkomstig het Besluit bovenwettelijke uitkeringen bij werkloosheid voor de sector Rijk.
M

Artikel 49gg wordt als volgt gewijzigd:

6.
In afwijking van het vijfde lid is voor een VWNW-kandidaat die op de datum waarop hij de status van VWNW-kandidaat heeft gekregen een diensttijd binnen de sector Rijk heeft van korter dan vijf jaar, de maximale duur van de salarissuppletie gelijk aan de duur van de diensttijd bij de sector Rijk. Voor de berekening van de maximale duur van de suppletie wordt uitgegaan van de datum van aanvang van de nieuwe functie waarvan de berekeningsbasis lager is dan de berekeningsbasis van de laatstelijk door de VWNW-kandidaat vervulde functie.
N

Artikel 49jj wordt als volgt gewijzigd.

9.
De voormalige VWNW-kandidaat die de in het eerste lid bedoelde aanspraak heeft en voor wie de plaats van tewerkstelling op zijn aanvraag wederom wijzigt, wordt de extra reistijd herberekend. Bij een afname van de reistijd wordt de reistijd die als werktijd geldt naar rato aangepast. Bij een toename van de reistijd blijft de tegemoetkoming, bedoeld in het eerste en tweede lid ongewijzigd.
O

Artikel 49kk komt te luiden:

Artikel 49kk. Duur en omvang van de tegemoetkoming extra reiskosten
1.
In afwijking van artikel 12b, eerste lid, van het Verplaatsingsbesluit 1989 heeft de voormalige VWNW-kandidaat, die na een wijziging van de plaats van tewerkstelling in verband met plaatsing op grond van de bepalingen van dit hoofdstuk de nieuwe plaats van tewerkstelling doelmatig per openbaar vervoer kan bereiken, maar daar geen gebruik van maakt, gedurende een jaar aanspraak op de volledige tegemoetkoming, bedoeld in artikel 12a van dat besluit.
2.
Aan de voormalige VWNW-kandidaat:
  1. voor wie de reiskosten voor woon- werkverkeer toenemen ten gevolge van een wijziging van de plaats van tewerkstelling in verband met plaatsing op grond van de bepalingen van dit hoofdstuk,
  2. die de oude en de nieuwe plaats van tewerkstelling niet of niet doelmatig kan bereiken per openbaar vervoer, en
  3. voor wie de feitelijke kosten meer bedragen dan de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 12a van het Verplaatsingskostenbesluit 1989,
wordt gedurende het eerste en tweede jaar na plaatsing in de nieuwe functie een extra tegemoetkoming toegekend ter hoogte van het verschil.
3.
Het tweede, derde en negende lid van artikel 49jj zijn van overeenkomstige toepassing.
4.
Bij de aanvaarding van een dienstbetrekking buiten de sector Rijk wordt de volledige aanspraak op de tegemoetkoming, bedoeld in het eerste en tweede lid lid, eenmalig uitgekeerd.
P

Na artikel 49kk wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 49kka Maximum omvang eenmalige uitkering aflopende toelage, vergoeding extra reistijd en tegemoetkoming extra reiskosten
1.
De bedragen, bedoeld in de artikelen 49hh, tweede lid, 49jj, achtste lid, en artikel 49kk, tweede lid, bedragen tezamen niet meer dan€ 79.000 of niet meer dan de som van twaalf maandsalarissen verhoogd met de vakantie-uitkering en eindejaarsuitkering, indien deze som hoger is.
2.
Het bedrag, genoemd in het eerste lid, wordt telkens met ingang van 1 januari bij regeling van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties herzien overeenkomstig de ontwikkeling van de contractlonen zoals deze voor het betrokken jaar, blijkens bekendmaking in de Macro-Economische Verkenningen, in het voorafgaande jaar is geraamd. Het bedrag wordt daarbij afgerond op het naaste veelvoud van € 1.000.
Q

In artikel 49pp, tweede lid, vervalt de zinsnede: , en die aan een VWNW-onderzoek heeft deelgenomen.

R

Artikel 49tt wordt als volgt gewijzigd:

