Part of Smart Yellow Suite

WGK008614
Wijziging warmtebesluit i.v.m. wijziging warmtewet (wegnemen knelpunten)

Updates ontvangen over deze regeling? Log in

Overheid.nl - XML - JSON

Type Algemene Maatregel van Bestuur
Fase Bekendmaking
Ministerie Economische Zaken en Klimaat
Datum uitgave 28 juli 2017
Datum inwerkingtreding -
Per KB Nee

Opschrift

Besluit tot wijziging van het Warmtebesluit

Samenvatting

Het Warmtebesluit wordt gewijzigd als gevolg van de wijziging van de Warmtewet in verband met enkele knelpunten.

Documenten

stb-2019-133 (PDF)

Besluit van 26 maart 2019 tot wijziging van het Warmtebesluit (wijzigingen ter uitvoering van de wet tot wijziging van de Warmtewet naar aanleiding van de evaluatie van de Warmtewet)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Economische Zaken en Klimaat van 17 december 2018, nr. WJZ / 18307390;

Gelet op de artikelen 1, tweede lid, 4a, vierde lid, 5, vierde en zevende lid, 5a, tweede lid, 6, derde lid, 8, zesde lid, onderdelen b en c, 8b, onderdeel h, 12a, vijfde lid en 21, vijfde lid, van de Warmtewet;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 20 februari 2019, nr. W18.18.0396/IV);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Economische Zaken en Klimaat van 22 maart 2019, nr. WJZ / 19057058);

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Warmtebesluit wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1, eerste lid, komt te luiden:

1.
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
B

Het opschrift van paragraaf 2 komt te luiden: Tariefregulering

C

Na artikel 1 wordt in paragraaf 2 een nieuw artikel ingevoegd luidende:

Artikel 1a
1.
Als temperatuur categorieën, als bedoeld in artikel 5, zevende lid, van de wet, worden aangewezen:
  1. de levering van warmte met een temperatuur die direct geschikt is voor ruimteverwarming en voor:
    1. de verwarming van tapwater, waarbij tapwater wordt verwarmd tot een temperatuur die voldoet aan de norm, bedoeld in artikel 6.13, eerste lid, van het Bouwbesluit 2012, of
    2. de levering van warm tapwater op een temperatuur die voldoet aan de norm, bedoeld in artikel 6.13, eerste lid, van het Bouwbesluit 2012;
  2. de levering van warmte die uitsluitend direct geschikt is voor ruimteverwarming;
  3. de levering van warmte met een temperatuur die niet direct geschikt is voor ruimteverwarming en verwarming van tapwater;
  4. de levering van:
    1. warmte die uitsluitend bestemd is voor de verwarming van tapwater en een temperatuur heeft die direct geschikt is voor de verwarming van tapwater tot een temperatuur die voldoet aan de norm bedoeld in artikel 6.13, eerste lid, van het Bouwbesluit 2012, of
    2. warm tapwater op een temperatuur die voldoet aan de norm bedoeld in artikel 6.13, eerste lid, van het Bouwbesluit 2012.
2.
Als systeem dat mede dient voor levering van warmte als bedoeld in artikel 5, vierde lid, van de wet wordt ieder systeem aangewezen waarbij de verbruiker bij het aangaan van de leveringsovereenkomst niet de vrije keuze heeft om alleen koude af te nemen van het systeem.
D

Artikel 3 komt te luiden:

Artikel 3
1.
Voor warmte met een temperatuur categorie als bedoeld in artikel 1a, eerste lid, onderdeel a, wordt het gebruiksonafhankelijk deel van de maximumprijs vastgesteld met inachtneming van de formule:VKw = VKg + ΔGKenΔGK = GKg – GKwwaarbij:VKw = de vaste kosten in het jaar t;VKg = de gemiddelde jaarlijkse vaste kosten van het transport, de levering en de aansluiting van gas, bestaande uit:
  1. het gewogen gemiddelde van de vaste tarieven voor gaslevering van de overeenkomsten tussen leverancier en verbruiker voor het standaardproduct voor een jaar met vaste prijs op basis van het G1 tarief van de tien grootste Nederlandse gasleveranciers, voor het jaar t;
  2. het gewogen gemiddelde van de transportonafhankelijke verbruikerstarieven voor afnemers met G6 aansluitingen van de netbeheerders van de gastransportnetten niet zijnde de netbeheerder van het landelijk gastransportnet, voor het jaar t;
  3. het gewogen gemiddelde van de transportafhankelijke verbruikerstarieven voor de G6 aansluitingen van de netbeheerders van gastransportnetten niet zijnde de netbeheerder van het landelijk gastransportnet, voor het jaar t, en
  4. het gewogen gemiddelde van de periodieke aansluittarieven voor de G6 aansluitingen van de netbeheerders van gastransportnetten, niet zijnde de netbeheerder van het landelijk gastransportnet, voor het jaar t;
ΔGK = het verschil in gebruikskosten, bestaande uit het verschil tussen de gebruikskosten bij het gebruik van gas als energiebron en de gebruikskosten bij het gebruik van warmte als energiebron;GKg = de gebruikskosten bij gas, bestaande uit:
  1. de gemiddelde jaarlijkse kapitaal- en operationele kosten van een cv-ketel, en
  2. de meetkosten op basis van het gewogen gemiddelde van de meettarieven voor G6 aansluitingen van de gasmeter van de netbeheerders van de gastransportnetten, niet zijnde de netbeheerder van het landelijk gastransportnet, voor het jaar t;
GKw = de gebruikskosten bij warmte, bestaande uit:
  1. de gemiddelde jaarlijkse kapitaal- en operationele kosten van een afleverset, en
  2. de meetkosten op basis van het gewogen gemiddelde van de meettarieven voor G6 aansluitingen van de gasmeter van de netbeheerders van de gastransportnetten, niet zijnde de netbeheerder van het landelijk gastransportnet, voor het jaar t;
2.
Voor warmte met een temperatuur categorie als bedoeld in artikel 1a, eerste lid, onderdeel b en d, bedraagt het gebruiksonafhankelijk deel maximaal de helft van het gebruiksonafhankelijk deel dat is vastgesteld met behulp van de formule, bedoeld in het eerste lid.
3.
Voor warmte met een temperatuur categorie als bedoeld in artikel 1a, eerste lid, onderdeel c, wordt het gebruiksonafhankelijk deel:
  1. voor aansluitingen voor levering van warmte met een vermogen tot en met 3 kilowatt vastgesteld met inachtneming van de formule:VKw = BTw
  2. voor aansluitingen voor levering van warmte met een vermogen vanaf 3 kilowatt vastgesteld met inachtneming van de formule:VKw = BTw + Ow>3kW* (AVw – 3 kW)waarbij:VKw = de vaste kosten voor levering van warmte in het jaar t;BTw = basistarief voor aansluitingen voor levering van warmte met een vermogen tot en met 3 kilowatt;O >3 kW = opslag per kilowatt extra vermogen van de aansluiting voor aansluitingen voor levering van warmte met een vermogen van meer dan 3 kilowatt, enAVw = aansluitvermogen van een aansluiting voor levering van warmte volgens de leveringsovereenkomst.
4.
Aan een verbruiker met een centrale aansluiting voor levering van warmte met een vermogen van meer dan 100 kilowatt als bedoeld in artikel 1 van de wet wordt een opslag opgelegd voor iedere kilowatt vermogen boven de 100 kilowatt.
5.
De opslag wordt vastgesteld door de Autoriteit Consument en Markt met in achtneming van de volgende formule:waarbij:VKw ≤100 kW = de vaste kosten van een aansluiting voor levering van warmte met een vermogen tot en met 100 kilowatt berekend met in achtneming van de formule, bedoeld in het eerste lid, enVKw 1000 kW = de vaste kosten van een aansluiting voor levering van warmte met een vermogen van 1000 kilowatt berekend met in achtneming van de formule, bedoeld in het eerste lid.
6.
Voor warmte met een temperatuur categorie als bedoeld in artikel 1a, eerste lid, onderdeel b en d, bedraagt de opslag maximaal de helft van de opslag die is vastgesteld met behulp van de formule, bedoeld in het vijfde lid.
7.
Bij ministeriële regeling kunnen nadere eisen worden gesteld aan de elementen, genoemd in het eerste, derde of vijfde lid.
E

