Part of Smart Yellow Suite

WGK001210
Wijziging van de Gemeentewet in verband met de introductie van flexibel cameratoezicht

Updates ontvangen over deze regeling? Log in

Overheid.nl - XML - JSON

Type Wet
Fase Bekendmaking
Ministerie Veiligheid en Justitie
Datum uitgave 28 maart 2015
Datum inwerkingtreding -
Per KB Ja

Opschrift

Wijziging van de Gemeentewet in verband met de inroductie van flexibel cameratoezicht

Samenvatting

Dit wetsvoorstel verruimt de bestaande mogelijkheid tot inzet van vast cameratoezicht in de openbare ruimte op grond van artikel 151c van de Gemeentewet. Na inwerkingtreding hoeft de burgemeester niet meer een specifieke plek aan te wijzen waarin hij vaste camera’s kan inzetten, maar kan hij een gebied aanwijzen waarbinnen camera’s snel kunnen worden geplaatst en verplaatst.

Documenten

stb-2016-130 (PDF)

Wet van 23 maart 2016 tot wijziging van de Gemeentewet in verband met de verruiming van de bevoegdheid van de burgemeester tot de inzet van cameratoezicht

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is wijzigingen aan te brengen in de Gemeentewet ter verruiming van de bevoegdheid van de burgemeester om in het kader van de handhaving van de openbare orde toezicht te houden in de publieke ruimte;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Gemeentewet wordt gewijzigd als volgt:

A

Artikel 151c wordt gewijzigd als volgt:

2.
De burgemeester besluit met inachtneming van het in de verordening van de raad bepaalde:
  1. binnen welk gebied, bestaande uit openbare plaatsen of andere voor een ieder toegankelijke plaatsen als bedoeld in het eerste lid, camera’s worden ingezet;
  2. voor welke duur de gebiedsaanwijzing plaatsvindt.
5.
De burgemeester trekt het besluit, bedoeld in het eerste lid, in zodra de inzet van camera’s niet langer noodzakelijk is in het belang van de handhaving van de openbare orde.
8.
Ten behoeve van de handhaving van de openbare orde worden in het kader van het toezicht, bedoeld in het eerste lid, gegevens verwerkt.

ARTIKEL II

Wetswijzigingen integreren met je processen? Probeer Way 3 weken gratis.