Besluit van 14 september 2020 houdende wijziging van het Bouwbesluit 2012, het Besluit bouwwerken leefomgeving, het Besluit kwaliteit leefomgeving en het Omgevingsbesluit in verband met de introductie van een stelsel van certificering voor werkzaamheden aan gasverbrandingsinstallaties
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 5 juni 2020, nr. 2020-0000313471, Directie Constitutionele Zaken en Wetgeving;
Gelet op de artikelen 2, vierde lid, en 3, tweede lid, van de Woningwet en artikel 4.3, eerste lid, onder a, van de Omgevingswet;
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 15 juli 2020, no. W04.20.0166/I);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 9 september 2020, nr. 2020-0000487235, Directie Constitutionele Zaken en Wetgeving;
Hebben goedgevonden en verstaan:
ARTIKEL I
Het Bouwbesluit 2012 wordt als volgt gewijzigd:
A
Na artikel 1.33 wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:
B
Aan artikel 9.2 wordt een lid toegevoegd, luidende:
11.
Artikel 1.35, eerste lid, is niet van toepassing op werkzaamheden die aangevangen zijn voor het tijdstip waarop artikel I van het Besluit van 14 september 2020 houdende wijziging van het Bouwbesluit 2012, het Besluit bouwwerken leefomgeving, het Besluit kwaliteit leefomgeving en het Omgevingsbesluit in verband met de introductie van een stelsel van certificering voor werkzaamheden aan gasverbrandingsinstallaties in werking is getreden.Artikel 1.34 Definities
Voor de toepassing van het bij of krachtens deze paragraaf bepaalde wordt verstaan onder:
Artikel 1.35 Werkzaamheden aan verbrandingstoestellen, verbrandingsluchttoevoervoorzieningen en rookgasafvoervoorzieningen
Artikel 1.36 Certificerende instellingen
Artikel 1.37 Aanwijzing certificatieschema’s
Artikel 1.38 Meldplicht van (bijna-)ongevallen
Indien een certificaathouder bij het uitvoeren van zijn werkzaamheden constateert dat een gasverbrandingsinstallatie een hogere concentratie koolmonoxide produceert dan een bij ministeriële regeling vastgestelde concentratie en dat deze vrijkomt in een ruimte waar zich personen in kunnen bevinden, meldt hij dit terstond aan de bewoner of gebruiker en eigenaar van het gebouw, het bevoegd gezag en de certificerende instelling.
Artikel 1.39 Informatieverstrekking
Artikel 1.40 Openbaar register
Artikel 1.41 Beeldmerk
ARTIKEL II
In het Besluit bouwwerken leefomgeving wordt na artikel 6.43 een paragraaf ingevoegd, luidende:
Artikel 6.44 (definitie certificaathouder)
In deze paragraaf wordt verstaan onder certificaathouder:
natuurlijke persoon of rechtspersoon met een certificaat als bedoeld in artikel 3.35, onder a, van het Besluit kwaliteit leefomgeving voor een op grond van artikel 3.37, eerste lid, van dat besluit afgegeven certificatieschema door een op grond van artikel 3.36, eerste lid, van dat besluit aangewezen certificatie-instelling.
Artikel 6.45 (werkzaamheden aan verbrandingstoestellen, verbrandingsluchttoevoervoorzieningen en rookgasafvoervoorzieningen)
Artikel 6.46 (signalering (bijna-)ongevallen)
Als een certificaathouder bij het verrichten van zijn werkzaamheden constateert dat een gasverbrandingsinstallatie een hogere concentratie koolmonoxide produceert dan een bij ministeriële regeling vastgestelde concentratie en dat deze vrijkomt in een ruimte waarin zich personen kunnen bevinden, stelt hij onverwijld de bewoner of gebruiker en eigenaar van het gebouw, het bevoegd gezag en de certificatie-instelling hiervan op de hoogte.
Artikel 6.47 (beeldmerk)
Artikel 6.48 (overgangsrecht: werkzaamheden aan verbrandingstoestellen, verbrandingsluchttoevoervoorzieningen en rookgasafvoervoorzieningen)
Artikel 6.45 is niet van toepassing op werkzaamheden die aangevangen zijn voor het tijdstip waarop artikel II van het Besluit van 14 september 2020 houdende wijziging van het Bouwbesluit 2012, het Besluit bouwwerken leefomgeving, het Besluit kwaliteit leefomgeving en het Omgevingsbesluit in verband met de introductie van een stelsel van certificering voor werkzaamheden aan gasverbrandingsinstallaties in werking is getreden.
ARTIKEL III
Het Besluit kwaliteit leefomgeving wordt als volgt gewijzigd:
A
Na afdeling 3.5 wordt een afdeling ingevoegd, luidende:
B
Na artikel 10.14 wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:
Artikel 3.35 (aanwijzing certificatie-instellingen gasverbrandingsinstallaties)
In deze afdeling wordt verstaan onder:
Artikel 3.36 (aanwijzing certificatie-instellingen)
Artikel 3.37 (aanwijzing certificatie-schema’s)
Artikel 10.14a (register certificering gasverbrandingstoestellen)
Artikel 10.14b (gegevens en bescheiden)
ARTIKEL IV
In het Omgevingsbesluit wordt na artikel 10.26 een afdeling ingevoegd, luidende:
Artikel 10.26a (toepassing afdeling 4.1.3.3 Algemene wet bestuursrecht)
Met toepassing van artikel 28, eerste lid, laatste zinsnede, van de Dienstenwet is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing op de beslissing op een aanvraag om aanwijzing als certificatie-instelling en de beslissing op een aanvraag om aanwijzing van een certificatieschema als bedoeld in artikel 3.36, eerste lid, en artikel 3.37, eerste lid, van het Besluit kwaliteit leefomgeving.
ARTIKEL V
Dit besluit treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.