Artikel 4 komt te luiden:

Artikel 4
1.
Het gebruiksafhankelijk deel van de maximumprijs voor levering van warmte:
  1. met een temperatuur categorie als bedoeld in artikel 1a, eerste lid, onderdeel a, b en d, wordt vastgesteld met inachtneming van de formule:
  2. met een temperatuur categorie als bedoeld in artikel 1a, eerste lid, onderdeel c, wordt vastgesteld met inachtneming van de formule:Pw = 0waarbij:Pw = de variabele kosten in het jaar t, uitgedrukt in euro per gigajoule;Pg = de gemiddelde gebruiksafhankelijke gasprijs op basis van het gewogen gemiddelde van het gebruiksafhankelijke deel van de gasprijs van de overeenkomsten tussen leverancier en verbruiker voor het standaardproduct voor een jaar met vaste prijs op basis van het G1 tarief van de tien grootste Nederlandse gasleveranciers inclusief energiebelasting en de opslag duurzame energie, voor het jaar t, uitgedrukt in euro per m3;η = het brandstofrendement van de warmteproductie, enCVg = de bovenwaarde van de verbrandingswaarde van aardgas.
2.
Het brandstofrendement van de warmteproductie wordt vastgesteld met inachtneming van de formule:waarbij:η = het brandstofrendement van warmteproductie;VR = warmtevraag voor ruimteverwarming als percentage van de totale warmtevraag;ηruimte = gemiddeld opwekrendement voor ruimteverwarming;VT = warmtevraag voor warm tapwater als percentage van de totale warmtevraag, enηtap = gemiddeld opwekrendement voor warm tapwater.
3.
Bij ministeriële regeling kunnen nadere eisen worden gesteld aan de elementen, genoemd in het eerste of tweede lid.
F

Na artikel 4 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 4a
1.
De maximumprijs die een leverancier aan een verbruiker in rekening mag brengen voor het gebruik van een warmte koude systeem bestaat uit:
  1. een maximumprijs voor de levering van warmte, die wordt vastgesteld overeenkomstig de methode beschreven in artikel 2, en
  2. een maximumprijs voor de levering van koude, die wordt vastgesteld met toepassing van het tweede lid.
2.
De maximumprijs die een leverancier aan verbruiker in rekening mag brengen voor de levering van koude bedraagt niet meer dan een door de Autoriteit Consument en Markt vastgesteld bedrag dat:
  1. voor aansluitingen voor levering van koude met een vermogen tot en met 2 kilowatt wordt vastgesteld met inachtneming van de formule:VKk = BTk
  2. voor aansluitingen voor levering van koude met een vermogen vanaf 2 kilowatt wordt vastgesteld met inachtneming van de formule:VKk = BTk + Ok>2kW * (AVk – 2 kW)Waarbij:VKk : de vaste kosten voor koude in het jaar t;BTk : het basistarief voor koude bij een aansluiting voor levering van koude van 2 kilowatt;Ok>2 kW: opslag voor koude per kilowatt extra vermogen van de aansluiting voor levering van koude voor aansluitingen groter dan 2 kilowatt, enAVk : het aansluitvermogen van de aansluiting in kilowatt, zoals vastgelegd in de leveringsovereenkomst.
3.
De maximumprijs voor de levering van koude is, indien het warmte koude systeem in gebruik is genomen voor de datum van inwerkingtreding van dit artikel en met dit systeem warmte wordt geleverd met een temperatuurcategorie als bedoeld in artikel 1a, eerste lid, onderdeel a of b:
  1. niet van toepassing op leveringsovereenkomsten met een bepaalde looptijd, indien de leveringsovereenkomst is gesloten voor de datum van inwerkingtreding van dit artikel, en
  2. gedurende 15 jaar na de datum waarop het warmte koude systeem voor het eerst in gebruik is genomen niet van toepassing op leveringsovereenkomsten met een onbepaalde looptijd, indien de leveringsovereenkomst is gesloten voor de datum van inwerkingtreding van dit artikel.
4.
In afwijking van het eerste lid wordt de maximumprijs voor het gebruik van een warmte koude systeem waarmee warmte wordt geleverd met een temperatuurcategorie als bedoeld in artikel 1a, eerste lid, onderdeel c, vastgesteld op de maximumprijs voor levering van warmte van de temperatuurcategorie bedoeld in artikel 1a, eerste lid, onderdeel a, gedurende:
  1. de resterende looptijd van een overeenkomst indien:
    1. de overeenkomst een bepaalde looptijd heeft;
    2. het systeem in gebruik is genomen voor de datum van inwerkingtreding van dit artikel, en
    3. de leveringsovereenkomst is gesloten voor de datum van inwerkingtreding van dit artikel, of
  2. gedurende 15 jaar na de datum waarop het systeem voor het eerst in gebruik is genomen indien:
    1. de leveringsovereenkomst een onbepaalde looptijd;
    2. het systeem in gebruik is genomen voor de datum van inwerkingtreding van dit artikel, en
    3. de leveringsovereenkomst is gesloten voor de datum van inwerkingtreding van dit artikel.
5.
Bij ministeriële regeling worden het basistarief en de opslag, bedoeld in het tweede lid, vastgesteld.
G

