Wet van 15 mei 2019 tot wijziging van de Woningwet, de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en het Burgerlijk Wetboek in verband met de invoering van een nieuw stelsel van kwaliteitsborging voor het bouwen en de versterking van de positie van de bouwconsument (Wet kwaliteitsborging voor het bouwen)
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het in verband met de verbetering van de bouwkwaliteit wenselijk is te regelen dat voor het bouwen van aan te wijzen categorieën bouwwerken gebruik wordt gemaakt van een toegelaten instrument voor kwaliteitsborging, dat voor die categorieën bouwwerken de beoordeling door het bevoegd gezag of het bouwen van het bouwwerk waarop de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft, voldoet aan de bij of krachtens artikel 2 of 120 van de Woningwet gestelde voorschriften wordt vervangen door een beoordeling of voldaan wordt aan voor de toepassing van het instrument voor kwaliteitsborging gestelde eisen, en dat de privaatrechtelijke positie van de opdrachtgever wordt versterkt;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Woningwet wordt als volgt gewijzigd:
A
Na artikel 7a van de Woningwet wordt een afdeling ingevoegd, luidende:
B
Aan artikel 92 wordt een lid toegevoegd, luidende:
3.
In afwijking van het eerste en tweede lid, zijn met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens artikel 7ac en artikel 7ah belast de bij besluit van de toelatingsorganisatie kwaliteitsborging bouw, bedoeld in artikel 7ak, eerste lid, aangewezen ambtenaren die deel uitmaken van het personeel, bedoeld in artikel 7am. Van een besluit als bedoeld in de eerste volzin wordt mededeling gedaan door plaatsing in de Staatscourant.Artikel 7aa
In deze afdeling wordt verstaan onder:
Artikel 7ab
Artikel 7ac
Artikel 7ad
Artikel 7ae
Artikel 7af
Artikel 7ag
Artikel 7ah
Artikel 7ai
Artikel 7aj
Artikel 7ak
Artikel 7al
Artikel 7am
Onze Minister stelt ten behoeve van de uitoefening van de in artikel 7ak, tweede lid, bedoelde taken, personeel ter beschikking van de toelatingsorganisatie.
Artikel 7an
Artikel 7ao
Artikel 7ap
In het jaarverslag, bedoeld in artikel 18 van de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen, beschrijft de toelatingsorganisatie tevens de wijze waarop het stelsel van de kwaliteitsborging voor het bouwen in dat jaar heeft gefunctioneerd.
ARTIKEL II
De Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 2.8 wordt onder vernummering van het tweede lid tot derde lid een lid ingevoegd, luidende:
2.
Bij de regels, bedoeld in het eerste lid, wordt tevens in elk geval bepaald dat bij een aanvraag die betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, en het een geval betreft als bedoeld in artikel 2.10, derde lid, onder a, een risicobeoordeling van die activiteit wordt verstrekt.B
Aan artikel 2.10 worden twee leden toegevoegd, luidende:
3.
Het eerste lid, onder a, is niet van toepassing op:- de categorieën bouwwerken ten aanzien waarvan het bouwen krachtens artikel 7ab van de Woningwet wordt onderworpen aan een instrument voor kwaliteitsborging;
- bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen andere categorieën bouwwerken.
4.
In de gevallen, bedoeld in het derde lid, onder a, wordt de omgevingsvergunning geweigerd, indien uit de aanvraag en de daarbij verstrekte gegevens en bescheiden niet blijkt dat wordt voldaan aan de in artikel 7ab, derde lid, van de Woningwet gestelde eisen.C
Na artikel 8.3 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 8.3a
Op een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, ingediend voor het tijdstip van inwerkingtreding van artikel II van de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen, alsmede op enig bezwaar of beroep tegen een beslissing op een dergelijke aanvraag, blijft artikel 2.10 van toepassing zoals dat luidde op het tijdstip waarop de aanvraag is ingediend.Artikel 8.3a
Op een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, ingediend voor het tijdstip van inwerkingtreding van artikel II van de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen, alsmede op enig bezwaar of beroep tegen een beslissing op een dergelijke aanvraag, blijft artikel 2.10 van toepassing zoals dat luidde op het tijdstip waarop de aanvraag is ingediend.
ARTIKEL III
Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 754 wordt als volgt gewijzigd:
2.