3.
De hoogte van de stimuleringspremie bedraagt één maandsalaris per rekenkundige maand. Voor de verplichte VWNW-kandidaat bedraagt de stimuleringspremie één maandsalaris per rekenkundige maand vermenigvuldigd met het aantal voor de betrokkene resterende maanden voor het begeleidingstraject gedeeld door 18.
  1. achttien maanden voor VWNW-kandidaten die vijfentwintig tot dertig jaren overheidswerknemer zijn als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Wet privatisering ABP,
5.
In afwijking van het vierde lid is het aantal rekenkundige maanden het aantal hele maanden tot het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd, bedoeld in artikel 7a, eerste en tweede lid, van de Algemene Ouderdomswet, indien dit aantal lager is dan de aantallen bedoeld in het vierde lid.
7.
De stimuleringspremie bedraagt ten hoogste € 79.000 of niet meer dan de som van twaalf maandsalarissen verhoogd met de vakantie-uitkering en de eindejaarsuitkering van de VWNW-kandidaat, indien deze som hoger is. Artikel 49kka, tweede lid, is van overeenkomstige toepassing.
  1. de voormalige VWNW-kandidaat buitengewoon verlof is verleend krachtens de in het tiende lid gestelde regels en hij na afloop van het buitengewoon verlof terugkeert naar een functie binnen de sector Rijk binnen het voor de betrokkene op grond van het vierde lid vastgestelde rekenkundige periode.
9.
Bij regeling van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties kunnen regels worden gesteld over het inzetten van de stimuleringspremie ten behoeve van buitengewoon verlof , waarbij aan VWNW-kandidaten op hun verzoek buitengewoon verlof wordt verleend.
10.
In aanvulling op het negende lid bepaalt Onze Minister bij regeling of van de mogelijkheid tot het inzetten van de stimuleringspremie ten behoeve van buitengewoon verlof, waarbij aan VWNW-kandidaten op hun verzoek buitengewoon verlof wordt verleend gebruik kan worden gemaakt.
S

Artikel 49vv wordt als volgt gewijzigd:

4.
De ambtenaar, bedoeld in het tweede lid, die is aangesteld in tijdelijke dienst voor een proeftijd of die is aangesteld in vaste dienst, heeft een terugkeergarantie gedurende een periode van twaalf maanden, te rekenen vanaf het moment van overgang naar de private onderneming, het zelfstandig bestuursorgaan of een overheid buiten de sector Rijk.
5.
De ambtenaar die gebruik maakt van de terugkeergarantie, bedoeld in het vierde lid, kan na terugkeer zonder herplaatsing maximaal twaalf maanden in dienst blijven. Tijdens deze periode zijn de paragrafen 2 tot en met 6 van dit hoofdstuk van overeenkomstige toepassing op de ambtenaar, met dien verstande dat de artikelen 49cc, eerste lid, onderdelen a en b, en 49dd, tweede en derde lid, niet van toepassing zijn.
6.
De ambtenaar die aangesteld was in vaste dienst en die gebruik maakt van de terugkeergarantie, bedoeld in het vierde lid, wordt eervol ontslagen indien hij twaalf maanden na terugkeer niet kan worden herplaatst.
T

Artikel 49ww vervalt.

U

In artikel 49xx wordt «andere ambtenaren» vervangen door: een andere ambtenaar.

V

Artikel 49yy vervalt.

W

Het tweede lid van artikel 57 komt te luiden:

2.
Wanneer het belang van de dienst zulks vordert, is de ambtenaar verplicht een andere passende functie als bedoeld in artikel 49aa, te aanvaarden.
X

In artikel 79, tweede lid, vervalt: 96 of.

Y

De artikelen 96 en 96a vervallen.

Z

Artikel 98 wordt als volgt gewijzigd:

  1. het op de datum van vaststelling van een reorganisatiebesluit of daarna bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd, bedoeld in artikel 7a, eerste en tweede lid, van de Algemene Ouderdomswet, wanneer zijn functie komt te vervallen of er sprake isvan overtolligheid.
AA

Artikel 100a vervalt.

BB

Na artikel 131a wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 131b
Ten aanzien van stimuleringspremies, als bedoeld in artikel 49tt, die voor 1 januari 2018 zijn vastgesteld vindt geen herziening als bedoeld in de tweede volzin van het zevende lid van dat artikel plaats indien de datum van ontslag van de betrokken ambtenaar ligt na 31 december 2017.

Artikel 49wa. Plaatsingsbereik niet-VWNW-kandidaat

Bij plaatsing van een ambtenaar wiens functie niet is opgeheven en die niet als overtollig is aangewezen en geen vrijwillige VWNW-kandidaat is in een functie als bedoeld in artikel 57, tweede lid, geldt dat deze functie passend is, indien het maximumsalaris van de salarisschaal in de nieuwe functie ten minste gelijk is aan het maximumsalaris van de salarisschaal die behoort bij de laatstelijk door de ambtenaar vervulde functie. Met instemming van de ambtenaar kan het bevoegd gezag afwijken van de eerste volzin.

Artikel 49wb. Maatwerk voor groepen ambtenaren

Artikel 49ff. Bovenwettelijke uitkering bij werkloosheid

De VWNW-kandidaat in vaste dienst aan wie op zijn aanvraag eervol ontslag wordt verleend in verband met de aanvaarding van een functie buiten de overheid heeft, indien hij binnen twee jaar na zijn indiensttreding buiten de overheid buiten zijn schuld of toedoen wordt ontslagen, op grond van zijn ontslag als ambtenaar aanspraak op een uitkering overeenkomstig het Besluit bovenwettelijke uitkeringen bij werkloosheid voor de sector Rijk.