Artikel 5 komt te luiden:

Artikel 5
1.
Als categorieën aansluitingen, als bedoeld in artikel 6, tweede lid, van de wet worden vastgesteld:
  1. individuele aansluitingen met een lengte van maximaal 25 meter;
  2. individuele aansluitingen met een lengte van meer dan 25 meter;
  3. centrale aansluitingen met een lengte van maximaal 25 meter en een doorlaatwaarde van:
    1. meer dan 100 kilowatt tot en met 400 kilowatt;
    2. meer dan 400 kilowatt tot en met 1250 kilowatt;
    3. meer dan 1250 kilowatt;
  4. centrale aansluitingen met een lengte van meer dan 25 meter en een doorlaatwaarde van:
    1. meer dan 100 kilowatt tot en met 400 kilowatt;
    2. meer dan 400 kilowatt tot en met 1250 kilowatt;
    3. meer dan 1250 kilowatt;
  5. individuele aansluitingen die tijdelijk zijn afgesloten voor een periode van maximaal twee jaar van een warmtenet of inpandig warmtenet en opnieuw aangesloten worden;
  6. centrale aansluitingen die tijdelijk zijn afgesloten voor een periode van maximaal twee jaar van een warmtenet of inpandig warmtenet en opnieuw aangesloten worden.
2.
De berekening van de hoogte van het bedrag voor aansluitingen:
  1. als bedoeld in het eerste lid, onderdelen a, b, c en d, wordt vastgesteld op basis van:
    1. de gemiddelde werkelijke kosten van leveranciers voor de desbetreffende categorie aansluitingen, of
    2. door de Autoriteit Consument en Markt verkregen marktgegevens over de kosten van de desbetreffende categorie aansluitingen;
  2. als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, is gebaseerd op het maximum bedrag voor een aansluiting als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, en een vast bedrag per meter vanaf een lengte van de aansluiting van 25 meter;
  3. als bedoeld in het eerste lid, onderdeel d, is gebaseerd op het maximum bedrag voor een aansluiting als bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, en een vast bedrag per meter vanaf een lengte van de aansluiting van 25 meter;
  4. als bedoeld in het eerste lid, onderdeel e, is gelijk aan het bedrag dat in rekening gebracht wordt voor het tijdelijk afsluiten van een individuele aansluiting, bedoeld in artikel 5a, eerste lid, onderdeel a;
  5. als bedoeld in het eerste lid, onderdeel f, is gelijk aan het bedrag dat in rekening gebracht wordt voor het tijdelijk afsluiten van een centrale aansluiting, bedoeld in artikel 5a, eerste lid, onderdeel c.
H

