Besluit van 24 augustus 2016, houdende regels voor de rechten, de ondersteuning en de bescherming van slachtoffers van strafbare feiten (Besluit slachtoffers van strafbare feiten)
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Veiligheid en Justitie van 6 juni 2016, nr. 768965, directie Wetgeving en Juridische Zaken;
Gelet op de artikelen 51aa, derde lid, 51ab, tweede lid en 51h, vierde lid, van het Wetboek van Strafvordering;
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 20 juli 2016, nr. W03.16.0144/II);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Veiligheid en Justitie van 12 augustus 2016, nr. 791601;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Artikel 1
In deze regeling wordt verstaan onder:
Artikel 2
Artikel 3
Artikel 4
Bij ministeriële regeling kunnen nadere voorschriften worden gegeven betreffende de toegang bedoeld in artikel 2, eerste lid van slachtoffers en hun familieleden tot instellingen voor slachtofferhulp, de voorwaarden voor deze toegang, organisatie en werkzaamheden van instellingen voor slachtofferhulp.
Artikel 5
De opsporingsambtenaar of andere ambtenaar van een organisatie die opsporing van strafbare feiten tot taak heeft, verstrekt het slachtoffer bij zijn eerste contact met de betrokken opsporingsambtenaar onverwijld informatie betreffende:
Artikel 6
Artikel 7
Artikel 8
Bij ministeriële regeling worden nadere voorschriften gegeven betreffende de inhoud en wijze van verstrekking van de informatie, bedoeld in artikel 5, de omvang en gedetailleerdheid van de informatie, bedoeld in artikel 6 en de maatregelen, bedoeld in artikel 7.
Artikel 9
Artikel 10
Artikel 11
Tijdens het voorbereidend onderzoek en het onderzoek ter terechtzitting kunnen de volgende maatregelen worden genomen voor het overeenkomstig artikel 10, eerste lid, geïdentificeerde slachtoffer met specifieke beschermingsbehoeften:
Artikel 12
Tijdens het onderzoek ter terechtzitting kunnen de volgende maatregelen worden genomen voor het overeenkomstig artikel 10, eerste lid, geïdentificeerde slachtoffer met specifieke beschermingsbehoeften:
Artikel 13
Artikel 14
Als het slachtoffer minderjarig is dan kunnen, naast de maatregelen bedoeld in artikel 11, de volgende maatregelen worden getroffen, voor het voorbereidend onderzoek en het onderzoek ter terechtzitting:
Artikel 15
Artikel 16
Artikel 17
Bij de toepassing van herstelrechtvoorzieningen, bedoeld in artikel 51h van de wet, worden maatregelen getroffen om slachtoffers te vrijwaren van secundaire en herhaalde victimisatie, van intimidatie en van vergelding.
Artikel 18
Artikel 19
Deze regeling treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
Artikel 20
Deze regeling wordt aangehaald als: Besluit slachtoffers van strafbare feiten.