Artikel 49kk. Duur en omvang van de tegemoetkoming extra reiskosten

Artikel 49kka Maximum omvang eenmalige uitkering aflopende toelage, vergoeding extra reistijd en tegemoetkoming extra reiskosten

Artikel 131b

Ten aanzien van stimuleringspremies, als bedoeld in artikel 49tt, die voor 1 januari 2018 zijn vastgesteld vindt geen herziening als bedoeld in de tweede volzin van het zevende lid van dat artikel plaats indien de datum van ontslag van de betrokken ambtenaar ligt na 31 december 2017.

ARTIKEL II

Het Besluit bovenwettelijke uitkeringen bij werkloosheid voor de sector Rijk wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, onderdeel b, onder 1e, wordt «81, eerste lid, onderdeel I» vervangen door: 49vv, zesde lid, 81, eerste lid, onderdeel I, 94 voor zover toepassing is gegeven aan artikel 49tt, eerste lid.

B

In artikel 8, derde lid, wordt «en i» vervangen door: en h.

C

Artikel 22 komt te luiden:

Artikel 22
Dit besluit zoals dat luidde op de dag voorafgaand aan de dag waarop artikel I van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren in werking treedt blijft van toepassing ten aanzien van ambtenaren die:
  1. op 31 december 2017 verplichte VWNW-kandidaat, als bedoeld in artikel 49r, onderdeel e, zijn;
  2. uiterlijk op de dag voorafgaand aan de dag waarop dat artikel in werking treedt verplichte VWNW-kandidaat worden, of
  3. ambtenaren die op of na de dag voorafgaand aan de dag waarop dat artikel in werking treedt verplichte VWNW-kandidaat worden vanwege een reorganisatiebesluit dat voor die datum is genomen.

Artikel 22

Dit besluit zoals dat luidde op de dag voorafgaand aan de dag waarop artikel I van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren in werking treedt blijft van toepassing ten aanzien van ambtenaren die:

ARTIKEL III

Het Reglement Dienst Buitenlandse Zaken wordt als volgt gewijzigd:

A

Hoofdstuk XI. Rechten en verplichtingen bij reorganisaties. procedure bij reorganisaties komt te luiden:

B

Artikel 58, aanhef en onder a, komt te luiden:

Hoofdstuk VIIbis van het Algemeen Rijksambtenarenreglement is van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat:
  1. een ambtenaar voor wie een plaatsingsduur is vastgesteld en die de pensioengerechtigde leeftijd, bedoeld in artikel 7a, eerste lid en tweede lid, van de Algemene Ouderdomswet nog niet heeft bereikt, niet overeenkomstig hoofdstuk VIIbis van het Rijksambtenarenreglement verplichte VWNW-kandidaat wordt maar ter beschikking wordt gehouden tenzij:
C

In artikel 85, tweede lid, vervalt: artikel 99 of.

D

De artikelen 99 en 100 vervallen.

E

In artikel 104, eerste lid, wordt onder vervanging van de punt door een puntkomma aan het slot van onderdeel i een onderdeel toegevoegd, luidende:

  1. het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd, bedoeld in artikel 7a, eerste en j. het op de datum van vaststelling van een reorganisatiebesluit of daarna bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd, bedoeld in artikel 7a, eerste en tweede lid, van de Algemene Ouderdomswet, wanneer zijn functie komt te vervallen of er is sprake van overtolligheid.

Artikel 58

Hoofdstuk VIIbis van het Algemeen Rijksambtenarenreglement is van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat:

ARTIKEL IV

Artikel 8 van het Besluit personenchauffeurs Rijksdienst komt te luiden:

Artikel 8
In afwijking van artikel 49gg, tweede en vijfde lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement wordt voor de berekeningsbasis bij het bepalen van de hoogte van de salarisgarantie en salarissuppletie uitgegaan van de som van het salaris op basis van artikel 5, tweede lid, van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984, de vakantie-uitkering, de eindejaarsuitkering en de aanvulling op het salaris, bedoeld in artikel 6.

Artikel 8

In afwijking van artikel 49gg, tweede en vijfde lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement wordt voor de berekeningsbasis bij het bepalen van de hoogte van de salarisgarantie en salarissuppletie uitgegaan van de som van het salaris op basis van artikel 5, tweede lid, van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984, de vakantie-uitkering, de eindejaarsuitkering en de aanvulling op het salaris, bedoeld in artikel 6.

ARTIKEL V

In artikel 22c, eerste lid, van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984 vervalt: , onder b,.

ARTIKEL VI

Artikel 12b1 van het Verplaatsingskostenbesluit 1989 vervalt.

ARTIKEL VII

Het Besluit bovenwettelijk uitkeringen bij werkloosheid voor de sector Rijk vervalt.

ARTIKEL VIII

Het besluit van 15 november 2016, houdende wijziging van het Algemeen Rijksambtenarenreglement, het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984, het Reglement Dienst Buitenlandse Zaken en het Besluit personenchauffeurs Rijksdienst in verband met onder andere de verlenging van het van werk naar werk beleid voor de sector Rijk tot en met 31 december 2017 (Stb. 2016, 446) vervalt.

ARTIKEL IX

Wetswijzigingen integreren met je processen? Probeer Way 3 weken gratis.