Na artikel 5 worden twee artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 5
1.
Bij de berekening van de hoogte van het tarief voor afsluiting of gedeeltelijke afsluiting, bedoeld in artikel 4a, eerste lid, van de wet wordt onderscheid gemaakt tussen een tarief voor:
  1. het tijdelijk afsluiten voor een periode van maximaal twee jaar van een individuele aansluiting op een warmtenet of een inpandig leidingstelsel door de hoofdafsluiter af te sluiten en te verzegelen of door verwijdering van de afleverset;
  2. het definitief afsluiten van een individuele aansluiting op een warmtenet of een inpandig leidingstelsel door verwijdering van de hele aansluiting;
  3. het tijdelijk afsluiten voor een periode van maximaal twee jaar van een centrale aansluiting op een warmtenet of een inpandig leidingstelsel door de hoofdafsluiters van de aansluiting af te sluiten en te verzegelen of door verwijdering van de afleverset;
  4. het definitief afsluiten van een centrale aansluiting op een warmtenet of een inpandig leidingstelsel, en
  5. het gedeeltelijk afsluiten van een individuele aansluiting op een systeem als bedoeld in artikel 5, vierde lid, van de wet.
2.
Het tarief, bedoeld in artikel 4a, eerste lid, van de wet wordt vastgesteld op basis van:
  1. de gemiddelde werkelijke kosten van leveranciers voor de desbetreffende wijze van afsluiten, of
  2. door de Autoriteit Consument en Markt verkregen marktgegevens over de kosten van de desbetreffende wijze van afsluiten.
Artikel 5b
1.
Als categorieën afleversets voor warmte als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de wet worden vastgesteld:
  1. een individuele afleverset voor warmte voor alleen ruimteverwarming;
  2. een collectieve afleverset voor warmte voor alleen ruimteverwarming;
  3. een individuele afleverset voor warmte voor alleen verwarming van tapwater;
  4. een collectieve afleverset voor warmte voor alleen verwarming van tapwater;
  5. een individuele gecombineerde afleverset voor warmte voor ruimteverwarming en verwarming van tapwater, en
  6. een collectieve gecombineerde afleverset voor warmte voor ruimteverwarming en verwarming van tapwater.
2.
De Autoriteit Consument en Markt kan aanvullende functionaliteiten van afleversets vaststellen voor zover de kosten van een aanvullende functionaliteit zodanig significant zijn dat een apart tarief is gerechtvaardigd.
3.
Het maximumtarief, bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de wet bestaat uit:
  1. een basistarief voor een categorie van een afleverset als bedoeld in het eerste lid, en
  2. een jaarlijkse opslag of jaarlijkse afslag per aanvullende functionaliteit van een afleverset, als bedoeld in het tweede lid, indien van toepassing. De Autoriteit Consument en Markt stelt daarnaast een eenmalige bijdrage of teruggave vast voor het gebruik gedurende de economische levensduur van een aanvullende functionaliteit die in plaats kan komen van een jaarlijkse opslag of jaarlijkse afslag per aanvullende functionaliteit.
4.
Het maximumtarief voor een collectieve afleverset wordt omgeslagen over het aantal verbruikers dat gedurende het jaar waarop de nota, bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de wet, betrekking heeft via het met de collectieve afleverset verbonden inpandige leidingenstelsel warmte afneemt. Een leverancier geeft in de nota, bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de wet, inzage in het aantal verbruikers waarover het tarief wordt omgeslagen.
5.
Het basistarief, bedoeld in het derde lid, onderdeel a, wordt vastgesteld op basis van:
  1. de gemiddelde jaarlijkse kapitaal- en operationele kosten van leveranciers voor de desbetreffende categorie afleversets, of
  2. door de Autoriteit Consument en Markt verkregen marktgegevens over de kosten van de desbetreffende categorie afleversets.
6.
De jaarlijkse opslag of jaarlijkse afslag, bedoeld in het derde lid, onderdeel b, wordt vastgesteld op basis van:
  1. de gemiddelde jaarlijkse kapitaalkosten van leveranciers voor de desbetreffende aanvullende functionaliteit, of
  2. door de Autoriteit Consument en Markt verkregen marktgegevens over de kosten van de desbetreffende aanvullende functionaliteit.
7.
De eenmalige bijdrage of teruggave, bedoeld in het derde lid, onderdeel b, wordt vastgesteld op basis van:
  1. de gemiddelde meerkosten of minderkosten van leveranciers van de aanschaf en installatie van de desbetreffende aanvullende functionaliteit, of
  2. door de Autoriteit Consument en Markt verkregen marktgegevens over de kosten van de aanschaf en installatie van de desbetreffende aanvullende functionaliteit.
8.
Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld over:
  1. de kenmerkende functionaliteiten van de categorieën afleversets, bedoeld in het eerste lid;
  2. de aanvullende functionaliteiten van afleversets, bedoeld in het tweede lid.
9.
Als een installatie als bedoeld in artikel 1, tweede lid, van de wet wordt aangewezen een warmtepomp in een warmte koude systeem.
I

