Besluit van 14 maart 2016, houdende uitvoering van artikel 2 van de Uitvoeringswet restmechanismen straftribunalen
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Veiligheid en Justitie van 17 februari 2016, directie Wetgeving en Juridische Zaken, nr. 735143;
Gelet op artikel 2 van de Uitvoeringswet restmechanismen straftribunalen;
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord advies van 24 februari 2016 No. W03.16.0029/II;
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Veiligheid en Justitie van 9 maart 2016, directie Wetgeving en Juridische Zaken, nr. 742414;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Artikel 1
Als Restmechanisme waarop de Uitvoeringswet restmechanismen straftribunalen van toepassing is, worden aangewezen:
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 april 2016.