Bij aanneming van een bouwwerk geschiedt een waarschuwing als bedoeld in lid 1 schriftelijk en ondubbelzinnig en wijst de aannemer de opdrachtgever tijdig op de mogelijke gevolgen voor de deugdelijke nakoming van de overeenkomst. Van dit lid kan niet ten nadele van de opdrachtgever worden afgeweken, voor zover de opdrachtgever een natuurlijk persoon is die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf.B
Na artikel 757 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 757a
In geval van aanneming van een bouwwerk legt de aannemer bij de kennisgeving dat het werk klaar is om te worden opgeleverd, bedoeld in artikel 758 lid 1, een dossier aan de opdrachtgever over met betrekking tot het tot stand gebrachte bouwwerk. Het dossier bevat gegevens en bescheiden die volledig inzicht geven in de nakoming van de overeenkomst door de aannemer en de te dien aanzien uitgevoerde werkzaamheden en bevat in ieder geval:- tekeningen en berekeningen betreffende het tot stand gebrachte bouwwerk en de bijbehorende installaties, en een beschrijving van de toegepaste materialen en installaties, alsmede de gebruiksfuncties van het bouwwerk;
- gegevens en bescheiden die nodig zijn voor gebruik en onderhoud van het bouwwerk.
C
Aan artikel 758 wordt een lid toegevoegd, luidende:
4.
In afwijking van het derde lid, is bij aanneming van bouwwerken de aannemer aansprakelijk voor gebreken die bij de oplevering van het werk niet zijn ontdekt, tenzij deze gebreken niet aan de aannemer zijn toe te rekenen. Van dit lid kan niet ten nadele van de opdrachtgever worden afgeweken, voor zover de opdrachtgever een natuurlijk persoon is die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf. In andere gevallen kan van dit lid alleen ten nadele van de opdrachtgever worden afgeweken, indien dit uitdrukkelijk in de overeenkomst is opgenomen.D
Na artikel 765 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 765a
1.
Voordat de opdrachtgever gebonden is aan een overeenkomst als bedoeld in artikel 765 dan wel aan een daartoe strekkend aanbod, informeert de aannemer de opdrachtgever schriftelijk en ondubbelzinnig of en, zo ja, op welke wijze de nakoming van zijn verplichtingen tot uitvoering van het werk en zijn aansprakelijkheid voor gebreken die aan hem zijn toe te rekenen door een verzekering dan wel een andere financiële zekerheid is of zal worden gedekt. Deze informatie wordt op een voor de opdrachtgever duidelijke en begrijpelijke wijze verstrekt en ziet in ieder geval op de omvang van de verzekering of de financiële zekerheid, de dekkingsgraad, de looptijd en de som waarvoor de verzekering is afgesloten dan wel de financiële zekerheid is verstrekt.2.
De in het eerste lid bedoelde informatie vormt een integraal onderdeel van de overeenkomst.E
Artikel 768 wordt als volgt gewijzigd:
2.
De aannemer stelt de opdrachtgever uiterlijk twee maanden na het tijdstip van oplevering, doch niet eerder dan één maand na dat tijdstip, schriftelijk in de gelegenheid aan te geven of hij van de in artikel 262 van Boek 6 toegekende bevoegdheid gebruik wenst te maken. De aannemer stuurt hiervan een afschrift aan de notaris.Artikel 757a
In geval van aanneming van een bouwwerk legt de aannemer bij de kennisgeving dat het werk klaar is om te worden opgeleverd, bedoeld in artikel 758 lid 1, een dossier aan de opdrachtgever over met betrekking tot het tot stand gebrachte bouwwerk. Het dossier bevat gegevens en bescheiden die volledig inzicht geven in de nakoming van de overeenkomst door de aannemer en de te dien aanzien uitgevoerde werkzaamheden en bevat in ieder geval:
Artikel 765a
ARTIKEL IV
Na artikel 217 van de Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 218
1.
De artikelen 758, vierde lid, en 765a van Boek 7 zijn niet van toepassing op overeenkomsten van aanneming van werk die zijn gesloten vóór de inwerkingtreding van artikel III van de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen.2.
Op overeenkomsten van aanneming van werk die zijn gesloten vóór de inwerkingtreding van artikel III van de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen is artikel 768 van Boek 7 van toepassing zoals dat artikel luidde ten tijde van het sluiten van die overeenkomsten.Artikel 218
ARTIKEL V
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
ARTIKEL VI
Deze wet wordt aangehaald als: Wet kwaliteitsborging voor het bouwen.