Part of Smart Yellow Suite

WGK006681
Wet centrale eindtoets en leerling- en onderwijsvolgsysteem primair onderwijs

Updates ontvangen over deze regeling? Log in

Overheid.nl - XML - JSON

Type Wet
Fase Bekendmaking
Ministerie Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Datum uitgave 17 december 2015
Datum inwerkingtreding -
Per KB Ja

Opschrift

Wet van 11 december 2013 tot wijziging van onder meer de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet College voor examens in verband met de invoering van een centrale eindtoets, de invoering van een leerling- en onderwijsvolgsysteem en invoering van bekostigingsvoorschriften voor minimumleerresultaten voor speciale scholen voor basisonderwijs en scholen voor speciaal onderwijs en speciaal en voortgezet speciaal onderwijs (centrale eindtoets en leerling- en onderwijsvolgsysteem primair onderwijs)

Samenvatting

Het wetsvoorstel regelt dat alle leerlingen in het basisonderwijs een verplichte centrale eindtoets voor Nederlandse taal en voor rekenen-wiskunde afleggen en dat alle scholen in het primair onderwijs gebruik maken van een leerling- en onderwijsvolgsysteem waarmee de ontwikkeling van iedere leerling afzonderlijk en van de school als geheel wordt gevolgd. Verder wordt in het wetsvoorstel geregeld dat naast de centrale eindtoets een toets voor wereldoriëntatie (geschiedenis, aardrijkskunde en natuur/biologie) kan worden afgenomen. De scholen bepalen zelf of deze toets bij de leerlingen wordt afgenomen.

Documenten

stb-2013-13 (PDF)

Wet van 4 januari 2013 tot nadere wijziging van de Wet verbod pelsdierhouderij

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is nadere wijzigingen aan te brengen in de Wet verbod pelsdierhouderij waarmee extra flankerend beleid voor de afbouw van de pelsdierhouderij wordt geïntroduceerd;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

Indien het bij geleidende brief van 4 oktober 2006 ingediende voorstel van wet van de leden Van Gerven en Dijsselbloem houdende een verbod op de pelsdierhouderij (Wet verbod pelsdierhouderij) (Kamerstukken II 2006–07, 30 826, nrs. 1–3) en het bij geleidende brief van 20 april 2010 ingediende voorstel van wet van de leden Van Gerven en Dijsselbloem tot wijziging van de Wet verbod pelsdierhouderij (Kamerstukken II 2009–10, 32 369, nrs. 1–3) tot wet worden verheven, wordt de Wet verbod pelsdierhouderij als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, onderdeel d, wordt «Onze Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit» vervangen door: Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie.

B

Na artikel 6 wordt, onder vernummering van de artikelen 7 en 8 tot de artikelen 8 en 9, een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 7
1.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld over tegemoetkoming in de kosten van sloop of ombouw van gebouwen waarin nertsen beroepsmatig gehouden worden, die als gevolg van het verbod, bedoeld in artikel 2, hun functie verliezen.
2.
De voordracht voor een krachtens het eerste lid vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
C

Na artikel 9 (nieuw) worden, onder vernummering van de artikelen 9 (oud) en 10 tot de artikelen 12 en 13, twee artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 10
In artikel 3.54, twaalfde lid, onderdeel c, van de Wet inkomstenbelasting 2001, wordt «herstructurering van een bedrijfstak» vervangen door: herstructurering of beëindiging van een bedrijfstak.
Artikel 11
Onze Minister is bevoegd degene die op het moment van inwerkingtreding van deze wet nertsen als pelsdier houdt en op 1 januari 2014 55 jaar of ouder is, tegemoetkoming te verlenen bij onbillijkheden van overwegende aard die zich als gevolg van het verbod, bedoeld in artikel 2, ten aanzien van zijn pensioenvoorziening voordoen.

Artikel 7

Artikel 10

In artikel 3.54, twaalfde lid, onderdeel c, van de Wet inkomstenbelasting 2001, wordt «herstructurering van een bedrijfstak» vervangen door: herstructurering of beëindiging van een bedrijfstak.

Artikel 11

Onze Minister is bevoegd degene die op het moment van inwerkingtreding van deze wet nertsen als pelsdier houdt en op 1 januari 2014 55 jaar of ouder is, tegemoetkoming te verlenen bij onbillijkheden van overwegende aard die zich als gevolg van het verbod, bedoeld in artikel 2, ten aanzien van zijn pensioenvoorziening voordoen.

ARTIKEL II

Deze wet treedt in werking op het tijdstip waarop het voorstel van wet van de leden Van Gerven en Dijsselbloem houdende een verbod op de pelsdierhouderij (Wet verbod pelsdierhouderij) (Kamerstukken II 2006–07, 30 826, nrs. 1–3) en het voorstel van wet van de leden Van Gerven en Dijsselbloem tot wijziging van de Wet verbod pelsdierhouderij (Kamerstukken II 2009–10, 32 369, nrs. 1–3) na tot wet te zijn verheven in werking zijn getreden.

stb-2014-246 (PDF)

Besluit van 23 juni 2014, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de wet van 11 december 2013 tot wijziging van onder meer de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet College voor examens in verband met de invoering van een leerling- en onderwijsvolgsysteem en invoering van bekostigingsvoorschriften voor minimumleerresultaten voor speciale scholen voor basisonderwijs en scholen voor speciaal onderwijs en speciaal en voortgezet speciaal onderwijs (centrale eindtoets en leerling- en onderwijsvolgsysteem primair onderwijs (Stb. 2014, 13)) en van het Toetsbesluit PO (Stb. 2014, 209)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 20 juni 2014, nr. 642313 (10453), directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Gelet op artikel X van de wet van 11 december 2013 tot wijziging van onder meer de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet College voor examens in verband met de invoering van een leerling- en onderwijsvolgsysteem en invoering van bekostigingsvoorschriften voor minimumleerresultaten voor speciale scholen voor basisonderwijs en scholen voor speciaal onderwijs en speciaal en voortgezet speciaal onderwijs (centrale eindtoets en leerling- en onderwijsvolgsysteem primair onderwijs (Stb. 2014, 13) en artikel 16 van het Toetsbesluit PO (Stb. 2014, 209);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1. Inwerkingtreding van onderdelen van de Wet van 11 december 2013 (Stb. 2014, 13)

Artikel I, met uitzondering van de onderdelen D, Da en Ha, artikel II, onderdelen A en F, artikel IIA, artikel III, met uitzondering van de onderdelen C en Ca, de artikelen IV tot en met VIII en artikel IX met uitzondering van het in het vierde onderdeel opgenomen onderdeel Ha, van de wet van 11 december 2013 tot wijziging van onder meer de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet College voor examens in verband met de invoering van een leerling- en onderwijsvolgsysteem en invoering van bekostigingsvoorschriften voor minimumleerresultaten voor speciale scholen voor basisonderwijs en scholen voor speciaal onderwijs en speciaal en voortgezet speciaal onderwijs (centrale eindtoets en leerling- en onderwijsvolgsysteem primair onderwijs (Stb. 2014, 13) treden in werking met ingang van 1 augustus 2014.

Artikel 2. Inwerkingtreding van het Toetsbesluit PO (Stb. 2014, 209)

Het Toetsbesluit PO treedt in werking met ingang van 1 augustus 2014 met uitzondering van artikel 3 en artikel 4, onderdeel e.

Wetswijzigingen integreren met je processen? Probeer Way 3 weken gratis.