Besluit van 3 december 2018, houdende regels met betrekking tot onder meer een aanvullende trustdienst en nadere regels over de beoordeling van de betrouwbaarheid van beleidsbepalers, de integere en beheerste bedrijfsuitoefening, de compliance- en auditfunctie en uitbesteding door trustkantoren (Besluit toezicht trustkantoren 2018)
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Financiën van 5 oktober 2018, 2018-0000164042, directie Financiële Markten;
Gelet op de artikelen 1, eerste lid, 10, vijfde lid, 14, vierde lid, 15, derde lid, 16, derde en vierde lid, 18, tweede lid, 30a en 49, eerste lid, van de Wet toezicht trustkantoren 2018 en artikel 18, eerste lid, van de Wet politiegegevens;
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 21 november 2018, nr. W06.18.0331/III);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Financiën van 29 november 2018, 2018-0000201668, directie Financiële Markten;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Artikel 1. Begripsbepalingen
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
Artikel 2. Aanvullende trustdienst
In aanvulling op artikel 1, eerste lid, van de wet wordt als trustdienst aangewezen het zijn van gevolmachtigde of anderszins rechtsgeldig vertegenwoordiger die algemene bestuurshandelingen kan verrichten voor een rechtspersoon of vennootschap in opdracht van een natuurlijke persoon, rechtspersoon, of vennootschap die niet tot dezelfde groep behoort als de gevolmachtigde of vertegenwoordiger.
Artikel 3. Cliëntenonderzoek
Artikel 27 van de wet is van overeenkomstige toepassing op het cliëntenonderzoek bij de trustdienst, bedoeld in artikel 2.
Artikel 4. Vaststelling betrouwbaarheid
De Nederlandsche Bank stelt vast of de betrouwbaarheid van een persoon als bedoeld in artikel 10, tweede lid, van de wet buiten twijfel staat op basis van diens voornemens, handelingen en antecedenten.
Artikel 5. Antecedenten
De Nederlandsche Bank neemt bij de vaststelling, bedoeld in artikel 4, in ieder geval in aanmerking:
Artikel 6. Inlichtingen
Artikel 7. Betrouwbaarheid niet buiten twijfel
Artikel 8. Te betrekken belangen
De Nederlandsche Bank neemt bij de vaststelling van de betrouwbaarheid in aanmerking:
Artikel 9. Zorgplicht bestuur trustkantoor
Het bestuur van een trustkantoor is belast met de dagelijkse leiding over de werkzaamheden van het trustkantoor en draagt zorg voor:
Artikel 10. SIRA en beleid
Een trustkantoor draagt zorg voor:
Artikel 11. Voorkoming belangenverstrengeling
Een trustkantoor beschikt over procedures en maatregelen met betrekking tot het tegengaan van verstrengeling van privébelangen van:
Artikel 12. Aanwijzen integriteitgevoelige functies
Een trustkantoor maakt ten behoeve van een integere bedrijfsvoering onderscheid tussen integriteitgevoelige functies en niet-integriteitgevoelige functies. Hiertoe hanteert een trustkantoor objectieve, kenbare criteria.
Artikel 13. Invulling integriteitgevoelige functies
Artikel 14. Risicoclassificaties
Artikel 15. Interne organisatie van een trustkantoor
Artikel 16. Procedurehandboek
Een trustkantoor beschikt over een actueel procedurehandboek dat voorziet in:
Artikel 17. Eisen compliancefunctie
Artikel 18. Eisen auditfunctie
Artikel 19. Functiescheiding
Artikel 20. Voorschriften bij uitbesteding
Artikel 21. Inhoud rapportage
De rapportage, bedoeld in artikel 18 van de wet, geschiedt op een door de Nederlandsche Bank te bepalen wijze en kan betrekking hebben op kwantitatieve en kwalitatieve gegevens van het trustkantoor, zijn dienstverlening of zijn cliënten.
Artikel 22. Frequentie rapportage
De Nederlandsche Bank stelt de termijnen vast voor indiening van de rapportage, bedoeld in artikel 18 van de wet, evenals de wijze waarop de indiening geschiedt.
Artikel 23. Wijziging Besluit bestuurlijke boetes financiële sector
Het Besluit bestuurlijke boetes financiële sector wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 1a wordt aan het slot voor de punt ingevoegd «en artikel 49, eerste lid, van de Wet toezicht trustkantoren 2018».
B
Artikel 16 komt te luiden:
Artikel 16
Overtreding van een voorschrift, gesteld in een hierna genoemd artikel van de Wet toezicht trustkantoren 2018, is als volgt beboetbaar:Artikel 16
Overtreding van een voorschrift, gesteld in een hierna genoemd artikel van de Wet toezicht trustkantoren 2018, is als volgt beboetbaar:
Artikel 24. Wijziging Besluit politiegegevens
In artikel 4:3, tweede lid, onderdeel a, onder 2°, van het Besluit politiegegevens wordt «van een persoon als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdelen a, b en c, van de Wet toezicht trustkantoren en ter beoordeling van de integere bedrijfsvoering, bedoeld in de artikelen 3, eerste lid, onderdeel f, en 10, eerste lid, van die wet» vervangen door «van een persoon als bedoeld in artikel 10, tweede of derde lid, van de Wet toezicht trustkantoren 2018 en ter beoordeling van een integere uitoefening van het bedrijf als bedoeld in artikel 14, eerste lid, van die wet».
Artikel 25. Inwerkingtreding
Dit besluit treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.
Artikel 26. Citeertitel
Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit toezicht trustkantoren 2018