Wet van 16 mei 2018, houdende regels ter uitvoering van Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PbEU 2016, L 119) (Uitvoeringswet Algemene verordening gegevensbescherming)
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het noodzakelijk is te voorzien in wettelijke regels ter uitvoering van Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PbEU 2016, L 119);
Gelet op artikel 10, tweede en derde lid, van de Grondwet;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Artikel 1. Definities
In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
Artikel 2. Materiële reikwijdte
Artikel 2a. Inachtneming behoeften kleine, middelgrote en micro-ondernemingen
De Autoriteit persoonsgegevens neemt bij de toepassing van de verordening de specifieke behoeften van kleine, middelgrote en micro-ondernemingen als bedoeld in artikel 2 van de bijlage bij Aanbeveling 2003/361/EG van de Commissie van 6 mei 2003 betreffende de definitie van kleine, middelgrote en micro-ondernemingen (PbEU 2003 L124) in aanmerking.
Artikel 3. Schakelbepaling verwerkingen buiten werkingssfeer verordening
Artikel 4. Territoriale reikwijdte
Artikel 5. Toestemming van wettelijk vertegenwoordiger
Artikel 6. Oprichting en aanwijzing als toezichthoudende autoriteit
Artikel 7. Samenstelling
Artikel 8. Disciplinaire maatregelen voorzitter en andere leden
De artikelen 46c, 46d, tweede lid, 46f, 46g, 46i, met uitzondering van het eerste lid, onderdeel c, 46j, 46l, eerste en derde lid, 46m, 46n, 46o en 46p van de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren zijn van overeenkomstige toepassing op de voorzitter en de andere leden van de Autoriteit persoonsgegevens, met dien verstande dat:
Artikel 9. Rechtspositie voorzitter, andere leden en buitengewone leden
De rechtspositie van de voorzitter, de andere leden en de buitengewone leden wordt geregeld bij of krachtens algemene maatregel van bestuur.
Artikel 10. Secretariaat
Artikel 11. Begroting, verantwoording en vertegenwoordigingsbevoegdheid
Artikel 12. Beperking inlichtingenplicht jegens minister
Artikel 20 van de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen is niet van toepassing indien de Autoriteit persoonsgegevens de informatie van derden heeft verkregen onder de voorwaarde dat het geheime karakter daarvan wordt gehandhaafd.
Artikel 13. Uitzonderingen bevoegdheden inzake beleidsregels, vernietiging en taakverwaarlozing
Artikel 14. Taken en bevoegdheden
Artikel 15. Toezicht op de naleving
Artikel 16. Last onder bestuursdwang
Artikel 17. Boete bij onrechtmatige verwerking persoonsgegevens strafrechtelijke aard
Artikel 18. Bestuurlijke boete aan overheden
Artikel 19. Samenwerking met andere toezichthouders
Artikel 20. In rechte optreden tegen inbreuken op verordening inzake doorgifte naar derde land
Artikel 21. Aanwijzing accrediterende instantie
Bij ministeriële regeling wordt of de Autoriteit persoonsgegevens of de Raad voor Accreditatie of worden zij beide aangewezen als accrediterende instantie als bedoeld in artikel 43 van de verordening.
Artikel 22. Verwerkingsverbod bijzondere categorieën persoonsgegevens en algemene uitzonderingen uit verordening
Artikel 23. Nationaalrechtelijke algemene uitzonderingen
Gelet op artikel 9, tweede lid, onderdeel g, van de verordening, is het verbod om bijzondere categorieën van persoonsgegevens te verwerken niet van toepassing, indien:
Artikel 24. Uitzonderingen voor wetenschappelijk of historisch onderzoek of statistische doeleinden
Gelet op artikel 9, tweede lid, onderdeel j, van de verordening, is het verbod om bijzondere categorieën van persoonsgegevens te verwerken niet van toepassing, indien:
Artikel 25. Uitzonderingen inzake verwerking persoonsgegevens waaruit ras of etnische afkomst blijkt
Gelet op artikel 9, tweede lid, onderdeel g, van de verordening, is het verbod om persoonsgegevens te verwerken waaruit ras of etnische afkomst blijkt, niet van toepassing, indien de verwerking geschiedt:
Artikel 26. Uitzonderingen inzake verwerking persoonsgegevens waaruit politieke opvattingen blijken voor vervulling openbare functies
Gelet op artikel 9, tweede lid, onderdeel g, van de verordening, is het verbod om persoonsgegevens te verwerken waaruit politieke opvattingen blijken, niet van toepassing, indien de verwerking geschiedt met het oog op de eisen die met betrekking tot politieke opvattingen in redelijkheid kunnen worden gesteld in verband met de vervulling van functies in bestuursorganen en adviescolleges.
