Part of Smart Yellow Suite

WGK006295
Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet 11e tranche

Updates ontvangen over deze regeling? Log in

Overheid.nl - XML - JSON

Type Algemene Maatregel van Bestuur
Fase Bekendmaking
Ministerie Infrastructuur en Milieu
Datum uitgave 21 oktober 2015
Datum inwerkingtreding -
Per KB Nee

Opschrift

tot wijziging en aanvulling van het Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet en van bijlage II bij de Crisis- en herstelwet (elfde tranche)

Samenvatting

Bij één experiment wordt de termijn waarbinnen het experimentele bestemmingsplan moet worden vastgesteld verlengd met twee jaar (tot 1 juli 2018). Verder worden nieuwe deelnemers toegevoegd aan het experiment met de bestemmingsplannen met bredere reikwijdte. Daarnaast vindt aanwijzing plaats van een drietal nieuwe innovatieve projecten: - een experiment met private kwaliteitsborging door een architect bij bouwprojecten in de gemeente Rotterdam; - een experiment waarbij ten behoeve van het oprichten van windturbines voorlopige bestemmingen met een looptijd van (maximaal) tweeëndertig jaar mogen worden gehanteerd; - een experiment waarbij ‘onlosmakelijke activiteiten’ (de bouw- en milieuvergunning) apart van elkaar kunnen worden aangevraagd. -aan Bijlage II bij de Chw aan categorie Aa. Aan overige ruimtelijke projecten worden twee projecten toegevoegd.

Documenten

stb-2016-276 (PDF)

Besluit van 8 juli 2016 tot wijziging en aanvulling van het Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet en van bijlage II bij de Crisis- en herstelwet (Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet elfde tranche)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Infrastructuur en Milieu van 12 oktober 2015, nr. IenM/BSK-2015/197457, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken, gedaan in overeenstemming met Onze Minister voor Wonen en Rijksdienst;

Gelet op de artikelen 1.2 en 2.4 van de Crisis- en herstelwet;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 22 januari 2016, No.W14.15.0358/IV);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Infrastructuur en Milieu van 8 juli 2016, nr. IenM/BSK-2016/102562, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken, uitgebracht in overeenstemming met Onze Minister voor Wonen en Rijksdienst;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet wordt als volgt gewijzigd:

A

Na artikel 6i wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 6j
1.
Het verbod uit artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht geldt vanaf het moment van inwerkingtreding van dit besluit (Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet elfde tranche) voor de duur van vijf jaar niet voor een bouwactiviteit als bedoeld in het tweede lid die wordt uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van een architect of een dienstverrichter als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de architectentitel die voldoet aan de in het derde lid genoemde eisen.
2.
De bouwactiviteit bestaat uit de realisatie van:
  1. een of twee eengezinswoningen;
  2. een op de grond staand bijbehorend bouwwerk als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van bijlage II bij het Besluit omgevingsrecht, mits niet hoger dan tien meter;
  3. een dakopbouw waarbij geen extra woningen worden gerealiseerd;
  4. een dakterras;
  5. een dakkapel, of
  6. de splitsing of samenvoeging van woningen, mits geen verandering van de bouwconstructie plaatsvindt.
3.
Eisen als bedoeld in het eerste lid houden in dat de architect of de dienstverrichter als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de architectentitel voldoet aan de door de raad gestelde eisen met betrekking tot:
  1. de benodigde beroepservaring, vakkennis, vaardigheden en inzicht op het gebied van toetsing van en toezicht houden op de uitvoering van de bouwregelgeving, en
  2. de wijze waarop de toetsing en het toezicht op de bouwactiviteiten plaatsvindt.
4.
Onder het in het eerste lid bedoelde uitvoeren van een bouwactiviteit onder verantwoordelijkheid van een architect of dienstverrichter zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet op de architectentitel worden tenminste de volgende verplichtingen voor die architect of dienstverrichter begrepen:
  1. de architect heeft vanaf de opdrachtverlening tot en met de oplevering van het bouwwerk opdracht voor het ontwerp en het toezicht op het bouwwerk en draagt er zorg voor dat de werkzaamheden in het kader van kwaliteitsborging zo worden uitgevoerd zodat het gerechtvaardigd vertrouwen ontstaat dat het eindresultaat van de bouwwerkzaamheden voldoet aan de daarvoor geldende regelgeving;
  2. de architect meldt binnen drie weken voor de start van de uitvoering van de bouwactiviteit aan burgemeester en wethouders dat voor die activiteit toepassing wordt gegeven aan dit artikel en aan de daarvoor door de raad gestelde eisen;
  3. binnen drie weken na de oplevering van de bouwactiviteiten door de bouwer overlegt de architect een opleverdossier aan burgemeester en wethouders dat voldoet aan de daaraan door de raad gestelde eisen.
5.
Dit artikel is van toepassing op de door burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam aangewezen locaties.
B

In artikel 7a, vijfde lid, aanhef, wordt «vóór 1 juli 2016» vervangen door: vóór 1 juli 2018.

