Part of Smart Yellow Suite

WGK003348
Wetsvoorstel uitvoering Vo erfrecht

Updates ontvangen over deze regeling? Log in

Overheid.nl - XML - JSON

Type Wet
Fase Bekendmaking
Ministerie Justitie en Veiligheid
Datum uitgave 28 maart 2015
Datum inwerkingtreding -
Per KB Nee

Opschrift

Uitvoering van de Verordening (EU) nr. 650/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen en de aanvaarding en de tenuitvoerlegging van authentieke akten op het gebied van erfopvolging, alsmede betreffende de instelling van een Europese erfrechtverklaring (PbEU L 201/107).

Samenvatting

De Verordening erfrecht geeft regels voor de afwikkeling van grensoverschrijdende nalatenschappen. Hiertoe bepaalt de Verordening o.a. welk recht van toepassing is op een nalatenschap en welke autoriteit bevoegd is om beslissingen te geven in een erfrechtzaak. In het wetsvoorstel wordt uitvoering gegeven aan de Verordening erfrecht door hierin o.a. regels op te nemen die kenbaar maken hoe de procedure tot erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in erfrechtzaken kan plaatsvinden in Nederland. Ditzelfde geldt voor de uitvoerbaarverklaring van authentieke akten en gerechtelijke schikkingen. Ook wordt het in de verordening geïntroduceerde instrument van de Europese erfrechtverklaring in ons nationale recht opgenomen.

Documenten

stb-2014-430 (PDF)

Wet van 5 november 2014 tot uitvoering van de Verordening (EU) nr. 650/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen en de aanvaarding en de tenuitvoerlegging van authentieke akten op het gebied van erfopvolging, alsmede betreffende de instelling van een Europese erfrechtverklaring (PbEU 2012, L 201) (Uitvoeringswet Verordening erfrecht)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben dat wetgeving nodig is ter uitvoering van de Verordening (EU) nr. 650/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen en de aanvaarding en de tenuitvoerlegging van authentieke akten op het gebied van erfopvolging, alsmede betreffende de instelling van een Europese erfrechtverklaring (PbEU 2012, L 201);

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

Voor de toepassing van de artikelen 2 tot en met 9 van deze wet wordt verstaan onder «de verordening»: de verordening (EU) nr. 650/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen en de aanvaarding en de tenuitvoerlegging van authentieke akten op het gebied van erfopvolging, alsmede betreffende de instelling van een Europese erfrechtverklaring (PbEU 2012, L 201).

Artikel 2

Artikel 3

Artikel 4

Artikel 5

Artikel 6

De autoriteit, bedoeld in artikel 59, eerste lid, tweede volzin, en in artikel 60, tweede lid, van de verordening, is de notaris die de authentieke akte heeft verleden of de notaris die zijn protocol heeft overgenomen.

Artikel 7

De artikelen 3 en 4 zijn van overeenkomstige toepassing op het verlof tot tenuitvoerlegging van een gerechtelijke schikking als bedoeld in artikel 61 van de verordening.

Artikel 8

Als autoriteit van afgifte in de zin van artikel 64 van de verordening wordt aangewezen: een notaris met vestigingsplaats in Nederland.

Artikel 9

Artikel 10

Boek 4 van het Burgerlijk Wetboek wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 187, derde lid, komt te luiden:

3.
Het in de vorige leden bepaalde lijdt uitzondering, indien degene die op de verklaring is afgegaan, wist of door grove nalatigheid niet wist, dat de inhoud van de verklaring niet met de werkelijkheid overeenstemt.
B

Na artikel 188 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 188a
De notaris geeft op verzoek een Europese erfrechtverklaring af als bedoeld in artikel 62 van de verordening (EU) nr. 650/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen en de aanvaarding en de tenuitvoerlegging van authentieke akten op het gebied van erfopvolging, alsmede betreffende de instelling van een Europese erfrechtverklaring (PbEU 2012, L 201). De aanvraag kan worden gedaan met behulp van het formulier als bedoeld in artikel 65 lid 2 van de verordening in de Nederlandse taal of in een andere officiële taal van de EU, mits de notaris die taal begrijpt.

Artikel 188a

De notaris geeft op verzoek een Europese erfrechtverklaring af als bedoeld in artikel 62 van de verordening (EU) nr. 650/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen en de aanvaarding en de tenuitvoerlegging van authentieke akten op het gebied van erfopvolging, alsmede betreffende de instelling van een Europese erfrechtverklaring (PbEU 2012, L 201). De aanvraag kan worden gedaan met behulp van het formulier als bedoeld in artikel 65 lid 2 van de verordening in de Nederlandse taal of in een andere officiële taal van de EU, mits de notaris die taal begrijpt.