Artikel 27. Uitzonderingen inzake verwerking persoonsgegevens waaruit religieuze of levensbeschouwelijke overtuigingen blijken voor geestelijke verzorging
Artikel 28. Uitzonderingen inzake genetische gegevens
Artikel 29. Uitzonderingen inzake biometrische gegevens
Gelet op artikel 9, tweede lid, onderdeel g, van de verordening, is het verbod om biometrische gegevens met het oog op de unieke identificatie van een persoon te verwerken niet van toepassing, indien de verwerking noodzakelijk is voor authenticatie of beveiligingsdoeleinden.
Artikel 30. Uitzonderingen inzake gegevens over gezondheid
Artikel 31. Uitzonderingen op de verplichting tot verwerking onder overheidstoezicht
Onverminderd artikel 10 van de verordening mogen persoonsgegevens van strafrechtelijke aard alleen worden verwerkt voor zover dit krachtens de artikelen 32 en 33 is toegestaan.
Artikel 32. Algemene uitzonderingsgronden inzake gegevens van strafrechtelijke aard
Persoonsgegevens van strafrechtelijke aard mogen worden verwerkt, indien:
Artikel 33. Overige uitzonderingsgronden inzake gegevens van strafrechtelijke aard
Artikel 34. Toepasselijkheid Algemene wet bestuursrecht bij beslissing van bestuursorganen
Een schriftelijke beslissing op een verzoek als bedoeld in de artikelen 15 tot en met 22 van de verordening wordt genomen binnen de in artikel 12, derde lid, van de verordening genoemde termijnen en geldt, voor zover deze is genomen door een bestuursorgaan, als een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht.
Artikel 35. Toepasselijkheid burgerlijk recht bij beslissing van niet-bestuursorganen
Artikel 36. Geschilbeslechting door Autoriteit persoonsgegevens of via gedragscode
Artikel 37. Vertegenwoordiging van betrokkenen
Een verwerking kan niet ten grondslag worden gelegd aan een vordering als bedoeld in artikel 305a, van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek of een beroep ingesteld in een bestuursrechtelijke procedure door een belanghebbende in de zin van artikel 1:2, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht, voor zover degene die door deze verwerking wordt getroffen, daartegen bezwaar heeft.
Artikel 38. Opschortende werking bezwaar en beroep
De werking van de beschikking tot oplegging van de bestuurlijke boete wordt opgeschort totdat de bezwaar- of beroepstermijn is verstreken of, indien bezwaar is gemaakt of beroep is ingesteld, totdat op het bezwaar of het beroep is beslist.
Artikel 39. Geheimhoudingsplicht
De functionaris voor gegevensbescherming, bedoeld in de artikelen 37 tot en met 39 van de verordening, is verplicht tot geheimhouding van hetgeen hem op grond van een klacht of een verzoek van betrokkene is bekend geworden, tenzij de betrokkene in bekendmaking toestemt.
Artikel 40. Uitzonderingen op verbod geautomatiseerde individuele besluitvorming
Artikel 41. Uitzonderingen op rechten betrokkene en plichten verwerkingsverantwoordelijke
Artikel 42. Uitzondering op meldplicht datalekken aan de betrokkene
Artikel 34 van de verordening is niet van toepassing op financiële ondernemingen als bedoeld in de Wet op het financieel toezicht.
Artikel 43. Uitzonderingen inzake journalistieke doeleinden of academische, artistieke of literaire uitdrukkingsvormen
Artikel 44. Uitzonderingen inzake wetenschappelijk onderzoek en statistiek
Indien een verwerking wordt verricht door instellingen of diensten voor wetenschappelijk onderzoek of statistiek, en de nodige voorzieningen zijn getroffen om te verzekeren dat de persoonsgegevens uitsluitend voor statistische of wetenschappelijke doeleinden kunnen worden gebruikt, kan de verwerkingsverantwoordelijke de artikelen 15, 16 en 18 van de verordening buiten toepassing laten.
Artikel 45. Uitzonderingen inzake archivering in het algemeen belang
Artikel 46. Verwerking nationaal identificatienummer
Artikel 47. Uitzonderingen op rechten betrokkene bij openbare registers
Artikel 48. Overgangsrecht
Artikel 48a. Overgangsrecht II
Artikel 49. Samenloop
Artikel 50. Evaluatie
Onze Minister zendt binnen drie jaar na de inwerkingtreding van deze wet, en vervolgens telkens na vier jaar, aan de Staten-Generaal een verslag over de effecten van deze wet in de praktijk en over de uitvoering van de wet in de praktijk.
Artikel 51. Intrekking Wet bescherming persoonsgegevens
De Wet bescherming persoonsgegevens wordt ingetrokken.
Artikel 52. Citeertitel verordening
Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PbEU 2016, L 119) wordt in overige wetgeving aangehaald als: Algemene verordening gegevensbescherming.
Artikel 53. Inwerkingtreding
De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
Artikel 54. Citeertitel wet
Deze wet wordt aangehaald als: Uitvoeringswet Algemene verordening gegevensbescherming.