C

Artikel 7c wordt als volgt gewijzigd:

13.
In afwijking van artikel 2.8, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht juncto artikel 3.2, aanhef en onderdeel b, van de Regeling omgevingsrecht verstrekt de aanvrager in of bij de aanvraag om een vergunning voor het gebruiken van gronden of bouwwerken, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c, van die wet, gegevens en bescheiden over de gevolgen van het beoogde gebruik voor de fysieke leefomgeving.
14.
In afwijking van artikel 2.12, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht kan een omgevingsvergunning die betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van die wet worden verleend als de activiteit niet in strijd is met de regels, bedoeld in het eerste lid.
  1. Binnenstad Apeldoorn, gemeente Apeldoorn, zoals aangegeven op de kaart in bijlage 66;
  2. Buitengebied Boekel, gemeente Boekel, zoals aangegeven op de kaart in bijlage 67;
  3. Brandevoort-Noord, gemeente Helmond, zoals aangegeven op de kaart in bijlage 68;
  4. Buitengebied Rijssen-Holten, gemeente Rijssen-Holten, zoals aangegeven op de kaart in bijlage 69;
  5. Buitengebied Steenwijkerland, gemeente Steenwijkerland, zoals aangegeven op de kaart in bijlage 70;
  6. Locatieontwikkeling De Bulders, gemeente Heeze-Leende, zoals aangegeven op de kaart in bijlage 71;
  7. Centrum Sneek, gemeente Súdwest-Fryslân, zoals aangegeven op de kaart in bijlage 72;
  8. Buitengebied Borsele, gemeente Borsele, zoals aangegeven op de kaart in bijlage 73;
  9. Business Centre Treeport, gemeente Zundert, zoals aangegeven op de kaart in bijlage 74;
  10. Binnenstad Oudewater, gemeente Oudewater, zoals aangegeven op de kaart in bijlage 75;
  11. Landschapspark Bergse Heide, gemeente Bergen op Zoom, zoals aangegeven op de kaart in bijlage 76.
  1. voor de in onderdelen t tot en met dd van het vijftiende lid genoemde plangebieden: tot vijf jaar na inwerkingtreding van dit besluit (Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet elfde tranche).
D

Artikel 7g wordt als volgt gewijzigd:

  1. Stadskanaal;
  2. Veere.
  1. voor de in het vierde lid, onderdelen h en i, genoemde gemeenten vanaf het moment van inwerkingtreding van dit besluit (Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet elfde tranche) voor de duur van vijf jaar.
E

Artikel 7l, tweede lid, komt te luiden:

2.
Hiertoe kunnen behoren regels waarbij in afwijking van de artikelen 2 en 6 van de Wet geurhinder en veehouderij voorschriften worden gesteld over de cumulatieve geurhinder veroorzaakt door veehouderijen.
F