Artikel 11

Boek 10, titel 12, van het Burgerlijk Wetboek wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 145 komt te luiden:

Artikel 145
1.
Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder de verordening erfrecht: de verordening (EU) nr. 650/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen en de aanvaarding en de tenuitvoerlegging van authentieke akten op het gebied van erfopvolging, alsmede betreffende de instelling van een Europese erfrechtverklaring (PbEU 2012, L 201).
2.
Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder het Haags Erfrechtverdrag 1989: het op 1 augustus 1989 te ’s-Gravenhage tot stand gekomen Verdrag inzake het recht dat van toepassing is op erfopvolging (Trb. 1994, 49).
B

Artikel 146 vervalt.

C

In artikel 150, tweede lid, wordt «het verdrag» vervangen door: het Haags Erfrechtverdrag 1989.

D

Artikel 151, eerste lid, komt te luiden:

1.
De verordening erfrecht laat onverlet het op 5 oktober 1961 te ’s-Gravenhage tot stand gekomen Verdrag inzake de wetsconflicten betreffende de vorm van testamentaire beschikkingen (Trb. 1980, 50). Het recht dat van toepassing is op de vorm van uiterste wilsbeschikkingen wordt bepaald door dit verdrag.
E

Artikel 152 wordt gewijzigd als volgt:

1.
De artikelen 147 en 148 zijn van toepassing op de erfopvolging van personen wier overlijden na 1 oktober 1996 heeft plaatsgevonden. Op de erfopvolging van personen wier overlijden op of na 17 augustus 2015 heeft plaatsgevonden is artikel 147 alleen van toepassing als het vermogensbestanddeel waarop de verrekening betrekking heeft, ligt in een staat die niet gebonden is door de verordening erfrecht.
5.
De artikelen 149 en 150 zijn uitsluitend van toepassing op de erfopvolging van personen wier overlijden na 1 oktober 1996 en vóór 17 augustus 2015 heeft plaatsgevonden.

Artikel 145

Artikel 12

De Wet op het notarisambt wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 38, eerste lid, wordt een volzin toegevoegd, luidende:

Deze verplichting geldt ook voor door hem afgegeven Europese erfrechtverklaringen als bedoeld in artikel 188a van Boek 4 van het Burgerlijk Wetboek.
B

Aan artikel 41 wordt een lid toegevoegd, luidende:

3.
Het voorgaande lid is van overeenkomstige toepassing op de Europese erfrechtverklaring bedoeld in artikel 188a van Boek 4 van het Burgerlijk Wetboek.
C

Aan artikel 42 wordt een lid toegevoegd, luidende:

3.
De voorgaande leden zijn van overeenkomstige toepassing op de afgifte van een Europese erfrechtverklaring als bedoeld in artikel 188a van Boek 4 van het Burgerlijk Wetboek.
D

Na artikel 49b wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 49c
1.
De notaris geeft desverlangd van de tot zijn protocol behorende Europese erfrechtverklaringen, bedoeld in artikel 188a van Boek 4 Burgerlijk Wetboek, gewaarmerkte afschriften af.
2.
Artikel 49a is van overeenkomstige toepassing.
E

In artikel 50, derde lid, wordt «een verklaring van erfrecht als bedoeld in artikel 188 van Boek 4 van het Burgerlijk Wetboek» vervangen door: een verklaring van erfrecht of een Europese erfrechtverklaring als bedoeld in respectievelijk artikel 188 en 188a van Boek 4 van het Burgerlijk Wetboek.

F

In artikel 51, eerste lid, tweede volzin, wordt «verklaringen van erfrecht als bedoeld in artikel 188 van Boek 4 van het Burgerlijk Wetboek» vervangen door: verklaringen van erfrecht of Europese erfrechtverklaringen als bedoeld in respectievelijk artikel 188 en 188a van Boek 4 van het Burgerlijk Wetboek.

Artikel 49c

Artikel 13

De Kadasterwet wordt als volgt gewijzigd:

A

Na artikel 27 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 27a
1.
Onverminderd artikel 27 kan ter inschrijving van erfopvolgingen die registergoederen betreffen, een gewaarmerkt afschrift van een Europese erfrechtverklaring als bedoeld in artikel 62, eerste lid, van de verordening (EU) nr. 650/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen en de aanvaarding en de tenuitvoerlegging van authentieke akten op het gebied van erfopvolging, alsmede betreffende de instelling van een Europese erfrechtverklaring (PbEU 2012, L 201), worden aangeboden, waaruit van de erfopvolging blijkt.
2.
Het in het eerste lid bedoelde gewaarmerkte afschrift van een Europese erfrechtverklaring wordt ook aangeboden ter inschrijving van een legaat, executele of de benoeming van een beheerder van de nalatenschap als bedoeld in artikel 63 van de in het eerste lid bedoelde verordening.
B

Artikel 28 wordt als volgt gewijzigd:

2.
Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing op de inschrijving van de verklaring betreffende aanvaarding of verwerping van een legaat bedoeld in artikel 2, derde lid, van de Uitvoeringswet Verordening erfrecht.

Artikel 27a

Artikel 14

Deze wet treedt in werking met ingang van 17 augustus 2015.

Artikel 15

Deze wet wordt aangehaald als: Uitvoeringswet Verordening erfrecht.

Wetswijzigingen integreren met je processen? Probeer Way 3 weken gratis.