Na artikel 5b (nieuw) wordt een nieuwe paragraaf ingevoegd, luidende:

J

Het opschrift van paragraaf 3 komt te luiden:

K

Na artikel 5c (nieuw) wordt in paragraaf 3 een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 5d
De termijn waarbinnen een leverancier een verbruiker een nota als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de wet verstrekt bedraagt ten hoogste 6 weken:
  1. na afloop van het jaar waar de nota betrekking op heeft, in de gevallen, bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel a, van de wet, en
  2. na de dag van beëindiging van de leveringsovereenkomst, in de gevallen, bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel b, van de wet.
L

Artikel 6, tweede lid, komt te luiden:

2.
De vergunninghouder geeft in zijn boekhouding aan:
  1. welke tarieven, volumes en omzetten bij een verbruiker in rekening zijn gebracht, waarbij de vergunninghouder, voor zover relevant voor het betreffende tarief, in ieder geval onderscheid maakt naar:
    1. de verschillende categorieën en functionaliteiten van afleversets, bedoeld in artikel 5b, eerste en tweede lid;
    2. de verschillende typen warmtemeters;
    3. de verschillende typen warmtekostenverdelers;
    4. de verschillende kostenverdeelsystematieken;
    5. het tijdelijk en definitief afsluiten van verbruikers in de situaties, bedoeld in artikel 5a, eerste lid;
    6. de verschillende categorieën aansluitingen van verbruikers, bedoeld in artikel 5, eerste lid;
    7. de verschillende tarieven voor de levering van warmte, en
    8. de verschillende tarieven voor het gebruik van warmte koude systemen;
  2. welke kosten zijn gemaakt ten behoeve van de levering van warmte, waarbij in ieder geval een onderscheid als bedoeld in onderdeel a wordt gemaakt;
  3. over hoeveel verbruikers het tarief dat in rekening is gebracht voor het in gebruik nemen van een collectieve afleverset is omgeslagen op grond van artikel 5b, vierde lid, en
  4. welke methoden en criteria zijn gehanteerd bij het opstellen van de boekhouding.
M

Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:

2.
De in het bestuursverslag opgenomen informatie over de duurzaamheid van de geleverde warmte, bedoeld in artikel 12a, derde lid, aanhef en onderdeel c, van de wet omvat voor ieder warmtenet ten minste:
  1. een beschrijving van het warmtenet;
  2. informatie over de energieprestatie en de CO2-prestaties van de gedurende het jaar waarover verslag wordt gedaan geleverde warmte, en
  3. informatie over de energiebalans.
3.
Indien meerdere vergunninghouders gebruik maken van hetzelfde warmtenet rapporteert iedere vergunninghouder afzonderlijk over de duurzaamheid van het aandeel warmte dat voor zijn verbruikers via het warmtenet is getransporteerd.
4.
Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld over:
  1. de beschrijving van het warmtenet;
  2. de informatie over de energieprestatie en de CO2-prestaties van de geleverde warmte over het verslagjaar;
  3. de informatie over de energiebalans, en
  4. het vaststellen van de informatie over de duurzaamheid van de geleverde warmte in het bestuursverslag.
N

In artikel 8, derde lid, wordt «jaarverslag» vervangen door «bestuursverslag».

O

Na artikel 10 wordt een nieuwe paragraaf ingevoegd, luidende:

P

Na artikel 11 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 11a
Artikel 6, tweede lid, geldt niet voor zover de vergunninghouder ten genoegen van de Autoriteit Consument en Markt voldoende aannemelijk kan maken dat het niet of slechts tegen zeer hoge kosten mogelijk is om in zijn boekhouding aan te geven:
  1. welke tarieven bij een verbruiker in rekening zijn gebracht voor het moment van inwerkingtreding van het Besluit van 26 maart 2019 tot wijziging van het Warmtebesluit Stb. 133 of
  2. welke kosten gemaakt voor het moment van inwerkingtreding van het Besluit van 26 maart 2019 tot wijziging van het Warmtebesluit Stb. 133 ten grondslag liggen aan de bij verbruikers in rekening gebrachte tarieven.

Artikel 1a

Artikel 3

Artikel 4

Artikel 4a

Artikel 5

Artikel 5

Artikel 5b

Artikel 5c

Artikel 5d

De termijn waarbinnen een leverancier een verbruiker een nota als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de wet verstrekt bedraagt ten hoogste 6 weken:

Artikel 10a

Artikel 10b

De netbeheerder en de leverancier verschaffen de producent de informatie, bedoeld in artikel 21, tweede en derde lid, van de wet, binnen twee maanden na indiening van een verzoek als bedoeld in artikel 21, eerste lid, van de wet, door de producent.

Artikel 10c

De producent, netbeheerder en de leverancier treden binnen 2 maanden na ontvangst van het verzoek van de producent, bedoeld in artikel 21, eerste lid, van de wet, in overleg over:

Artikel 11a

Artikel 6, tweede lid, geldt niet voor zover de vergunninghouder ten genoegen van de Autoriteit Consument en Markt voldoende aannemelijk kan maken dat het niet of slechts tegen zeer hoge kosten mogelijk is om in zijn boekhouding aan te geven:

ARTIKEL II

Het Besluit huurprijzen woonruimte wordt als volgt gewijzigd:

A

In de toelichting behorende bij bijlage I, onder A, het waarderingsstelsel voor woonruimte welke een zelfstandige woning vormt, onder 3, wordt «bedoeld in artikel 1, onderdeel e, van de Warmtewet» vervangen door «waarbij er sprake is van warmtelevering die in rekening is te brengen als servicekosten in de zin van artikel 7:237, derde lid, van het Burgerlijk Wetboek».

ARTIKEL III

stb-2020-133 (PDF)

Wet van 22 april 2020 tot wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2020 (Tweede incidentele suppletoire begroting inzake noodpakket banen en economie)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de noodzaak is gebleken van een wijziging van de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Socialen Zaken en Werkgelegenheid (XV), alle voor het jaar 2020;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

De begrotingsstaat van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid voor het jaar 2020 wordt gewijzigd, zoals blijkt uit de desbetreffende bij deze wet behorende staat.

Artikel 2

De vaststelling van de begrotingsstaat geschiedt in duizenden euro’s.

Artikel 3

Deze wet treedt in werking met ingang van 2 april van het onderhavige begrotingsjaar. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven op of na deze datum van 2 april, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van dat Staatsblad en werkt zij terug tot en met 2 april.

Wetswijzigingen integreren met je processen? Probeer Way 3 weken gratis.