In paragraaf 3 worden na artikel 7n twee artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 7o
1.
Dit artikel is van toepassing op bestemmingsplannen als bedoeld in artikel 3.1 van de Wet ruimtelijke ordening en inpassingsplannen als bedoeld in artikel 3.26 respectievelijk artikel 3.28 van de Wet ruimtelijke ordening voor de door provinciale staten van de provincie Groningen aangewezen concentratiegebieden voor de realisering van windturbineparken en voor Windpark Fryslân en Windpark De Drentse Monden en Oostermoer. In deze gebieden kunnen aan gronden voorlopige bestemmingen voor het bouwen en in werking hebben van een windturbine voor een termijn van tussen de vijfentwintig en dertig jaar worden toegekend aan de exacte locaties van de windturbines, mits deze worden vastgesteld uiterlijk vijf jaar na inwerkingtreding van dit besluit (Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet elfde tranche).
2.
In afwijking van artikel 3.1, tweede lid, van de Wet ruimtelijke ordening, respectievelijk artikel 3.26 juncto artikel 3.1, tweede lid, van de Wet ruimtelijke ordening in verbinding met artikel 9e van de Elektriciteitswet 1998, respectievelijk artikel 3.28 juncto artikel 3.1, tweede lid, van de Wet ruimtelijke ordening in verbinding met artikel 9b van de Elektriciteitswet 1998, wordt de bestemming van gronden waaraan tevens een voorlopige bestemming voor een windturbine is toegekend, met inbegrip van de met het oog op de toegekende bestemmingen gestelde regels, binnen een periode van vijfendertig jaar opnieuw vastgesteld. Artikel 3.1, derde tot en met vijfde lid, van de Wet ruimtelijke ordening is niet van toepassing.
3.
In afwijking van artikel 3.2, respectievelijk artikel 3.26 juncto artikel 3.2, tweede lid, van de Wet ruimtelijke ordening in verbinding met artikel 9e van de Elektriciteitswet 1998 respectievelijk artikel 3.28 juncto artikel 3.2 van de Wet ruimtelijke ordening in verbinding met artikel 9b van de Elektriciteitswet 1998, geldt de voorlopige bestemming voor een termijn van tussen de vijfentwintig en dertig jaar.
4.
In afwijking van artikel 3.26, vijfde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 9e van de Elektriciteitswet 1998 respectievelijk artikel 3.28, vijfde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 9b van de Elektriciteitswet 1998 is de raad voor de duur van de in het tweede lid bedoelde termijn niet bevoegd de voor de exacte locaties van de windturbines in een inpassingsplan opgenomen bestemming en voorlopige bestemming te wijzigen.
5.
In afwijking van het bepaalde in het eerste tot en met het derde lid kan de raad van Delfzijl in het bestemmingsplan voor het bedrijventerrein Oosterhorn voorlopige bestemmingen voor het bouwen en in werking hebben van een windturbine voor een termijn van tussen de vijfentwintig en tweeëndertig jaar toekennen, mits de voorlopige bestemming wordt toegekend aan de concrete mastposities van de windturbines. De bestemming van deze gronden wordt binnen een periode van zevenendertig jaar opnieuw vastgesteld. Artikel 3.1, derde tot en met vijfde lid, van de Wet ruimtelijke ordening is gedurende deze periode niet van toepassing.
Artikel 7p
1.
In afwijking van artikel 2.7, eerste lid, eerste volzin, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en onverminderd artikel 2.5 van die wet kunnen, als een project dat bestaat uit het bouwen van een bouwwerk tevens is aan te merken als een project dat bestaat uit het oprichten van een inrichting, de aanvragen voor een omgevingsvergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van die wet en voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van die wet, los van elkaar worden ingediend.
2.
Dit artikel is:
  1. vanaf het moment van inwerkingtreding van dit besluit (Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet elfde tranche) gedurende vijftien jaar van toepassing in de gemeente Bergen op Zoom;
  2. in die gemeente gedurende die termijn van overeenkomstige toepassing op aanvragen om wijziging van de voorschriften van een omgevingsvergunning.
G

Er worden elf bijlagen toegevoegd zoals opgenomen in de bijlage bij dit besluit:

  1. bijlage 66 (Binnenstad Apeldoorn);
  2. bijlage 67 (Buitengebied Boekel);
  3. bijlage 68 (Brandevoort-Noord Helmond);
  4. bijlage 69 (Buitengebied Rijssen-Holten);
  5. bijlage 70 (Buitengebied Steenwijkerland);
  6. bijlage 71 (Locatieontwikkeling De Bulders Heeze Leende);
  7. bijlage 72 (Centrum Sneek Súdwest-Fryslân);
  8. bijlage 73 (Buitengebied Borsele);
  9. bijlage 74 (Business Centre Treeport Zundert);
  10. bijlage 75 (Binnenstad Oudewater);
  11. bijlage 76 (Landschapspark Bergse Heide Bergen op Zoom).

Artikel 6j

Artikel 7o

Artikel 7p

ARTIKEL II

In bijlage II bij de Crisis- en herstelwet worden aan categorie Aa. Overige ruimtelijke projecten de volgende twee projecten toegevoegd:

ARTIKEL III

Wetswijzigingen integreren met je processen? Probeer Way 3 weken gratis.