Besluit van 16 mei 2019, houdende regels ter uitvoering van de Wet zorg en dwang voor personen met een psychogeriatrische aandoening of een verstandelijke handicap (Besluit zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten)
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 18 januari 2019, kenmerk 1470088-166828-WJZ;
Gelet op de artikelen 2a, 8, vijfde lid, 18c, zesde lid, 21, vierde lid, 54, vierde lid, en 57, vierde lid, van de Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten;
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 20 februari 2019, no W13.19.0015/III);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 13 mei 2019, kenmerk 1216583-166828-WJZ;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Artikel 1.1
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
Artikel 2.1
Ambulante onvrijwillige zorg omvat het:
Artikel 2.2
Artikel 3.1
Artikel 3.2
Artikel 4.1
Artikel 5.1
In een klachtencommissie hebben in ieder geval zitting:
Artikel 5.2
De klachtencommissie zendt de klager een bewijs van ontvangst van de klacht, waarin de datum van ontvangst is vermeld.
Artikel 6.1
De cliëntenvertrouwenspersoon heeft aantoonbare ervaring met het verrichten van werkzaamheden die kennis vereisen van:
Artikel 6.2
Artikel 6.3
De cliëntenvertrouwenspersoon geeft voorlichting aan de cliënten en hun vertegenwoordigers en aan de medewerkers van de zorgaanbieder over de aard en uitvoering van zijn taken op grond van artikel 57 van de wet.
Artikel 7.1
De artikelen van dit besluit treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
Artikel 7.2
Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten.